Genealogie van Dinther-à Oss

© 2012 N.L. van Dinther

 

Inleiding

 

De parenteel in deze uitgave is een eerste opzet om te komen tot een zodanig mogelijk betrouwbare genealogie van deze tak Van Dinther.

In de opvolging van de generaties zijn nog veel vraagtekens te plaatsen omdat niet alle vermeldingen een volledige garantie geven dat deze bij de betreffende persoon thuis horen.

In de tekst wordt dan daarvan melding gemaakt met termen als “mogelijk” en “waarschijnlijk”.

De geslachtsnaam wordt gespeld als “van Dinther”, terwijl in de vermeldingen de naam wordt aangehouden die in het betreffende stuk voorkomt.

 

De naam van het geslacht is ontleend aan die van het dorp Dinther gelegen aan de rivier de Aa tussen Heeswijk en Veghel.

Het toponiem is te ontleden in twee elementen “Dint” en “her”.

“Dint” kan betekenen een deuk of indeuking, met als synoniem het woord “kom”, terwijl “her” is afgeleid uit het germaanse woord “haru” dat betekent een “zandige heuvelrug”.

Dinther betekent dan “een kom in een zandige heuvelrug”; een plek waar het dorp Dinther is ontstaan.

 

Het wapen gevoerd door het hierna volgende geslacht is niet geheel zeker. Bekend is het zegel van Ambrosius van Dinther nl. drie vierbladen 2 : 1 terwijl het rechtervierblad bedekt is met een vrijkwartier waarin twee dwarsbalken met in het schildhoofd drie merletten. In het notarismerk van Emond Ambrosiusz. van Dinther ( de vader van voorgaande) komen de vierbladen eveneens voor. (zie aldaar)

Het wapen is ook bekend van een fragment genealogie en vertoont het bekende “Van Dinther” wapen zoals hierboven beschreven.[1]

Dit wapen komt ook voor op een wapenkaart uit 1600, gemaakt door Jean Baptist Zangrius ten behoeve van de aartshertog Albert en aartshertogin Isabella bij hun intrede als souvereine vorsten over de Nederlanden. De kaart hangt in het kasteel van Helmond. De afbeelding van het wapen “Dintere” komt voor onder de geslachten vermeld bij ’s-Hertogenbosch.[2] (zie afbeeldingen)

De vierbladen zijn in deze twee afbeeldingen vervormd tot een soort roos!

              

De kleuren van het wapen zijn: het veld rood, de vierbladen van zilver, in het vrijkwartier het veld zilver, de dwarsbalken zwart en de 3 merletten rood.

Naast de genoemde personen is (nog) geen wapenafbeelding gevonden doch het is waarschijnlijk dat het zelfde wapen gevoerd zou kunnen zijn.

 

De oudste generaties van deze familiegroep hebben gelet op veel overeenkomsten in voornamen ed. veel te maken met de familie van Wouter Spierinck van Dinther.[3]

Zekerheid over de samenhang met de familiegroep die vanaf ca. 1550 te Dinther optreedt is iets minder zeker, maar wel zeer waarschijnlijk.

Bij de behandeling van deze groep zal op het een en ander nader ingegaan worden.

 

Als bron bij de oudste geslachten is vooral gebruik gemaakt van de zgn. Bossche Protocollen, het rechterlijk archief van ’s-Hertogenbosch aanwezig in het stadsarchief. Deze bron is toegankelijk gemaakt met de fiches Smulders-Spierings. Tevens mocht ik beschikken over de uitgebreidere persoonlijke aantekeningen van mevr. Dr. M.H.M. Spierings, waarbij zij mij zeer veel nuttige extra informatie verschafte schriftelijk zowel als in vele gesprekken.

Deze genealogie is nog in volle ontwikkeling en zal in de toekomst worden aangevuld met nieuwe vondsten. In de oudste generaties met haar vertakkingen is nog veel onzeker. Er wordt nog uitdrukkelijk opgewezen dat de in sommige generaties de toenaam Spierinc voorkomt , het is dan geen geslachtsnaam! De hier te behandelen familie heeft de geslachtsnaam “VAN DINTHER”.



Generatie I

I  Emond (Jan) Spierinc van Dinther is geboren rond 1315.

In deze genealogie komen veelvuldig voor de namen Spierinc, Wouter Spierinc en Emond. Deze namen kunnen wellicht verklaard worden als een (toe)naam en voort te komen uit een vroege verbintenis met het geslacht Spierinc.
De eerst bekende Wolterus Spyrinck wordt vermeld in 1190. Hij treedt in dat jaar op als een der getuigen van de vrijen voor Graaf Otto II van Gelre en Zutphen waarbij deze aan Zutphen de stadsvrijheid, de schepenbank en andere voorrechten schenkt.
Vóór 12 juli 1200 bevestigt Dirk II, bisschop van Utrecht, het klooster Bethlehem (bij Doetinchem) in het bezit van zijn lokale immuniteit en neemt het klooster met al zijn personen en bezittingen in bescherming. Onder de getuigen wordt als eerste onder leken genoemd: Woltero Spirinc.
In 1203, vóór 5 november schenken graaf Diederik VII en gravin Aleid aan de kerk van Mariënweerd de smaltiend te Heimond. De getuigen zijn Otto graaf van Bentheim, Hugo van Voorne, Symon van Haarlem, WALTERUS SPIRINC, Johannes van Heusden, Arnold van Rijswijk.
In twee oorkonden van vóór 23 juni 1204 is Wouter Spierinck (Wolterum Spirinc, Woltero Spirinc) getuige.De eerste luidt: Graaf Lodewijk II van Loon verklaart dat hij door Diederik II, bisschop van Utrecht voor de duur van zijn leven is beleend met hetgeen zijn schoonvader, graaf Diederik VII van Holland, van de Utrechtse kerk in leen had gehouden, en omschrijft het verdrag dat bij gelegenheid van deze belening tussen de bisschop en hem is gesloten.
De tweede luidt: Hugo II bisschop van Luik, hertog Hendrik III van Limburg, markgraaf Filips I van Namen, graaf Otto I van Gelre, graaf Adolf III van Berg, en Willem, oom van de graaf van Vlaanderen oorkonden dat door hun tussenkomst graaf Lodewijk II van Loon door de bisschop van Utrecht voor de duur van zijn leven is beleend met hetgeen graaf Diederik VII van Holland van de Utrechtse kerk in leen had gehouden, en omschrijven het verdrag dat bij gelegenheid van deze nieuwe belening tussen de bisschop van Utrecht en graaf Lodewijk is gesloten.
In het verdrag van 1212 tussen Dirk van Altena en Jan van Heusden worden als getuigen genoemd van Dirk van Altena: zijn broer Wouter en zijn oom Henrick en zijn neefs Floris van Gor en Volpert van Lede. De getuigen voor Jan van Heusden zijn: zijn broers Arnold en Robbert, zijn neefs (patrueles) Wouter en Gijselbert zoons van zijn ooms en zijn neefs (amitini) zoons van de zusters van zijn vader : Thomas, Willem, Dirk, Emond, Wouter Spierinc en Peter van Aalburg. Opgemerkt kan worden dat Wouter Spierinc zowel in 1202 als in 1212 samen optreedt met Jan van Heusden, terwijl in 1212 ook als familielid een Emond genoemd wordt. Of hier sprake is van kinderen van meerdere zusters of er ook broers van elkaar bij zijn blijkt niet uit dit stuk.
In het jaar 1227 wordt een Wouter Spierinck genoemd onder de edelen bij Otto van der Lippe.
De volgende Wouter Spierinck treffen we aan in augustus 1257. Op 29 en 31 augustus 1257 draagt "nobilis Walterus, miles de Aalburg, dictus Spirinch" en zijn vrouw Ysalda hun huis in Aalburg en al hun andere tegenwoordige en toekomstige onroerende goederen op aan de abdij en de kerk van St. Truiden; alleen zouden de broers van Ysalda een tiend in de parochie van Waspik en Capelle voor 50 Hollandse ponden kunnen terug kopen. Jan heer van Heusden voegde aan deze schenking nog 5 bunder land toe, met toestemming van Johannis, primogeniti nostri filii, welke Wouter van hem in leen had. Getuigen waren Jan van Heusden junior voornoemd, Gerardus dictus Lupus, meier, Dirk van Genderen en Gijsbert van Doveren , schepenen van Aalburg, Boudewijn en Arnold broeders, Gerard en Arnold van Wich en Peter en Herman van Stertte, broers.
In de jaren 1249 tot 1272 wordt van hen beiden herhaaldelijk melding gemaakt in de Rekening van abt Willem van Rijckel. In die rekening staan ook de uitkeringen vermeld die Wouter en Ysalda genieten van de abdij. Bij een van deze uitbetalingen staat aangetekend dat Wouter in de advent van het jaar 1268 is overleden (= 30 november 1268). In het jaar 1259 ( =12 maart 1258) is er sprake van een zuster van Wouter, Gertrudis genaamd, alsmede in het jaar 1261 wordt melding gemaakt van Emond, zoon van Heer Wouter Spierinck. In 1262 wordt van Ysalda gezegd dat de abdij St. Truyen van haar heeft de tiende van Veen (Vena) bij Waspik, waarvan de abdij van haar broer Theodericus jaarlijks 20 schelling hollands geld beurt op de markt van Giessen? (Gissele) en dat deze broer die tiende kan lossen als hij wil met 50 pond hollands geld. In het zelfde jaar 1262 wordt gesproken over de vader van Heer Wouter Spirinc, maar een naam wordt niet genoemd. Er staat " item juxta curiam nostram habemus unam aream magnam super quam mansit dominus Walterus Spirinc et pater suus". ( een groot erf naast onze Hof, waarop Heer Wouter Spierinc woont en zijn vader)
Op kerstdag 1261 is de abt een overeenkomst aangegaan met zijn dienaar (famulus) Emond de zoon van Heer Wouter Spierinck, aangaande een hof (curia) of een erf (area) welke Emond heeft aanvaard samen met zijn vrouw Elisabeth dochter van Wouter Casevuth (deze namen zijn in de tekst later ingevuld op de opengelaten plaatsen). Het erf is gelegen naast huis en erf van Dirck Gul bij Genderen. De abt zal Emond voor het erf 7 pond geven en Emond zal dan overdragen voor schepenen van Heusden en in het Hof van de Abt in Aalburg als een zuiver en vrij allodium, dat Emond zal verkrijgen van zijn oom (patruus) Heer Willem Spierinck, van wie Emond dat erf in leen houdt; met zijn toestemming zal dat erf allodium zijn en Emond zal het de Abt als allodium overgeven. Getuigen bij dit contract zijn Gijsbert Wolf, Claus en Jan Kapelaan. Er staat enige malen vermeld dat het klooster een kamp bezit die het verkregen heeft van Emond Spierinck. Daarbij staat ook vermeld dat het klooster een "curtis" (vroonhof) bezit samen met Emond, die daar in de omgeving gelegen is. De tiend van Genderen heeft Emond Spirinc gekocht voor 28 pond leuvens, te betalen half met St. Maarten en half met Lichtmis, (de eerste termijn is reeds betaald). Broeder Gielis heeft vóór augustus 1254 twee gedeelten van de tienden van Aalburg verkocht voor 10 pond aan Emond en Mathijs Spierinc. In 1260 is Emond Spirinc later bijgeschreven als borg voor Emond broer van Dirck de "advocatus".
Op 6 november 1306 zegelt Philips Spirinc, knape als leenman van de bisschop van Utrecht. Zijn zegel vertoont drie kepers, hij wordt genoemd samen met zijn zoon Jan Spirinc.
Opmerkelijk is dat Dirck Flours van Dinther in 1339 zegelt met een wapen waarop 3 vierbladen 2 : 1, waarover heen een rechter schuinbalk met 4 kepers, waarbij de breuk in het wapen opgevat kan worden als zijnde van een jongere tak met het wapen van zijn moederskant. In de jaren 1425 t/m 1439 is een Henrick Spierinc schepen van Kuyck zijn zegel van 1429 is bewaard gebleven het vertoon de drie vierbladen 2 : 1 enigszins gekanteld.

Tot zover een opsomming over vroege vermeldingen met de naam/toenaam (Wouter)Spierinck. In latere tijd komen door huwelijken deze voornaam/bijnaam in combinatie ook in andere geslachten voor zoals: Van Heeswijk en Van Dinther etc.
De tot nu toe oudst bekende Van Dinther met de toenaam Spierinc is "de weduwe Spirinc van Dinther" op 9 augustus 1317.
Schepenen van Antwerpen, Willem Bornecolve, Gerard van Wispelaer en Jan van der Elst, oorkonden, dat Nicolaas zoon van wijlen Rutger de Ouden voor een zekere prijs, waarvoor hij kwitantie verleent, heeft verkocht aan abt Hubert en het convent van Tongerlo al zijn allodiale en cijnsgoederen met opstanden in Baest (onder de parochie Oostelbeers), zoals ze voorheen eigendom waren van Nicolaas, Rutger zijn vader, Emond Arnoldszoon Rover, burger van 's-Hertogenbosch en meer anderen.
Nicolaas heeft met zijn borgen, ridder Gerard van Vorsselaer, ridder Jan de Ouden, Goeswijn van Sterthoven van Brecht, Gielis van Busenghem en Simon van Ykele, beloofd de goederen te rechter plaatse op te leveren, vrij van lasten behalve:
9 pond oude Tourse groten als lijfrente aan Dirk Rover burger van 's-Hertogenbosch, 2 Tourse groten aan Wouter Bac van Baescot, 2 Tourse groten aan DE WEDUWE VAN SPRINC VAN DINTHER (relicte Spirincs de Dyntere), 4 pond Tourse groten als cijns aan de hertog van Brabant, en met alle bescheiden, die voor de abdij van belang kunnen zijn.

Familiegoed was een belangrijk gegeven. Bij vervreemding door schenking of verkoop was er toestemming nodig van de verwanten de zgn. "laudatio parentum".Vanaf de twaalfde eeuw schijnt in Brabant de laudatio dikwijls een aanwijzing voor reële erfrechten die verwanten hadden in het familiegoed of zelfs van een zekere onverdeeldheid van het familiebezit.
Een daarmee samenhangend begrip is het naastingsrecht. Familieleden hadden krachtens hun verwantschap met een verkoper bij verkoop van enig goed of een rechtstitel uit het familiebezit, een recht dat betiteld werd als het recht van naasting. Dit naastingsrecht was het recht van de familieleden tot nakoop, d.w.z. om als eersten in de gelegenheid te zijn tegen eenzelfde prijs als door de koper geboden was, de koop over te nemen of die koop aan zich te trekken. Dit recht bleef bestaan gedurende een periode van een jaar en dag na de datum van de "palmslag", of de datum van het transport. Om er zeker van te zijn dat zijn koop na verloop van tijd niet ongedaan gemaakt werd, had de koper dus feitelijk een bijkomende verklaring nodig van eventuele gegadigden dat zij het recht in zijn geval niet zouden laten gelden. Vandaar dat in het schepenprotocol van Den Bosch een groot aantal akten van verkoop e.d.m. gevolgd worden door een complementaire akte, waarvan in de minuut in enkele woorden staat aangegeven dat bij de voorafgaande verkoop van A. aan B. een zekere C. "prebuit et reportavit", dat wil zeggen " heeft geboden en weerom gegeven", hetgeen betekent dat C. afstand heeft gedaan van zijn naastingsrecht. C. moest aantonen dat hij behalve nader van den bloede was, hij de koopsom in gereed geld voorhanden had "patentes denarios". Indien hij afzag van zijn naastingsrecht liet hij de koop weer aan de eerste koper "reportavit" .

Uit deze clausule van het naastingsrecht blijkt dat verwantschap tussen de verkoper en degene die het naastingsrecht toepast of er vanaf ziet, belangrijk is bij de samenstelling van een genealogie.

Aangenomen is dat de hier genoemde Emond de vader is van Jan Emondsz. van Dinther. Het gegeven dat Jan Emondsz. van Dinther een natuurlijke zoon Wouter Spierinc noemt is veelzeggend. Jan Spierinck de zoon van w. Wouter Spierinc van Dinther verkoopt op 31 december 1372 aan Jan zoon van w. Emond Broes (Ambrosius) van Nuwelant land in de parochie Nuwelant. Jan Emondsz. van Dinther heeft daarnaast ook het alias "van Herpen". De zoon van Jan weer Emond genoemd wordt vermeld met de familie van Nuwelant met goed in Herpen. Een andere zoon van Jan wordt Jan Norijs genoemd die aan zijn "natuurlijke" broer Wouter Spierinc een cijns verkoopt in de parochie Huisseling in den Bruele (Herpen). Daarnaast is het alias van Emond Ambrosiusz. van Dinther, de secretaris, "de Gravia" d.w.z. van Grave. De verwijzingen naar Nuland, Herpen en Grave geven een verband aan tussen beide Emonds van Dinther terwijl de verwijzing te Nuwelant naar een belending aan Emond Spierinc eveneens een verwijzing is naar een mogelijke derde tak.( zie onderstaand)
Een mogelijk verband tussen de verschillende families met de naam "Van Dinther" wordt aangegeven in het boek: Van Dinther Brabantse geslachten , middeleeuwen 1100-1500 door N.L. van Dinther, 2006.

22 september 1386: (in crastino Mathie)
Jan van Dynter, land in "die Hoeven" in Nuland belendend "Emond Spierinc" aan Jan van Dijk gehuwd met Dircxke zuster van Jan van Dynter. Aleyt, Hilla en Dircxke zijn dochters zullen bij meerderjarigheid afstand doen.

6 september 1405: (quinta post Egidiï )
Jan van Dynther helft in land in - "die Hoeven" (Nuland) belendend o.m. Emond Spyerincssoen" , verkoopt hij aan Leunis van Erpe z.v.w. Peter (= is doorgehaalde acte) Dirckske dr. Jan van Dynther doet afstand van die helft voor Leunis..

30 september 1405: (in profesto remigiï )
Jan van den Dijk had erkend dat 9 bunder land in Nuland o.a. belendend erf van Gijb Buc en van "Emons Spyrincssoen" e.a. land, na de dood van Jan van Dynther moest komen aan de kinderen van Jan van Dynther gehuwd met w. Luytgart dr.v.w. Peter van Erpe, waarbij hij met de helft daarvan mocht handelen naar believen. Jan van Dynther verkoopt nu zijn helft aan Leunis z.v.w. Peter van Erpe.
Willem van Nuwelant belooft mede.( Willem van Nuwelant was gehuwd met Aleyt Petersdr. van Erpe)

N.B.: Wijlen Jan van Dynther ( zoon van Dirck van Dinther en [Aleyt] van Os) had de helft in een hoeve lands die was van Heer Dirck van Dynther, ridder, gelegen in de parochie Nuwelant. (26 mei 1474:

Hij trouwt (kerk) rond 1340 met N.N. Ambrosiusdr. van Nuweland, dochter van Ambrosius(Broes) van Nuweland.

Van hen zijn drie kinderen bekend:

1  Jan Emondsz. van Dinther is geboren rond 1340, zie II-A.

2  Ambrosius Emondsz. van Dinther is geboren rond 1345, zie II-B.

3  Spierinc Emondsz. (van Dinther), zie II-C.


Generatie II

II-A  Jan Emondsz. van Dinther ook genaamd van Herpen, zoon van Emond (Jan) Spierinc van Dinther (I) en N.N. Ambrosiusdr. van Nuweland, is geboren rond 1340, is overleden voor 1404.

31 dec. 1372:
Jan Spierinck zoon van wijlen Wouter Spierinck van Dynther verkoopt ("vendidit") aan Jan zoon van wijlen Emond Broes (=Ambrosius) van Nuwelant, 3 morgen en 2 hond land gelegen in de parochie van Nuwelant ter plaatse "Die Hoeven" tussen de "Die Hinthamsche Hoeve" en tussen de "Cnoden Hoeve".


Dit goed wordt op 10 dec. 1429 ( dus bijna 57 jaar later) door de kleinkinderen van Jan Emondsz. van Dinther overgedragen aan het klooster der Rijke Claren te Den Bosch.

Van Spaen noemt in 1350 een Jan van Dinther met als zonen Emond en Jan van Dinther, waarbij opgemerkt dat de zoon van Emond bij hem de bekende Emond van Dinther de secretaris van de hertogen van Brabant is.


Houwaert geeft als vader van Emond van Dinther, de secretaris, een Jan van Dinther die leefde in 1377 met daarbij nog als kinderen Dirkxke van Dinther gehuwd met Willem Gijbertsz. Cock en Jan van Dinther vermeld in 1377 als Jan van Dinther Janssoon.


Op 1 april 1411 ondertekent Emond van Dinther een notarisoorkonde met zijn volledige naam:
"Ego, Emondus Ambrosii de Dynter alias de Gravia, clericus Leodiensis, publicus apostolica et imperiali auctoritate notarius".
Hieruit blijkt dat zijn vader Ambrosius heet en dat zijn alias eventueel ter onderscheiding van de andere bestaande Emond's van Dinther, met de aanduiding van Grave is vermeld.


Een biografische schets van Emond de Dynter is verschenen in: Politiek en Historiografie. Het ontstaansmilieu van Brabantse kronieken in de eerste helft van de vijftiende eeuw, door Robert Stein, Leuven 1994 blz.73-99.
Zie verder bij Emond Ambrosiusz. van Dinther.

25 april 1381: (marci pascha)
In verscheidene akten van verpachtingen door Jan van Berlaer heer van Helmond en Keerbergen staat o.a dat hij: een stuk land genaamd "die Eycsthervenne ?" gelegen in de parochie van Dinther ter plaatse genaamd Boege gelegen tussen het erfgoed van Johannes..... aan de ene en tussen erfgoed van Jan van Boege aan de andere zijde in erfpacht heeft gegeven aan Jan Emondssoen, door deze erfelijk te bezitten voor een erfpacht van een mud rogge Bossche maat, te geven aan hem door de ander erfelijk op Lichtmis en in 's-Hertogenbosch etc. getuigen en datum boven (= Arnoud Stamelart van den Kelder en Leonius van Langcvelt op 25 april 1381).In andere pachtakten worden genoemd Jan Spierinck z.v.w. Wouter Spierinc van Dinther met "die Groot Vosbrake te Dinther ter plaatse "het Beuge",


24 juni 1381: (in die natalis Johannis)
Jan van Dordrecht heeft geboden (prebuit) de ander (alter) heeft teruggekocht (redimerit) een stuk land geheten "die Eycksthervenne ?" gelegen in de parochie van Dinther en heeft het van zijn kant overgedragen (reportavit) aan Jan Emondssoen etc.
Jan van Dordrecht heeft dus het voorgaande als zijnde nader in de verwantschap "vernaderd", teruggekocht en wederom afgestaan aan Jan Emondssoen, in deze fomulering staat dus niet dat hij de "kooppenningen" heeft getoond.

Deze vernaderingsprocedure geeft een verwantschap aan van Jan van Dordrecht met Jan van Berlaer zowel als mogelijk met Jan Emondsz. Deze verwantschap komt naar voren in de genealogie van de oudste Van Dinthers.


2 oktober 1393:
Jan Emondsz. van Dynther vernadert een verkoop gedaan aan zijn zoon Emond door Jan van den Hoemberch van een rogge pacht in Dinther op " 't Reytsel" die gelegen is naast w. Gielis Scoerwegen en naast de kerk van Dinther.

.
Naast de genoemde Jan Emondsz. zou een broer Ambrosius (wiens naam afkomstig is uit de familie van Nuwelant alias van Dordrecht?) mogelijk zijn, die dan de vader is van Emond Ambrosiusz. van Dynther de meergemelde secretaris van de hertogen van Brabant. Denk hierbij dan ook aan de wapenfiguur in het vrijkwartier ( twee dwarsbalken met bovenin 3 merletten) afkomstig van de moeder en bekend van Ambrosius van Dinther zoon van Emond Ambrosiusz. van Dinther.

Hij was waarschijnlijk gehuwd (1) met Delyaen Gijb Rovers, dochter van Gyb Rovers en Kathelijn Jansdtr. van der Borne.

8 mei 1393: (quarta post Cantate)
Kathelijn weduwe Gijb Rovers dr.w. Jan van der Borne en kinderen; Rover, Jan, Eeff, Katelijn en Jan van Dynther man van Delyaen en Jan Henrick Wouters man van Elisabeth, een pacht uit land in Schijndel naast de grote hoeve van Heer Willem van den Bosch,ridder, welk land vroeger was van Wouter Scheille en aan
wijlen Jan v/d Borne verkocht door Jan Peilser van Bockelaer, nu met achterstal aan Jan nat. zoon van Heer Jan van Best voor 2 1/2 jaar.


Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Emond Jan Emondsz. van Dinther, zie III-A.

2  Jan Norijs, zie III-B.

Hij had een buitenechtelijke relatie (2) met Aleyt Willemsdr. Biggen, dochter van Willem Biggen.

17 december 1470:
Mechtelt dr. w. Gerit Biggen met een pacht beloofd aan Wouter Spierinck (= van Dinther de hoppenbrouwer), nat. zoon van Aleit dr. w. Willem Biggen, uit land in Vechel die zij had van Gerard Snijder van Rijnsbergen man van Aleit dr. w. Willem Biggen.


Van hen is een natuurlijk kind bekend:

3  Wouter Spierinck van Dinther, zie III-C.

II-B  Ambrosius Emondsz. van Dinther, zoon van Emond (Jan) Spierinc van Dinther (I) en N.N. Ambrosiusdr. van Nuweland, is geboren rond 1345.

Van hem en een onbekende vrouw is een kind bekend:

1  Emond Ambrosiusz. van Dinther is geboren tussen 1370 en 1380 te Grave, zie III-D.

II-C  Spierinc Emondsz. (van Dinther), zoon van Emond (Jan) Spierinc van Dinther (I) en N.N. Ambrosiusdr. van Nuweland, is overleden voor 1381.

23 september 1381: ( secunda=tertia post Mathei)
Heer Rycout Koc, ridder, verkoopt land in Geffen op de Ham dat was van wijlen Spyerinc Emonts en door Heeer Rycout bij erfmangeling tegen Spierinc verkregen verkoopt hij aan Jan Kepken, behoudens een stuk land dat Spierinc Emontsz in teuling had.


1390-1391:
Jan Rutghers Moer van Vlochoven pacht in Geffen belendend Spyerinc Emontssoen.

Van hem en een onbekende vrouw zijn drie kinderen bekend:

1  Emond Spierinc van Dinther, zie III-E.

2  Heylwich Spierinc Emontsdr..

Zij was gehuwd met Henrick van Zegenwerp.

3  Christien Spierinc Emontsdr., zie III-F.


Generatie III

III-A  Emond Jan Emondsz. van Dinther, zoon van Jan Emondsz. van Dinther (II-A) en Delyaen Gijb Rovers, Schepen van Dinther, is overleden rond 1429.

1390:
Emond zoon van Jan van Dynther met een belofte t.b.v. Heer Jan van Enghen(?)Duystensoen.


januari 1393:
Jan van den Hoemberch verkoopt een roggepacht te Dinther " op 't Reytsel" naast w. Gielis Scoerwegen en die Boenhof naast de kerk van Dinther aan Emond zoon Jan Emondsz. van Dynther.

2 oktober 1393:
Jan Emontssoen van Dynter vernadert pacht in Dinther verkocht aan Emont zoon van Jan Emontssoen door Jan van den Hoemberch.


ca. 24 augustus 1393:
In de afrekening van Models vander Donc scoutheit vander Masen ( 1-8-1393/30-1-1394) wordt vermeld onder de ontvangsten:
Osse:
inden irsten van Emond goede van Dynter daer over gericht(vonnis uitgesproken) was daer af ontfaen biden scoutheit vanden Bosch...
onder de uitgaven:
item den hangdieve (beul) van enen gericht (vonnis) over Emont van Dynter ii gulden.

N.B. Onder gericht kan naast vonnis ook een betekenis van terechtstelling worden gegeven. Uit de hier genoemde vermeldingen alleen kan geen conclusie worden getrokken, echter Emond Jansz. van Dinther komt na 1393/1394 nog uitgebreid voor. Mogelijk houdt dit verband met Coelkens Kinder.

1400/1401:
Jan van Drunen Petersz., Emond z.v.w. Jan Emontssoen van Dynther, Herman van Langel, met goed in Herpen.

febr/mrt 1404:
Hubert van Ghemert gehuwd met Margriet dr. w. Art Heyme , huis etc. te Dinther "t geseet ter Haghe" (e.a.) belendend Emond zoon w. Jan Emontssoen en w. Wouter nat. zn. van w. Art van Dynther, ridder; met recht van weg naar de straat, geeft hij ten cijns aan Emond zn. w. Jan Emontssoen.
ca. 22 februari 1387 verhuurt Art Heyme 't goet "ter Haghe" in Dinther bij de molen van Kilsdonk verkregen van de jonker van Helmond, aan Albert Jansz. Heze voor 5 jaar, met conditie inde schade vanden oerloge.


maart 1406:
Emond zoon w. Jan Emonts verkoopt een pacht uit land in "Die Hoeven" ter plaatse "die Dynthersche Hoeve" en uit land in Dinther 't Reytsel" ,belendend alle zijden erven van de Heer van Helmond.


N.B.: "Die Hoeven" in Dinther wordt later genoemd "Die Braecke", zie hiervoor een akte van 27 mei 1416 uit het archief v/h klooster der Rijke Claren te Den Bosch regest nr:210 ,dit gegeven is belangrijk want op 4 jan. 1627 draagt Delia weduwe van Peter Willem Peters van Dinther haar lijftocht in een huis, hof en aanliggende erven groot 10 lopense land gelegen in de parochie Dinther genaamd "die Braecke" over, zie voor meer aldaar.

4 april 1414:
Emond Janssoen van Dynther met land in Vechel dat hij verhuurt.


1414/1415:
Jacob zoon w. Emont Emontsz. van Nuwelant en Jordaen Jacobs van Scerpenberch gehuwd met Johanna dr. w. Emont, Peter Emontsz. van Nuwelant en zijn broer Emont, hebben een pacht van 3 mud rog Bossche maat te Dinther ter plaatse Haselberch op twee stukken land genaamd "die Venacker"en "die Kortstucke" overgedragen aan Emont zn. w. Jan Emontsz. van Dynther. Heer Emont, priester, zoon van w. Emont Emontsz. van Nuwelant welke geen recht zal doen gelden.
en:
Emond zoon w. Jan Emontsz. van Dynther heeft een stuk land etc. gelegen in de parochie van Herpen ter plaatse genaamd "in die Niebeemden" erfelijk overgedragen aan Emond en Jordaen bovengenoemd.


ca. 14 juni 1417:
Willem van Nuwelant weduwnaar van joffr. Aleit d.v.w. Peter van Erpe, tocht uit "die........", vroeger van Heer Willem van den Bosch, ridder in Erpe, verkregen tegen pacht van Heer Dirck van Heurne Heer van Paerweys en van Cranenborch, ridder, ten cijns en Peter z.v.w. Jan Lucas van Erpe gekocht(?) van Willem Aerts te Erpe nu aan zijn schoonzoon Geerling van Gemert en deze aan Emond z.v.w. Jan Emontssoen t.b.v. Claes die Wese. (en meer).

In de jaren 1417-1420 treedt een Emont van Dinter, priester, op als prior van het kruisherenklooster Sint Agatha

Op 1 augustus 1419 wordt Emond Jansz. vermeld als schepen van Dinther, hij is dan getuige in een akte betreffende de Tafel van de H. Geest te Dinther samen met Roelof van Dinther, knape, die m.i. optreedt als voogd en administrateur van de armengoederen van Dinther; mede getuige is ook Jan Jonghen schepen van Dinther.


Op 15 juli 1428 wordt een erfpacht gegeven van een stuk akkerland te Dinther ter plaatse "die Beirckairt" (= Boeckart grenzend aan de Donckeren Dike), belendend Jan die Kuyter en Wendelmoet weduwe van Dirck Goykers, die was van Emond Jansz. van Dynther.
Op dezelfde datum wordt een beemd te Dinther bij het water "die Laeck" (een zijbeek van de Aa bij Vechel), belendend Mechteld weduwe Gerit van Kilsdonck en Liesbeth weduwe Mathijs Tymmerman en nog een stuk beemd verkocht,eveneens toebehorend aan Emond Jansz. van Dynther.


7 april 1429:( quinta post octavam Paschae)
Dirck, Jan genoemd Poutenyer en Gijsbert, gebroeders, zoons van Emond zoon van wijlen Jan Emontsz., Willem van den Wijnghart, man van Henrickske, Jan zoon van wijlen Peter Ghibensz., man van Corstien, en Gerit die Molner, man van Sophie, alle dochters van gezegde Emond, hebben beloofd, gezamenlijk te betalen aan Wouter Spierinc, brouwer, een lijfrente van drie mud rog, zolang Emond ( er staat: gezegde Emond) leeft en niet langer, met Lichtmis te betalen in Den Bosch, uit een eeussel en ander land, van 6 lopenzaad en 15 lopenzaad, in de parochie Dinther ter plaatse in het "Reydszel", en bij overlijden van een van hen, te betalen door de overlevenden.


1429:
Emont Jan Emontsz. en zijn kinderen, Dirck, Herman, Jan Pautenier, Ghijsbert, Christijn, Henrixke, Lijsbeth, Sophie en Aleyt worden te Dinther genoemd met Willem van den Wijngart en Jan Petersz (Ghiben?).


10 dec. 1429:
Schepenen in Buscoducis, Godescalcus Roesmont en Johannes de Berze oorkonden, dat Theodericus, Johannes Poutenyer, en Gibo (Ghijsbert), zonen van wijlen Emondus Jansz. en hun zwagers Wilhelmus van den Wijngaart, man en voogd van Henrica, Johannes Petersz. (Ghiben) man en voogd van Christina, Gerardus Janszoen (die Molner) man en voogd van Sophia, en Henricus vanden Steenvoirt, man en voogd van Aleydis;
hun 7/10 part in 3 morgen en 2 hont land gelegen in de parochie van Nuwelant op de plaats "die Hoeven" tussen de "die Hinthamsche Hoeve" en tussen de "Cnoden Hoeve" , welke 3 morgen en 2 hont land, Johannes, zoon van wijlen Emondus Broes de Nuwelant van Johannes Spierinck, zoon van wijlen Wolterus Spyerinck de Dinter, verkregen had, hebben overgedragen aan Tielman de Spina t.b.v. het convent van St. Clara.


N.B.: zie ook bij Jan Emondsz. van Dinther.

22 december 1430:
Dirck zoon van wijlen Emond wijlen Janssoen van Dinther heeft verkocht aan Henrick Bloyman zoon wijlen Henrick, een erfpacht van één mud rog Bossche maat uit zijn huis met erf en tuin in de parochie Dinther ter plaatse "ter Haghe" belendend Jan Petersz. en die stege ter hagen, tevens gaande uit een eeusel van 7 lopenzaad land aldaar belendend Robbert die Smyt en Gijb zoon wijlen Emond.
Testes Dicbier en Symon, datum 22 dec. 1430.

13 dec. 1431:
Emont zoon wijlen Jan Emontssoen van Dynther wordt bij een overdracht door zijn zoons Dirck en Gijsbert genoemd met een pacht te Dinther ter plaatse Haselberch nl. die Venacker(1) en dat Kortstucke ,die Emont verkregen had van Jacob zoon van w. Emont Emontssoen van Nuwelant en van Jordaen zoon van w. Jacob van Scerpenberch.- zie bij de zoon Dirck.

(1) De Venakker aent Beughe te Dinther e.z. en e.e. de straat a.z. en a.e. Arien Huijben, genoemd 6 oktober 1601.


Hij was gehuwd (1) met Hilla Gielis Loyensoendr. van der Bruggen.

Mogelijk is zij de vrouw van Emond Jan Emondsz. van Dinther
ca 21 maart 1414:
Henrick Krocke z.v.w. Henrick Wijnbroet tocht in helft van w. Gertruud dr. w. Gielis Loyenssoen van der Bruggen en helft van pacht in St. Oedenrode aan Emont z.v.w. Jan Emontssoen man van Hilla dr. w. Gielis Loyenssoen van der Bruggen, Rutger van der Bruggen man van Sophie weduwe (?) van Elyas van der Bruggen doen afstand.

Van hen zijn tien kinderen bekend:

1  Jan Emondsz. van Dinther, zie IV-A.

2  Dirck Emondsz. van Dinther, zie IV-B.

3  Herman Emondsz. van Dinther.

1428/1429:
Herman zoon van Emont Jan Emontsz. treedt met zijn familie op. - zie bij zijn vader.


10 dec. 1429:
In deze oorkonde draagt hij en zijn familie goederen over aan het klooster der Rijke Claren te Den Bosch. - zie bij zijn vader.


1430/1431:
Herman zoon w. Emont Jan Emontsz. met Hubrecht van der Hazelberch Seelkens en Jan Poutenier zoon w. Emont Jan Emontsz. vermeld te Dinther.


4  Jan Pouthenier Emondsz. van Dinther, zie IV-C.

5  Elisabeth Emondsdr. van Dinther.

1428/1429:
Elisabeth wordt samen met haar broers genoemd te Dinther. -zie bij haar vader Emont Jan Emontsz. van Dinther.


10 dec. 1429:
Elisabeth wordt met haar man Dirck Jansz. genoemd in de schenkingsakte aan het klooster der Rijke Claren te Den Bosch. - zie bij haar broer Herman.


Zij was gehuwd met Dirck Jansz..

6  Gijsbert Emondsz. van Dinther, zie IV-D.

7  Henrickske Emondsdr. van Dinther, zie IV-E.

8  Christina Emondsdr. van Dinther, zie IV-F.

9  Sophie Emondsdr. van Dinther.

1476/1477:
Sophie weduwe van Gerit Jansz. die Molner te Dinther vermeld met Herman van Horsten (= zoon van Hilleke van Dinther en Jan van der Horst)


Zij was gehuwd met Gerit Jansz. Die Molner van Kilsdonck, zoon van Jan Die Molner van Kilsdonck.

15 juli 1428:
Henrick vander Steenvoirt Geritszoon, als man van Aleyt dochter van Emond Janssoen van Dinther heeft verkocht aan Wouter zoon van wijlen Gerit van Kilsdonck een beemd in de parochie Dinther bij het water die Laeck, belendend Mechtelt weduwe van Gerit van Kilsdonk en Lisbeth weduwe Mathijs Tymmerman; en nog een stuk beemd, vroeger van Emond Janssoen.
N.B.: Hier is sprake van een andere Gerit van Kilsdonk gehuwd met Mechtelt met een zoon Wouter.

1428/1429:
Vermeld te Dinther, Gerrit Jansz. van Kilsdonck, man van Sophie dr. van Emont Jan Emontsz. en Aert Aertsz. van Zochel.


1436/1437:
Gerit die Molner zoon w. Jan die Molner van Kilsdonck treedt met anderen te Dinther op. - zie bij zijn zwager Jan Pouthenier.


1437/1438:
Genoemd wordt te Dinther Gerit zoon w. Jan die Molner van Kilsdonck.


10  Aleydis Emondsdr. van Dinther.

10 dec. 1429:
Aleyt wordt met haar familie genoemd in de schenking aan het klooster der Rijke Claren te Den Bosch. - zie bij haar broer Dirck.


1428/1429;
Aleyt en haar broers ed. -zie bij haar vader Emont Jan Emontsz. van Dinther.


29 juni 1476:
Aleyt weduwe van Henrick van der Steenvoirt met haar familie. - zie bij Henrick Gijsbert Emont Jansz.


Zij was gehuwd met Henrick Geritsz. van der Steenvoirt.

15 juli 1428:
Henrick van der Steenvoirt Geritszoon, als man van Aleyt dochter van Emond Janssoen van Dynther, heeft tegen erfpacht gegeven aan Jan zoon van wijlen Peter Gibensz. (= man van Christien dr. Emond Jansz. van Dinther) een stuk akkerland ter plaatse "die Beirckairt" in de parochie Dinther, belendend Jan die Kuyter en Weyndelmoet weduwe van Dirck Goykens, welk land vroeger was van gezegde Emond;
dezelfde Henrick als man als voor, heeft verkocht aan Wouter zoon van wijlen Gerit van Kilsdonck (= man van Sophie dr. van Emond Jansz. van Dinther) een beemd in de parochie Dinther bij het water die Laeck (= zijbeek van de Aa bij Vechel), belendend Mechtelt weduwe Gerit van Kilsdonck en Liesbeth weduwe Mathijs Tymmerman; en nog een stuk beemd, vroeger van Emond Janssoen.


Van hem en een onbekende vrouw is een natuurlijk kind bekend:

11  waarschijnlijk Yda van Dinther.

1428/1429:
Agnes dr. wijlen Roelof die Bever, weduwe van Henrick Goyarts van Aerlebeke en haar zoons Roelof en Goyart, en broeder Claes van Dynter zoon wijlen Aelbert Emontsz. worden te Heeswijk genoemd met Yda nat. dr. van Emont van Dynter.


Zij was gehuwd met Jan Danielsz. van Ricoutsfoirt.

1428:
Jan Danielsz. Ricoutsfoirt blijkt de man te zijn van Yda nat. dtr Emont van Dynter.


III-B  Jan Norijs, zoon van Jan Emondsz. van Dinther (II-A) en Delyaen Gijb Rovers, is overleden voor 1412.

29 aug. 1409:
Jan Norijs zn. w. Jan Emontssoen van Herpen belooft Wouter Spyerinc zijn natuurlijke broer een cijns uit land in de parochie Huisseling in den Bruele (Herpen).
(openstaande acte)


12 december 1409:
Jan Norijs zn. w. Jan Emontssoen verkoopt aan Wouter Spierinc nat. zn. van w. Jan Emontssoen een cijns. (losbaar)


ca. jan./febr. 1412:
Dirck van den Hoemberghe zn. w. Jan goederen aanverstorven diverse personen van w. Jan van den Hoemberghe in Schijndel of Dinther en Vechel, aan Dirck verkocht bovendien zijn eigen versterf in de helft van goed in Schijndel over Aa tussen w. Gielen van Gheel en Emont zoon wijlen Jan Norijs, en bij de molen van Kilsdonk tussen Symon Velkeneer en wijlen Spyring van Dynther, aan Gerit van der Steghen.


Van hem en een onbekende vrouw is een kind bekend:

1  Emont Jan Norijsz..

ca. 14 juni 1414:
Symon van den Hoemberch en Gerit Bloem land in Dinther ter plaatse dat Reytsel belendend Katelijn Kersmakers en Emond z.v.w. Jan Norijs, verkoopt hij aan Robbert die Smyt van Dynther.

III-C  Wouter Spierinck van Dinther, natuurlijke zoon van Jan Emondsz. van Dinther (II-A) en Aleyt Willemsdr. Biggen, hoppenbrouwer.

In een zeer groot aantal akten in het Bossche schepenprotocol komt voor met diverse transacties Wouter Spierinc de brouwer, of hoppenbrouwer, wonend te 's-Hertogenbosch in de Hinthamerstraat en o.m. regent voor de armen en het Ulemansgasthuis aldaar, die blijkt te zijn de natuurlijke zoon van Jan Emonts, en die gehuwd is met Mechtelt (een der twee dochters Mechtelt die de natuurlijke dochters zijn van Heer Willem Voet, priester en kanunnik in Den Bosch en van Mechtelt van Boert uit Schijndel.


aug. 1402:
Wouter Spierincs nat. zoon van wijlen Jan Emonts van Dynter, gehuwd met Mechtelt nat. dr. van Heer Willem Voet, priester, en van Metta van Boert van Schijndel, met een cijns uit een hofstad in Boxtel die ten huwelijk was verkregen; en daarbij: Jan die Woest man van Mechtelt nat dr. van Heer Willem reeds weduwe van Art Herman Eyckman, en Roelof Jan Voet man van Mechtelt dr. w. Rijcout Heynen van Schijndel.


oktober 1404:
Wouter Spyrinc nat. zoon w. Jan Emontssoen versterf van Aleyt zijn moeder d.v. Willem Biggen aan Aleyt ten bate van Art Stamelart z.v. Aleyt en van w. Loy van der Spanct.


29 augustus 1409:
Jan Norijs z.v.w. Jan Emontssoen van Herpen belooft aan Wouter Spyerinc zijn nat. broer een cijns uit land in de parochie Huesselingen in den Bruele.
(openstaande akte)


12 december 1409:
Jan Norijs z.v.w. Jan Emontssoen verkoopt aan Wouter Spyerinc nat. zoon van w. Jan Emontssoen een cijns (losbaar)


oktober 1412:
Henrick z.v.w. Rycout Heynensoen land in Schijndel verkocht aan Wouter Spyrinc, brouwer.

2 augustus 1413:
Hubert van Wetten, Wouter Spyrincx brouwer en Willem die Jegher beloven Peter Broc betaling, Hubert van Wetten man van Laan en Heylwig hun dochter beloven de andere vrijwaring.

10 februari 1414::
Melis z.v.w. Gijb Janssoen een pacht in Schijndel aan Wouter Spyrinc brouwer. Wouter Spyrinc v.n. draagt over aan Roelof z.v.w. Jan Voet man van Mechtelt van Boert.

1414/1415:
Te Dinther wordt i.v.m. " 't goed ten Wijngaarde" genoemd Art van Dynther zn. w. Jan Spierinc van Dynther en Willem Willemsz. van Breugel waarbij Wouter Spierinc nat. zn. van w. Jan Emontsz. van Dynther mede belooft.


febr. 1414:
Jan Loze z.v.w. Jacob erf met opstal van wijlen Henrick Becker aan het Hinthamereinde later van w. Jacob belendend Wouter Spyrinc brouwer, verkoopt hij aan Jan van Loen timmerman z.v.w. Jan Wouterssoen van Loen.

eind februari 1414:
Michiel Cnoden van Hynen een geheel huis in Rosmalen (Hynen) waarin hij woont geeft hij over aan Wouter Spyrinc brouwer, behoudens cijns aan de kerk van Roesmalen en de helft van een cijns daaruit te betalen.

3 juli 1417:
Peter z.v.w. Henrick van den Loecke man van Sophie d.v.w. Wouter Feyensoen van Zelant, huis met erf aan de Wijnmolenberch en een cijns van 40 schelling die Matheus en Alart zoons w. Henrick Bakker (Pistor) hebben in dat huis verkregen door w. Wouter (Fijensoen van Zelant) van Gijb van Bernheze draagt hij op aan Wouter Spierinc van Dynther, brouwer.

In een aantal akten wordt meer informatie verstrekt over het goed "ten Wijngaarde" waarbij o.a. Willem Willemsz. van Breugel een belofte van een pacht doet aan Aert van Dynther zn. w. Jan Spyrinc van Dynther, het betreft dan een huis ,schuur en een coelhof in de hoeve 't goet ten Wijngard en akkerland voor de poort (ostium) van dat huis, over de brug (een vonder) uit de Jonghenacker etc.


Op 5 jan. 1442 verkopen Aert van Dynther zn. w. Jan Spierinc van Dynther en Jan van Brakel man van jkvr. Gerartke dochter van Aert van Dynther voornoemd een hofstede Scilderskamp in Dinther naast 't goed ten Wijngart en strekkende van Mathijs Willemsz. van Geffen tot Aert van Vaerlaer, Mathijs van de Mortel en Mathijs Willemsz. van Geffen, aan Willem Dicbier zoon van Henrick, behoudens de lasten.


Deze gegevens zijn belangrijk voor het gemelde bij de vaststelling van de ligging van het goed in de Varsche Hoeve nabij de kapel op het Beugt, zie daarvoor bij Peter Willem Petersz. van Dinther.

4 juli 1418:
Wouter Spierinc van Dynther, natuurlijke zoon van wijlen Jan Emontssoen met belofte van betaling aan Henrick Rijcout Heynensoen te Dinther.


7 april 1429:
Wouter Spierinc, brouwer, krijgt van de kinderen van Emond Jan Emondsz. een lijfrente van drie mud rog in het Reydszel te Dinther. - zie bij Emond Jan Emondsz. van Dinther.


31 aug. 1431:
Jan die Wuest van Knechsel man van Mechtelt senior, en Wouter Spierinc, brouwer, man van Mechtelt junior, beide de nat. dochters van Heer Willem Voet,priester.


1433-34:
Wouter Spierinc die hoppenbrouwer, zoon van wijlen Jan Emonts vermeld.


10 januari 1439:
Willem van Laervenne nat.z.w. Heer Wouter van Laervenne, priester, als weduwnaar van Yda d.v. Wouter Spierinc de brouwer, schenkt tocht in cijns van 5 pond aangekomen door het overlijden van Jan Norijs en van een cijns van 4 pond uit een huis in Empel (Henxtem) naast erf van Marcel z.v.w. Willem die Hoel, en uit kamp aldaar naast Mathijs Lu, slager, en uit land in Maren in "die groten Weert" naast Aernt Weert welke cijnzen Wouter Spierinc, brouwer, aan Willem van Larvenne en Yda als bruidsgift (recht van Den Bosch) had gegeven; aan Wouter Spierinc, gevolgd door:
Wouter Spierinc brouwer en zijn dochter Aleit en Paul Rovers z.v.w. Henrick man van Mechtelt, dochter van Wouter, doen afstand van de goederen van wijlen Yda dochter van Wouter en overleden vrouw van Willem van Laervenne voornoemd, nat. z.v.w. Heer Wouter van Laervenne, priester, en Aleit zijn vrouw nat. dochter van Jan Waerloes, zelfde datum.


14 aug. 1441:
Wouter Spierinc, brouwer, draagt op aan Gerit die Molter nat. zn. van Heer Dirck die Molter priester en Aert Eghen nat. zn. van w. Henrick Eghen een roggepacht, welke Jan Willemsz. van den Dijc moet betalen aan Amelis w. Gijb Janszoen uit de helft van 1 1/2 bunder weiland in Schijndel "die Haersbeemden" en de helft van een sester aan de Lutteleyndsche Braken, welke pacht Wouter Spierincs tegen Amelis had verkregen.


Hij was gehuwd met Machtelt Voet, natuurlijke dochter van Willem Voet en Mechtelt van Boert.

ca. 1394: Heer Willem Voet kanunnik van de St. Jan verkoopt aan Mechtelt Boert dochter w. Rycout Heynensz. voor haar nat. dochters pacht uit goed in Boxtel.


Van hen zijn drie kinderen bekend:

1  Machtelt Wouter Spierincsdr. van Dinther.

Zij was gehuwd met Paul Henricksz. Rovers.

2  Aleyt Wouter Spierincsdr. van Dinther.

3  Yda Wouter Spierincsdr. van Dinther is overleden voor 1439.

Zij was gehuwd met Willem van Laervenne, natuurlijke zoon van Wouter van Laervenne.

III-D  Emond Ambrosiusz. van Dinther ook genaamd van Grave, zoon van Ambrosius Emondsz. van Dinther (II-B), notaris, secretaris hertogen van Brabant en raadsheer hertog Anton van Bourgondië, is geboren tussen 1370 en 1380 te Grave, is overleden op 17 februari 1449 te Brussel.

Op 1 april 1411 ondertekent Emond van Dinther een notarisoorkonde met zijn volledige naam: "Ego Emondus Ambrosii de Dynter alias de Gravia, clericus Leodiensis, publicus apostolica et imperaili auctoritate notarius".
Hieruit blijkt dat zijn vader Ambrosius heet en dat zijn alias eventueel ter onderscheiding van de andere bestaande Emond's van Dinther, met de aanduiding van Grave is vermeld.
Emond de Dynter (verder genoemd van Dinther) is vermoedelijk geboren te Grave. Het stadsbestuur van Grave beweerde in 1467 althans dat de kronikeur een geboren poorter van die stad was geweest.
Hij zou in eerste echt verbonden zijn geweest met een dochter Coeberchts. In 1433 wordt genoemd Lijsbeth Coeberchts, zuster van wijlen de echtgenote van Emond van Dinther.
Zij was mogelijk een dochter van Jan Coeberch, schepen in Loen in 1357 en in Grave in 1379, hij zegelde in beide plaatsen met hetzelfde zegel.
In de collectie Muschaert aanwezig bij het Centraal Bureau voor Genealogie te Den Haag staat op kaart 26k als wapen van Coebergh omschreven: een dwarsbalk beladen met 3 vogels naast elkaar. Opmerkelijk is dat op het zegel van Ambrosius de zoon van Emond van Dinther in het vrijkwartier voorkomt twee dwarsbalken beladen met 3 merletten- zie voor de afbeelding bij Ambrosius.
Van Spaen noemt een Elisabet Coeberg de echtgenote van Edmond van Dinter de vader van Edmond de secretaris.
Hij huwde omstreeks 1403 met Hildegonde van Olmen, dochter van Hendrik van Olmen.
22 april 1423:
Johan Neudensoen en Lambert van Olmen, schepen van Grave, oorkonden dat Herman van Lent en zijn vrouw Meeken opgedragen hebben aan Tzerys, Johannen en hun zuster Hilleken, kinderen van wijlen Henric van Olmen de jonge, 11/2 malder rogge per jaar uit een huis en erf, gelegen tussen het huis van Jacob van Merlair en de gemene straat, met van achteren het erf van wijlen Jacob Peterssoen en van voren de gemene straat.
Ook Houwaert noemt de vrouw van Emond van Dinther Hillegond van Olmen Hendricxdr.
Hildegonde van Olmen was nog in leven in 1436, toen zij een lijfrente van 10 rijders vestigde op haar kleinkinderen Emont, Lijsbeth, Jan en Claes. Vermoedelijk overleed zij omtrent 1440, zij wordt dan niet meer genoemd als schenker van deze rente.
Uit oktober 1394 dateert de oudste vermelding van Emond, hij wordt dan genoemd als prebendehouder van de Sint-Pieterskerk in Baux en de gelijknamige kerk te Mezières in het diocees Reims. Hij wordt dan vermeld als "Emundus de Dinaren (sic) clericus Leodiensis diocesis..." Het betreft hier zeker Emond van Dinther. Op 17 januari 1417 heeft hij geen prebenden meer dan geeft de hertog hem 40 pond, voor allerlei diensten, mede omdat hij "niet versien en es van beneficien"
Hij bewoont vanaf ca. 1430 te Brussel een huis in de nabijheid van het hof, op de hoek van de Steenstraat en de Bottelierstraat, vlak naast de Jodenpoel. Dit pand was eerder van hertogelijk bottelier Diederik van Dynter geweest. In 1430 verkreeg hij van Filips de Goede nog 2 huizen binnen de burcht van Antwerpen. Ambrosius van Dinther zijn zoon woonde later in hetzelfde huis te Brussel het wordt dan genoemd "in Oestrycke" hij betaalde een jaarlijkse cijns van 4 denieren die later door zijn zoon Nicolaus werd betaald.
Op 24 januari 1418 gaat hij op reis met Engelbrecht van Nassau naar Holland mogelijk ter voorbereiding van het huwelijk van Jacoba van Beyeren met hertog Jan IV van Brabant op 10 maart 1418. Reizen in die tijd was niet zonder gevaar want in dat jaar ontvangt Emond van Dinther van de hertog wegens geleden schade 57 pond "den welken mijn voirs. heere gegeven heeft...in recompensacien van enen bruynen perde dat hem genomen was van mijns heren vianden, gaende tusschen mijns heren legher voir Dordrecht ende Sint-Getrudenberghe.
Zijn naam komt voor in de Brabantse Yeesten in 1418 wanneer hij namens de Staten van Brabant met enkele edelen naar hertog Jan IV gaat vanwege de lopende conflicten tussen de Staten en de hertog nl:

'Tlant van Brabant hadde tier stonden
In Hollant een ambassiaet ghesonden
Aen den hertoghe haren heere,
Den abdt van Tongerloe, ende meere,
Heer Heinric van Berghen, ic seker ben,
Heer Aernde van Crayenhem met hen,
Heer van Grobbendonk tier stonde,
Ende van Dynter meester Emonde.

Hij werd begraven in de kerk Sint Jacobus op de Coudenberg te Brussel waar hij van zijn zoon Ambrosius een grafmonument kreeg,het monument verdween bij de vernieuwing van de kerk in 1776-1787 . Miraeus publiceerde een gravure van Emond waarbij vermeld wordt de tekst van het grafmonument.- zie afbeelding
Emond van Dinther is bekend als kroniekschrijver en in het bijzonder zijn "Chronica Nobilissimorum Ducum Lotharingiae et Brabantica ac regum Francorum" geniet grote faam. Deze Chronica werd waarschijnlijk in opdracht van Filips de Goede omstreeks 1443 of 1444 vervaardigd. In 1448 overhandigde Jean Wauquelin uit Bergen de door hem in het frans vertaalde "Chroniques de Hainaut" aan Filips de Goede de titelminiatuur laat deze overhandiging zien.
Na het overlijden van zijn vrouw Hildegonde van Olmen benoemde Filips de Goede hem in 1442 tot kanunnik van de Sint-Pieters kapittel te Leuven.

Hij was gehuwd (1) met N.N. Coeberchts, dochter van (Jan) Coeberchts. N.N. is overleden voor 1404.

Hij was gehuwd (2) met Hildegonda van Olmen, dochter van Hendrik van Olmen. Hildegonda is overleden rond 1440.

Van hen is een kind bekend:

1  Ambrosius Emondsz. van Dinther is geboren in 1404, zie IV-G.

III-E  Emond Spierinc van Dinther, zoon van Spierinc Emondsz. (van Dinther) (II-C).

25 februari 1386: (in crastino Mathie)
Jan Dircksz. van Dynter land in "die Hoeven" in Nuweland, belendend Emond Spierinc aan Jan van Dijk man van Dirckske zuster van Jan. Aleyt, Hilla en Dirckske zijn dochters zullen bij meerderjarigheid afstand doen.

24 maart 1386: (sexta post Reminiscere)
Jan van Dynther land in die Hoecke ter plaats "Spyerincscamp" te Nuwelant belendend Jan van Dijk, verhuurt hij aan Jan van Dijk.

1413:
Emond Spyrincssoen doet afstand van zijn vernaderingsrecht van goed in Hese (=Rosmalen).

1421/1422:
Er is sprake van een verbrande schepenbrief van 's-Hertogenbosch, die Liesbeth de weduwe van Jan sParren bezat, en die betrekking had op pacht gaande uit erven in Heeswijk, welke pacht was verkregen van Emons Spierinc.

28 januari 1423:
Willem van Zelant verkoopt aan Dirck Kepken land in de parochie Nuland belendend erf van de kinderen uit het tweede huwelijk van Jan van Dinther en anderzijds belendend eigen erf van Emond Spierincx; en ook ander land belendend erf van Willem van Zelant, de verkoper, en erf van Emont Spieincx; vervolgens doet Emond Spierinck VAN DINTHER afstand van het recht van vernadering.

1425/1427:
Emont zoon wijlen Spiering Emontsz. opdracht van een jaarrente uit een huis in Nuland ten bate van: Henrick van Zegenworp man van Heilwig dr. w. Spiering Emontsz.

22 april 1428:
Liesbeth dochter wijlen Gerard van Tede met land in Rosmalen in Hezer Vrede; waarbij eveneens optredend Emond Spyerincssoen.

1445/1446:
Aert z.v. Emont Spierincs en Daniel z.v. Emont Spierinc en Jan Spierinc z.v. Emont Spierincs worden genoemd te Nistelrode.

5 oktober 1486:
Emond zoon van wijlen Henrick Gielisz. van Ham man van Jut dochter w. Emont Spierincx en: Jan zoon wijlen Willem van Haenvelt man van Hillegont dochter wijlen Emont Spierincx met verkoop van land in Nuland aan Peter Ambroes Janssoen van Geffen krachtens het testament van Daniel zoon wijlen Emont Spierincx.

Van hem en een onbekende vrouw zijn acht kinderen bekend:

1  Emont Emond Spierincz..

2  Aert Emont Spierincsz..

3  Daniel Emont Spieringsz. ook genaamd van Nuwelant.

Een groot aantal akten in de Bossche schepenprotocollen getuigen van zijn werkzaamheden als administrateur/procureur in de jaren 1439/1440 en 1480/1481.

15 juni 1440:
Jan z.w. Jan w. Aert Dienkenssoen van Nysterle goederen aangekomen door de dood van wijlen Aert Dienkens en diens vrouw Aleit draagt hij op aan Wouter en Aert zonen van w. Aert Dienkens en aan Gijsbert z.v.w. Aert Ghibensz. man van Heilwig en aan Danyel z.v.w. Emont Spierincx.

1 december 1440:
Henrick z.v.w. Aert Ghiben belooft 18 Arnt gulden aan Aert z.v.w. Daniel Danels en Daniel z.v.w. Emond Spierincx.

16 mei 1441:
Heylwig d.v.w. Spyringii dictus Spyrinc Emontsdz., weduwe van wijlen Henrick van Zegenworp, geeft volmacht aan Danyel z.v.w. Emond Spyrincs tot herroep.

13 maart 1444:
Aert Henricksz. van der Heyden man van Kathelijn, en Henrick Gielis Peterssoen man van Jutte, dochters van wijlen Emond Spierincssoen de goederen de dochters door overlijden van Aleyt weduwe van Aert Dienkens aangekomen dragen zij op aan Danyel zoon van wijlen Emond Spierincxsoen.

3 april 1444: (sabbato post Pasche)
Daniel z.v.w. Emond Spierincx van Nuwelant draagt op aan Heilwig (zijn zuster) alle goederen aan Aert en Jan zoons wijlen Aert van der Velde door de dood van wijlen Henrick van Zegenworp en Kathelijn en Beel dochters wijlen Willem van Langdonck van rechtswege aangekomen en aan te komen na de dood van Heilwig de weduwe van wijlen Henrick voornoemd en door Aert en Jan broers voornoemd aan gezegde Daniel opgedragen op aan Heilwig de weduwe van wijlen Henrick.

1 april 1445:
Daniel z.v.w. Emond Spierincxsoen belooft Goyaert Scilder en Claes een pacht te betalen uit al zijn goederen.

1445/1446: Hij wordt samen met zijn broers Aert z.v. Emont Spierinc en Jan Spierinc z.v.w. Emont Spierinc genoemd te Nistelrode.

4 februari 1450:
Dirck z.v.w. Wautger van der Wijst, Aert z.v.w. Lodewijk van Bladel, Goyaert z.v.w. Goyaert z.v.w. Goyaert Scomekers van Erpe beloven aan Danyel z.v.w. Emond Spierinxsoen ten behoeve van Leunis van Lancvelt 29 rijnse gulden.

februari 1474:
Daniel Emont Spierinc genoot een prebende in het Leprosenhuis van de stad 's-Hertogenbosch dat stond in Hintham en dat " ter Eyendonck" genoemd werd. Hij mocht daar wonen, maar hij zou moeten vertrekken zodra er te veel zieken kwamen.
De akte luidt als volgt:
Alsoo Daniel Emontsz Spierincx bij overdragen ener gemeyne consente van den drieën leden deser stad een provande tot sijnsselfs lijve op die Eyendonck gecoft heeft voir die somme van hondert peters van 18 stuiver of die weerde voir den peter gerekent, soe hij seyde, soe sijn gestaen voir scepenen hieronder gescreven:
Geronck van den Bosch ende Henrick van den Hoevel, boerggemeesteren der stad van den Bosch te deser tijt, ende hebben openbaerlyc bekent van de voirsz Danele ontfaen te hebben die somme van hondert peters tot behoeff der satdt voirsz en hebben voertaen geloeft den voirsz Danele dat hij ten tijde ende soe lange als die drie leden der stad ter commen gaen sullen hem alsdan nuwe doen hebben enen brief bezegelt metten groten zegel der voirsz stad, daerinne dat t die selver stad den voirsz Danelen geloven sall die voirsz somme van den prebenden penningen mede te keeren in den gevalle dat alsoe geboirden datten t huys van den Eyendonc voirsz met zyeken overladen worde, alle frauden ende argelist dairinne uutgesceden.
In de marge van de minuut van de akte staat: "brief met groot zegel".

13 maart 1477:
Daniel z.v.w. Emond Spierincx land op die Donck in Nuwelant belendend juffr. Jenneke van Dynther, verkregen van Jan Willem van Haenvelt draagt hij over ten huwelijk aan Adam uyt den Elshoff met Heilwig dr. v.w. Jan Spierinc z.v.w. Emond, indien hun huwelijk kinderloos blijft dan aan Daniel of aan Aleit de nat. dtr. van Daniel. of erfgenamen.
27 maart 1481:
Kwitantie van Lonijs van Lancvelt voor Daniel Emont Spierinc wegens goede gedane rekening etc. en beheer van de goederen, renten en schulden van Lonijs van Lancvelt.

Op 5 oktober wordt krachtens het testament van Daniel z.v.w. Emont Spierincx de verkoop van land te Nuland vermeld voor zijn neven Emond van Ham en Jan van Haenvelt kinderen van zijn zusters Jut en Hillegont.-zie ook aldaar. .

4  Jan Emond Spieringsz..

5  Christien(Kathelijn) Emond Spieringsdr..

Zij was gehuwd met Aert Henricks van der Heyden.

6  Jut Emond Spieringsdr., zie IV-H.

7  Heilwich Emond Spieringsdr..

8  Hillegont Emond Spieringsdr., zie IV-I.

III-F  Christien Spierinc Emontsdr., dochter van Spierinc Emondsz. (van Dinther) (II-C).

11 oktober 1443:
Geertruid weduwe van Herman Spierinck zoon van wijlen Herman van Werdenberch en van Christien dochter wijlen Spiering Emontsz. en hun kinderen: Emont, Herman, Albert, Aleyt en Katelijn; waarbij eveneens optreedt: Daniel Spiering Emontsz. van Nuwelant.

Zij was gehuwd met Herman van Werdenbergh.

Van hen is een kind bekend:

1  Herman Spierinc van Werdenbergh.


Generatie IV

IV-A  Jan Emondsz. van Dinther, zoon van Emond Jan Emondsz. van Dinther (III-A) en Hilla Gielis Loyensoendr. van der Bruggen.

1428/1429:
Jan Emondsz. wordt met zijn familie genoemd. - zie bij zijn vader Emont Jan Emontsz.


10 dec. 1429:
Schepenen van Den Bosch, Godescaldus Roesmont en Johannes de Beerze oorkonden, dat Margaretha weduwe wijlen Johannes zoon van wijlen Emondus Jansz. haar vruchtgebruik in 1/10 part van de 3 morgen en 2 hont land omschreven in regest nr.259 heeft overgedragen aan Martinus de Zoemeren t.b.v. haar kinderen: Wolterus, Johannes, Hermanus, Gerardus en Hilla, en dat daarna Dirck Emontsz. als voogd over deze 5 kinderen en met hen de overdragers van regest nr. 259 aan Tielman de Spina t.b.v. het convent van St. Clara beloofd hebben, dat ze deze kinderen als die meerderjarig zijn hun 1/10 part zullen laten overdragen aan het convent.


Hij was gehuwd (1) met Margaretha NN.

Van hen zijn zes kinderen bekend:

1  Wouter van Dinther.

minderjarig op 10 dec. 1429.

2  Jan Spierinck van Dinther is geboren rond 1425, zie V-A.

3  Herman van Dinther.

minderjarig op 10 dec. 1429.

4  Gerard van Dinther is geboren voor 1429.

10 dec. 1429:
Schepenen van Den Bosch, Godescaldus Roesmont en Johannes de Beerze oorkonden, dat Margaretha weduwe wijlen Johannes zoon van wijlen Emondus Jansz. haar vruchtgebruik in 1/10 part van de 3 morgen en 2 hont land omschreven in regest nr.259 heeft overgedragen aan Martinus de Zoemeren t.b.v. haar kinderen: Wolterus, Johannes, Hermanus, Gerardus en Hilla, en dat daarna Dirck Emontsz. als voogd over deze 5 kinderen en met hen de overdragers van regest nr. 259 aan Tielman de Spina t.b.v. het convent van St. Clara beloofd hebben, dat ze deze kinderen als die meerderjarig zijn hun 1/10 part zullen laten overdragen aan het convent.


minderjarig op 10 dec. 1429. Hij heeft de leefrijd van 18 jaar nog niet bereikt waarop hij mondig is om onroerend goed te kunnen leveren dan wel overdragen. Een overdracht aan het St. Clara klooster is nog niet gevonden.

5  Hilleke van Dinther, zie V-B.

6  Emont Jan Emontsz. van Dinther.

Emont Jan Emontsz. wordt niet vermeld in de akte van 10 december 1429, waar de andere kinderen van wijlen Jan Emontsz. van Dinther en Margaretha nog minderjarig zijn. Indien hij op dat tijdstip meerderjarig was wordt hij bij die overdracht niet genoemd. Het is ook mgelijk dat hij de natuurlijke zoon is van Jan Emondsz.-zie aldaar.

okt. 1453:
Aert Aertsz. Vaerlaer belooft Emond zoon w. Jan Emondsz. XXV peters.
Jan zoon w. Jan de Rover belooft Emond XX peters.


okt. 1453:
Emond zoon w. Jan Emontsz. als man en voogd van Mabelia zijn vrouw dochter w. Henrick Pels draagt goederen liggend in de parochie Dinther ter plaatse genaamd "aen den Pelsheuvel" over aan Henricus en Ghibo zonen van w. Henrick Pels.


1454/1455:
Aert Aertsz. Vaerlaer heeft goed te Dinther en Heeswijk ter plaatse "die Beirckaert" belendend Jan zoon w. Jan Aelbrechtsz. ter eenre en Henrick van Tyllaer ter andere zijde, welke goederen genoemde Aert Vaerlaer verkregen had tegen Henrick en Ghibo zonen w. Henrick Pels en Emond zoon w. Jan Emontsz. als man van Mabelia dochter w. Henrick Pels, overgedragen aan Willem zijn broer zoon w. Aert Vaerlaer.


Hij was gehuwd (1) met Mabelia Hendricxdr. Pels.

4 okt. 1453:
Henrick en Ghibo zoon w. Henrick Pels en Emont zoon w. Jan Emontsz. man en voogd van Mabelia zijn huisvrouw dochter w. Henrick Pels worden vermeld te Dinther ter plaatse genaamd "op 't Reytsel" met Jan die Koyter.




Hij was gehuwd (2) met Kathelijn Goossen Claes van der Hamsfoirt.

In het Bosch Protocol van de jaren 1466/1467 wordt melding gemaakt van Emont Jan Emontsz. man van Kathelijn Goossen Claes van der Hamsfoirt en Gerit van Kylsdonck zoon w. Jan die Molner.


Van hem en een onbekende vrouw is een natuurlijk kind bekend:

7  waarschijnlijk Emond Jan Emondsz..

Mogelijk is hij identiek met Emond Jan Emondsz. hiervoor vermeld. - zie aldaar.

1473/1474:
Emont nat. zn. w. Jan Emontsz. genoemd met Dirck Jorys zoon w. Dirck Dirck Jorijs en Jan Zuermont man van Aleyt dr. w. Dirk Dirk Jorijs.


IV-B  Dirck Emondsz. van Dinther, zoon van Emond Jan Emondsz. van Dinther (III-A) en Hilla Gielis Loyensoendr. van der Bruggen.

7 april 1429 en later:
Dirck genoemd met zijn familie- zie Emont Jan Emondsz. van Dinther.


10 dec. 1429:
Dirck in de overdracht aan het klooster der Rijke Claren te Den Bosch genoemd - zie Emont Emonds. van Dinther.
10 dec. 1429:
Dirck voogd over de minderjarige kinderen van wijlen zijn broer Jan gehuwd met Margaretha.


22 dec. 1430:
Dirck zoon van wijlen Emond w. Janssoen van Dynther heeft verkocht aan Henrick Bloymans zoon wijlen Henrick, een erfpacht van een mud rog bossche maat uit zijn huis met erf en tuin in de parochie Dinther ter plaatse "ter Haghe" , belendend Jan Petersz. en die stege ter Hagen, tevens gaande uit een eeusel van 7 lopenzaad aldaar belendend Robbert die Smyt en Gijb zoon wijlen Emond.


13 dec. 1431:
Dirck en Gijsbert zoons van wijlen Emont zoon van wijlen Jan Emontssoen van Dynther hebben overgedragen aan hun broer Jan Pontenyer hun 2/9 gedeelten en het recht in een pacht van 1 mud rog uit twee stukken land in Dynther ter plaatse Haselberch, nl. die Venacker en dat Kort Stucke; welke pacht Emont zoon van wijlen Jan Emontssoen van Dynther had verkregen van Jacob zoon van wijlen Emont Emontssoen van Nuwelant en van Jordaen zoon van wijlen Jacob van Scerpenberch.


17 -4(?)- 1432:
Dirck z.v. Emont Jan Emontsz. heeft een stuk beemd gelegen in de parochie van Dinther ter plaatse "de Gherendonck" verkocht aan Egidius (Gielen) z.v. Jan Henricx vande Hoernic.


15 juli 1438:
Dirck z.v.w. Emont Jansz. heeft een huis, erf, tuin en erfenisse groot ca. 4 lopense, gelegen in de parochie van Dinther ter plaatse "int Reytsel" e.z. erf. Jorijs Peters a.z. erf. Jan Claesz. etc, etc. erfelijk overgedragen aan Gerit z.v.w. Jan die Molner van Kilsdonck. testes (Gerard vander) Aa en (Willem) Dicbier Janss., datum 17 juni.
gevolgd door:
Jan Poutenier z.v.w. Emont Jansz. ziet af van vernadering ( prebuit et reportavit).


5 mei 1439:
Dirck van Dynther gehuwd met Liesbeth Gerets van den Acker, draagt het versterf van wijlen Engelbert van den Ecker en Kathelijn weduwe van Engelbert van den Ecker op voor Peter z.v.w. Geret van den Ecker.
N.B.: mogelijk heeft dit betrekking op deze Dirck van Dinther

Hij was waarschijnlijk gehuwd met Liesbeth Geretsdtr. van den Acker.

Van hen is een kind bekend:

1  Aleyt Dirck Emont Jansdr..

Zij was gehuwd met Jan Jansz. Uuten Enge.

1475/1476:
Jan Jansz. uuten Enge man van Aleyt Dirck Emont Jansdr. en Peter zoon w. Jan van der Oest gehuwd met Christijn Emont Jansdr. en Herman zoon w. Willem van den Wijngaart gehuwd met Henrixke Emont Jansdr. en Gerit Jansz. die Molner en Gielis Gielis Arts, allen vermeld te Dinther.


IV-C  Jan Pouthenier Emondsz. van Dinther, zoon van Emond Jan Emondsz. van Dinther (III-A) en Hilla Gielis Loyensoendr. van der Bruggen.

7 april 1429:
Hij wordt samen met zijn familie genoemd te Dinther. - zie bij zijn broer Dirck.


10 dec. 1429:
In de schenkingsakte aan het klooster der Rijke Claren wordt hij samen met zijn familie genoemd. -zie bij zijn broer Dirck.


1428/1429:
Jan Pouthenier samen met zijn broers etc. zie bij zijn vader Emont Jan Emontsz.

1430/1431:
Herman zoon w. Emont Jan Emontsz. samen met Hubrecht vander Hazelberch Seelkens en Jan Poutenier zoon w. Emont Jan Emontsz. te Dinther.


1430/1431:
Jan Poutenier zoon w Emont Jansz. wordt te Dinther genoemd met Willem Willemsz. van den Wijngaard.


13 dec. 1431:
Overdracht 2/9 deel in 1 mud rog uit twee stukken land ter plaatse Haselberch nl. die Venacker en dat Kort stucke te Dinther. - zie bij zijn broer Dirck.


1433/1434:
Jan Pouthenier zoon w. Emont Jansz. en Willem van den Wijngart zoon w. Willem van Broegel met Peter Serijs zoon w. Gerit Serijs en Jan Danielsz. van Ricoutsfoirt te Dinther.


1434/1435:
Jan Pouthenier zoon wijlen Emont Jan Emontsz. van Dynter en zijn broers Dirck, Ghijsbert en Herman en zijn zwager Gerit die Molner zoon van wijlen Jan die Molner van Kilsdonck vermeld te Dinther.


1436/1437:
Willem van den Wijnghart zoon wijlen Willem van Broegel en Jan Pouthenier zoon wijlen Emont Jansz. en Gerit die Molner zoon w. Jan die Molner van Kilsdonck vermeld in samenhang met Emont Jan Emontsz. van Dynther en Jacob Emont Emontsz. van Nuwelant te Dinther.


Hij was gehuwd met Barbara.

Zij hertrouwd als weduwe van Jan Pouthenier Emontsz. met Jan Goyart Lorijs.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Roelof Jan Pouthenier Emontsz. van Dinther.

2  Jenneke Jan Pouthenier Emontsdr. van Dinther.

Zij was gehuwd met Gerit Wouter Coelen.

IV-D  Gijsbert Emondsz. van Dinther, zoon van Emond Jan Emondsz. van Dinther (III-A) en Hilla Gielis Loyensoendr. van der Bruggen.

1428/1429:
Emont Jan Emontsz. en zijn kinderen, Dirck, Herman, Jan Pautenier, Ghijsbert, Christijn, Henrixke, Lijsbeth, Sophie en Aleyt worden te Dinther genoemd met Willem van den Wijngart en Jan Petersz. (Ghiben?).


7 april 1429:
Dirck, Jan genoemd Poutenyer en Gijsbert, gebroeders, zoons van Emond zoon van wijlen Jan Emontsz., Willem van de Wijnghart, man van Henrickse, Jan zoon van wijlen Peter Ghibensz., man van Corstien, en Gerit die Molner man van Sophie, alle dochters van gezegde Emond, hebben beloofd, gezamenlijk te betalen Wouter Spierinc brouwer, een lijfrente van drie mud rog, zolang Emond ( er staat gezegde Emond) leeft en niet langer, met Lichtmis te betalen in Den Bosch, uit een eeussel en ander land, van 6 lopenzaad in de parochie Dinther ter plaatse in het "Reydszel", en bij overlijden van een van hen, te betalen door de overlevenden.


21 september 1429:
Dirck, Poutenier en Gijsbert zonen Emont z.v.w. Jan Emontssoen, Jan z.v.w. Peter Ghiben en Willem vanden Wijngaert z.v.w. Willem beloven aan Petra Meusse(?) 49 arnoldus guldens.. Testes (Jan van) Erpe en (Godfried) van Erp, datum: in festo Matthei = 21 september.

10 dec. 1429:
Schepenen in Buscoducis, Godescalcus Roesmont en Johannes de Berze oorkonden, dat Theodericus, Johannes Poutenyer, en Gibo (Ghijsbert), zonen van wijlen Emondus Jansz. en hun zwagers Wilhelmus van den Wijngaart, man en voogd van Henrica, Johannes Petersz. (Ghiben) man en voogd van Christina, Gerardus Janszzoen (die Molner) man en voogd van Sophia, en Henricus vanden Steenvoirt, man en voogd van Aleydis;
hun 7/10 part in 3 morgen en 2 hont land gelegen in de parochie van Nuwelant op de plaats "die Hoeven" tussen de "die Hinthamsche Hoeve" en tussen de "Cnodehoeve" , welke 3 morgen en 2 hont land, Johannes zoon van wijlen Emondus Broes de Nuwelant van Johannes Spierinck, zoon van wijlen Wolterus Spyerinck de Dinter, verkregen had, hebben overgedragen aan Tielman de Spina t.b.v. het convent van St. Clara.


22 dec. 1430:
Dirck zoon van wijlen Emond Janssoen van Dynther heeft verkocht aan Henrick Bloymans zoon van wijlen Henrick, een erfpacht van een mud rog bossche maat uit zijn huis met erf en tuin in de parochie Dinther ter plaatse "ter Haghe" , belendend Jan Petersz. en die stege ter Hagen, tevens gaande uit een eeusel van 7 lopenzaad aldaar belendend Robbert die Smyt en Gijb zoon wijlen Emond.


7 maart 1431 (quarta post oculi)
Ghijsbert zoon w. Emont z.v.w. Jan Emontsz. heeft erfelijk verkocht aan Aert van Zochel een erfpacht van een halve mud rogge Bosche maat te voldoen erfelijk op Lichtmis en in Den Bosch over te geven en te leveren van en uit een huis, erf, tuin en akker land etc. gelegen in de parochie van Dinther ter plaatse "aent Reytsel" tussen het erfgoed van Jan van Rodenborch ter eenre en het erfgoed Jan Petersz. ter andere zijde strekkende van het erfgoed van Dirck Emontssoen etc. en uit een akker land genaamd " die Haeghdonc" etc. gelegen in de parochie van Schijndel tussen het erfgoed van Aert Wolphaerts (?) en het erfgoed van ... Pels z.v.w. Henrick Pels etc. schepenen : (Reinier) Loden en (Gerard) Balyaert, datum (1431) quarta post oculi.

N.B.: Het huis aan het Reytsel met een begrenzing aan Jan van Rodenborch verwijst mogelijk naar het huis etc in die Braecke waarvan op 4 januari 1627 Delia weduwe van Peter Willem Petersz. haar lijftocht overdraagt. (zie aldaar)

13 dec. 1431:
Dirck en Gijsbert zoons w. Emont zoon w. Jan Emontssoen van Dynther hebben overgedragen aan hun broer Jan Pontenyer hun 2/9 gedeelten en het recht in een pacht van 1 mud rog uit twee stukken land in Dynther ter plaatse Haselberch, nl. die Venacker en dat Kort Stucke; welke pacht Emont z.v.w. Jan Emontssoen van Dynther had verkregen van Jacob z.v.w. Emont Emontssoen van Nuwelant en van Jordaen z.v.w. Jacob van Scerpenberch.


20 mei 1435:
Jan Pouthenier z.v.w. Emont z.v.w. Jan Emontss. van Dynther, heeft het 2/9 gedeekte van een pacht van 1 mud rogge, die hij van Dirck en Gijsbert zonen van w. Emont had verkregen uit 2 stukken land gelegen in de parochie van Dinther ter plaatse Hazelberch genaamd " die Venacker" en " dat Kort Stucke" overgedragen aan Gerit die Molner, zijn zwager, zoon van w. Jan die Molner de molenaar van Kilsdonck.
testes: (Peter van) Erpe en (Dirckvan) Oss, datum ut supra = 22 mei.


1451:
In de "Gebueren ende ingesetenen van Schijndel in 1451" worden vermeld een Gijbert van Dinther en een Dirck van Dinther.

Van hem en een onbekende vrouw zijn twee kinderen bekend:

1  Hendrick Gijsbert Emonts Jansz.(van Dinther), zie V-C.

2  Jan Gijsbert Emonts Jansz. (van Dinther), zie V-D.

IV-E  Henrickske Emondsdr. van Dinther, dochter van Emond Jan Emondsz. van Dinther (III-A) en Hilla Gielis Loyensoendr. van der Bruggen.

1428/1429:
Henrickske dochter Emont Jan Emontsz. wordt met haar familie genoemd te Dinther. -zie bij haar vader.


10 dec. 1429:
Henrickske wordt in de schenkingsakte aan het klooster der Rijke Claren te Den Bosch met haar familie samen genoemd.


Zij was gehuwd met Willem van den Wijngaart, zoon van Willem van Broegel.

7 april 1429:
Blijkens deze akte is hij gehuwd met Henrickske. zie bij zijn zwager Dirck.


1436/1437:
Willem van den Wijnghart zoon wijlen Willem van Broegel en Jan Pouthenier zoon wijlen Emont Jansz. en Gerit die Molner zoon w. Jan die Molner van Kilsdonck worden te Dinther genoemd in verband met Emont Jan Emontsz. van Dynther en Jacob Emont Emontsz. van Nuwelant.


Van hen zijn vier kinderen bekend:

1  Herman Willemsz. van den Wijngaart.

1475/1476:
Herman wordt te Dinther vermeld. - zie bij Aleyt Emont Jansdr.


2  Emont Willemsz. van den Wijngaart.

Hij wordt vermeld van 1443/1444 tot 1465 zijn weduwe Kathelijn wordt vermeld tussen 1465/1466 en 1476/1477.

1456/1457:
Emont en Willem zoons w. Willem van den Wijngaart.


Hij was gehuwd met Kathelijn.

3  Willem Willemsz. van den Wijngaart.

1428/1429:
Willem en Corstiaen zoons van w. Willem van den Wijngaart.


1456/1457:
Emont en Willem zoons w. Willem van den Wijngaart.


1460/1461:
Willem Willemsz. van den Wijngaart en zijn broer Emont.


4  Corstiaen Willemsz. van den Wijngaart.

1428/1429:
Vermelding van Willem en Corstiaen zoons van w. Willem van den Wijngaart.


1438/1439:
Vermelding van Corstiaen Willemsz. van den Wijngaart.


IV-F  Christina Emondsdr. van Dinther, dochter van Emond Jan Emondsz. van Dinther (III-A) en Hilla Gielis Loyensoendr. van der Bruggen.

1428/1429:
Christina dochter Emont Jan Emontsz. samen met haar familie genoemd te Dinther. -zie bij haar vader.


7 april 1429:
In deze akte met haar broer Dirck etc. blijkt zij gehuwd te zijn met Jan Peter Ghibensz. - zie bij haar broer Dirck.


Zij was gehuwd met Jan Peter Ghibensz. van der Oest.

Hij koopt op 15 juli 1428 van Henrick van der Steenvoirt als man van Aleyt dr. Emond Jansz. van Dynther een stuk akkerland te Dinther ter plaatse "die Beirckairt". zie verder bij Aleyt dr. Emond Jansz. van Dinther.


Van hen is een kind bekend:

1  Peter Jansz. van der Oest.

1475/1476:
Peter zoon wijlen Jan van der Oest en Christijn Emont Jansdr. vermeld te Dinther. -zie bij Aleyt Emont Jansdr.


IV-G  Ambrosius Emondsz. van Dinther, zoon van Emond Ambrosiusz. van Dinther (III-D) en Hildegonda van Olmen, secretaris en raadsheer van de hertog, meester van de rekenkamer van Brabant te Brussel en burggraaf/kastelein van Dormaal, is geboren in 1404, is overleden op 20 november 1490.

In een aantal handschriften wordt de samenstelling van het gezin van Ambrosius en Catharine weergegeven.
Door Van Spaen worden uit het huwelijk 10 kinderen aangegeven. Twee daarvan zijn niet juist n.l. Peter komt nergens in de contemporaine bronnen voor terwijl Elisabeth de natuurlijke dochter is van de zoon Ambrosius, kanunnik te Antwerpen.
In het handschrift Houwaert worden eveneens 10 kinderen aangegeven. meester Ambrosius kanunnik te Antwerpen wordt 2 maal genoemd terwijl ook hier zijn natuurlijke dochter Elisabeth wordt vermeld.
In het handschrift de Bubure worden de 8 kinderen juist vermeld terwijl hier de vader van Catharine Cole wordt vermeld met aanvullende gegevens.
In de collectie Cuypers van Velthoven zijn aantekeningen te vinden betreffende Ambrosius, daarbij een mogelijk eigenhandig geschreven opsomming van zijn leengoederen alsmede zijn handtekening.

Het zegel dd. 26 maart 1447 van Ambrosius van Dynter als erfburggraaf van Dormale is bewaard gebleven. (zie afbeelding)
Op 29 januari 1440 is Ambrosius van Dynter leenman van Philips van Bourgondië, hertog van Brabant.

Ambrosius de Dynter (verder van Dinther) werd op 15 oktober 1424 vemeld als bode van de hertog. Op 17 februari 1426 volgt zijn eerste vermelding als secretaris van hertog Jan IV.
Bij zijn huwelijk in 1429 ontving Ambrosius van de hertog zes zilveren schalen ter waarde van 63 pond.
Ambrosius werd onderweg ter bedevaart naar Wilsnack gevangen genomen door Gerard van Kleef, omdat deze meende terkort te zijn gedaan door Filips de Goede. Ambrosius zat zes maanden gevangen hetgeen hem een kapitaal kostte aan consumpties en bodeloon. De schadeloosstelling door de hertog werd eerst op 22 juni 1435 uitbetaald met het vorstelijke bedrag van 340 pond.
16 mei 1437:
Ambrosius van Dynter beleent, ten behoeve van de prior en het convent "des Goidshuys van Onser Vrouwe Troon" bij Herentals, met grond binnen de parochie van Pulle bij koop tegen Janne heer van Rotselaer.
13 maart 1444:
Hertog Philips de Goede beleent Ambrosius van Dinther met Wechelderzande, Gierle en Lille. In Wechelderzande staat het kasteel "Hof d' Intere" dat zijn naam ontleend aan het 15e eeuwse "Hof van Dynter".
Latere Heren van Wechelderzande , Gierle en Lille waren Nicolaus en Ambrosius de Dynter zonen van Ambrosius, zij werden op 5 juni 1492 bij dode van hun vader beleend met deze goederen. Na het overlijden van Ambrosius van Dinther ( de zoon van Ambrosius) werd op 10 janauri 1510 met deze goederen beleend Jan van Ophem de zoon van Michiel van Ophem en Catharina van Dinther.
Op 21 december 1445 koopt meester Ambrosius van Dynter van Amelrick den Zwertte het burchgraafschap van Dormale met de burcht grachten, manschappen en andere toebehoren binnen en buiten grachten van de burcht gelegen etc.
In de opsommimng van het jaar 1470 blijkt Jan van Dynter het erfburggraafschap van Dormale in leen te hebben. (zie aldaar)
Meester Claes en Ambrosius van Dynter, gebroeders met Jan Oudaert hun voogd worden beleend met Dormaele op 28 december 1483 na overdracht meester Ambrosius van Dynter en jouffr. Catharina Cole hun vader en moeder. Zij verkopen aan Jan van Berghen, ridder op 9 december 1489.
10 februari 1456:
De proost en het convent van Sint Jacobus op de Coudenberg (Brussel) laat weten dat Ambrosius van Dynter, raad en meester van de Rekenkamer, heeft afgekocht twee renten gevestigd op twee stukken grond met huizen te Coudenberg voor een bedrag van 18 pond, 10 stuivers en 20 pond , 5 stuivers, 3 kapoenen en 3 gulden cijns.
februari 1458 (te Rome):
Paus Callictus III vraagt de proost van Sint Jacobus op de Coudenberg hem te informeren over de staat van welstand van Ambrosius van Dynter en van zijn vrouw, teneinde de fundatie te kunnen bevestigen van een kapel in hun "sterke huis" (fortalicium) te Lennik Saint Quintin (Is het kasteel Ten Broeck), die bediend zal worden door een priester, die Ambrosius van Dynter en zijn nakomelingen zullen voortdragen aan de bisschop van Cambrai.
6 april 1459:
Ambrosius de Dynter is in het bezit van het goed de Strootbolle gelegen in de parochie van Sint Oedenrode, bij vonnis van de leenmannen van Brabant van 12 maart 1459 verkregen als betaling door Jan van Erp en zijn vrouw Agnes van Sompeke vanwege een rente die zij hadden afgegeven aan Ambrosius. gevestigd op deze goederen.
1 juli 1480:
In tegenwoordigheid van Gerard vanden Troncke en Chrétien Willemaerts genaamd Conijn, schepen van Brussel, wordt bekend gemaakt dat meester Ambrosius van Dynter en zijn vrouw, voor de grondheren, afstaan aan de Armen bewoners van Sint Jacobus op de Coudenberg, diverse renten gevestigd op goederen gelegen te Brussel en te Ophem met de last de diensten en de missen te vieren en over te gaan met de verdelingen.

Hij trouwt (kerk) in 1429 met Catharine Cole, dochter van Nicolaus Cole en Elisabeth Houtackers. Catharine is overleden op 31 mei 1489.

Van hen zijn acht kinderen bekend:

1  Emond van Dinther, kanunnik Hilvarenbeek en Leuven, is overleden op 22 november 1491.

Emond van Dinther is volgens de nécrologie van Corsendonck overleden op 22 november 1491.

2  Nicolaus van Dinther, Kanunnik Breda, Steenbergen, Antwerpen, Leuven, is overleden op 5 februari 1504 In het obituarium van het klooster Groenendael wordt zijn overlijden vermeld op waarschijnlijk 5 februari 1504..

maart 1496:
Engelbertus etc. draagt deken en kapittel van de kerk van St. Maria te Breda, Johannes Borchmans rector van het altaar van St. Nicolaus in de parochiekerk te Steenbergen voor als kanunnik , afstand gedaan door mr. Nicolaus de Dynter, wegens door hem met Johannes Borchmans overeengekomen ruil.
Samen met zijn broer Ambrosius, kanunnik te Antwerpen, komt hij een aantal malen voor, zie aldaar.

3  Jan van Dinther, heer van Oplinter en erfburggraaf van Dormael en Amman van Antwerpen, is overleden op 12 oktober 1483.

10 juni 1470:
Verklaring van Jan van Dynter, zoon van Ambrosius raad en meester van de rekenkamer, houdende het erfburggraafschap van Dormaele, volgens zijn huwelijksvoorwaarden met Barbera van der Coudenborch: de grootse helft van de heerlijkheid van Oplinter, een leen van de heer van Hoogstraten te Doerne, een leen van Henricken van Helmont te Bouchout, alsmede een leen van de heer van Boutsem te Wuuterhuysen. .
Jan van Dynter verklaart dat hijzelf in de heerlijkheid Ravenstein verblijft.
Na zijn overlijden worden op 20 december 1483 zijn broers Nicolaus en Ambrosius met Dormaele beleend.
9 maart 1486-1487:
Runflaert van der Coudenborch beleent met de andere helft van de heerlijkheid Oplinter die gegeven was door Barbe van der Coudenborch weduwe van Jan van Dinther.
Jan van Dinther wordt genoemd als heer van Oplinter in de jaren 1469-1478.
Barbera van der Coudenborch vrouw van Jan van Dinther wordt genoemd als vrouwe van Oplinter vanaf 25 januari 1484 ( 1485). Rifflaard van der Coudenborsch wordt genoemd als heer van Oplinter in 1491.

Jan van Dynter, heer van Linter en Dormael is Amman van Antwerpen 1477- april 1484.

Uit het bovenstaande blijkt dat het huwelijk van Jan van Dinther en Babara van der Coudenborch hoogst waarschijnlijk kinderloos is gebleven en is aldus de stam van Emond Ambrosiusz. van Dinther in mannelijke lijn uitgestorven.

Hij was gehuwd met Barbara van der Couderborch, dochter van Simon van der Couderborch en Kathaline Bode.

8 april 1465:
Compareert jkv. Katline Boods uxor Symon van der Coudenborch ( met een vreemde voogd want zij is van haar man gescheiden ingevolge uitspraak van de Officiaal van Kamerijk) en laat enkele renten aan haar dochter Barbele echter met dien verstande dat deze renten naar haar dienen terug te gaan in geval haar dochter voor haar zou overlijden. ( Hieruit zou blijken dat zij geen kleinkinderen had en deze renten wel aan haar dochter, echter niet aan haar schoonzoon wenste na te laten.)

4  Jacop van Dinther, Prior van Groenedaal, is geboren rond 1442, is overleden op 4 maart 1513.

Jacobus is geestelijke in het klooster Groeoendael. Hij treedt op 26 mei 1459 in, professie 16 november 1461 en wordt in 1503 prior, hij overlijdt op 70 jarige leeftijd op 4 maart 1512 (=1513).

5  Ambrosius van Dinther, zie V-E.

6  Hildegondis van Dinther, zie V-F.

7  Maria van Dinther, zie V-G.

8  Catharina van Dinther, zie V-H.

IV-H  Jut Emond Spieringsdr., dochter van Emond Spierinc van Dinther (III-E).

Zij was gehuwd met Henrick Gielisz. van Ham.

Van hen is een kind bekend:

1  Emond van Ham.

IV-I  Hillegont Emond Spieringsdr., dochter van Emond Spierinc van Dinther (III-E).

Zij was gehuwd met Willem van Haenvelt.

Van hen is een kind bekend:

1  Jan van Haenvelt.


Generatie V

V-A  Jan Spierinck van Dinther ook genaamd Knuyts, zoon van Jan Emondsz. van Dinther (IV-A) en Margaretha NN, is geboren rond 1425.

minderjarig op 10 dec. 1429.

25 mei 1454:(sabbato post cantate)
Jan Spierinck zoon wijlen Jan Emontsz. en Jan van der Horst man van Hille dochter wijlen Jan Emontsz. met land vroeger van wijlen Jan in Dinther in 't Reytsel tussen Aert Aertsz. van Vaerlaer en erf van de Heer van Helmond etc. verkopen zij aan Jan zoon wijlen Robbert die Smyt, behoudens betaling aan de Vrouwe van Hoestraten en van Hezewyc.
Op hetzelfde blad:
Lambert van der Stegen zoon w. Lambert verkoopt aan Jan Spierinck zoon wijlen Jan Emontsz. een huis erf en tuin in Dinther "aent Boeghe" tussen kinderen Jan Bijls en Gerit die Molner en Yda weduwe Gerit Knuyts behoudens een oude swart aan de Vrouwe van Hezewyc en met onderhoud van die Vedijck.


Peter Jansz. van der Oest belooft en reportavit (doet afstand van vernadering)


Jan Spierinc zoon w. Jan Emontsz. met belofte aan Lambert van der Stegen van 80 gulden en 2 mud rog. (dit zal verband houden met de koop vermeld hiervoor)


1470/1471:
Jan Spierinc zoon w. Jan Emontsz. te Dinther vermeld met Cornelis nat. zoon w. Aert die Molner man van Marceliske. Hij verkoopt aan Cornelis een aan hem toekomede cijns rustend op goed in de parochie van Dinther ter plaatse "aent Boeghe" liggend tussen de kinderen Jan Bijls en Gerit die Molner en Yda weduwe Gerit, welk onroerend goed Jan Spierinck verkregen heeft van Lambertus van der Stegen.


5 febr. 1472:
Amelis van Boechem met een roggepacht uit een huis etc.gelegen in de parochie van Dinther aan "het Beughe" belendend de kinderen Jan Bijls e.z.en de kinderen Godescalc Bijls a.z. door Coenraad van Boechem (zijn vader) verkregen van Jan zoon w. Jan Emonts.


Amelis van Boechem is gehuwd met Hillegonda van Dinther dochter van Ambrosius van Dinther zoon Emond van Dinther en Hillegonda van Olmen.

2 november(?) 1474/1475:
Cornelis nat. z.v.w. Aert die Molner heeft de cijns die hij verkregen had van Jan Spierinck z.v.w. Jan Emontss. rustend op een huis erf etc. gelegen in de parochie van Dinther ter Plaatse "aent Beughe" e.z. de kinderen Jan Bijls a.z. Gerit die Molner, overgedragen aan Hubrecht z.v.w. Stan Peters.
testes: (Amelis) van Boechem en (Gerard) Sijmonis, datum 2 november?


29 juni 1476:
Jan Spierinc Knuyts(!) z.v.w. Jan Emonts Jansz. genoemd bij Aleyt Emont Jansz.- zie verder aldaar.


12 sept. 1523:
Nicolaus Haertscheen zoon w. Jacobus Haertscheen voor zichzelf en zich voor Heer Willem (Haertscheen,kloosterling Porta Coeli,vD) opstellende, handelend voor Willem en voor Michiel zonen van w. Peter Michielsz. en w. Eufemia dochter w. Jacobus Haertscheen, Jacobus zoon w. Rudolf Hendricksz. vander Moelen en zijn vrouw Barbara, Henrick zoon van Jacobus w. Rudolf als man en voogd van Margaretha, dochter w. Jan van Dinther en Eufemia (Nicolausdr.); Godfried Hermansz. (vander Heyden) man en voogd van Sophie zijn vrouw, dochter w. Jan van Dinther en w. Eufemia; en Egidius zoon w. Herman Gielisse als man en voogd van Ermgardis zijn vrouw, dochter w. Peter (Michiels) en w. Eufemia (dochter w. Jacobus Haertscheen) verkopen land te Geffen en Nuland aan Goeswijn Goossen Goeswijnsz.


4 aug. 1539:
Jan zoon w. Henrick vander Moelen en w. Margaretha zijn vrouw, dochter w. Jan van Dinther en w. Eufemia, zijn vrouw, dochter w. Nicolaus Haertscheen; Tielman Arentsz., man en voogd van Anna, zijn vrouw, dochter w. Henrick vander Moelen en Margaretha; Henrick Collaert man en voogd van Eufemia, zijn vrouw, dochter van w. Godefridus Hermansz. (vander Heyden) en w. Sophia, zijn vrouw, dochter w. Jan van Dinther en Eufemia en voor Peter, Jan en Katharina minderjarige kinderen van w. Godefridus en Sophia; Egidius Egidiusz. van Reempst man en voogd van Barbara, zijn vrouw, dochter van genoemde w. Jan van Dinther en Eufemia; Anthonius Selpaerts man en voogd van Ermgardis, zijn vrouw, dochter van w. Jan Dircksz. en w. Arnolda zijn vrouw, dochter genoemde Nicolaus Haertscheen; Egidius zoon w. Herman Gielisse weduwnaar van w. Ermgardis, zijn vrouw, dochter genoemde Eufemia (Jacobsdr.) en w. Jan van Dinther (Corstiaensz.) en voor Herman, Peter en Arnoldus zijn zonen en Hillegonda zijn dochter: verkopen een cijns: van 5/6 van 30 pond jaarlijks uit een huis gelegen in 's-Hertogenbosch bij de Markt in "dat Spoerstraetken", zich uitstrekkende van het erf van Jan zoon w. Arnoldus de Leeuw, goudsmid, en het erf van Arnoldus zoon w. Jacob zoon w. Willem Haertscheen, grenzend ter eenre aan het erf van Tielman van Questenborch en het erf van Jan, Willem en Nicolaus zonen van Dirck Haertscheen en Nicolaus en Arnoldus zonen w. Jacob Haertscheen ter andere zijde; alsmede 5/6 deel in 6 pond van land in Nuland ter plaatse "Papendyck"; en 5/6 deel in 5 pond van land in Maren ter plaatse genaamd "die Kuycsche camp".


Hij was waarschijnlijk gehuwd met Eufemia Nicolaus Willemsdr. Haerdscheen, dochter van Nicolaus Willemsz. Haerdscheen.

Van hen zijn vier kinderen bekend:

1  Margaretha Jansdr. van Dinther, zie VI-A.

2  Barbara Jansdr. van Dinther.

Zij was gehuwd met Egidius Egidiusz. van Reemst.

3  Sophia Jansdr. van Dinther, zie VI-B.

4  Willem Jansz. van Dinther is geboren rond 1450, zie VI-C.

V-B  Hilleke van Dinther, dochter van Jan Emondsz. van Dinther (IV-A) en Margaretha NN.

minderjarig op 10 dec. 1429.- zie bij haar vader.

25 mei 1454:
Jan Spierinck zoon w. Jan Emontsz en Jan van der Horst man van Hilleke dr. w. Jan Emontsz. verkopen land vroeger van w. Jan in Dinther in 't Reytsel aan Jan Robbertsz. die Smyt.


Zij was gehuwd met Jan van der Horst.

Mogelijk is hij een zoon van Nicolaes van der Horst.


Van hen is een kind bekend:

1  Herman Jansz. van der Horst.

1 juli 1476:
Herman Jan Horsten verkoopt 1 mud rog aan Jan Ghijsbert Emontsz. zie verder bij Jan Ghijsbert Emontsz.


V-C  Hendrick Gijsbert Emonts Jansz.(van Dinther), zoon van Gijsbert Emondsz. van Dinther (IV-D).

29 juni 1476:
Aleydis d.v.w. Emond Jansz. weduwe w. Henrick vander Steenvoirt, Johannes Spierinc Knuytsz.(!) z.v.w. Johannes Emond Jansz.. Hendrick en Johannes zonen w. Gijsbert z.v.w. Emond Jansz., Johannes z.v.w. Johannes uuten Enghe man en momboir van Aleydis zijn vrouw dochter w. Dirck Emondsz. , Peter z.v.w. Johannes vanden Oest voor zich en w. Christina zijn vrouw dochter Emond Jansz., Herman vande Wijngaert z.v.w. Willem vande Wijngaert en w. Henricxke dochter w. Emond Jansz. verkopen een pacht van Gerit Jansz. die Molner van een akker genaamd "den Geestkamp" gelegen in de parochie van Dinther ter plaatse den Boeckaert tussen het erf der erfg. Dirck Pouwels ter eenre en het erf van Johannes Goetscalcx ter andere zijde strekkende tot het erf van Daniël Verschuer en de gemene straat, aan Egidius z.v.w. Egidius Artsz.
getuigen Uden (= Hendrick van Uden) en Os (= Jan van Oss) datum novem juno (Petri en Pauli?) 1476.


1490/1491:
Henrick Gijsbert Emonts ziet af van vernadering in een akte van Agatha dr.v.w. Jan van Rucvenne, genoemd wordt goed liggend te Dinther op den Pelshoevel, tevens worden vermeld Dirck Jansz. van Houthem, w. Johannes Keesmaker en heer Johannes Carnificis (Slagers),priester.

Agatha van Rucvenne was de dienstmaagd van heer Johannes Keesmaker bedienaar van de kapel van Sebastianus en Antonius in Loesbroeck in de parochie van Dinther zij verkrijgt bij zijn testament opgemaakt 25 december 1458 door notaris Johannes Carnificis (Slagers), priester,1 pond jaarlijks.


Van hem en een onbekende vrouw zijn drie kinderen bekend:

1  Willem Hendricksz. [van Dinther], zie VI-D.

2  Jan Hendricksz. van Dinther, zie VI-E.

3  Gerard Hendricksz. van Dinther is geboren rond 1450, zie VI-F.

V-D  Jan Gijsbert Emonts Jansz. (van Dinther), zoon van Gijsbert Emondsz. van Dinther (IV-D).

5 januari 1464: (Paulinus conversio)
Aleydis weduwe van Henrick Vos (dan een doorhaling), dan: Mechtildis d.v.w. Servaes Lambrechts en Heilwich (Hadewych) weduwe van Gijsbert z.v.w. Jan van Dynther, hebben erfelijk overgedragen plm. een vat rog Bossche maat van goed (moeilijk leesbaar) gelegen in de parochie van Dinther, van w. Elisabeth Herbarendochter, aan Jacobus z.v.w. Dirck vander Stegen.
Getuigen (Ludolf) Becker en (Wouter van) Beers, datum ut supra = Paulinus conversio, 25 januari.

N.B.: Mogelijk zijn Aleydis, Mechtelt en Heilwich dochters van Servaes Lambrechts.
volgens een akte van 29 juni 1476 leeft Jan Gijsbert Emontsz. nog!

29 juni 1476:
Samen met zijn broer Hendrik genoemd. -zie aldaar.


1 juli 1476:
Herman Jan Horsten heeft een aandeel van 2/6 in een erfpacht van 1 mud rog gevestigd op twee stukken land gelegen te Dinther op Hazelberg genaamd "die Venacker" en " dat Kortstucke" , zoals dat door Emont Jan Emontsz. van Dynther verkregen was van Jacob Emont Emontsz. van Nuwelant, Jorden Jacobs van Scerpenberch als man van Jenneken d.v.w. Emont Emontsz van Nuwelant, overgedragen aan Jan Gijsbert Emontsz.
testes et datum ut supra = Uden (Hendrik van Uden) et Hoevel (Reinier van den Hoevel), 1 juli.


Van hem en een onbekende vrouw is een kind bekend:

1  Gijbert Jansz. van Dinther.

V-E  Ambrosius van Dinther, zoon van Ambrosius Emondsz. van Dinther (IV-G) en Catharine Cole, Kanunnik en scholaster te Antwerpen, is overleden op 26 juni 1510 te Antwerpen, is begraven te Antwerpen O.L.V. Kathedraal in de Kapel van Sint Thomas.

Hij werd kanunnik tussen 1466 en 1475, scholaster op 14 april 1480, overleden 28 juni 1510 en begraven in de kapel van S. Thomas.
Ambrosius maakte zijn testament op 22 april 1509. Hij liet aan het begin daarvan een merkwaardige clausule opnemen dat hij bij voorbaat renuncieerde van woorden of acties die hij op zijn sterfbed zou mogen uitspreken of ondernemen tegen God, tegen diens heiligen of tegen het katholieke geloof, daartoe eventueel gedreven door hevige pijn, verstandverbijstering of duivelse verzoekingen.
Verder blijkt uit het testament dat hij bij Katherijn Bax van Herentals een natuurlijke dochter had geheten Lysbeth van Dynter.
Op 28 juni 1510 is er sterfhuis en op 29 juli is er een publieke koopdag. Blijkens het testament krijgt zijn broer Jacob, prior te Groendael, een "liber orationum" dat door meester Livinus ( Lieven van Laethem) geíllumineerd is, tevens mag dezelfde Jacob twee schilderijen kiezen uit de vele schilderijen die de testateur nalaat. Op de publieke koopdag wordt de bibliotheek van Ambrosius verkocht. Meester Ambrosius had de bibliotheek geërfd van zijn oudere broer Nicolaus maar bij testament deze bibliotheek geheel nagelaten aan zijn broer Jacob, verder had hij bij testament nog over een aantal van zijn boeken beschikt, het overige moest verkocht worden. De humanist Rodolphus Agricola heeft in 1481 Antwerpen bezocht en vriendschap aangeknoopt met o.a. Ambrosius de kanunnik-scholaster.

Op 20 december 1483 worden Meester Claes en Ambrosius van Dynter gebroeders met Janne Oudaert hun beider geleverde momber na overdracht van Ambrosius van Dynter en jouffr. Katherine Cole hun vader en moeder beleent met de erfburggraafschap van Dormaele.
N.B. Deze belening vindt plaats als opvolgers na het overlijden van hun broer Jan van Dinther, amman van Antwerpen.
5 juni 1492:
Meester Claes ende Ambrosius van Dynter, gebruederen bij dode wijlen meester Ambrosius van Dynter heur vaders hout alle die rechten baten profijten ende emolumenten die vallen ende verschijnen van alle goede diemen van onsen gheneden heer te chijnse houdende is ende voertaen houden sal inde dorpen van Ghierle van Lille ende van Wechelrezande.
9 december 1495:
Verklaring van Nicolaus en Ambrosius van Dynter voor een leen te Neerlanden, bevattende een kasteel en bijgebouwen verkregen door Ambrosius van Dynter, hun vader, met de burggraafschap van Dormaele van Amelric van Zwerten en Marquerite van Schoonhoven zijn vrouw, idem voor hun recht van erven en vererven te Gierle, Liller en Wechelrezande.

Hij had een buitenechtelijke relatie met Katherijn Bax van Herentals.

Van hen is een natuurlijk kind bekend:

1  Lysbeth van Dinther, conventuale klooster St. Niclaesberg te Aarschot.

V-F  Hildegondis van Dinther, dochter van Ambrosius Emondsz. van Dinther (IV-G) en Catharine Cole, is overleden voor 1501.

Zij was gehuwd (1) met Amelis Coenraets van Boechem.

31 augustus 1483:
Testament van Amelius van Boechem. raadsman der stadt vanden Bossche, ligt ziek in bed, en zijn echtgenote Hillegundis dochter Ambrosius van Dinther. Plaats in de slaapkamer van hun huis aan de Grote Markt.

Van hen zijn vier kinderen bekend:

1  Barbara van Boechem.

Zij was gehuwd met Floris Vander Dussen.

2  Geetruyt van Boechem, non St. Geertruidklooster Den Bosch.

3  Coenraet van Boechem.

Hij was gehuwd met Christijn van Oss.

4  Claes van Boechem.

Hij was gehuwd met Joesten Geritdr. Kuyst.

Zij trouwt (kerk) rond 1485 (2) met Goyaert Groetart van Os. Goyaert Groetart, schepen van Den Bosch en stadhouder van de hoogschout/laagschout, is overleden rond 27 oktober 1504, is begraven op 16 november 1504 te Den Bosch St. Jan.

Zie voor een uitgebreide beschrijving.

Hij was eerder gehuwd (1) met Heylwich Jacob Derxssdr..

V-G  Maria van Dinther, dochter van Ambrosius Emondsz. van Dinther (IV-G) en Catharine Cole.

Margaretha Absolons vrouw van Martin van Waerseggere erft van haar moeder het kasteel Ten Broeck te Lennick.

Zij was gehuwd met Michiel Absolons. Michiel, ridder, schepen en burgemeester te Leuven.

Van hen is een kind bekend:

1  Margaretha Absolons.

Zij trouwt (kerk) in 1511 met Martin van Waerseggere.

V-H  Catharina van Dinther, dochter van Ambrosius Emondsz. van Dinther (IV-G) en Catharine Cole.

Zij was gehuwd met Seger van Ophem.

Van hen is een kind bekend:

1  Jan van Ophem.

10 januari 1510:
Janne van Ophem wijlen Michelszoon wordt bij dode meester Ambrosius van Dynter ingevolge zijn testament beleent met de dorpen Ghierle, Lille en Wechelrezande.


Generatie VI

VI-A  Margaretha Jansdr. van Dinther, dochter van Jan Spierinck van Dinther (V-A) en Eufemia Nicolaus Willemsdr. Haerdscheen, is overleden voor 1539.

29 nov. 1513:
Haar broer Willem van Dinther draagt samen met Godfried van der Heyden man van haar zuster Sophie 2/4 gedeelte van de roerende en onroerende goederen te Dinther afkomstig van wijlen haar vader Jan van Dinther gehuwd met Eufemia Nicolausdr. Haertscheen op aan Jacob zoon van w. Rudolph van der Molen en Hendrick van der Molen kinderen van dezelfde w. Hendrick?( =Rudolph) van der Molen.
(zie ook bij Willem van Dinther)

In 1531 verkoopt Rodolphus zn. Lambert van der Moelen gehuwd met Elisabeth dr. w. Rodolphus Petersz. te Dinther ter plaatse aan het Beuge bij de kapel, een huis, erf boomgaard en schuur alsmede enige stukken land etc. aan Jan gez. Lomus zn. w. Johannes Pannicida.

Zij was gehuwd met Henrick Jacob Rudolphsz. van der Moelen, zoon van Jacob Rudolphsz van der Moelen en Barbara.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Jan van der Moelen.

2  Anna van der Moelen.

Zij was gehuwd met Tielman Arentsz..

VI-B  Sophia Jansdr. van Dinther, dochter van Jan Spierinck van Dinther (V-A) en Eufemia Nicolaus Willemsdr. Haerdscheen, is overleden voor 1539.

Zij was gehuwd met Godfried Hermansz. van der Heyden.

Vermeld in 1513 met Willem Jansz. van Dinther.

Van hen zijn vier kinderen bekend:

1  Peter van der Heyden.

2  Jan van der Heyden.

3  Katharina van der Heyden.

4  Eufemia van der Heyden.

Zij was gehuwd met Henrick Collaert.

VI-C  Willem Jansz. van Dinther, zoon van Jan Spierinck van Dinther (V-A) en Eufemia Nicolaus Willemsdr. Haerdscheen, is geboren rond 1450, is overleden voor 1525.

29 nov. 1513:
Willem zoon van w. Jan van Dinther en Godfried zoon w. Herman van der Heyden, man van Sophie dr. w. Jan van Dinther, doen afstand van 2/4 in de roerende en onroerende goederen te Dinther afkomstig van w. Jan van Dinther, t.b.v. Jacob zoon w. Rudolf van der Molen en Hendrick zijn broer kinderen van dezelfde w. Hendrik? (=Rudolph) van der Molen.


febr. 1517:
Willem Jansz. van Dinther verkoopt land te Liessel ter plaatse genaamd "De Liesselse Doelen", belendend Peter Ermbertsz. en de kapel van Sinte Barbara van de kerk van Liessel etc. aan Reinier Arnoldsz.


Van hem en een onbekende vrouw is een kind bekend:

1  Daniël Willemsz. van Dinther, zie VII-A.

VI-D  Willem Hendricksz. [van Dinther], zoon van Hendrick Gijsbert Emonts Jansz.(van Dinther) (V-C).

Hij wordt vermeld in 1537 bij Peter Willem Hendricks. zie verder aldaar

Van hem en een onbekende vrouw zijn drie kinderen bekend:

1  Hendrick Willem Hendricksz, zie VII-B.

2  Peter Willem Hendricksz. [van Dinther] is geboren rond 1500, zie VII-C.

3  waarschijnlijk Willem Willem Hendricksz..

10 september 1534:
Willem z.v.w. Willem Henricx heeft een erfpacht van 1 mud rog maat van Den Bosch te Dinther, vanuit een huis erf angelegen erfenisse in de parochie van Dinther ter plaats " in de Boekaert" tussen e.z. (vz. verkoper?) en a.z. Peter Goyarts, welke pacht pacht gez. Willem van Gerard Pauwels is aangekomen door koop zoals blijkt bij brieven van Dinther, erfelijk verkocht aan Cornelis z.v. Herbaren Stanssen.

VI-E  Jan Hendricksz. van Dinther, zoon van Hendrick Gijsbert Emonts Jansz.(van Dinther) (V-C).

Van hem en een onbekende vrouw is een kind bekend:

1  Hendrick Jansz. van Dinther, zie VII-D.

VI-F  Gerard Hendricksz. van Dinther, zoon van Hendrick Gijsbert Emonts Jansz.(van Dinther) (V-C), is geboren rond 1450.

26 januari 1478:
Gerard z.v.w Henricx van Dinther met een betalingsbelofte aan Jan z.v.w. Elias Pymans (?) (slecht leesbaar)


24 juli 1501:
Gerard z.v.w. Henricx van Dynther weduwnaar van Mechtelt d.v.w. Henrick die Wever en Henrick en Kathelijn hun kinderen met land in Erp tussen o.a. erf van Emont z.v.w. Dirck Emontsz. etc. overgedragen aan Yda d.v.w. Jan van Grotelt.


maart 1509:
Gerard z.v.w. Hendrick van Dinther gaat de tocht af van huis en land te Erp t.b.v. Hendrick van Dinther zijn zoon en van w. zijn vrouw Mechteld. (zeer slecht leesbaar!)


N.B.: Het is niet zeker dat de vermelding in 1478 betrekking heeft op de zoon van Hendrick Gijsbert Emonts Jansz., immers deze leeft nog in 1490/1491.

Hij was gehuwd met Mechteld Henricksdtr. die Wever. Mechteld Henricksdtr. is overleden voor 24 juli 1501.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Hendrick Gerardsz. van Dinther.

2  Kathelijn Gerardsdtr. van Dinther.


Generatie VII

VII-A  Daniël Willemsz. van Dinther, zoon van Willem Jansz. van Dinther (VI-C), secretaris van keizer Karel V.

Op het bij de inleiding hiervoor genoemde fragment-genealogie wordt Daniël van Dinther genoemd als secretaris van keizer Karel V en als zijn echtgenote wordt genoemd Geertruid natuurlijke dochter van Willem vam Kuyc.
Keizer Karel V regeerde van 1515 tot 1555 en indien het secretariaatschap van Daniël ca. 1525 uitgeoefend is dan kan de geboortedatum op ongeveer 1475 gesteld worden.
De vader van Daniël is zoals bij zijn kinderen blijkt Willem geheten, maar wie deze Willem van Dinther nu precies is, kan nog niet geheel worden opgelost een nader onderzoek wordt voortgezet, mogelijk is hij de voorgaande genoemde Willem zoon van Jan van Dinther en Eufemia Nicolausdr. Haerdscheen.

Een secretaris van Karel V uit ca. 1525 is afgebeeld op een schilderij van Bernart van Orley en hangt te Brussel in het Kon. Museum van Schone Kunsten.
- zie afbeelding

Meer gegevens over Daniël Willemsz. van Dinther zijn vooralsnog niet voorhanden.

Hij was gehuwd met Geertruyd Willemsdr. van Kuyc, natuurlijke dochter van Willem van Kuyc.

Willem van Kuyc is v.m. de zoon van Hendrik van Kuyc en Geleynse van Serin. zie afbeelding.


Van hen zijn vijf kinderen bekend:

1  Willem Daniël Willemsz. van Dinther, zie VIII-A.

2  Peter Daniël Willemsz. van Dinther, zie VIII-B.

3  Aleydis Daniel Willemsdr. van Dinther.

27 maart 1555:
Aleydis Daniel Willemsdr. van Dinther wordt o.a. samen met haar broer Willem genoemd met een aandeel van 1/4 mud rog te Nistelrode ter plaatse Vorstenbosch, tevens wordt zij vermeld met een malder rog jaarl. uit "de Huyssenbeempt" in de parochie Dinther, losbaar met 50:0:0.

N.B. Mogelijk is zij geen dochter van deze Daniel maar van diegene met als alias Tuyffhuis, zie bij Willem Gerardsz VI-D op 27 maart 1555.

4  waarschijnlijk Jan Daniëlsz. van Dinther, zie VIII-C.

5  waarschijnlijk Aert Daniël Willemsz. van Dinther.

Aert Daniëls Willemsz. belooft te Dinther op 26 jan. 1558 aan Aert Pauwelsz. een bedrag van 22 car. guldens, die deze op 29 april 1560 weer overdraagt aan Anna dochter Jacob Woutersz.



VII-B  Hendrick Willem Hendricksz, zoon van Willem Hendricksz. [van Dinther] (VI-D).

Van hem en een onbekende vrouw is een kind bekend:

1  Willem Hendrick Willem Hendricksz..

9 februari (?) 1546:
Willem z.v.w. Henrick z.v.w. Willem Henricxz. heeft verkocht aan Lucas z.v.w. Adrianus Houbraken een erfel. pacht van 1 mud rog maat Den Bosch en jaarlijks te betalen op het feest van Anthonius Abt (= 17 januari).
vanuit: een akker genaamd "De Vaeracker" gelegen in de parochie van Dinther ter plaatse "aent Boge",liggend tussen erf. kinderen w. Adrianus van Hall(?) e.z. en tussen een weide gen. "de Roeybeempt" a.z., strekkende van de erf. Heilwich weduwe Jan Gerits en haar kinderen tot op de Nieuwendijk e.e. en erf. Jan Willem Tuyfthuys a.e.
en vanuit 10 lopense akkerland genaamd "dat Nieuwelant" gelegen in genoemde parochie en plaats v.n. tussen erf. Peter de Jonger Dircksz. e.z. en tussen de Strijbeempt a.z.
Belovende met alles wat hij heeft en zal hebben vrijwaring aan elke andere verplichting en aanspraak te voldoen, uitgezonderd een jaarl. verschuldigde pacht van 1 mud rog te betalen aan MARIE WEDUWE VAN W. PETER Z.V.W. WILLEM GERITSZ..
testes: Eynhouts (= Hendrik Eyndhouts) en Monix (= Jan Monix)
datum: domine octava St. Marie = op de zevende dag na het feest van St. Marie is 9 februari ?).(De voorafgaande inschrijving is: profesto beati Anthonij Abbates = 17 januari. De feestag St. Marie zonder verdere aanduiding is 15 augustus , maar gezien het voorgaande is gekozen van St. Mary Purificatio.)

Gevolgd door: De schuldenaar mag deze pacht aflossen met 62 car. gld.(sexaginta duobus florens carolus).


VII-C  Peter Willem Hendricksz. [van Dinther], zoon van Willem Hendricksz. [van Dinther] (VI-D), is geboren rond 1500, is overleden voor 1546.

Het is niet uit te sluiten dat het hier genoemde echtpaar de ouders zijn van Willem Peters van Dinther, behalve de mogelijke vebondenheid met het onderstaand vermelde is nog niets gevonden waaruit ondubbelzinnig blijkt dat Willem een zoon is. De onderstaande belendingen verwijzen duidelijk naar het Hoog Beuht nr. 4!

30 maart 1537:
Godefridus z.v.w. Arnoldus de Jonger een cijns van 4 1/2 car gld. te Dinther, losbaar met 66 car.gld. aan Margaretha d.v.w. Symon Hendricks te Dinther uit een stuk akkerland gelegen in de parochie Dinther ter plaatse in de "Boeckart" e.z. ... z.v.w. Corsten Dircx a.z. Jan Willemsen en e.e. erfen. van de heer van Keerbergen a.e. de gemene straat, alsmede op een huis, hof en tuin groot 7 lopense gelegen in de parochie Dinther ter plaatse "in de Verschehoeve" e.z. Adrtiaen Philipsz. a.z. PETER z.v. WILLEM HENDRICX, ee. Hendrick z.v.w. Arnold de Jonger a.e. de gemeinte van Dinther, alsmede 1/4 gedeelte in de genoemde parochie " in de Bouckart ....." , e.z. Boudewijn van Kessel ,a.z. Geerling Gijsbertsz. e.e. Arnold Jan van Kessel a.e. Jan Philipsz.

20 maart 1558:
Geert Geert Joordensz. heeft verkocht aan Robbert die Bever zoon wijlen Jan die Bever een heel huis, schuur, backhuis, hof en hostat met de erven daar aan gelegen groot omtrent drie lopenzaad gelegen binnen de parochie van Dinther aan het Beuge, tussen het erf van de erfgen. Faes Willems en de koper(?) ter andere zijde, strekkende van het erf van de koper tot het erf van Peter Henricx en een akker zaailand groot omtrent een mudzaad gelegen binnen de parochie en ter plaatse voorz. tussen het erf van de verkoper ter eenre zijde en einde en tussen het erf van de erfgen. "PETER WILLEMS" ter andere zijde strekkende met de andere einde tot het erf van Peter Henricx en nog twee stukken land groot omtrent drie lopenzaad gelegen binnen de parochie en de plaats voorz. tussen erf Geerling Goossens ter eenre zijde en einde en met andere einde tot het erf van Peter de Jonger ter andere zijde en einde en (onleesbaar) gelegen binnen de parochie en plaats voorz. tussen het erf van Peter Willem Spierincx den Strijbeempt ter eenre zijde en het Leege Boeght ter andere zijde strekkende van het erf van de erfgen. "PETER WILLEMS" tot het erf van de verkoper ter een zijde en welke Geert verkoper verkregen had van Dircken Willem Hanricx blijkende uit schepenbrieven. De goederen zijn belast met o.a. een jaarlijkse cijns van zes carolus gulden aan Aert van Dinter te Den Bosch en een erfelijken cijns van 20 carolus gulden te betalen alle jaar aan de erfgen. van Aert van Kessel en een jaarl. cijns van drie carolus gulden te betalen alle jaar te Den Bosch aan het Sinnenlooshuys etc. Schepenen waren Willem van Doorn en Dirck Deelisse. N.B.: De Strijbeempt en het Leege Boeght grenzen aan het Hoog Beugt. nr 4, zie ook 9-12-1574.


De belenders genoemd in bovenstaand stuk kunnen o.a. bij hun kinderen gevolgd worden met dezelfde soort belendingen en dan bij de zoon Willem Peters en de kleinzoon Peter Willem Peters.
In 1588 is er een erfdeling van "Peter Dirck de Junger" en Lijsken zijn huisvrouw genoemd wordt 6 lopens land genoemd in de Versse hoeff tussen erf "WILLEM PETERS" ter eenre en Lambert Michiels (deze wordt ook genoemd in de processtukken bij Willem Peters) ter andere zijde.
Op 2 aug. 1607 staat vermeld dat Lijsken weduwe van Jan Arien Jansz. dochter van wijlen "Servaes Willemsz." haar testament heeft gemaakt en verkoopt nu drie stukjes zaailand genoemd den Ouden Hof groot 3 lopense aan het Boege ene zijde "PETER WILLEM PETERS" andere zijde en ene eind de straat, andere einde "PETER WILLEM PETERS".
op 17 november 1612 verkoopt Servaes zoon Peter Jan Lunix (Luyncx) en Magdalena dochter "Servaes Willemsz." aan Arnolde van Eijck weduwe van jonker Johan de Bever en haar vier kinderen een akker zaailand met een hooiveldje aan het Boege gelegen ene zijde de koper andere zijde "Hendrick Peters de Junger" ene einde de Aa andere einde de straat.

N.B.: In 1531 verkoopt Rodolphus zoon Lambert vander Moelen en Elisabeth dr.w. Rodolphus Petersz., een huis en land gelegen te Dinther aent Beughe bij de "capelle" aan Jan Lonnus (Luyncx?) z.v.w. Jan Pannicida.

Mogelijk is de bovengenoemde Servaes Willemsz. een nakomeling.

4 Januari 1559:
Vermeld wordt Jan de zoon van Peter z.v.w. Willem Gheraertsz. ( zie uitgebreid bij de laatste)

9 december 1574:
Willem zoon wijlen Henricx Jansz. van Dinter oud 24 jaar geeft procuratie aan Peter zijn broer om voor hem te ontvangen de somma van vijftien car. gld. wegens een cijns van een stuk land genaamd "den Cloet" groot omtrent drie lopenzaad gelegen in de parochie van Dinter ter plaatse genoemd "Boege" , tussen de erfenisse Goyart die Jonger ter eenre en tussen de erfgen. erfenisse Marie weche (=weduwe) w. Peter Willems ter andere zijde, strekkende van erfenis Willem Heyn Tijssen tot de erfenisse Antonisse Philipsen. N.B.; de Cloet ligt vlakbij Hoog Beugt nr. 4, zie verder bij Peter Willem Petersz..


Van hem zijn drie kinderen bekend:

1  Willem Peters Willemsz. van Dinther is geboren rond 1530, zie VIII-D.

2  Adriaen Peter Willem Hendricksz., zie VIII-E.

3  waarschijnlijk Barbara Peters.

Testament van 10 februari 1603 waarbij Barbara Peters aan Peter, haar bloedverwant in Dinther vermaakt heeft haar zwart kleed, dat door de muizen stuk geknaagd was, om er zijn kinderen mee te kleden en aan Emont van Dinther haar rood kleed als pure gift nalaat.

Of hier met Peter bedoeld is de zoon van Willem Petersz. en Geertrui is niet duidelijk, Barbara zou dan een zuster kunnen zijn van Willem.

VII-D  Hendrick Jansz. van Dinther, zoon van Jan Hendricksz. van Dinther (VI-E).

1553/1554: (60e penning)
van Henrick Janss van Dinther van eenen huyse staende inde Hinthamerstraat, 19 car. gld. 15 stv.

Van hem en een onbekende vrouw zijn vier kinderen bekend:

1  Willem Hendrick Jansz. van Dinther.

9 december 1574:
Willem zoon van wijlen Henricx Jansz. van Dinter oud 24 jaar geefr procuratie aan Peter zijn broeder om voor hem te ontvangen de somma van 50 car. gld. tot twintig stuivers tegen een cijns... van een stuk zaailand genoemd "den Cloet" groot omtrent drie lopenzaad gelegen in de parochie van Dinther ter plaatse genaamd " Boege" tussen erfenisse Goyart die Jonger ter eenre en tussen erfen. Marie weche w. Peter Willems ter andere zijde, strekkende van erfenis Willem Heyn Tijssen tot erfenisse Anthonisse Philipssen.
N.B. Marie de weduwe van Peter Willems (Gerards zoon Willem Svriessen)

2  Peter Henricx Jansz. van Dinther.

3  Jan Henricx van Dinther.

4  Heijlke Henricsdtr. van Dinther.

23 maart 1607:
Jan en Floris Aerts, van vaderszijde en Jan Henricx van Dinther, oom maternel, zijn momboirs over de vier onmondige kinderen van wijlen Peter Aerts bij Heijlke zijn huisvrouw dochter van Henricx van Dinther.


Generatie VIII

VIII-A  Willem Daniël Willemsz. van Dinther, zoon van Daniël Willemsz. van Dinther (VII-A) en Geertruyd Willemsdr. van Kuyc, hopman, is overleden voor 27 april 1558.

Met Willem van Dinther maken we voor het eerst ca. 1531/1532 kennis wanneer hij te 's-Hertogenbosch vermeld wordt als Willem zoon van Daniël Willemsz. van Dinther.


Hij lijkt dezelfde Willem, die voor een militaire loopbaan heeft gekozen en die in een brief van 27 juli 1542 als mede-rapporteur, samen met E van Ensse en Bartholomeüs van Coelen, aan Maximiliaan van Egmond, verslag doet over de toestand van verschillende krijgsbenden, die zij bezocht hebben te IJsselmude, Coevorden, Meppel, Oldenzaal en Grave. De brief is voorzien van zijn handtekening.-zie afbeelding


Op 22 april 1541 wordt door Wouter Woutersz. aan Willem Daniëlsz. (van Dinther) het eigendomsbewijs van land te Waalwijk overgedragen. Het land had Wouter Woutersz. op 8 april 1530 verkregen door overdracht van Peter Jansz., Groet Adriaensz. en Adriana dochter van Adriaen. Op 4 juli 1546 draag Willem Daniëlsz. van Dinther het eigendomsbewijs op zijn beurt weer over aan Hubrecht Petersz. gemachtigde van Adriana weduwe van Adriaen Hendriksz.


Mogelijk is het volgende voor hem van toepassing:
8 juli 1546:
Willem van Dinther geeft t.o.v. schepen van Den Bosch aan Frans Millinck volkomen macht, authoriteit etc. om voor hem op te treden als procureur (zaakwaarnemer) en facteur (zaakgelastigde) in zaken die hij voor schout en schepenen van voorz. stad en ook elders te doen zal hebben etc.



3 juni 1549:
Willem zoon w. Daniel Willemsz. van Dinther, man en momber van Marie zijn vrouw dochter Peter Driesz. met een promesse van 6 gld. jaarl. te Lieshout, losbaar met 100 gld. t.b.v. (ad opus) zijn broer Peter zoon Daniel Willemsz.


1552:
Het vendel van Willem van Dinther is in 1552 aanwezig bij de stad Terwaan in Frans Vlaanderen thans Thérouanne, waarbij een van zijn mensen in gevecht raakt met een manschap uit een vendel van Maarten van Rossum.-zie afb.


1555:
Floris van Grevenbroek en Cornelia van Herff zijn echtgenote worden op 11 november 1555 gehuldigd als heer en vrouwe van Bokhoven. Na de getuigen Adriaan van Malsen, heer van Tilburg; Dirk van Grevenbroek,heer van Loon vader van Floris; Hubert van Malsen, Gerrit bastaard van Arkel, drost van Ammerzoden; Mr. Aernt de Bye en Cornelis de Greve wordt vermeld "hooftman" Willem van Dinther.


Een analyse van de genoemde getuigen verwijst naar een mogelijke groep van bloed-en aanverwanten.
Adriaan van Malsen is een zoon van Robrecht van Malsen en Margriet Jansdr. van Haestrecht. Maria dochter van Dirk van Haastrecht is gehuwd met Robrecht van Grevenbroek. De genoemde Jan en Dirk van Haestrecht zijn broers.


Een zoon van de hiervoor genoemde Robrecht van Grevenbroek is Dirk van Grevenbroek,heer van Loon de vader van Floris van Grevenbroek.


De getuige Hubert van Malsen is een zoon van Robrecht van Malsen en is gehuwd met Herberta van Eyck. Aardig in dit verband is te melden dat de broer van Herberta van Eyck, Hendrik van Eyck, heer van Blaarthem en schepen van 's-Hertogenbosch, gehuwd is met Cornelia van der Dussen, dochter van Mr. Floris van der Dussen en Barbara van Boechem de dochter van Amelis van Boechem en Hillegonde dochter Mr. Ambrosius van Dinther.


Gerrit bastaard van Arkel, drost van Ammerzoden is v.m. een zoon van Gerrit heer van Heukelom zoon van Otto van Arkel heer van Heukelom en Walravina van Broekhuizen.


Otto van Arkel is weer een zoon van Jan van Arkel gehuwd met Adriana van Brakel. Jan op zijn beurt heeft een zuster Henrica gehuwd met Godart van Harff.

Verwantschap blijkt met de familie Grevenbroek, zelf een bastaardtak uit van Arkel en Harff.


De volgende getuige in de rij is Mr. Aernt de Bye gehuwd met Agnes Everards van Bel, zoon van Herman Hendriksz. de Bye en Beatrix Gijsberts van Brakel.


Of de van Brakel hier vermeld verwant is met de bovengenoemde van Brakel is niet zeker maar de naamsovereenkomst is opvallend. Over Cornelis de Greve is tot op heden nog niets naders bekend.
Rest ons Willem van Dinther. Christina van Gerwen,een dochter van Gerard Udensz. van Gerwen en Hillegonde Gerardsdr. van Kuyc, is gehuwd met Jan van Grevenbroek. De moeder van Willem van Dinther is een van Kuyc, zodat ook hier een verband is met het geslacht van Grevenbroek.


1557:
Willem van Dinther zal dezelfde zijn die voorkomt op 8 juni 1557 en 6 juli 1557 in akten die een beschrijving geven van een zeker voorval dat plaats gevonden heeft.


Op deze data komen voor de schepenbank in het dorp St. Michielsgestel, ten behoeve van Anna, de weduwe van Peter Melisz. van den Bosch; een inwoner van Den Bosch uit de Hinthamerstraat en een Helmondenaar Hendrik zoon van Rut Jansz. die getuigen dat de overleden echtgenoot van Anna nog gelden te goed heeft van zijn "hoopman" Willem van Dinther. Hendrik Rut Jansz. is schrijver geweest in het regiment van hertog Erich van Bruynswyck Luneborch etc. en uit de getuigenis blijkt dat Peter Melisz. van den Bosch vaandrig was onder Willem van Dinther en dat hij voor zijn hopman uitbetalingen heeft gedaan aan de soldaten.Uit een boekje dat op tafel komt blijkt de uitbetaling met naam en toenaam. In totaal zijn 99 namen opgesomd en samen met "vendrik" Peter is dat 100 man. De getuigen weten nog nauwkeurig wat er voorgevallen is in de "Moriaen" te 's-Hertogenbosch, waar Willem van Dinther zijn kwartier had.
- zie afbeelding

Zij kunnen onder ede verklaren dat:"Peeter van de verschoten penninghen noyt van den Heer noch van zijnen hoopman Willem van Dynther rekeninghe noch betalinghe gehadt en heeft".Uit de genoteerde namen blijkt dat de opgesomde mannen beslist geen Duitsers waren maar huurlingen van eigen bodem de zgn. "benden van ordonnantie". Het ziet er naar uit dat dit vendel onder commando van Peter Melisz. van den Bosch deel uitmaakte van het regiment van hopman Willem van Dinther bestaande in totaal uit ca. 400 tot 600 man. Dit regiment, samengesteld uit een onbeperkt aantal vendels, maakte weer deel uit van een legeronderdeel onder bevel van de hertog van Brunswijk ,geboren in 1528, die door Philips II wegens zijn verdiensten in de oorlog tegen Frankrijk onderscheiden werd met de Orde van het Gulden Vlies.


Het bovengenoemde regiment zal vermoedelijk de eerste lichting zijn geweest voor de oorlog tegen Frankrijk.
Albert Cuperinus verklaart in zijn kroniek van 's-Hertogenbosch: "in dit jaer (1557) quamen tot Tsertogenbosch die hartoge van Bruynswyck ende die hertoge van Louwerborch en meer andere groote heeren wt Hoochduytslant met 16 of 17 hondert Bruynswickers en andere swarte ruters dat alle lelike ende blote boeven waren: ende want sy te dinste comen waren onsen prinche Philippus, den coninc van Engelant, tegen die Franchoysen, soo werden dese ruters geforiert in die borgers husen, daer die borgers een wijl tijts mede in in grooten sorgen waren...."
Niet betalen was populair want de kroniek verhaalt dat toen de hertogen met hun ruiters weg wilden trekken naar het leger van de prins, zij meenden niet te behoeven te betalen voor hetgeen zij besteed hadden. De burgers sloten de stad af en eerst nadat zij een kwitantie konden tonen dat betaald was mocht men passeren en de stad verlaten.


In de Kroniek van Molius wordt aan het voorgaande eveneens aandacht gegeven.

De mogelijkheid dat Willem van Dinther op 10 augustus 1557 deelgenomen heeft aan de slag bij St.Quentin, waar het Franse leger verpletterend is verslagen, is op grond van het voorgaande niet uitgesloten.Verhaald wordt dat een charge van "de zwarte ruiters", de Nederlandse ridders onder bevel van Lamoraal graaf van Egmond, na een artillerie beschieting de Franse flanken open reet.- zie afbeelding

Als dank voor de overwinning bij St. Quintin stichtte koning Philips II het El Escorial bij Madrid waarin zich een muurschildering bevindt met de afbeelding van de slag.

27 april 1558:
Jonker Floris van Grevenbroeck, Heer tot Bokhoven, Franchoys van Fleru, en Peter van Dinther, zijn tot momboirs aangesteld over de onmondige kinderen van wijlen Willem van Dinther bij wijlen Maria van Bretschoten in zijn tweede huwelijk.
Jonker Floris is overleden, doch wordt niet vervangen.

In de voorgaand genoemde Kroniek van Molius wordt in het jaar 1558 melding gemaakt van een uitbraak van de pest die eveneens in het jaar daarvoor had huis gehouden.


27 mei 1560:
Op deze datum is er sprake van een belending te Veghel van de "erfgenamen " van Willem Daniëlsz. Deze vermelding zal waarschijnlijk betrekking hebben op Willem Daniels van Dinther alias van Tuyffhuys zie bij VI-D.


Hij was gehuwd (1) met Marie Peter Driesdr., dochter van Peter Driesz.. Marie Peter Driesdr. is geboren rond 1510.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  waarschijnlijk Elyas Willem Daniëlsz. van Dinther is geboren rond 1532.

Op 3 febr. 1560 belooft Elyas Willem Daniëlsz. aan Dirck Art Emontsz. 35 stuivers te betalen "in het hochtijt van Onze Lieve Vrouwedag nu naest coment en 20 vervolgens".


2  waarschijnlijk Daniël Willem Daniëlsz. van Dinther is geboren rond 1532, is overleden voor 26 november 1557.

26 nov. 1557:
Lieven Peters, kerskoper, Mattheus Jansz., cremer, Henrick Vinckelroye, tingieter en Dirck Jansz. van Luydick, zijn momboirs over de onbejaarde kinderen van wijlen Daniel van Dinther bij Elisabeth zijn huisvrouw dochter van Peter Neyssen.
Verkoop van een huis met zijn aangelag achter de Mandemakers te 's-Hertogenbosch op de haven.


Op 21 maart 1560 wordt te Dinther op Hazelberg een belending vermeld van Daniël Willemsz.


Op 27 mei 1560 wederom te Dinther op Hazelberg een belending waarbij de vermelding van de "Varsche hoeve" (zie in de volgende generaties) en een belending van Daniël Willem Daniëlsz. met goed van Jan Peters Verhagen en nog een belending te Veghel met goed van Daniël Willem Daniëlsz.


Hij was gehuwd met Elisabeth Petersdr. Neyssen.

Hij was gehuwd (2) met Marie van Bretschoten, dochter van N van Bretschoten.

Uit dit huwelijk zijn een aantal kinderen geboren allen onmondig op 27 april 1558.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

3  waarschijnlijk Elisabeth van Dinther.

Op 3 juni 1603 wordt melding gemaakt van 2 dochters van Willem van Dinter nl. Elisabeth en Cornelia met goederen in de heerlijkheid van Bokhoven en Lieshout.

Het is niet zeker of dit kinderen zijn van Willem van Dinther uit zijn 2e huwelijk.

4  waarschijnlijk Cornelia van Dinther.

VIII-B  Peter Daniël Willemsz. van Dinther, zoon van Daniël Willemsz. van Dinther (VII-A) en Geertruyd Willemsdr. van Kuyc, droogscheerder in 1538/1539 en lakenkoopman in 1556.

In de politierekening van 1538/1539 staat vermeld als "droogscheerder" Peter zoon van Daniël van Dinther.


Een droogscheerder is een lakenbereider, die het laken in droge toestand met de lakenschaar ontdoet van de te lange woldraden.
- zie afbeeldingen

Op 24 dec. 1549 wordt aan Peter zoon van Daniël Willemsz. van Dinther door Mr. Arnold Cornelisz. Coelborner tegen een jaarlijkse erfcijns van 50 car. gld. gegeven een huis met erf, hof en ledige plaats met twee achterhuizen en een klein plaatsje met een huisje daarachter, gelegen in de Hinthamerstraat te Den Bosch, tussen het huis "de Croone" en erven van Engel weduwe Jan van Gent en Hendrik Keymp Hendricksz. (ene zijde) en erf van Margriet dochter wijlen Symon Voss meergenaamd Luwe (andere zijde) en strekkend van de Hinthamerstraat achterwaarts tot de erven van Marten Goyartsz. en Thomas Jansz. bakker.
De erfcijns is verschuldigd met St. Jan's Geboorte eerst komend. De erfcijns is ten allen tijde losbaar ineens of in gedeelten, waarbij elke vijf car. gld. van die cijns van 50 gld., met 100 car.gld. van 20 st. de gulden als aflossing.
Peter belooft 200 car. gld. of de waarde daarvan met St. Jan Baptist a.s.


Volgens van Sasse van Ysselt is dit huis "de Groene Scheer of Roode Os nr. 63".

1552/3: (60e penning)
Van Meriken weduwe Frans van Fleris (Fleru) van twee huysen staende after die Croen inde Hynthamerstraet vercoft by Peter van Dinther 10 CG (Carolus gulden) 16.5 st.

Antonia weduwe Claes Art Claessoen gaat op 18 aug. 1552 de tocht af uit een huis in Dinther aan de "Pelsheuvel" voor haar zoon Art cs., waarna deze daaruit een cijns verkoopt aan Peter Daniëlsz. van Dinther. Vervolgens staat in de marge dat op 27 dec. 1555/56 Peter Daniëlsz. van Dinther de cijns heeft overgedragen aan Elias de Cock zoon van Elias de Cock ten behoeve van zijn vader.


11 juli 1556:
Peter Daniels van Dinther, lakenkoopman, Jan van der Meer en Dirck Claesz. van Dinther, zijn momboirs over Goyaerd onbejaarde nat. zoon van wijlen Reyer vander Graft bij Anneke dr. wijlen Henrick Lamberts van Vechel.


27 april 1558:
Jonker Floris van Grevenbroeck, Heer tot Bokhoven, Franchoys van Fleru en Peter van Dinther, zijn tot momboirs aangesteld over de onmondige kinderen van wijlen Willem van Dinther bij wijlen Maria van Bretschoten in zijn tweede huwelijk.
Jonker Floris is overleden, doch wordt niet vervangen.


Op 4 okt. 1559 geeft Peter Daniëlsz. van Dinther aan Hendrik Roversz., koster te Heeswijk, procuratie om voor hem te handelen binnen Heeswijk.


26 febr. 1560:
Voogden over Peter onmondige zoon van Lambert Peter van Os, verwer, bij wijlen Marike zijn huisvrouw, dochter Thonis van Weert zijn:
Peter Daniels van Dinther, Joost Aert Knoyen, van vaderszijde;
Jan Willems schoenmaker en Dirck Jansz. zeemtouwer, van moederszijde.


22 mei 1561:
Claes Holl, borgemeester van Thiel, Peter Daniels van Dinther, Goyaert van Nyell en Jan van der Meer, zijn momboirs van de onmondige kinderen van wijlen Jan van der Poll bij wijlen Geertruyd zijn huisvrouw, dr. van w. Heyliger Cruyssen.


24 dec. 1566:
Peter van Dinther Danielsz. geeft procuratie aan Janne Costers, Mathijssen zijn "constituant" (= volmachtgever's) zoon, Janne Arntsz. van Goch en Peter Petersz. alias Slim uit Littoyen.


Op 21 maart 1568 geeft Peter Daniel Willemsz. van Dinther als wettig man van Clara zijn huisvrouw, dochter Mathijs van Balen, procuratie aan Adriaenken dochter van vz. Peter en Clara , en aan Cornelis Walravens procureur te Antwerpen.


Ook blijkens de aantekeningen van Houwaert is Peter gehuwd met Clara van Baelen dochter Mathijs van Baelen en Mathilde Spaen.


Van hem en een onbekende vrouw is een natuurlijk kind bekend:

1  waarschijnlijk Catharina Petersdr. van Dinther.

In maart 1612 is een ontvangst verantwoord voor een legitimatie van Catharina natuurlijke dochter van wijlen Peter van Dinther.


Hij was gehuwd (2) met Clara Mathijsdr. van Baelen, dochter van Mathijs van Baelen en Mathilde Spaen. Clara Mathijsdr. is geboren rond 1505.

Van hen zijn vijf kinderen bekend:

2  Jan Peter Danielsz. van Dinther is geboren rond 1534.

14 dec. 1556:
Jan Peter Daniels van Dinther, Cornelis Mughebeemt en Goyaert van Camp zijn momboirs gesteld over Peter onbejaarde zoon van wijlen Lambert Peter van Os.


3  Mathijs Petersz. van Dinther is geboren rond 1536.

24 dec. 1566:
Mathijs wordt door zijn vader als facteur en procureur aangesteld.


4  Elisabeth Petersdr. van Dinther is geboren rond 1536.

Zij is gehuwd met Francois Brant, zoon van Mathias van de Brande woudmeester en drossaart van Brabant overl. 10 aug. 1583 en zijn derde vrouw Lucretia Dany overl. 20 juni 1597. Francois Brant was raad van zijne majesteit en overlijdt in 1609 en ligt bij zijn vader begraven in de Onze Lieve Vrouwe Broederkerk te Antwerpen.


Op 15 juli 1608 vragen Francois Brant en joffr. Elisabeth zijn huisvrouw octroy om te testeren.


Zij was gehuwd met Frans Brant, zoon van Mathias van de Brande en Lucretia Dany.

5  Adriaentken Petersdr. van Dinther is geboren rond 1537.

Zie voor haar vermeling op 21 maart 1568 bij haar vader.

6  waarschijnlijk Broesten Peter Danielsz. (van Dinther).

Op 31 jan. 1560 wordt Broesten Peter Daniëlsz. vermeld bij de koop van een jaarlijkse cijns van Emont Jan Daniëlsz.


zie bij Jan Daniëlsz.

VIII-C  (?) Jan Daniëlsz. van Dinther, waarschijnlijk zoon van Daniël Willemsz. van Dinther (VII-A) en Geertruyd Willemsdr. van Kuyc, is overleden voor 25 januari 1560.

Hij was gehuwd met Anken.

Van hen is een kind bekend:

1  Emont Jan Daniëlsz. van Dinther?, zie IX-A.

VIII-D  Willem Peters Willemsz. van Dinther, zoon van Peter Willem Hendricksz. [van Dinther] (VII-C), koopman in o.a. hop en vervoerder, is geboren rond 1530, is overleden voor 2 december 1580 te Keulen na een vechtpartij dood in bed aangetroffen.

In het rechterlijk archief van Dinther komen vanaf 1 april 1595 voor zogenaamde "dingrollen" (zie civiele rol in de inventarisnrs. 6 e.v.) In deze dingrollen vindt de registratie plaats van de rechthandelingen in technische zin tussen de aanlegger (=eiser) en gedaagde. Genoteerd wordt op de dingroldagen de voortgang van het proces , uitspraken van de schepenbank betreffende voortgang en te volgen procedures, verdagingen, verzoeken van gedaagde een aanlegger om schriftelijke verklaringen te overleggen. Deze verklaringen worden niet in deze protocollen zelf vastgelegd maar worden soms teruggevonden in inventarissen van de vrijwillige rechtspraak ( inventarisnrs. 37 en volgend), dan wel in de inventarisnrs. 35 en 36 losse processtukken en dossiers daarvan vanaf de 16e eeuw.
De procedure vindt plaats conform de Caroline en Albertine ordonnanties, de genoemde artikelen zijn daarin te vinden.

Op 18 jan. 1560 verkoopt Yke Huyben aan Willem Petersz. een mauwer rogge (pacht) aan Lambert Michelsz. 1) na Mathijs de Bonte,actum et scabini ut supra (= 18-1-1560).

1) Lambert Michelsz. wordt genoemd in het begin van de onderstaande processtukken, mogelijk is het proces gevoerd over deze roggepacht.
Hij blijkt op 28 maart 1588 naast Willem Peters te wonen op het Beugt in de Varsche hoeve.

Door een conflict over de nalatenschap van Willem Peters zijn de volgende stukken bekend gebleven zoals opgenomen in de dingrollen te vinden in het rechterlijkarchief inv.nr.8 van Dinther. Een gedeelte van de geproduceerde bewijzen en verklaringen zijn te vinden in inv. 35.

Onderstaand worden niet alle inschrijvingen opgenomen alleen die informatie geven over de daarin genoemde personen.

Op 16 december 1608 vangt het proces aan tussen Cornelis Ariens Willems als man en momboir van Ese zijn huisvrouw dochter Willem Peters , aanlegger (=eiser) tegen Emondt Jans Conincx, man en momboir van Anke zijn huisvrouw , voordien weduwe van Claes Willems, als gedaagde.
Hierna volgen vele vermeldingen in de dingrollen lopende tot 28 november 1612.

8 november 1610:
Aelbert dochter van Claes Lambertsz. nu wonende te Meerkerk in het land van Arkel, oud omtrent 54 jaar verklaart daartoe gearresteerd door de vorster om in waarheid getuigenis af te leggen ter instantie van Emond Jansz. Conincx en de eed afgenomen door de stadhouder verklaart: dat zij te Dinther bij haar vader van jongst af aan heeft gewoond op erfen. nu toebehorende aan Emond Jansz. vn. en dat toen der tijd toebehoorde aan haar vader tot omtrent de jaren van drie en vier en tachtig (= 1583-1584) toe, "maar ongewis niet gehoord of geweten dat de erfgenamen Willem Peters uit dezelve erfen. een erfpacht van een malder rogge jaerlijks, zouden gemaend of gebeurd hebben".
Akte 8 november 1610, schepenen Tonis Aertsz. en Peter Driessz.


Op 12 januari 1611 vooruitlopend op het proces van 5 januari 1612, dient Cornelis Adriaen Willems als man en momboir van Ese dochter Willem Peters bij schepenen van Dinther het volgende verzoek in:

Versoeck voer Cornelis Adriaen Willemsz. als man ende momber van Ese sijne huysvrouwe dochtere Willem Peters in dyer qualiteyt aenleggere:
tegens:
Emondt Jan Conincx als man ende momber van Anne sijne huysvrouw te vorens naegelaten weduwe Claes Willemsz. gedaeghde.

De voersz. aenlegger gesien de schrifture van duplen bijden voersz. gedaeghde opten XXIIII novembris (= 1610) last leden overgegeven.
Seght dat hij tegens deselve duplen overmidtz de maniere feyten daer inne geposeert/ gerne soude tripliceren dit hem ter insiene vanden alle (blanco) der voirsz. feyten naerstigh ende manieren van procederen is geoirloft/maer want der gedaeghde inden VIIIe articule sijnder duplycque is mentie maeckende van sekere presente opwinninghe dewelcke bijden Mr. van Grooten Gast-huys tot 's-Hertogenbossche soude sijn gedaen van de onderpanden des pachters in questie/ ende wat de gedaeghde hem willende met de voirsz. opwinninghe behelpen schriftelyck bescheet van dyen schuldich is te exhiberen(1).
Soe versoeckt (den v)oirsz. aenleggere dat de gedaeghde sal schuldich ende gehouden sijn d'instrumente vande evictie (2) inde voirsz. VIIIe articule gementionneert ende alle andere schriftelyck bescheet van dyen voer a(ll)e voirdere proceduren te exbiheren off andersints te verclaeren dat hij hem met de evictie nyet en begheert te behelpen.
Sustinerende (3) t's geens voirsz. is voir alle verdere procedure alsoe te behoyren vande appointement "cum expensis" in cas(4) van weygeringh " est oppositie".
"Implorerende (5) inden .........overgeschrevene den XIIe january 1611

(1) exhiberen = overleggen
(2) evictie = uitwinning, gerechtelijke uitstoting uit een bezit
(3) sustinerende = staande houdende, volhoudende
(4) cas = geval
(5) implorerende = afsmekende



tussen 12-10-1611 en 14-12-1611:
Emondt Jan Conincx man en momboor van Anna zijn huisvrouw dochter Lambert Roeloffs weche Claes Willems Dielisz. heeft geconstitueert en machtig gemaakt Jacob Lamberts om te bewaren en te bedingen in het proces tegen Cornelis Adriaens.

Thoon ende productie voor Cornelis Adriaenen Willemsen als man ende momboir Ese zijnde huysvr. dochter Willem Petersz. aenleggere:
tegens:
Emondt Jans Conincx als man ende momboir Anna zijnder huysvr. tevorens weche Claes Willem Dielisz. gedaegde ende verweerdere.

Wouter Janssen woonende tot Schijndel out ontrent LVII jaeren gearresteert bij de vorster om getuychenisse der waerheyt te geven ter instantie des aenleggers geeydt bij den stadhoudre des schouths ende geexamineert opten 6de articule der scriftuere van replycke des aenleggers, in verbis, dat men vsz. Claes Lamberts ...... ad fun..., heeft getuyght ende verclaert van denzelven articulen egheen naerder kennisse te hebben dan alsoe hij deponent lange jaeren met Willem Peters des aenleggers huysvrouws vader als knecht gewoont heeft, dickwils gesien en geweeten heeft dat Lambert Michiels dickwils ten huyse van Willem Petersz quam helpen met zijnen perden ende oock met zijn eygen lichaeme soe dickwils als Willem dat aen hem versocht ende niet alleen hij Lambert maer oock zijnen soone, ende hij heeft noyt gesien oft geweeten dat zij enige dachuyren van Willemen ontfangen oft maende maar uyt wat oirsaecke en is hem deponent nyet kennelyck.
(N.B. de roggepacht werd aldus in geleverde arbeid door Lambert Michiels betaald!)

Deselve alnoch geexamineert opten 11de articule de voirsz. replycke heeft getuyght warachtich ende hem deponent wel kennelijck te sijn dat naede(r)mael hij deponent uyt des. vsz. Willem Peters broode was, maer noch met hem in coopmanschap vergadert ende geallieert tsamen met hoppen binnen Coelen gevaren zijnde, alwaer die voirsz. Willem Petersen bij ongeluck in een vechterije alsoe is gequetst gewordden (des all meer dan XXVIII oft XXIX jaeren geleden is onbegrepen des precisen tijts) dat hij des morgens op zijn bedde doot gevonden wordde ende dat hij deponent dierste was die hem op zijn bedde doot vonde, alsoe dat hij nyemanden van zijnen secreten rekeningen, manualen, schulden, brieven oft andre saecken yet en hefft cannen te kennen gegeven al de welcke zijne weche weesekynderen ende momboiren der selver al onbekendt zijn gebleven, die bij avontueren noch huyden opten dach sommige mogen verborgen zijn, aangesien dat hij op zijn bedde wordden dootgevonden sonder biechtvader oft priester bij hem gehadt te hebben.
Verclaert daerenboven hij deponent hem oock wel kennelijck te zijn dat ten tijde als hij deponent bij den vsz. Willem Petersz was wonende ontrent XXXV oft meer jaeren geleden zijnde, als de vijanden het dorp van Erp in brant gestoken hadden op den heyligen pinxterdach (mogelijk 11 mei 1578,vD) die voirscreven Willem Petersz verscrickt wesende, heeft zijne beste gereede moeblen vuyten huyse gevlucht tot inde stadt van Gennep inde lande van Cleve, weesende neutrael om aldaer bewaert ende bevrijdt te zijn, ende presumeert oock wel dat een brieff van de questiensen malder roggen daer bij was, maer en heeft denselven nyet gezien, dan verclaert doen ter tijt zelve oock met des vsz. Willems goet opten wech zijnde den vsz. Willemen int wederom comen tot Gennep te hebben gevonden ende hem van zijne gevluchte moeblen ende den voirscr. brant van Erp horen vertellen ende gewagen.
actum den V janey 1612 scabiny Jan Joosten ende Peter Driessen.

Lamert Gijsberts Jaspars inwoondre van Dinther out ontrent LXVI jaeren, gedaeght geeydt als voore ende geexamineert opten voirsz XIde articule der scriftuere van replycke, heeft getuyght goede kennisse te hebben dat ontrent acht oft negen en twyntch oft meer jaeren geleden, onbegrepen den precisen tyt die voirsz Willem Petersz den vader van des aenleggers huysvr tot Coelen onnooselijck is dootgestoken ende op zijn bedde dootgevonden sonder yemanden yet van zijne secreten rekeningen, manualen, registeren oft andre saecken te kennen gegeven te hebben ende dat des aenleggers huysvr.(= Ese) doen ter tijt was een onmundige weese.
actum et scabini ut sup.

Peeter soone Willem Petersz. inwoondere van Dinter out ontrent L jaeren, gedaecht geeydt als voore ende geexamineert opten VIIde, XIde ende XIIde articulen der scriftuere van replycke des aenleggers, heeft getuyght, ierst often twelffsten articule, warachtich te zijn, dat hij deponent bijden leven van zijn moeder deur Jannen Scheenkens vorster heeft doen dagen Claessen Willem Dielissen des gearresteerde voirsaet ter saecken vanden achterstel vanden questiensen rogpacht om daer aff betaelinge te gecrijgen de welcke Claes doen ter tijt langwylich sieck geweest zijnde, is ten leste aent gerecht geraden gecomen, alsoe zij nae zijne comste lange gewacht hadden ende dat hij deponent als dan deur inductie ende saecken van Jan Schenckens den selven Claessen noch verdrach dede ende de patientie mey hem hadde tusschen welcken middeler tyt dinnelegeringhe van Bommel overcomende die voirsz Claes onnoselijck bijden soldaten is dootgeschoten ende zijne naegelaeten weche nu des gearresteerde huysvr oock corts daernae uyt Dinter jae vuyt Brabant is vertogen donderpanden verlaetende soe dat donderpanden voor de contributie bij den dorpe zijn aengeslagen geworden ende verhuyrt inde vuegen dat zijn deponents moeder deur dyen middelen nyet en de heeft cannen comen tot betalinghe.
Opten XI de articule voirsz replyck heeft hij deponent getuyght ende verclaert hem wel kennelyck te zijn dat Willem Petersz. zijn vader ontrent 8 of 9 ende twyntich jaeren geleden tot Coelen ..... op eenen morgen vroech op zijn bedde is dootgevonden sonder yemand yet van zijne secreten ... te hebben ende dat ontrent 17 of 18 jaeren nae zijn vaders afflyvichheyt hij deponent deur inductie van Lambert Gijsberts is gecomen tot Gennep inden Lande van Cleve bij eenen borger aldaer genoempt Poelman die welcke den voirsz. Lamberden Gijsberts te vooren hadde aengeseyt dat hij noch ettelycke brieven van Willem Peters sijns deponents vader in bewaringhe hadde ende dat hem verwonderd dat nyemant daerom vuyt en quaeme sien ende heeft alsoe de vsz brieven vanden voirsz Poelman gehaelt, onder de welcke eenen brieff was van een malder roggen daer nu questie om is, sonder dat hij deponent daer voren oyt geweten heeft waer de brieven waeren door oorsaecke als voore, ende alsoe zijns deponents moeder was een oude vrouw des avonts noch wel te passe wesende, des nachts alsoe van Godt is gevisiteert dat sy des morgens onsprekende wordde gevonden ende alsoe alleyskens gestorven over de welcke ende over de onnosele weeskyndre gestelt waeren tot momboiren Jan van Dorne, Willem Rutten ende Pauwels Jansz de welcke noch mettem hare noot anderssins egheene rekeninge van henne administratie gedaen hebbende alsoe gestorven zijn, soe dat zij onmondige allesins nyet en hebben geweten den staet van deesen rogpacht in questie voor ende alleer zij de brieven als voore gevonden en hadden, actum in indicio den XXIII mey 1612, scabini ons present.


Uit het voorgaande stuk blijkt dat Willem Petersz. koopman was die ondermeer hop met een wagen vervoerde naar Keulen en aldaar vóór 2 december 1580 na een vechtpartij dood op bed is aangetroffen. Vermoedelijk rond Pinksteren 11 mei 1578 is hij nadat Erp in brand was gestoken met zijn meubelen en papieren, zoals geheime rekeningen, manualen en registers, schulden, brieven ed. naar Gennep toen liggend in het land van Kleef gevlucht. Hij heeft daar alles ondergebracht bij ene Poelman alwaar na plm. 1602, zijn zoon Peter Willem Petersz. alles opgehaald heeft.
Dat Gennep als wijkplaats werd uitgekozen zou verklaard kunnen worden uit het feit dat de handelsroute naar Keulen liep over Kleef- Uerdingen- Neuss, Gennep ligt komend uit Dinther op de weg naar Kleef.


De geheime rekeningen, manualen ed. waren voor een koopman van speciale betekenis, hierin noteerde hij de gegevens van belang voor hemzelf voor zijn familie en voor zijn erfgenamen.
In een Italiaans handboek voor de koopman over het schrijven luidt het advies: " De pen is een zo nobel en voorstreffelijk instrument dat het niet alleen absoluut noodzakelijk is voor kooplieden, maar ook voor de beoefenaren van alle kunsten, of het nu de vrije, de mercantiele of de mechanische zijn. En als u een koopman ziet voor wie de pen een last is of die onbekwaam is met de pen, mag u zeggen dat hij geen koopman is.


Naast het vermelde bij de zoon Peter in 1608 zijn de volgende vermeldingen van betekenis:

In 1555 wordt een Willem Petersz. te Dinther, in het maatboek tevens kohier van huizen en landerijen opgemaakt voor het heffen van de 20-ste penning, vermeld als eigenaar van een huis, hof met 20 lopense land waarbij hij nog 1 bunder beempt in huur heeft.

Mogelijk wordt hier een andere Willem Peters bedoeld nl. op 10 januari 1560 verkopen Peter en Jasper broers zonen van wijlen Willem Peters en zijn huisvrouw Katerijne en Lambert Jansz. man van Margaretha dochter w. Willem Petersz. vz. een huis, hof en backhuis, boomgaard en houtwas groot 20 lopense gelegen in de parochie Dinther op het Reytsel. etc.


In het maatboek voor de 100-ste,10-de en 20-ste penning van het jaar 1569 staat dat Willem Petersz. te Dinther eigenaar is van huis,hof met 9 lopenzaad land hem aangelegen, geschat op 3 mud rogge en in geld 2 gulden.


Deze laatste omschrijving van bezit komt dan overeen met het goed dat zijn zoon Peter in 1608 verkoopt, waarbij dan blijkt dat het goed ligt in de "Varsche hoeve" te Dinther.- zie afbeelding

op 12 februari 1570 is er een schuldbrief opgemaakt waarbij Willem Petersz. beloofd een bedrag van 75 gld. te betalen aan Peter Roelofsz. van Uden toen knecht van Lambrecht zn. w. Lambert Bogaerts.


1-4-1577:
(doorgestreept akte van 14-9-1616) Jacob Daniels Jacobs van Uden als man van Maryken dr. Gerart Hermans heeft verkocht aan Jan Jan Ariensz. een cijns van 15 car. gld. op O.L. Vrouw Lichtmis, vanuit een huis, hof en erf inde "Lammerhoeffven" groot 20 lopense e.z. Henrick Lamberts "die Wijngartsche Hoeve " genaamd, en meer anderen, a.z. "Willem Petersz." e.e. Jan Thijssen, a.e. de straat , welke cijns van 15 gld. verkocht was door Willem Peter Willems aan de momboren van de onm. kinderen Gerart Hermans op 1-4-1577.
Afgelost door Gerart Anthonissen bij Lambert Jan Jan Ariens op 6-3-1650.

N.B.: dit betreft m.i. een belending bij de Braecke en wordt Willem Peters genoemd als WILLEM PETER WILLEMS zodat zijn vader dan Peter Willems is..

Hij was gehuwd met Geertruyt. Geertruyt is geboren rond 1538, is overleden op 25 maart 1604 te Heeswijk.

2 december 1580/1 april 1581:
Blijkens een verkoopakte van 2 december 1580 heeft Geertruyt weduwe van Willem Peters recht op een bedrag van 25 gld. uit een huis etc. in het dorp te Dinther, door de koper Adriaen Cornelisz. te voldoen. Zij verklaart op 1 april 1581 te zijn voldaan van deze 25 gld. door Adriaen Cornelisz..
N.B.: Hieruit blijkt dat Peter Willemsz. is overleden vóór 2 december 1580.

28 maart 1588:
In een erfdeling van Peter Dirck de Junger en Lijsken zijn huisvrouw, worden 6 lopense land genoemd gelegen in de Versse hoeffve aent Boeghe tussen erfve Willem Petrers ter eenre en Lambert Michiels ter andere zijde.

11 augustus 1595:
In de vestiging van een rente van 5 car.gld. door Peter Henrick Huyberts als man van Jenneke te voren weduwe van Jan Henrick Marcelisz. verkocht aan de momboren over de twee onmondige kinderen Henrick en Jenneke kinderen Adriaen zn. Jan Henrick Marcelisz. gevestigd op: huis, hof, esthuis en aangelegen erfenisse groot omtrent een mudsaets land gelegen binnen de parochie van Dinter ter plaatse genoemd "den Pelshoevel" liggende met e.z. naast de erfenisse der erfgenamen Thijs Jan Thijsz. met a.z. naast erfenis Servaes Henrick Roeloffs, strekkende met het ene eind van erff. Jannen Pauwels en Gertruyt weche Willem Peters, genoemd "die Mortel" , tot op de gemene straat etc.

Volgens de jaarrekening 1596, 2e helft, van Dinther : item de weche Willem Peters brengt in faulte ( verzuim) dat sij tot Heeswyck gewoont heeft ende alhier eygen noch residentie (verblijf) gedaen en heeft, in elcke cele als sij maecken seven en de halve cedulle ----viij st. ( 71/2 stuivers. ( zij woont dan vermoedelijk bij Ese haar dochter in).


17 maart 1597:
Wouter Jan Wouters heeft Jannen Wijants (=schepen van Dinther) geconstitueerd en machtig gemaakt om voor hem te mogen ontvangen een erfrente van vier gld. 2 st. die Wouter voorn. bij koop verkregen heeft tegen Claes Hermans c.s. uit erfenisse Truye Willem Peters etc.

Op 15 juni 1598 worden de erfgenamen van Willem Peters genoemd met een belending aan een hofstat met "timmeringe" met erf en 2 1/2 mudsaet land genoemd : die Wijgaertsche hoeffe" gelegen binnen de parochie van Dinther belendend aan voorn. erf en een erf genaamd "Eversvelt".

2 april 1601:
De kinderen en erfgenamen van Jan Willemsz van Dorne en zijn huisvrouw Marie geven volmacht aan Janne Wijnants onze medeschepen om in hun naam te manen, te beuren en te ontvangen een rente van zeven car. gld. van de erfenisse van Geertruyt weche Willem Peters tot Dinther aan de Bijlshouck met drie vervallen achterstallige termijnen.
Schepenen waren Jan Hendrick Symons en Aert Willem Dircx.
N.B. Jan van Dorne was indertijd momber samen met Willem Rutten en Pauwel Jansz. over de onmondige kinderen van Geertruyt bij Willem Peters.- zie processtuk 23 mei 1612.
Het goed aan de Bijlshoek wordt mogelijk door de momboren over het onmondige kind van van Lambert Petersz. haar kleinzoon verkocht op 4 februari 1644- zie aldaar.

In een huurcedule van 12 juni 1601 staat vermeld dat Wouter Jansz. aan Jan Goy Corstiaens voor veertig gld. jaarlijks zekere "erfenisse als huys, hoff, hofstad ende teulland" in pacht gegvens heeft, zoals het Wouter Jansz. zekere jaren geleden door Truye Willem Peters gegeven is en zoals het door Marten Art Driessen voor die tijd is gecultiveerd.
De genoemde Truye Willem Peters zal de echtgenote Geertruid zijn van Willem Petersz. De echtgenote werd dikwijls met het patroniem van de man vermeld.

Tussen 21 april 1599 en 17 november 1599 dient er een geding tussen Wouter Jan Wouters als aanlegger en Marten Aert Driessen als gedaagde. Op 21 april 1599 heeft de aanlegger een huurceduille voor schepenen van Dinther gepasseerd overlegd waarin gedaagde belooft jaarlijks te betalen 42 car. gld en 15(?) pond boteren twee vijmen dakstroo, die nu drie jaren ten achter zijn en de aanlegger verzoekt de schepenbank om recht naar de inhoud van de pachtcedulle.. De gedaagde verzoekt verdaging, waarmee de aanlegger accoord gaat en copie te maken en perstiseert bij zijn conclusie van recht te doen naar "bankenrecht". Schepenen wijzen vonnis en verklaren de aanlegger in zijn recht tot volle betalingen van de vz. pacht met de kosten van rechten. Een vervolg van het proces vind plaats op 17 november 1599.

Marten Art Driessen is op 1 augustus 1599, 30 jaar oud (geboren ca. 1569). Op die datum is er te Dinther een inval gedaan van vermoedelijk huurlingen van de Republiek der Verenigde Nederlanden, die aan het muiten zijn gegaan door gebrek aan soldij betaling. Zij overvallen de bewoners van Dinther en houden er flink huis. Ook Marten Art Driessen wordt geplunderd en geslagen.
De moellijke financiële postitie van Marten Art Driessen al in 1597 en de beroving in augustus 1599 hebben bijgedragen dat hij in het pachtcontract vervangen wordt door Jan Goy Corsten. De laatste komt ook zijn verplichtingen niet na zoals blijkt uit de processtukken tussen 20 oktober 1604 en 23 november 1605. Op de huurcedulle van 12 juni 1601 wordt door de secrtaris van Dinther een notitie gemaakt met als datum 20 oktober 1604.


In de haardtelling van Dinther in 1600 staat vermeld: Jan Goyaerts, een vierherdt, eenen oven en een ploech.(Hier zal het goed hetzelfde zijn als hierboven vermeld in de huurcedule.

In de gedingrol van 11 december 1602 is er een kwestie tussen Gertruyt weche Jan Gerart .. als aanlegger tegen Jannen Goyart Corsten, gebruiker van de goederen Truy Willem Peters als gedaagde. Het betreft een erfelijke cijns van drie gld. en 5 stuivers blijkens een schepenbrief van Dinther van 10 april 1570 verschuldigd aan Aert Lenaerts en nu aan de aanlegger. Gedaagde moet bij besluit van schepenen betalen incl. achterstand.

Uit het voorgaande is op te maken dat Wouter Jan Wouters op enig tijdstip vóór 17 maart 1597 goederen heeft verkregen van Truy Willem Peters welke hij vervolgens weer verhuurt. De daarop rustende verplichtingen van erfelijke renten moeten dan vergoed worden door de huurders als gebruikers van die goederen zoals b.v. blijkt uit een geding op 11 december 1602. Gertruyt weduwe van Jan Gerart ..... als aanleger tegen Jannen Goyart Corsten, gebruiker van de goederen van Truy Willem Peters als gedaagde. Uit een schepenbrief van Dinter met zegel beschreven op 10 april 1570 blijkt dat de vz. gedaagde jaarlijks is geldende aan Aert Lenarts nu de aanlegger een erfelijke cijns van drie gld. vijf st. verschijnende Philippi et Jacobi (= 1 mei). Schepen van Dinther wijzen de aanlegger in haar recht en de gedaagde moet overgaan tot volle betaling met de de kosten van achterstand etc.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Peter Willem Petersz. van Dint(h)er is geboren rond 1562 in de verklaring van 23 mei 1612 ca. 50 jaar oud, zie IX-B.

2  Eescen Willem Peters van Dinther is geboren rond 1573, zie IX-C.

VIII-E  Adriaen Peter Willem Hendricksz., zoon van Peter Willem Hendricksz. [van Dinther] (VII-C).


Geert Geert Joordensz. verkoopt op 22 maart 1558 aan Robbert de Bever zoon wijlen Jan de Bever een huis, schuur, bakhuis, hof en hofstad etc. liggend in de parochie Dinther aan 't Beugt, belast o.a. met een cijns van 6 car. guldens te betalen te 's-Hertogenbosch aan Aert van Dinther.

16 februari 1559:
Ariaen z.v.w. Wijnant Willem Hanrircx heeft verkocht aan Adriaen Peeter Willemsz. een cijns van 1 1/2 car. gulden op St. Gregoriusdag, vanuit een huis, hof en hostat met erf groot 5 lopense un Dinther in de Lammerhoeve tussen erfenis Goert Jansz. en Hanrick Lambertsz. van een gemeijne waterlaet tot de straat.
Na de onderstaande akte staat: Wijnant voorsz. zal deze cijns altijd mogen lossen met 25 car. gld.


16 maart 1559:
Hanrick Deelissen onze mede-schepen heeft verkocht aan Ariaen Peetersz. een cijns van 2 car. gulden op O.L.V. Ligtmisdag, vanuit een akker zaailand groot 18 lopense in Dinther in het Kerkcveld.
In de marge: 22 juni 1581: kwitantie van Willem Ariaen Petersz.


Aert Petersz. van Dinther heeft in 1560 Aert Daniëlsz. voldaan van 21 car. gld.
Op de omslag van de kwitantie staat:" Aert Peters van Dinter ".


mogelijk heeft het volgende op hem betrekking:
21 mei 1561:
Jan zn. w. Willem zn. w. Jan Spierincx verkoopt een cijns van 2 car. gld. aan Adriaen zn. w. Peter Willems, van de Roybeemt in de parochie van Dinther ter plaatse aan het Beuge tussen de rivier de Aa ter eenre en Gysberta gen. Ghijssel weduwe w. Wijnand z.v.w. Henric Arntsz. ter andere, ene einde erf Jan Jacobsz. het andere eind hetzelfde als bovengenoemd.


23 mei 1561:
Jacob Henricx Hermansz. verkoopt 1 mud rog aan Adriaen zn. w. Peter Willem Henricx, komende van diverse goederen te Dinther, o.a. aan het Beuge, tussen het erf van Willem Hendricx ex uno en erf Dirck Zeynse (?) ex alio en ene einde Jacobus Henricx Hermans, andere einde Adriaen z.v.w. Boudewijn zn. Johannes Andriesz.


1569:
Een Adriaen Peters heeft te Dinther 4 lopensaet land en een halve bunder hooiveld geschat op 1 mud rogge, alsmede 15 bomen geschat op 5 stv. het stuk.


21 april 1572:
Lambert Henrick Lamberts koopt van Adriaen Peter Willems een cijns van 12 gld. en 3 stv. vanuit een huis, hof en hostat te Dinther ter plaats de Helsche Hoeve deze cijns wordt 13 febr. 1601 verkocht door Andries Henrick Abens als man van Mechteld dochter Lambert Henrick Lamberts aan Dircken Jansz. van Vlijmen.


Van hem en een onbekende vrouw zijn drie kinderen bekend:

1  Willem Arien Peter Willemsz. (van Dinther).

25 juni 1581:
Willem Ariaen Petersz. geeft kwitantie. (zie ook bij zijn vader)


5 augustus 1595:
Belending van de erf. Willem Adriaen Peters aan een akker zaailand op Vorstenbosch.


18 febr. 1609:
Lambert Gijsbert Lamberts heeft verkocht aan Jan Joost Willem Spierincx een cijns van 2 gld. van uit een huis etc. groot 1 mauwersaet aan de Boeckart tussen erffve Arien Wijnen, a.z. Jan Willem Geritszz., e.e. Marie Teeuwens, a.e. de straat, verkregen van erfgen. Arien Jan Celen, die het op hun beurt van Willem Arien Peter Willemsz. verkregen hadden.


27 febr. 1613:
Daem Ariens van Vechel verkocht aan Antonis Aert Colen een akker zaailand, 3 lop. groot gelegen aan het Boege, genoemd "den Berghakker" , aangekomen van de kinderen Arien Peter Willemsz., a.z. een steegske toebehorende de hoeve ten Bogaert.


3 juni 1620:
Aleydt weduwe Jan Claessen met zoon Lenart en Peter Jacobs haar zwager hebben beloofd te betalen Jan Jan Ariensz. een cijns van 6 gld. vanuit een akker zaailand groot 5 lopense wezende een oude huisplaats gelegen op Vorstenbosch, e.z. erfgen. Welt Rovers en Peter Gerarts, a.z. Jan Cost Heynen, e.e. de gemeijnte van Dinther, a.e. Jacob Claes Ariens en Jan Costen; nog vanuit een stuk zaailand groot 7 lopense e.z. Jan Cost Heynen, a.z. Aleydt vsz., aangekomen in haar weduwlijke staat van de kinderen Willem Arien Petersz.
Gelost 25 april 1654.
(doorgehaalde akte) - zie ook bij Jan Jan Ariensz.( van Dinther) en zijn kinderen.


2  waarschijnlijk Heijlken Adriaen Petersz. (van Dinther).

ca. 15 maart 1595:
Mathijs zn. Willem Petersz. van Schijnle gehuwd met Heijlken dochter Adriaen Peetersz. verkoopt aan Roelof zn. Lambert Roelofs het derde deel in een akker de Berckakker ter plaetse inde Boekaert.


Zij was gehuwd met Mathijs Willem Peters.

Mathijs Willem Peters blijkt gehuwd te zijn met Heylken Adriaen Peetersz. zij zou dan een dochter zijn van een broer van Willem Peters ! Het is dan duidelijk dat hij niet in het gezin van Willem Peters thuis hoort. Hij wordt ook nergens i.v.m. dit gezin genoemd.

17 febr. 1595:
Mathijs Willem Peeters met een belending in de Boekaert naast Huijbert Roovers etc.


15 maart 1595:
Mathijs zoon Willem Peetersz. van Schijnle gehuwd met Heij(l)ken dochter Adriaen Peetersz. verkoopt aan Roelof zoon Lambert Roelofs het derde deel in een akker de Berckakker ter plaatse inde Boekaert.
Vervolgens doorgehaalde akte, zelfde datum.
Roelof Lambert Roelofsz. met belofte van betaling aan Mathijs Willem Petersz. van 25 gld. In de marge Mathijs Willem Petersz. verklaart voldaan te zijn op 1 maart 1596.


12 april 1595:
Lambert, Marthen, Adriaan, broers en zoons van wijlen Henrick Marcelis van de Erpt verkopen aan Mathijs Willem Peeters , de helft van een geheel huis, schure hoffstat metter aengelegene erffenisse in het geheel groot 1 mud zaailand, ter plaatse de Elssehoeve, e.z. heer van Heeswijk, a.z. Dierck Jaspars streckende van de gemeijne straten tot den Donckeren Dijck hen aan gekomen met de kinderen van wijlen Jacob Marceliss als ergenamen van Mechtelt Marceliss hender alder moije, hen ten deel gevallen op 24 nov. 1590 via scheiding, belast met diverse cijnsen.


9 april 1596:.
Wouter Jacobsz. inden Sleutel tot Oss, Aert Claessen momboren van Henrick ende Anthonis gebroeders zonen wijlen Jacob Marcelissen, de vsz. Henrick mundich van jaeren en present, hebben verkocht aan Mathijs Willem Petersz. twee zesde gedeelte in de helft van een huis, schuur en hoffstat groot 1 mud zaailand in Dinther inde Elssehoeve, beneffens erffve des heren van Heeswijck en erf. erfgen. Dierick Jaspars streckende van de straat totten Donckerendijck.


2 maart 1607:
Roeloff Lambert Roeloffs heeft verkocht aan de twee kinderen Jacob Petersz in de Camp een stuk zaailand 3 lop. groot in de Boeckart gelegen, aangekomen van Mathijs Willem Petersz.


17 sept. 1612:
Heer Wemard graaf van Oostvrieslant etc. heeft verkocht aan Peter Henrick Petersz. een huis, hof en erf groot 2 mudsaet aan de Heijlaren gelegen, e.z. Mathijs Willem Petersz. en voorts tussen die gemeijne wegen ende straten aan den Donckeren Dijk.


Op 12 juni 1624 is er een belending aan het erf van Mathijs Willem Peters te Dinther aan de Heylaren door Peter Henrick Peters.


3  waarschijnlijk Peter Ariaen Petersz. (van Dinther).

1569:
In het maatboek van Dinther:
Peeter Ariaen Peeters heeft huys ende hof met X loopensaet lants sommich onder Vechel gheleghen geschat het loopense op XViii stv.
Noch i buenre hoyvelts onder Vechel gheleghen gheschat op-------iii mud rogge ---ii guld. geschat tegen den buenre op ii guld.



Generatie IX

IX-A  (?) Emont Jan Daniëlsz. van Dinther?, zoon van Jan Daniëlsz. van Dinther (VIII-C) en Anken, bontwerker.

Op 31 jan. 1560 verkoopt Emont Jan Daniëlsz. aan Broesten Peter Daniëlsz. (zie hiervoor) een jaarlijkse cijns uit een huis, hof, hofstad en 14 lopenszaad land gelegen in de parochie Dinther aan het Beugt, gevolgd door een belofte aan Peter Hermansz. van 5 sester rogge Bosche maat te Dinther te leveren.


Emont Jan Daniëlsz., bontwerker, verkoopt op 25 jan. 1560 aan Delissen Jan Tijsz. het derde deel van een hooibeemd groot ca. 3 dagmaten gelegen binnen de parochie Dinther, westwaarts van de kerk tussen het erf van Joost Willemsz. aan de ene en de Aa aan de andere zijde, strekkende van het erf van de Tafel van de Heilige Geest te Den Bosch tot op het erf van Heer Adams (van Mierde) Gasthuis te Den Bosch. Het derde deel in de beemd is hem bij erfdeling ten deel gevallen.


Uit het voorgaande blijkt dat Jan Daniëlsz. vóór 25 jan. 1560 is overleden en vermoedelijk drie nakomelingen heeft.

Van hem en een onbekende vrouw is een kind bekend:

1  Daniël Emontsz. van Dinther.

Op 1 februari 1586 wordt als poorter van 's-Hertogenbosch ingeschreven Daniël Emontsz. van Dinther.


IX-B  Peter Willem Petersz. van Dint(h)er, zoon van Willem Peters Willemsz. van Dinther (VIII-D) en Geertruyt, mogelijk koopman en vervoerder, is geboren rond 1562 in de verklaring van 23 mei 1612 ca. 50 jaar oud, is begraven op 3 december 1625 te Dinther.

Hij is mogelijk op 15 november 1594 schepen van Dinther.


In het jaar 1583 speelt zich op het kasteel van Heeswijk een gebeurtenis af,die het verhalen de moeite waard is.De in het verhaal genoemde Peter van Dinther is nog niet juist te plaatsen in de genealogie,maar zeker leefde hij en de hierboven genoemde Peter in dezelfde tijd. Het verhaal gaat als volgt:-zie afbeeldingen

AANSLAG OP HET KASTEEL VAN HEESWIJK 1583

Op den 1en dag der maent Aprilis anno 1583 nae den nieuwen stijl is opten huyse van Heeswyck op handen geweest een groote verraderye om het huys te leveren aen handen van de Staten Generael door sekere commissie van Graaf van Hohenlo en is also toegegaen gelijck nabescreven staet, te weeten:
dat op ten huyse aldaer sijn gecomen twee cooplieden, den eenen genaemt Roelof Claesz van Oswaer, out omtrent 27 jaren, den anderen genaemt Hans van Rijck, brengende op het huijs sekere wagens met goedt, te weten haring, sout, etc. De voerlieden sijn sommige van die soldaten geweest onder 't dexel van voerlieden, brengende ook op ten huyse boven in de plaetse een tonneke met buspoeder en een tonneke met zes geladen en gespannen Roers, leggende in lonten gepackt, seggende dat te weesen drooge specerye en cramerye en dat sy dit goet altemael wilden vuuren naers de stad van 's Bosch.
Wesende nu nademiddagh, is Bartholt van Fleru, Drossaaert, gegaen met Roelof beneden in de plaats, daer 't goet sommige op de wagens was staende en sommige boven gevuert en Hans voors. met de voerlieden was boven met er vijf voerlieden, wesende sommige soldaten, heeft Roelof geseyt tot den Drossaert:
"de haring wil swemmen", gaende also boven om eerst te drinken en nu boven wesende heeft geseyt tot Mr. Peeter van Dinther ook boven wesende: uw neef krijgt daar woorden tegen de soldaten, het was beter dat gy daer eens by wout gaen en spreken ten besten", gevende denselven in sijn hant een citroenappel en Mr. Peeter, niet vermoedende eenig quaet, is ook beneden gegaen en nu beiden beneden wesende is terstont de bovenste poorte op ten brugge toegesloten en Roelof en Hans metten anderen hebben hen vreeslijck te were gestelt met schieten, slaen, dreygementen etc.- De Drossaert en Mr. Peeter hen nu bedrogen siende, hebben assistentie gesogt aen soldaten, welke eensdeels beneden waaren, maar sijn haestelijck ontboden en sijn also boven gecomen, soekende alle middelen met aken,bylen te houwen om de bovenste poorte weerom met gewelt te openen en deese gasten boven sijnde, hebben uitgesteken eene witte vaen, wesende 't teeken daar sy meynden assistenten te krygen; door hetwelke teeken by preinthimatie van Jan Damen, die terselver tijd aen de herberge sat en dronk en hadde by hem ontboden seer ernstelijk Joff. Christina van Fleru, onder 't dexel van vrintschappe om met haer te converseeren; is den ruyteren en knegten van den Graeffe, nu wesende op ten heyde in Bernheese, omtrent den Langenhuyse, den weete gedaen van inne nemen des huys en uytsteken, der vane, welke ruyter en knegten met groote haeste gecomen na den huyse voorscr., maar de soldaten van den huyse hebben haer seer cloeckelijck en vromelijke hen gehouden en het huys wederomme hier en tusschen inne gecregen en in de eerste furie sijn doot gebleven drie van de bovenste gasten van den Graef voorscr. in voerlieden kleederen gehabitueert.- Een gequest sijnde is afgereden van boven uytter steenen cameren in 't graft, is daeruyt geswemt, is tot den Graef gecomen; deese is geweest Hans van Rijck voorscr.- Roelof met nog een voerman en eenen genaemt Thomas Gywels sijn gevangen met Roelof Claeszoon voorscr. En voorscr. Roelof nu gevangen sijnde is uyt ter gevanckenisse gehaalt en geexamineert voor Schepenen in Heeswyck, heeft bekent en opentlijck geleden, dat hy versogt is geweest over de 10 maanden of omtrent een jaer geleden, van Graef van Hohenlo om 't huys van Heeswijck te leveren in handen van Syne Exc. en den Staten Generael, overmits de singuliere correspondentie en de vrienschap, die hy met den Drossaerd aldaer had, welke brieven hy tot dien tijd toonde Claes van Oeswaer, synen vader, dewelke daerop antwoordde: "Hoe sout gy sulx kunnen gedoen, want de Drossaerd doet u niet dan alle vriendschap en liefde", en also is op denselven brieve niet geattempereert tot agterdeel van 't sloth van Heeswijck. En alsoo de Drossaerd nu overleden is, is wederom gepractiseert bij de voorscr. Graef, ook by capteijn Sauvage en Douvervoorde, alle beyden liggende binnen de Graef, insgelijks van Borgem. aldaer, genoemt Pierling,door sekere besegelde brieven van selven Graef om 't selve huys te willen verradelijks innemen en dat principalijck, so sy seyden, overmits vreese en pericle, dat sy sorgde 't selve gelevert te worden in handen der stad 's Hertogenbosch of aen zijde van C. Mt. en hebben hem de twee capiteynen voorscr. tot dien einde gepresenteert sooveel ruyters en knegten als sy daartoe van nooden souden hebben, 't welk ook geschiet is, verklaert ook hadden sy lieden, tot haar meyninge gekomen, souden het sloth wel sterckelijk beset hebben met guarnisoen tot praejuditie der stad van 's Bosch, daerop logerende vijftigh voetknechten en 20 peerden, 't welk door de verhenkenisse van de Almogende Heer (Lof moet hem altijd wezen verleent) en voorgecomen is geweest, want het seer na te doen was, want hadde de grindel van bovenste slaghbrugge losch geweest en dat sy de brugge hadden connen optrekken, dewelke tot drie reyse geattempereert is geweest, soude daar seer qualyk hebben connen aencomen om met bylen en axen wederom te openen, 't welk also moest geschieden, want sy boden seer vyandlijk schoten en met steenen worpen, dat men der brugge qualycke dan met perikel van bloetstorten coste genaken.
Actum anno, mense ac die ut supra.

Deze copie is door mij gemaakt naar een oud doch ongeteekend stuk, berustende op het Kasteel van Heeswijck.
Dinther den 27 Judy 1826
(get.) S.H. v.d. Noordaa.
Bibl. Prov. Gen. van K. en W. in Noordbrabant collectie Palier.


De graaf van Hohenlo deed in 1585 ook een poging Den Bosch in te nemen, ook deze poging mislukte.-zie afbeelding

In een geding van 31 oktober 1596 beloven Henrick Lamberts op d'Aa en Peter Willems ieder voor zich te betalen aan Gerard Anthonis Roverssen binnen de eerstkomende maand een bedrag van 57 gld. elke gld. voor 20 stuivers zoals gangbaar binnen Den Bosch, vanwege geleende penningen van vs. Gerard.


N.B.: Henrick Lamberts op de Aa is de schoonvader van Peter Willems.

Tussen 23 sept. 1598 en 2 dec. 1598 dient er voor het gericht van schepenen van Dinther een kwestie over de toepassing en looptijd van een huurcedulle tussen Claes Henrick Lamberts als eiser en Peter Willem Peters als gedaagde.
Eiser stelt dat hij de huur volgens de wet opgezegd heeft, terwijl de gedaagde stelt dat hij nog huurt voor drie jaar vanaf Pinksteren a.s. daar hij met de eiser overeengekomen is dat als de eiser "de hoeve Cloetinge" nog langer zou hebben hij, gedaagde, ook langer kon huren van eiser. De eiser betwist dat en eist een boete van 25 gld. als de gedaagde het gehuurde en daarvan komende oogst/opbrengst nog langer gebruikt.
Op grond van het feit dat gedaagde bewijs geleverd heeft dat hij langere huurjaren heeft, accepteert de eiser alsnog, onder protest, dat gedaagde "de schaere heeft aengeveert" (=de oogst in bezit genomen heeft) zonder dat hij eerder een langere huurtermijn had bewezen.


Claes Henrick Lambert (op d'Aa) is de zwager van Peter Willem Peters.
De Cloetinge hoeve is een bezit van de eigenaar van het kasteel Avenstein te Dinther; in 1569 is Reinoud van Brederode, heer van Cloetinge, overl. in 1584,de eigenaar. Mogelijk is deze hoeve genoemd: de hoeve op d'Aa.


Op 2 dec. 1598, 18 maart 1599 en 13 febr. 1607 wordt Peter Willem Peters genoemd als man en momboir van Delia zijn huisvrouw. (zie verder bij Hendrik Lambert op d'Aa)


In de dorpsrekening van Dinther uit de 2e helft van 1600 staan de volgende uitgaven vermeld die mogelijk op hem betrekking hebben:
item Peter Willems gegeven dat hij een tamborijn van Breda tot Nistelre gevuert heeft.......... XIII st.
Noch een tamborijn van Breda tot Osch gevuert daer affgegeven aende Zebert Peters........ XVIII st.
Noch deselve ene dachleny (=dakschut?) gevuert totter clocken ende noch ene wijle tijts (nadeyn) tsamen......... XX st.
Noch tot Peter Willems verteer met Jan Lamberts daer sij tot Heeswijck certificatie (=bekendmaking) gehadt hadden van t hooghe watere......XV st.

In deel 4 (1575-1675) van het boek "Duizend jaar weer, wind en water in de Lage Landen " door J. Buisman, staat op blz. 200 bij het jaar 1600-1601 het navolgende:
November begint mooi, maar op de 10de stroomt de regen omlaag en tot de 25ste is het "claddich verdrietich weder" , zodat de wegen erg slecht worden. Eind november klaart het op en wordt het vorstig. Een storm leidt in de nacht van 10/11 november tot hoog water in de Hollandse IJssel, men is zelfs bang voor een doorbraak.
Dit gegeven klopt mooi met het bovenvermelde hoge water in de rivier de Aa.

Uit het hiervoor staande mag afgeleid worden dat Peter Willem Peters een transportbedrijf heeft en mogelijk net als zijn vader koopman is.

In de haardtelling te Dinther in 1600 staat vermeld Claes Henrickx. (= Claes Hendrickx op d'Aa) de zwager van Peter Willem Peters, mogelijk huurt Peter van hem, zie het geschil hiervoor.
In de haardtelling worden te Dinther aan de plaatse van het dorp (den Dolvert)
Jan Wijnants (Suijskens) schepen/herbergier, Jan Pauwels (van Gogh?) (zijn dochter Jenneke trouwt met Hendrick Peter Willemsz. van Dinther) en Rut Willems vermeld, na jonker Wassenbergh wonend op het kasteel Avesteijn wordt vermeld Claes Hendrickx (op d'Aa) met een vierherdt en een ploeg; Lijsken Henrick Lamberts (=weduwe van Hendrick Lamberts op d'Aa) met een vierherdt en Lambert Henrics (op d'Aa) een vierherdt, samen een ploech.


Op 10 februari 1603 vermaakt Barbara Peters (mogelijk is zij een zuster van Willem Peters de vader van Peter Willem Peters) aan Peter, haar bloedverwant in Dinther, haar zwart kleed, dat door de muizen stuk geknaagd was, om er zijn kinderen mee te kleden, en aan Emont van Dinther haar rood kleed als pure gift.

In het kohier van de St. Jans en Kersmisbeden van Dinther in 1604 wordt in het "tweede dordedeel" genoemd Peter Willem Peters met 25 stuivers.


Tussen 23 november 1605 en 30 augustus 1606 is er een geding tussen Peter Willem Peters en Cornelis Ariensz. (=zwager van Peter) als aanleggers tegen Daniel Arnen Daniels als gedaagde, van gedaagde wordt geeist teruggave te geven van de schare van vruchten zoals gedaagde afgevoerd heeft van de erfenisse de aanleggers toekomende.

30 augustus 1606/ 4 oktober 1606:
In een geding tussen Vrouwe Margriet van Brechts weduwe van Maximiliaan van Brederode als aanlegger en de erfgenamen van Lijsken weduwe Henrick Lamberts op d'Aa als gedaagden wordt genoemd Peter Willem Peters.
Peter Willem Peters een van de erfgenamen van Lijsken vz. verklaart copie gelicht te hebben maar zijn antwoord nog niet gereed te hebben en verzoekt uitstel. etc.

Op 13 febr. 1607 wordt Peter Willem Petersz. vermeld als man en momboir van Delie zijn huisvrouw dochter van Hendrick Lambertsz. op d'Aa; zie verder bij Delie.



10 maart 1608:
Peter zoon van wijlen Willem Petersz. en wijlen Geertruyt verkoopt op 12 maart 1608 aan Adriaen Steven Lambertsz., een geheel huis, hof, hofstad en aanliggende erven groot omtrent 9 lopense land, gelegen in de parochie van Dinther in de "Varsche hoeve", het goed is belendend e.z. en e.e. aan het erf van Roelof Lambrechtsz. en a.z. het erf van Dirck Hendricksz. en strekkende a.e. aan de gemeente van Dinther.
De goederen zijn de verkoper in de erfdeling ten deel gevallen zoals blijkt uit schepenbrieven van Dinther.
Het goed is belast met een jaarlijkse pacht van een mud rogge aan de vicaris van Dinther en met twee stuivers cijns "ten Bogart" aan de heer van Keersbergen, met een cijns van 1 1/2 stuiver aan de heer Van Heeswijk alsmede een halve hoen op St. Lambertsdag en nog een geburencijns te Dinther van een halve stuiver of oort en een geburencijns.


Uit het bovenstaande mag geconcludeerd worden dat er meerdere erfgenamen en erfgoederen zijn geweest, dit vanwege de omschrijving "in de erfdeling ten deel gevallen". De schepenbrieven waaruit dit alles kan blijken zijn niet gevonden.

In een geding tussen 20-10-1610 en 12-1-1611 worden genoemd: de kinderen en erfgenamen van Jan Jansz. van Gemert als aanlegger tegen Peter Willem Peters ( de erfgenamen Willem Peters) en de erfgenamnen Pauwel Jansz.als gedaagden.
Waarover de kwestie gaat wordt hier niet duidelijk.

22 juni 1611:
Arien Steven Lamberts als koper van Pter Willem Peters belooft te betalen aan Jannen Wijnen Suyskens op St. Jan Baptistdag 1612 een som van 43 gld. komende van een som die vz. Peter Willems zou betalen op een obligatie van 75 gld. door Jannen Wijnen gekocht van Wouter Jansz. en eertijds door Willem Peters beloofd aan Peter Roelofs van Uden knecht van Lambert Bogers.
Schepenen: Jan Joosten en Lambert Jan Lamberrts, actum de 22 juni 1611.

Tussen 8-2-1612 en 23-5-1612 is er een geding tussen Dierick Jacob Peters voor hemzelf en voor zijn broer Henrick, absent, als aanlegger tegen Peter Willem Peters als gedaagde.
De aanlegger eist van gedaagde voldoening van een jaarlijkse rente van 4 gld. 10 st. verkregen door zijn vaders dood, zeven-of achtentwintig jaar geleden ( = ca. 1584), die de gedaagde bij de deling van de nalatenschap van zijn moeder toegewezen is. etc.

In 1613 wordt Peter Willem Peters in de St. Jansmis en Kersmisbede van Dinther genoemd met 15 1/2 stuiver.
7 juli 1613:
Jan Wijnant Suyskens voor zich en zijn mede-erfgenamen van wijlen Heer Gerard Jan Suyskens, priester, heeft ontvangen van Adriaen Steven Lamberts de som van 80 car. gld. als volle aflossing (met achterstal tot deze datum) van een mud rogge die Gerard Suyskens toekwam uit de nalatenschap van Willem Peters en die bij erfdeling toebedeeld was aan Peter Willems en later verkocht aan Adriaen Stevens.
( zie akte van 12 maart 1608 hiervoor, waar genoemd wordt een last van een mud rogge aan de vicaris van Dinther)


Op 24 februari 1616 is er een geding tussen de kerkmeesters van Dinther als aanlegger en Peter Willem Peters als gedaagde. ( verdere gegevens ontbreken).

Tussen 31 augustus 1616 en 8 maart 1617 is er een geding door Clara weduwe van Jan Peter Rombouts als aanlegger en o.a. Peter Willem Peters, op 8 maart 1617 belooft Peter Willem Peters Claerken Jan Peters te betalen 3 gld. 5 st. wegens indertijd geleverde rogge. actum 8 maart 1617 schepenen: Jan Wijnen, Lambert Henricks en Jan Joosten.

De ligging van het toponiem "De Varsche-of Veersche hoeve" kan nader aangeduid worden met de volgende vermeldingen in het cijnsboek van de heerlijkheid Heeswijk lopende van 1709-1759:
Huis, hof en aangelag groot omtrent 3 à 4 lopense gelegen aan 't Beugh in de Veersche-hoeve, eenre zijde Jan Hendrik Gerrits andere zijde Gerrit Cornelis Heymans, strekkende van de gemene straat tot op de rivier de Aa.


Op fol 5vo wordt o.a. vermeld "in de Veersche-hoeve aan het Lege Beugh"
Op 27 maart 1560 wordt goed vermeld gelegen in de parochie van Dinther op Hazelbergh in de Varsche-hoeve.


In het Verpondingsboek opgemaakt 5 dec. 1753 staat de verdeling van de tienden van Dinther. Volgens verpachting bracht de "Veersche-hoeve" het bedrag van 32-16-4 op. Samen met "de Boeckart" en "Vorstenbosch" omvatte "de Veersche-hoeve" het gebied van Beugt.


In januari 1597 verklaart Heer Henrick Willemse, priester wonende tot Uden, ter instantie en verzoeke van de kapelmeesters aent Beuge tot Dinther, dat hij omtrent 37 jaar geleden (= 1560), ten tijde hij zijne eerste misse gezongen heeft, alhier tot Dinther ontrent 12 jaren heeft gewoond en o.a. heeft bediend de capelle aent Beuge. Hij heeft toen ook jaarlijks een mudde rogge van die Wijngaertse hoeve ontvangen.
Bij een verkoop op 9 oktober 1597 is er sprake van een huisplaats, hof ende bogaert tot Dinther " aent Beuge " tussen de "Capelle" aldaer ende een gemeijn "venne" ende alsnoch en eenen acker zaailand ontr. 4 lopense genaamd den "Ouden Hoff" achter de capelle.
Op 2 augustus 1607 verkoopt Lijsken weduwe van Jan Arien Jansz. 3 stukjes zaailand genoemd "den Ouden Hoff" groot 3 lopense aan het Boege met als belenders Peter Willem Peters ene zijde en aan de andere zijde de straat en wederom Peter Willem Peters.
Op 12 mei 1610 lezen we dat Roeloff Lambert Roeloffs een cijns beloofd uit een huis gelegen in de "Versche Hoeve" met o.a een belending ene eind Adriaen Steven Lamberts en het andere eind de straat.
N.B.: De eerst genoemde kennen we als belender in 1608 en de ander genoemde als de koper van het huis van Peter Willem Peters.
Op 21-2-1611 bovengenoemde Lijsken weer aan met een akker genoemd "Auden Hoff" ter plaatse aan het Boege met als belender Arien Stevens.

.
De St. Anthoniskapel op Beugt wordt door Jan van der Leest in de Wojstap-Kroniek van 1997 nr. 4 op de blz. 24-28 uitgebreid besproken.

Het voorgaande goed verkocht aan Arien Steven Lamberts is verder te volgen. Uit de nalatenschap van Arien Stevens en Lijsken zijn vrouw blijkt dat zijn vier kinderen de erfgenamen zijn. Zij verkopen uiteindelijk aan Cornelis Lamberts van Elswijck en via verervingen komt het uiteindelijk in bezit van de familie van Zutphen en het is dan te identificeren met " Hoog Beugt nr. 4", liggend aan het Beughe in de Boukaert. In het cijnsboek van de Heer van Dinther wordt het pand aangeduid als " de Boucxehoeve" Het verkochte perceel teulland ligt aan het Hoog Beugt nabij de Oudenhof en de Capelle aan het Beugt.
Reeds de voorouders van Peter Willem Peters waren in het bezit van de goederen, zie daarvoor aldaar.

Op 26 maart 1608 verhuren Jan Wijnen en Jan Joosten als kerkmeesters van Dinther aan Peter Willem Petersz. het "Kercken" huis, hof en erf zoals het reeds door Peter Willem Petersz. gebruikt wordt. De huurtermijn is drie jaren tegen een huurprijs van 20 carolus guldens van 20 stuivers het stuk ingaande Sint Maartensdag , voor het eerst martini (Sint Maartensdag, 11 november) 1609.

Deze huur is dus kort na de verkoop van 12 maart 1608 aangegaan.

5-12-1618:
Dirck Jan Pauwelsz heeft verkocht aan Marten Aert Driesz. een hoekske van een cluytvenneke groot 1/2 lopense aende Pelshovel gelegen, e.z. de vz. Marten, voorts rondom het erf van de verkoper, e.e. Peter Willem Petersz. c.s.


31 mei 1623:
Peter Willem Peters belooft te betalen aan Rutger Willem Rutgers. van nu pinksteren eerst komend anno 1624 100 gld. van vijf jaar verwoonde huishuur en landhuur.. actum den lesten mei 1623, schepenen Jan Goyaerts en Geraert Hendricks.

Op 4 januari 1627 draagt Delia, weduwe van Peter Willem Petersz. haar lijftocht over aan Peter, Arien, Lamberten en Henricken gebroeders, zonen van Peter Willemsz. haar kinderen, aan Jacob zoon Jan Jacobsz. Pennincx als man en momboir van Willemken en aan Emken beiden haar dochters bij Peter Willemsz., in een huis, hof en aanliggende erven groot omtrent in het geheel 10 lopense land gelegen in de parochie van Dinther genaamd "die Braecke", tussen het erf van Cornelis Ariensz.(mogelijk de man van Eesce zuster van Peter) ter eenre en een mortel toekomende de kinderen van Jan Pauwelsz. ter andere zijde en strekkende van het erf van Marten Aert Driesz. tot aan de gemene straat. Haar kinderen zullen het goed mogen belasten met 60 carolus guldens of de jaarlijkse intrest van dien jaarlijks.


Het bovenstaande goed zal wel hetzelfde zijn als vermeld in de huurcedulle van 12 juni 1601, waarin ook Marten Aert Driessen vermeld wordt.

Over "die Braecke" kan uit het jaar 1398 nog medegedeeld worden, dat Jan Paridaen en zoons een hofstad in Dinther naast "de Rodenborch" van Jan van Dinther en naast "die Braecke" van Jan van Dordrecht opdragen aan Wouter natuurlijke zoon van wijlen Art van Dinther,ridder, met als medebelover van Paridaen, Aelbert zoon van Spierinc Emontssoen.


Op 23 april 1407 is er een deling van goederen door Dirck en Aert zonen van wijlen Jan Spierinc van Dinther; aan Aert van Dinther komt o.a. toe land "die Braecke".


Even verder op wordt medegedeeld: Jan van Dordrecht tocht uit land "die Braecke" bij de "Pelsheuvel" en "dat Mortel" nu van de erfgenamen van wijlen Spierinc van Dinther en grenzend aan de "Rodenborch".


Op 27 mei 1416 oorkonden schepenen in Den Bosch dat Arnoldus, Johannes en Henricus zonen van wijlen Arnoldus Heyme, en Hubertus van Gemert, man en voogd van Margaretha dochter van wijlen Arnoldus Heyme, de erfcijns van 8 pond en 8 schellingen, welke cijns Arnoldus zoon van wijlen Johannes Spierinc van Dinther, beloofd had aan de erven van Arnoldus Heyme te betalen uit het stuk land "die Hoeve" gelegen in de parochie van Dinther tussen het goed van wijlen Johannes van Dinther en dat van Johannes van Dordrecht, en uit een stuk weide, dat er aan grenst, en uit het stuk land "dat Sceperiken",

gelegen naast het goed van Henricus de Weert, terwijl het eerst genoemde stuk land nu "die Braecke" wordt genoemd, hebben overgedragen aan Johannes Pijnappel t.b.v. het convent van St. Clara te Den Bosch.


Op 1 juni 1420 wordt melding gemaakt dat "after" de Rodenborch ligt land "die Braecke" genaamd, toebehorend aan Aert van Dinther zoon van wijlen Jan Spierinc van Dinther.


Ten slotte worden in 1440/1441 te Dinther vermeld: Henrick zoon wijlen Symon Jansz. van Dinther, Aert van Dinther zoon wijlen Jan Spierinc van Dinther en Wouter Jansz. van Heerle, waarbij gezegd wordt dat Willem Willemsz. van Broegel een huis, schuur, hof (een coelhof) in de hoeve "t goet ten Wijngarde", bouwland t.o.v. de huisdeur over een vonder,"de Jonghenacker", houtwas, turfveld, hei en wei naast "die Braecke" en 3 bunder beemd te Dinther etc. bezat.


Op grond van het bovenstaande is de ligging van "die Braecke" nagenoeg vastgesteld en kan dan gezocht worden liggend bij Heilaren,de Heuvel, Het Zand en Eikenhoek ten Noorden van het dorp Dinther.-zie afbeelding
Het goed heeft gelegen aan de huidige Zandstraat nr.1 te Dinther.

29 augustus 1631:
Bij de erfdeling van de kinderen van Jan Jan Adriaens en Arycken te Dinther wordt toebedeeld bij loting aan Merijken dr. Jan Jan Adrianes een cijns van 15 gld. en 15 st. jaarlijks, op Peter Willem Peters erfgenamen, verschijnende op "Purficationis Marie" (= 2 februari) te lossen met 172 gld., voorts van een verlopen pacht op dezelfde cijns op 2 febr. 1630 verschenen van 92 gld. op de jaar daarna van dezelfde cijns vervallen.


Hij was gehuwd met Delia Hendrick Lambertsz. Op de Aa, dochter van Henrick Lambertsz. Op de Aa en Lijsken Henrick Symon Segers.

Op 3 oktober 1612 is Deliana doopgetuige te Heeswijk voor Adrianus zoon van Leonardus Petri en Ida en wordt dan genoemd: Deliana Petri van Dinter.


Delia of Deliken is blijkens de akte van 13 febr. 1607 de dochter van Hendrick Lamberts Laureynsz. opt d'Aa, schepen van Dinther in 1578 en 1595 en zijn tweede vrouw Lijsken Henrick Symen Segers.


In voornoemde akte wordt een huis,hof, schop en aangelegen land groot omtrent 18 lopense gelegen in de parochie van Dinther in de Lammersheuvel verkocht door haar, haar broers en zusters aan haar halfbroer Claes Hendrick Lambertsz.

De kinderen uit het huwelijk van Hendrick Lambertsz. op d'Aa, zoon van Lambert Laureyssen op d'Aa en Deleken zijn eerste vrouw zijn:
1. Claes, hij wordt op 1 aug. 1599 als Claes Henricks op Aa vermeld als slachtoffer van een inval van huurlingen, die aan het muiten zijn er wordt gezegd dat:" Claes Henricx op Aa op zijn hoofd geslagen, zodat het bloed uit zijn oren is gekomen en nog steeds eruit blijft lopen, zijn kleren uitgetrokken ."
2. Henrick.
Uit zijn tweede huwelijk met Lijsken Henrick Symon Segers:
3. Lambrecht, hij was in 1614 schepen van Dinther en trad samen met zijn zwager Ruth Thones Rovers op 10 juni 1598 op in een geschil tussen de schutterijen van St. Catharina en St. Babara, hij was "koning van St. Catharina" en kerkmeester te Dinther.

4. Laurens.
5. Jenneke, gehuwd met Rut Thonis Roovers, als vaandrig van de schutterij St. Catharina samen met zijn zwager Lambrecht op 10 juni 1598.
6. Delie, zij is gehuwd met Peter Willem Petersz.
7. Marie, zij was in 1606 nog onmondig.

In het maatboek van de 100ste,10de en 20ste penning van het jaar 1569 wordt Hendrick Lambertsz vermeld als eigenaar van een huis met een mutsaet land daar aangelegen en met een dagmaat hooi verhuurt aan Peter Jansz.


Hendrick Lambertsz wordt op 15 nov. 1560 vermeld als gezworene van Dinther.

Uitgebreidere informatie over Hendrck Lambertsz. op d' Aa alsmede de ligging van de hoeve "op de Aa" is te vinden in een artikel in de Wojstap.

Tussen 7 januari 1626 en 21 oktober 1626 dient er een geding tussen de heer drossaert als aanlegger tegen Deliana weduwe van Peter Willems en de kinderen van Peter Willem Peters als gedaagden. (Waarover de procedure loop blijkt niet uit de stukken.)
1629:

In de St. Jansmis en kersmisse bede van Dinther anno 1629 komt in het tweede loth voor: de weduwe Peter Willems met 27 stv. en 2 oort. Ook staat hier vermeld Huybert Joosten idem van Peter Willems lant met 12 stv.

Daar van de kinderen (nog) geen achternaam is gevonden wordt deze tussen haken geplaatst.

Van hen zijn zes kinderen bekend:

1  Peter Petersz. [van Dinther], zie X-A.

2  Emken Petersdr. [van Dinther].

Zij wordt vermeld in 1627.

Emken kan een vleinaam zijn van bv. Ermintrude, waaruit ook afgeleid is de naam Trudie .

Trudie kan ook afgeleid worden uit Geertruida. De grootmoeder van Emken van vaderszijde heet Geertruyt en zij wordt in een akte als Truije vermeld. Gesteld mag m.i. worden dat Emken derhalve vernoemd is naar haar grootmoeder.


Zij trouwt (kerk) op 7 januari 1631 te Dinther met Pauwel Geraert Jacobs. Pauwel Geraert Jacobs is geboren rond 1594.

Op 16 maart 1611 heeft Pauwel Gerart Jacobsz. verkocht aan Jan Costen Hendricksz. een chijns van 3 gld vanuit een huis etc. op Vorstenbosch, en een sesterse ter plaats genaamd Nollant.


16 oktober 1629:
Joost Peters, Henrick Peters en Rom Rommers man en momber van Geertken, dochter Peter Henricxen, hebben verkocht aan Pauwel Gerartsen nagelaten weduwnaar van wijlen Heylken dochter Peter Henricxen voors. een huis, hof en aangelegen landerijen groot omtrent 18 lopense onder de parochie van "Oisterhoudt" in het land van Breda, gelegen naast het erf van Dries Herberts en het erf van Thijs zoon (...niet ingevuld) strekkende van het erf van Pauwel Gerrartsen voorz. tot op de gemene straat aldaar en een akker groot omtrent 10 lopen genaamd "den Bunt" gelegen onder de parochie van "Gils ten Rijen " gelegen naast de Leye, de gemene straat en tot op het erf van Jan Jans de Beer.
daaronder: 13-10-1631:
Marten Aerts Driessen heeft bekend de belening genomen van Pauwel Geraerts af te gaan en de 100 gld. daarvoor ontvangen te hebben.


In een geding tegen Peter Peter Willems (=broer Emke) op 14 mei 1631 en 14 januari 1632 wordt Pauwel Geraerts als man en momber van Emke dochter Peter Willems vermeld op 9 juli 1631 en 14 januari 1632(zie aldaar).

21 oktober 1632:
Lambert zoon van Peter Willems verkoopt aan Pauwel Gerards een stuk teulland den Braeck, tussen Henrick Peter Willems en Pauwel Gerards, van de Mortel tot op de Mortel.

4 april 1633:
In een akte bij Lambert Peters (=zijn zwager) is opgenomen zijn "merk". (zie verder bij Lambert Peters)

1 februari 1634:
Henrick Peters heeft verkocht aan Pauwel Gerarts gehuwd met Emken Peter Willem, een stuk land groot een sesterse in de Braeck gelegen, e.z. de koper, a.z. Peter Peter Willems, e.e. de gemeijnte van Dinther, a.e. Marten Aert Driessen, belast met een cijns aan de heer van Heeswijk of Keerbergen.


17 januari 1637:
Adriaan zoon van Peter Willems verkoopt aan Pauwel Gerards een stuk akkerland ter plaatse de Braeck aende Broeckant tussen erve wijlen Cornelis Adriaans en erf Pauwel Gerards, e.e. de gemeente tot op den Mortel (erfgen. Corn. Adriaans), zoals het hem bij de erfdeling van w. Peter Willems bij loting ten deel is gevallen.
.

4 februari 1644:
Pauwel Geraerts borg voor momboren over het onmondige kind van Lambert Peters, zijn zwager. ( zie verder bij Lambert Peters.)

5 februari 1644:
Pauwel Geraerts verkrijgt voor de verzorging van Peter onm. zoon Lambert Petersz. 9 gulden.

18 februari 1644:
Pauwel Geraert Jacobs belooft te betalen aan de momboiren van het onmondige kind van Lambert Petersz. op 1 mei 1645 een som van 2 gld. en 5 st. met nog een som van 25 gulden. Acte 18 febr. 1644 schepenen Dirck Jan Pennincx en Elswijck.
In de marge:
Is voldaan op 27 september 1646, schepenen Pennincx en Jan Wouters.

26 augustus 1645:
Peter zoon Peter Willem Peters heeft 1/6 deel in een huis, hof en boomgaard in de Lammerhovel, ez. Gerart Anthonissen en a.z. erfgenamen Jan Pauwels, e.e. Marten Aert Driessen a.e. de straat, verkocht aan Pauwel Gerarts Jacobs.

25 oktober 1650:
Pauwel Geraerts competeert een huys met acht hont teullants: 9 gld. 15 stv.

1651:
In de afrekening van 12 mei 1651 wordt vermeld: betaalt aan de momboiren Peter Peters en Pauwel Geraerts voor de besoignen (beraadslagingen) van de onmondige voorz. (Peter) ten huize voorz. betaalt 3 gulden en 2 oort op 9 maart 1651 nogmaals 3 gulden en 6 stuivers. Nog door Jan van Goch en Pauwel Geraerts op 13 maart 1651 terzake van het zelfde verteert 17 stuivers.. Nog bij Pauwel (Geraerts) en Hendrick (Peters) ooms van Peter onm. voorz. verteert 3 guilden en 15 stuivers.)

19 november 1670:
Pauwels Gerit Jacobs gehuwd met Emken dochter Peter Willems verkoopt aan Peter Dircx van den Bogaert een huis, hof, boomgaard en aangelag, groot 14 lopense in de Doyenhoek, genaamd de Braekt.


20 april 1672:
Pauwel Geraerts gehuwd met Emken, eerder gehuwd met Heylken, beloven aan de erfgenamen van zijn eerste huisvrouw Heylken Peters , te weten Joost Peters, Handerick Peters en Goortken Peters te betalen een som van 150 gld.
N.B.: Dit wordt herroepen in het testament van een dag later!

21 april 1672:
Pauwel Geraerts maakt samen met zijn vrouw Emken zijn testament luidende als volgt:
Voor Ambrosius Claesz. van Berkel, Adriaen Jan Peters en Hendrick Willems, schepenen van de vrije grondheerlijkheid Dinther, zijn verschenen Pauwel Geraerts en Emmeken zijn huisvbrouw. De vz. Pauwel ziek bij het vuur zittend en naderhand door vermoeidheid te bedde gaan liggen doch zijn vijf zinnen en verstand wel " in agtigh zijnde" en heeft al zijn voorgaande testamenten of instrumenten van uiterste wil ingetrokken en in het bijzonder dat van 20 april 1672 en bepaalt dat alles zal komen op de langstlevenede en daarna aan de zusters kinderen en het na te laten goed gelijkelijk hoofd voor hoofd zullen delen en voorts begeert hij testateur en zij testatrice dat de kinderen van wijlen Jacob Zegers in hun vaders plaats zullen komen en gelijke portie als de zusters- en de broederskinderen zullen genieten. Ook is het hen testateur en testatrice wil en begeerte dat Hendrick Pauwels zijn neef een vooruit gezegde portie zal krijgen van 25 gld. etc.
Actum Dinther de 21e april 1672, met de merken van Pauwel Geraerts en Emke en de handtekenngen van Ambrosius Claesz van Berkel, Adriaen Jan Peters en Hendrick Willems.


31 december 1672:
Schepenkwitantie van de erfgenamen Paulus Gerarts voor Peter Dircx vanden Bogaert betreffende de koop van huis en land in de Braecke volgens transportbrief van Dinther van 19 november 1670.
De erfgenamen van Pauwel Geraerts zijn: Hendrick Pauwels, Gijs Cornelisse als man en momber van Gerritge, Hendrick Janssen als momber over de kinderen van Jacob Jan Zegers, Hendrick Aryens als man en momber van Yke zijn huisvrouw.
Erfgenamen van Emken Peters zijn: Hendrick Peters, Jan Hendrick Peters en zich mede sterk makende voor Jan Aryens zijn neve, Wijn Hendrick Peters en Jan Meeussen.
De kwitantie betreft de rente van een kapitaal rustende op een huis en land genaamd de Braecke en is ondertekend door bovengenoemden hetzij met handtekening dan wel merk. -zie afbeelding


Hij was eerder gehuwd (1) met Heylken Peter Hendricx.

3  Adriaen Petersz. [van Dinther], zie X-B.

4  Lambert Petersz. [van Dinther], zie X-C.

5  Willemken Petersdr. [van Dinther].

In het doopboek van Heeswijk staat de volgende inschrijving op 16 aug. 1589:
gedoopt Wilhelmina Peter Willems, doopgetuigen: Jan Peter Rombouts en Johanna Willems van Nistelroy.

Het is niet duidelijk of deze inschrijving betrekking heeft op deze Willemke, want: Op 27 febr. 1656 verklaren Gielen Hendrick Dooremans man van Jenneke dr. Willem Peters en Peter Willem Peters o.a. dat Jan Aertse van Goch en Theunis Jan Teunisse hun momboren zijn geweest.

Peter Willem Peters de vader van Willemke is echter reeds op 3 december 1625 overleden en van hem is alleeen een zuster Eeske bekend terwijl hun momboren waren Jan van Dorne, Willem Rutten en Pauwel Jansz.
De conclusie is mogelijk dat de doopinschrijving niet op deze Willemke van toepassing is.

Willemke wordt vermeld in 1621 en 1627.

Zij was gehuwd met Jacob Jan Jacobsz. Pennincx.

6  Hendrick Peter Willemsz. [van Dinther] is geboren 1599 of 1600, zie X-D.

IX-C  Eescen Willem Peters van Dinther, dochter van Willem Peters Willemsz. van Dinther (VIII-D) en Geertruyt, is geboren rond 1573, is overleden op 5 maart 1639 te Heeswijk .

Op 18 april 1594 staat in het doopboek van Heeswijk de volgende vermelding:
Lotus est soute (gewassen door het water) baptismi Adrianus Andree patrinii Hubertus Theodori Michaelis et Eesch Wilhelmi Petri de Dinther.

27 oktober 1598:
Bij de doop van Hubertus zoon van Arnoldus Jacobi (Verhagen) en Catharina ? , getuige 1, Henricus Jordani ex Den Dungen, getuige 3, Eesch Corneli Adriani, echtgenote van Cornelius Adriani.

Op de laatste februari-dag van 1604 is zij doopgetuige bij de doop van Johannes zoon van Peter Hendricx.


Zij trouwt (kerk) op 5 februari 1595 te Heeswijk met Cornelis Adriaen Willemsz., zoon van Adriaen Willemsz.. Cornelis Adriaen Willemsz. is geboren rond 1573, is overleden op 13 maart 1639 te Heeswijk .

Het huwelijk werd op 5 februari 1595 door pastoor Arnold van Vessem voltrokken met als getuigen: Andreas Adriaens (broer van de bruidegom) en Peter Willems (broer van de bruid). Bij de huwelijksinschrijving staat bijgeschreven dat op St. Paulusdag (= 25 jan.) zij een belofte hebben van de moeder van de bruid ,Geertruid, met als getuigen Simon Jan Peters en Mathijs van Vlijmen, dat bij de deling van de goederen haar dochter Eesch evenveel toekomt als haar broer Peter en dat zolang hij de goederen heeft zij haar dochter zal kleden.

Deze mededeling geeft mede een bepaalde zekerheid dat er uit het huwelijk van Willem Peters van Dinther en Geertruy maar twee kinderen waren geboren.

1593-1642:
Cornelis Adriaans Willems is pachter van de Hoeve Voskuilen te Heeswijk van de Godshuisen te Den Bosch.

Op 12 januari 1611 dient Cornelis Adriaen Willems namens zijn vrouw Ese een verzoekschrift in tegen Emond Jan Coninx als man van Anna weduwe van Claes Willemsz. Het verzoek wordt vervolgd.:-zie voor het gehele stuk bij Willem Petersz. van Dinther vader van Ese.
Op 5 januari 1612 wordt er voor schepenen van Dinther een proces gevoerd door Cornelis Adriaenen Willemsen als man en momboir van Ese zijn huisvrouw dochter Willem Petersz. als eiser.- zie voor het gehele stuk bij Willem Petersz. van Dinther vader van Ese.

Cornelis Adriaensz. is doopgetuige op 5 febr. 1599 bij de doop van Maria dochter van Joost Adriaensz. (S) Jungers en Ott.;
op 5 april 1602 bij de doop van Henrica dochter van Melchior Goyaerts en Johanna Hendricks Peters;
op 20 juni 1620 bij de doop van Adrianus zoon van Joachim Paulussen en Adriana.


29 augustus 1631:
Bij de erfdeling van de kinderen van Jan Jan Adriaens en Arijcken te Dinther wordt toebedeeld bij loting aan de onm. kinderen van w. Peter Ghijsbert van Leijden en Catharina dr. Jan Jan Adriaens, een cijn s van 9 ghld. 7 st. jaarlijks op Cornelis Adriaens te Heeswijk, verschijnende "Purficationis Marie" (= 2 februari), te lossen met 150 gld. met een jaar achterstal van dezelfde cijns op 2 febr. 1631.


20 maart 1640:
Willem en Goyert zonen van Cornelis Adriaens verwekt bij Ese zijn huisvrouw dochter van Willem Peters, Ariken gehuwd met Jan Corst Martens, Marieken gehuwd met Peter Joosten, Anthonisken gehuwd met Gijsbert Jansen Rovers en Gertruyt gehuwd met Roelof Jacobs verkopen Gerit Anthonissen een huis, hof en boomgaard aan de Braecke, tussen erve erfgenamen jonker Johan van Doirne en Lenaert Rutten c.s. gen. De Wijgaertse hoeve, van de gemeijnte tot op een klotven.


.

Van hen zijn zeven kinderen bekend:

1  Willem Cornelis Adriaensz., zie X-E.

2  Adriana Cornelis Adriaensdr., zie X-F.

3  Antonia Cornelis Adriaensdr. is gedoopt op 10 juni 1599 te Heeswijk (doopgetuige waren Jacob Rommen en Ott Echtgenote van Joost Jungers).

Zij was gehuwd met Gijsbert Jan Hendrick Roovers.

4  Godefridus Cornelis Adriaensz. is gedoopt op 26 oktober 1600 te Heeswijk (doopgetuige waren Jan Jansen ..De Roda en Catharina Jan Petersdr.).

5  Maria Cornelis Adriaensdr. is gedoopt op 4 december 1601 te Heeswijk (doopgetuige waren Melchior Goyaerts en Beatrix Simon Jansen).

Zij trouwt (kerk) op 5 mei 1624 te Heeswijk met Peter Joosten.

6  Godefrida Cornelis Adriaensz. is gedoopt op 7 december 1603 te Heeswijk (doopgetuige waren Simon Joosten en Yda Rutger Lucasdr.).

7  Gertruda Cornelis Adriaensdr. is gedoopt op 16 juli 1611 te Heeswijk (doopgetuige waren Jacobus Mathijsz. uit Dinther en Wilhelmina Petersdr. uit Dinther).

Zij was gehuwd met Roelof Jacobs.


Generatie X

X-A  Peter Petersz. [van Dinther], zoon van Peter Willem Petersz. van Dint(h)er (IX-B) en Delia Hendrick Lambertsz. Op de Aa.

2 juni 1617:
Compareerde Peter Peter Willems en verklaart dat Joost Hedinckhuysen drosaaert van Heeswijck etc. in arrest en beslag heeft een zekere brief van de pastoor alhier en die de pastoor niet wil opheffen en verzoekt de comparant inzake vz. arrest en beslag recht te doen.
Waarop vervolgens Nicolaes Hendricksz. op d'Aa (=halfbroer van zijn moeder) borg gebleven is voor de comparant etc.
actum de 22 juni 1617. schepenen Jan Wijnen, Jan Joosten en Lambert Hendricksz.

Tussen 13 april 1616 en 24 mei 1617 dient er een geding tusen Peter Peter Willems als aanlegger met een beslag op de goederen toekomende Peter Roeffen voor zijn portie of kindsgedeelte gelegen alhier te Dinther.
Op 24 mei 1617 wordt het volgende overeengekomen:
Partijen Peter Peter Willems en Peter Roeffen zijn op voorspraak van goede mannen overeen gekomen hun kwestie te regelen. Peter Roeffen zal Peter Petersz. betalen een som van 87 gld. 10 st. waarmee de kwestie verder is afgedaan.
actum 24 mei 1617, schepenen Jan Wijnandts, Lambrecht Hendricksz. en Jan Joosten.

Hij wordt op 4 jan. 1627 te Dinther samen met zijn broers en zusters genoemd bij de overdracht van de lijftocht van zijn moeder Delia.

Op 15 mei 1630 is er een geding, ten huize van Jan Wijnans Suyskens voorschepen, tussen jkr. Joost van Hedinckhuyzen, drossaert van Heeswijk, Dinther en Berlicom als aanlegger en Joost Jan Pauwels (=zwager van Hendrick Peter Willems), Peter zoon Peter Willems en Jan zoon Lambert Henricks Lamberts als gedaagden. ( niet duidelijk is waarover de zaak gaat!). de gedaagden verschijnen niet en worden door schepenen alsnog opgeroepen te verschijnen op 5 juni 1630. De gedaagden blijven in gebreke. Op 26 april 1631 besluit de drossaard i.z. deze kwestie dat Peter Peter Willems in detentie moet komen tot dat Joost Jan Pauwels en Jan Lambert Henricks een waarborg betalen van 100 gld.
Daar de genoemde Peter Willem Peters, Joost Jan Pauwels en Jan Lambert Henricks, alle jongemannen van de heerlijkheid van Dinther "voorvluchtingen ende gedaegden" in gebreke zijn gebleven te verschijnen op 15 mei 1630 en op 19 juni 1630 en 4 september 1630,en aldus drie "faulte" gedaan hebben in hun geding, bevelen schepenen van Dinther op verzoek van de drossaard op 26 april 1631 het volgende: Genoemde Peter Peter Willems voor de tijd van 5 jaar eerstkomende uit deze heerlijkheid en jurisdictie zal zijn blijven uitgezet op een boete dat hij anders aan de lijve zal worden gestraft en in cas (=geval) van contradictie ( = tegenspraak) vz. Joost Jan Pauwels en Jan Lambert Henricx elk aan de aanlegger ( = de drossaar) zal moeten betalen de som van 40 gld. Op 14 mei 1631 wordt Pauwel Geraerts, namens zijn vrouw Emke dochter Peter Willems (= zuster Peter Peter Willems) als beheerder van de goederen van Peter Willem Peters (= zijn zwager) gedaagd door de drossaard, zo ook op 9 juli 1631. Op 14 januari 1632 roept de drossaard, Pauwel Geraerts als man en momber van Emke dochter Peter Willems als gedaagde op. De drossaard bij vonnis van 26 april 1631 tegen Peter zoon Peter Willems " voor vluchtig" is gedaagde bij " edict geobtineert" ( vonnis veroordeeld) tegen de vz. Pauwel Geraerts als man en momboor van vz. Emke, die op de 21 april 1630 voor de datum van het huwelijk met de vz. Pauwels aangegaan ( = 7 januari 1631), borg gebleven is voor de gedaagde. En inmiddels de vz. Peter op vz. dag bij de vz. heer drossaard niet aan zijn verplichtingen heeft voldaan. De schepenen verklaren in deze zaak " niet vroet" te zijn en ordoneren dat geld ingelegd moet worden om daarover door " meesters in de rechten" te laten horen. ( een verder verloop van het proces is nog niet gevonden)

Wellicht is hij in Oss terecht gekomen alwaar dan een dochter Margaretha is geboren, zie bij haar.

1-3-1634:
Peter Peter Willems is belender in de Braeck aan zijn zwager Pauwel Geraerts gehuwd met zijn zuster Emken.


4 februari 1644;
Peter Peters en Adriaen Peters momboren van het onmondige kind van Lambert Peters hun broer. (zie verder bij Lambert Peters.)

26-8-1645:
Peter zoon Peter Willem Peters heeft 1/6 deel in een huis , hof en boomgaard in de Lammerhovel, e.z. Gerart Anthonissen en a.z. erfgenamen Jan Pauwels, e.e. Marten Aert Driessen, a.e. de straat verkocht aan Pauwel Geraertsz..


Hij was gehuwd met Cornelia.

Van hen is een kind bekend:

1  Margaretha [van Dinther] is gedoopt op 8 januari 1631 te Oss (doopgetuige waren Theoderici Jois en Jacoba Jois), zie XI-A.

X-B  Adriaen Petersz. [van Dinther], zoon van Peter Willem Petersz. van Dint(h)er (IX-B) en Delia Hendrick Lambertsz. Op de Aa, is overleden te Oss, is begraven op 15 juni 1678 aldaar.

Hij wordt vermeld in de akte van 1627.

Op 17 jan. 1637 verkoopt Adriaen zoon van Peter Willemsz. aan Pauwel Geraerdsz. (zijn zwager) een stuk akkerland zoals verkoper het bij erfdeling tussen zijn mede-erfgenamen van wijlen Peter Willemz voor heren schepenen alhier is te lote en ten deel gevallen en binnen de heerlijkheid van Dinther gelegen is, ter plaatse genaamd "de Braecke" aan broekland tussen het erf van de erfgenamen van wijlen Cornelis Adriaens aan de ene en het erf van Pauwel Geraerdsz., koper, aan de andere zijde, strekkende met het eind aan de gemeente van Dinther tot op de Mortel toebehorende de erfgenamen van wijlen Cornelis Adriaens.


4 februari 1644:
Peter Peters en Adriaen Peters momboren over het onmondige kind van Lambert Peters hun broer. (zie verder bij Lambert Peters en zijn zoon Peter..)

18 februari 1644:
Adriaen Peters man en momboir van Yken Peerke zijn huisvrouw wonende binnen de vrijheid van Os in het kwartier van Maasland belooft op alles wat hij heeft en zal hebben te betalen op 1 mei 1645 aan de momboren van het onmomdige kind van w. Lambert Peters de som van 5 gulden jaarlijks met nog een som van 100 car. gulden en als het zal gebeurten dat hij later betaalt een intrest zal betalen van vijf ten honderd jaarlijks.
Acte 18 februari 1644. Schepenen Dirck Jan Pennincx en Elswijck.
In de marge:
Deze obligatie is voldaan door Adriaen Peters door betaling van mondkost aan de onmondige te zijne huize verteerd en voorgeschoten penningen en mede volgens de rekeningen opgemaakt ten behoeve van de onmondige betaald op 15 juli 1648: getekend E van Laerschot. N.B.: zie ook de afrekening op RAD nr. 13 blz. 234.


Begraven te Oss Aert Peter Willems ( mogelijk heeft dit betrekking op hem).

Hij was gehuwd met Ida (Yken) Peerke.

Op 27 maart 1625 is zij doopgetuige bij de doop van Jan Hendrickz. van Dinther en op 22 januari 1633 doopgetuige bij de doop van Peter Lambertsz (van Dinther).

Van hen zijn drie kinderen bekend:

1  Jan Adriaen Petersz [van Dinther], zie XI-B.

2  Jacobus Adriaensz.[ van Dinther].

Doopgetuige op 1 november 1657 bij Peter Jan Hendricks van Dinther te Oss.

3  Cornelia Adriaensdr. [ van Dinther].

Zij is op 7 januari 1661 te Oss doopgetuige bij Honoraria Jansdr. van Dinther.

X-C  Lambert Petersz. [van Dinther], zoon van Peter Willem Petersz. van Dint(h)er (IX-B) en Delia Hendrick Lambertsz. Op de Aa, is overleden voor 1 februari 1644.

In een geding tussen 12 juli 1623 en 15 november 1623 worden Lambert Peter Willems en Henrick Gijsbert Dircksz. de Jonger veroordeeld door de drost met een boet van 2 gld. wegens overtreding (van een keur op de rivier de Aa?)

Hij wordt samen met zijn broers en zusters genoemd op 4 jan. 1627 bij de overdracht van de lijftocht van zijn moeder Delia.


Op 4 september 1630 verhuurt Lambert Peters aan Marten Aert Driessen voor 100 car.gld jarlijks zijn gedeelte in "de Braecke" te Dinther gelegen naast de erfenisse Henrick Willem ez. en de erfenisse Henrick Peters a.z., het e.e. aan de vz. Marten en het a.e. tot op de gemeinte. Komend op de vz. 100 gld. nog een interst van 3 gld. en 5. st. etc.

14 mei 1631:
Lambert Peter Willems verklaart te betalen op 14 mei 1631 aan Wijndelken weduwe Rombout Peters de som van 3 gld. en 15 st. en een som van 25 gld. te hebben ontvangen uit handen van Wijndelken.
In de marge van de doorgehaalde akte: Wijndelken betaald op 17 februari 1644.

Op 21 okt. 1632 verkoopt Lambert zoon van Peter Willemsz. aan Pauwel Geraertsz. (man van zijn zuster Ermken) een stuk teulland binnen Dinther gelegen ter plaatse genaamd "die Braeck" tussen het erf van Hendrick zoon van Peter Willemsz. (zijn broer) ter eenre en de voorsz. Pauwels,koper, ter andere zijde, strekkende met een einde van de Mortel tot op de Mortel met het andere einde.


4 april 1633:
In een huurcedulle van de momboiren Jan Jacop Daniëls en Roelant van Gameren over de onmondige kinderen van w. Nicolaes Daniël Jacops betreffende een woning met aangelegen teulland gelegen te Dinther in de Lammerheuvel en tegenwoordig gebruikt door Henricken Adriaen Claessz. willen zij deze voor " allen man" verpachten voor een termijn van één jaar. Hierbij worden genoemd Lambert Peters met een " slach" (=opbod) op het bod van Lenaert Rutten van 29 munten voor het gebruik van de woning en niemand bood meer dan Lambert Peters en is aldus aan hem toegewezen en hij heeft verklaart de genoemde condities na te komen, met Pauwel Geraerts (= zijn zwager) en Henrick Peter Willems ( = zijn broer) en Jan Daniël Huybers als zijn medebelovers en borgen.
Met de handtekeningen van Lambert Peters en Jan Daniel Huybers en de merken van Pauwel Geraerts en Henrick Peter Willems.
Vervolgens op 9 augustus 1633 verklaart Jan Jacob Daniels overgenomen te hebben van Lambert Peters de huur zoals genoemd in de akte van 4 april 1633. etc.

Tussen 23 mei 1636 en 9 juli 1636 is er een geding tussen Wijndelken Rombouts als aanlegger tegen Lambert Peters Willems als gedaagde.
N.B.: de kwestie zal wel gaan over de lening van 14 mei 1631, die uiteindelijk wordt voldaan op 17 februari 1644 door de momboren van het onm. kind Peter van Lambert Peters.

15 januari 1642:
In een huurcedulle van Corstiaen zoon Jan Peeter Rombouts en voor zijn broer Peeter zonen van Jan Peeter Rombouts en Clara zijn huisvrouw betreffende een huis, hof en aangelegen teulland gelegen binnen de heerlijkheid van Dinther ter plaats aan "de Bijlshoeck" gelegen en ez. erfenisse "Lambert Peeters" a.z. Jan Segers en de kinderen Adriaen Cornelissen etc.

4 februari 1644:
Peter Peters (=broer Lambert Peters), Jan Jansen van Gemert (=broer van de moeder van Catharina Matijsdr.), Jan Aerts van Goch en Adriaen Peters (=broer van Lambert Peters), als momboren, op 3 februari 1644 door schepenen van Dinther benoemd, van het onmondige kind van wijlen Lambert Peters verwekt bij wijlen Catharina dochter Mathijs Willems (en Catharina dr. Jan van Gemert) verkopen aan Gabriel Jansen van de Graef , een huis, hof en boomgaard aan de Bijlshoek ene zijde Aert Hendricx van Goch en Jan Hendricx Doremans andere zijde, ene eind de gemeynt van Dinther ander eind Willem Cost Otten, alsmede een stuk teulland groot 4 lopense ook ter plaatse aldaar genoemd, met de verplichting tot het betalen van een cijns van 11 gld. aan Willem Reynders te 's-Hertogenbosch te lossen met een bedrag van 200 gld., een cijns van 3 gld. aan de Heilige Geest te Dinther, een geburencijns te Dinther verschijnend op St. Lambertusdag ten bate van de Heer van Dinther, voorts geburencommer dorpslasten.
Borgen zijn Jan Aerts van Goch, Peter Petersz.( is broer van Lambert) en Pauwel Geraerdsz.( is zwager van Lambert). De opbrengst van deze verkoop bedraagt 870 car. gld.

N.B. de Bijlshoek heet later de Doyenhoek, het huis lag aan de huidige Dodehoeksestraat op het Retsel.(zie kohier van huizen te Dinther door Jan van der Leest nr. 77)
Zelfde datum
Willem Mathijssen ( is broer van Catharina) Adriaen Peters ( is broer van Lambert), Jan Janse van Gemert (= de broer van de moeder van Catharina), Jan Aerts van Goch en Peter Gerards momboren van het onmodige kind van Lambert Peters en Catharina dochter Mathijs Willems verkopen aan Adriaen Jan Dirckz. een stuk akkerland groot zes en een halve lopense liggende in de parochie van Dinther ter plaatse genaamd. op Reytsel belendend e.z. Daniel Rombouts a.z. Aert van Goch ee. de gemene weg a.e. Geraert Aelberts. Borgen zijn Pauwel Geraerdsz. (is zwager Lambert) Jan Aerts van Goch en Peter Petersz. ( is broer van Lambert). De opbrengst van deze verkoop bedraagt : 670 car. gld.

28 februari 1644:
Rekening, bewijs en reliqua (=achterstallige schulden) door Peter Peters, Adriaen Peters (broers Lambert), Willem Mijthijs Willems ( broer Catharina),Jan Arts van Goch,Jan Jans van Gemert (= broer van de moeder van Catharina Mathijsdr.), als momboren van het onmodige kind van wijlen Lambert Peters verwekt bij wijlen Catharina zijn huisvrouw dochter Mathijs Willems.
In deze afrekening worden vele afdoeningen vermeld van verkopingen en aflossingen van achterstalle rente, aflossingen en pachten. (zie dossier Lambert Peters.

3 november 1644:
Schuldbekentenis door Lambert zoon Cost Otten en Cost zoon Lambert Costen van 2 gld. 10 st. te betalen ten tijde van de hoogtijd van Lichtmis 1646.
In de marge: is voldaan aan de momboren van onm. kind van Lambert Peters op 5 januari 1647.

28 november 1644:
Schuldbekentenis door Hendrick zoon Dirck Hendrick wonende Nistelrooyse Vorstenbosch, aan de momboren van het onmondige kind van Lambert Peters te betalen op hoogtijd van Pinksteren 1645 een som van 10 car. gld.
In de marge: is voldaan op 27 februari 1646.
en vervolgens:
Dezelfde met een schuldbekentenis van 7 gld. en 10 st. te betalen St. Jan baptist 1646.
In de marge: is voldaan als voore.


27 juli 1645:
Jan Aerts van Goch als momber van het onmodige kind van Lambert Peters heeft bekend de rente van 2 gld. 10 st., zoals vastgelegd in de akte van 23 september 1644, van Andries Dirckx van Dortman te hebben ontvangen.

27 februari 1646:
Schuldbekentenis door Hendrick zoon Dirck Hendrickx aan de momboren van het onmondige kind van Lambert Peters, een som van 5 car. gld te betalen Bamisse1646.
In de marge: Jan Aerts van Goch heeft bekend van deze obligatie te zijn voldaan door Hendrick Dirck Hendrickx op 1 oktober 1651.

15 juli 1648:
Rekening, bewijs en reliqua door Adriaen Peters en Jan Aerts van Goch t.b.v van de onmondige zoon van w. Lambert Peters: van 8 november 1647 tot 15-7-1648. incl. twee schuldbekentenissen van Hendrick Peters won. op Vorstenbosch onder Nistelroy en van Peter Jacob Lamberts. Ontvangen van Emken de weduwe van Hendrick Peters op Vorstenbosch wegens een jaar intrest van 50 gld kapitaal verschenen 1 mei 1649. Op 3 augustus 1654 verklaart Jan Aerts van Goch als momboir van het onmondige kind van Lambert Peters te zijn voldaan van de obligatie van Hendrick Peters op Vorstenbosch. Op 17 april 1653 is door Peter Jacob Lamberts de obligatie van 15 juli 1648 voldaan.

12 mei 1651:
Rekening, bewijs en reliqua door Ariean Peters en Jan Aerts van Goch als mombers van Peter onmondige zoon Lambert Peters vanaf 15 juli 1648.

20 februai 1652:
Jan Arts van Goch en Adriaen Peters als momboren van de onmondige zoon Lambert Peters, bekennen dat Joorden Peters wonende op Vorstenbosch nog in hun handen heeft "gequeten" een obligatie van 200 gld. en die vergeten was in de afrekening op te nemen verklarende dat zij de obligatie "verlegt" hadden.

Hij trouwt (kerk) op 12 februari 1630 te Dinther met Catharina Mathijs Willemsdr., dochter van Mathijs Willem Aertsz. en Catharina Jansdr. van Gemert. Catharina Mathijs is overleden voor 1 februari 1644.

16 september 1609:
Vermeld worden Jan Jansz. van Gemert en Mathijs Willem Aertsz. als man en momber geweest zijnde van Catharina zijn overleden huisvrouw dochter Jan van Gemert.
12 juni 1610:
Vermeld worden in de erfdeling van de kinderen Jan van Gemert , Jan zoon Jan van Gemert en Mathijs Willem Aertsz. als achtergelaten weduwnaar van Catharina zijn overleden huisvrouw dochter Jan van Gemert en in die kwaliteit ouder en momboir van Catharina zijn onmondige dochter bij de vz. Catharina zijn overleden huisvrouw verwekt.
Op 14 juli 1610 zijn Jan Joost Geraertsz en Mathijs Willem Aertsz. gezworenen en gecomiteerden van het dorp van Dinther.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Peter Lambertsz. [van Dinther] is gedoopt op 22 januari 1633 te Dinther Ida/Yke Adriaens is de echtgenote van Adriaen Petersz. de broer van Lambert (doopgetuige waren Ida Adriaens en Jan Lambertsz.), is overleden voor 12 mei 1651.

Peter is omstreeks 1 februari 1644 wees geworden. Uit zijn familiekring worden nu momboren (voogden) benoemd en beëdigd door de schepenen van Dinther. Zijn ooms van vaderszijde Peter Petersz. en Adriaen Petersz.; Willem Mathijs Willemsz een broer van zijn moeder; Jan Jansz. van Gemert oom van Catharina zijn moeder en Jan Aertsz. van Goch. Deze momboren beheren en wikkelen de nalatenschap af van Lambert Petersz. en doen daarvan verantwoording als rendanten d.w.z. afrekeningsplichtigen. Bewaard zijn gebleven de afrekeningen van 18 februari 1644, 15 juli 1648 en 12 mei 1651.
Minutieus worden de ontvangsten en uitgaven verantwoord tot in de kleinste details en geven daarbij o.a. informatie over de familieleden en de lotgevallen van Peter alsmede over de financiële positie bij overlijden van Lambert Petersz. De afrekeningen beginnen met : Rekening, bewijs ende reliqua... Reliqua betekent achterstallige schulden. Onderstaand worden de voor de genealogie relevante gegevens vermeld in samenhang met de familie.
Peter wordt opgenomen in het huis van zijn oom Adriaen Peters te Oss, allereerst moet nog aan de schoolmeester te Dinther schoolgeld en doodsgeld worden vergoed. Oom Adriaen koopt regelmatig gereedschappen die benodigd zijn voor het leren van zijn ambacht. Uit het soort gereedschap en de benodigdheden blijkt dat hij opgeleid wordt voor schoenmaker. Gekocht worden een schoenmakersmes, hoochsels, kanten en stalen pinnen. Hij is in de leer bij Jan Gijsberts maar niet alles loop van een leien dakje. De momboiren moeten naar Oss komen omdat Peter bij zijn leermeester is weggelopen en tegen hem had "gerebelleerd". Er wordt een accoord bereikt en de kwestie werd opgelost. Op vastenavond wordt aan Jan Gijsberts zijn meester voor gereedschap en drinkgeld 12 stuivers betaald. Later blijkt Peter elders te wonen. Op de Osse marktdag laatsleden (1648) op de kermisvaart wordt aan de "vrouwe" waar Peter woont en zijn ambacht leert een bedrag van 25 stuivers gegeven. Op 26 februari 1649 wordt aan Jan Vrijssen betaalt voor kosten door Peter in de vergadering van "jonggezellen" voor Peters "contigent" betaald 9 stuivers. Op dezelfde dag wordt er bij Pauwel Jansz. "inden Wolsack" te 's-Hertogenbosch voor 2 gulden en 2 stuivers verteert. Ook voor het brengen van Peter naar Hendrick Claessen, schoenmaker, wordt voor gelag een vergoeding betaald van 27 stuivers. Oom Adriaen ontvangt in 1648 voor verteerde kosten van mondklost, wassen en slapen van Peter voor een jaar 30 gulden. Tussendoor krijgt Peter van oom Adriaen regelmatig drinkgeld o.a. voor uitjes naar de Osse marktdag, de Bossche kermis en naar de kermis te Boxtel waar hij op bedevaart gaat en een aflaat koopt. Ook uitgaven voor kleding worden door oom Adriaen iin rekening gebracht. Hij koopt voor Peter een neusdoek, een linnenbroek en een paar hosen incl. maakgeld, 2 hemden, voor laken voor een linnen hose en een lijfrok met knopen.
Peter wordt echter niet oud. In de afrekening van 12 mei 1651 wordt in de aanhef vermeld...als momboiren van Peter onmondige soone Lambert Petersz, zaliger, ....en aan aan het eind van de afrekening wordt geschreven: verteert bij erfgenamen Peter voorz. int passeren deser reeckeninghen metten secretaris ende schepenen ter som van elf gulden en vijf stuivers. Betaelt aen de secretaris voor schrijven dezer reeckeningh ter som van een gulden, betaelt aen schepenen voor d`overstaen deses de som van thien stuivers. Dese reeckeninghe aldus gepasseert ende bij de erfgenamen geapprobeert (goedgekeurd) ende gelaudeert( ingestemd) in presentie van schepenen Lenart Rutte van Elswijck ende Mathijs Suyskens., die dese toirconde deses beneffens d`erfgenamen van Peter voorz. hebben ondertekent opten XII maij 1651. Volgen de handtekeningen c.q. merken van:Jan Aertsen van Goch (handt.); Pauwel Geraerts (merk); Arijen Peters (handt.); Pauwel Jansz. Ruijter (merk); Hendrick Aertsz. van Velp (merk); Anneken Hoomans (merk);Lenart Rutten van Elswijck (handt.); Mathijs Jan Suyskens (handt.) en E van Laerschot, secretaris (handt).

2  Cornelis Lambert Petersz. [van Dinther] is gedoopt op 12 april 1635 te Dinther (doopgetuige was Godefridus Corneli en Anthonia Henrici Nicolai), is overleden voor 2 april 1644.

X-D  Hendrick Peter Willemsz. [van Dinther], zoon van Peter Willem Petersz. van Dint(h)er (IX-B) en Delia Hendrick Lambertsz. Op de Aa, is geboren 1599 of 1600.

Een vermelding met de geslachtsnaam van Dinther is (nog) niet gevonden.

Onderzoek naar Hendrick Peters wordt bemoeilijkt door het feit dat tegelijkertijd meerdere personen in de onderzochte periode met het zelfde patroniem optreden. Vooralsnog zijn er mogelijk drie personen met hetzelfde patroniem, nl. Hendrick Peters (Willems), Handrick Peter (zn. Peter Handricks.) en Hendrick Peters wonende op Vorstenbosch, die in de stukken voorkomen als Hendrick Peters. Hendrick Peter Willems kan niet schrijven en tekent met een merk. Handrick Peters (zn.Peter Handricks. ) kan wel schrijven en heeft een handtekening, hij is ook schepen van Dinther.

Peter Willem Petersz. wordt samen met zijn broers en zusters genoemd op 4 jan. 1627 bij de overdracht van de lijftocht van zijn moeder Delia.


Op 27 april 1625 verkoopt hij, als man en momboir van Jenneken dochter Jan Pauwel Aertsz. (van Gogh?) de helft hun competerende in een cijns van 10 gld. en 10 st. jaarlijks t.l.v. het corpus van Dinther te betalen op Kerstdag blijkens schepenbrief van 19 dec. 1603, aan zijn zwager Joost Jan Pauwel Aertsz.


Enige tijd later op 6 juni 1625 verkoopt Hendrick Peter Willemsz. volgens zijn verklaring 25 jaar , als man en momboir van Jenneken dochter Jan Pauwel Aertsz.( van Gogh?) aan Jan Jan Ariensz. een jaarlijkse rente of cijns van 3 car. gld. de gld. tot 20 st. Brabants, afgesplitst uit een rente van 6 gld. jaarlijks , zoals door het dorp van Dinther aan de kinderen van Jan Pauwel Aertsz. beloofd was.


28 juli 1628:
In deze akte wordt een belending aangegeven van Hendrik Petersz. aan een huis, hof en aangelag groot 4 lopense in de Lammerheuvel e.z. H. Geest ten Bosch, a.z. Henrick Peters; ee. de straat, a.e. een waterloop.


In 1629 wordt Hanrick Peter Willemssen vermeld met 16 1/2 stuivers in de Sint Jansmis ende Kersmisse-bede van Dinther.

Vanaf de val van 's-Hertogenbosch werd het de katholieken steeds moeilijker gemaakt om hun godsdienst uit te oefenen.
Via allerlei plakaten, uitgevaardigd door de Staten Generaal, werd de vrijheid steeds meer beperkt. Zo lezen we in een publicatie van diezelfde instantie van 13 mei 1631, dat zij in een eerder plakaat de pastoors en andere geestelijken te kennen hadden gegeven zich "te onthouden van te doen hare kerkelijcke diensten binnen de clooster-parochie kercken ofte capellen in de Meyerije". Dit op straffe van verbeurd verklaren van hun particuliere goederen.
Omdat men zich hieraan niet hield, werd de hoogschout van de stad en de Meierij van Den Bosch opgedragen op de uitvoering van dit plakaat "nae behooren te letten ende specialijken de voorsz. clooster ende parochie kercken als oock capellen soo groote als kleyne, al omme in de meergenoemde Meyerije te sluyte".
Verder diende de hoogschout "van dezen onsen placate al omme in de voorsz. Meyerije ende daer het voorts behooren sal, publicatie te laten doen".

Na 1630 blijkt Hendrick Petersz. zijn kinderen te laten dopen in Nistelrode, dit heeft voor het genealogisch onderzoek belangrijke gevolgen. De pastoor van Dinther Aernde Beys is overleden op 3 april 1633. Mogelijk is dat de reden, mede door het hiervoor en hierna vermelde, dat de dopen in Nistelrode plaats vinden. De opvolger van pastoor Beys was Willem van Zomeren, hij verkreeg op 2 mei 1635 zijn aanstelling als pastoor van Dinther. Hij had tijdens de retorsie te kampen met grote moeilijkheden en bevond zich b.v. in 1648 te Uden om zoveel mogelijk zijn parochianen te kunnen bijstaan.
Het rechterlijk archief van Dinther geeft dan nog steeds informatie over de rechtshandelingen, doch de registratie van bv. de dopen, mogelijk in de kapel op Vorstenbosch , vallen dan onder de parochie van Nistelrode, hetgeen duidelijk blijkt uit de hierna volgende rechtshandelingen en dopen.-zie afbeeldingen

21 oktober 1632:
Lambert zoon Peter Willems verkoopt aan Pauwel Gerards een stuk teulland den Braeck, tussen Henrick Peter Willems en Pauwel Gerards, van de Mortel tot op de Mortel.

4 april 1633:
In een akte bij Lambert Peters ( zijn broer) staat opgenomen zijn "merk"( zie verder bij Lambert Petersz.

30 juni 1633:
Henrick Peeters wonende op Vorstenbosch onder Nistelrode heeft verkocht aan Lenarden Jansen een stuk groesland op Vorstenbosch onder Dinther, e.z. Welt Anthonis Welten, a.z. erfgenamen Joost Peeters, e.e. de gemeijnte van Dinther, a.e. Rom Rommen.

N.B. mogelijk is dit een ander dan Henrick zoon Peter Willems. Deze Hendrik Peters is overleden wanneer zijn weduwe Emken op 1 mei 1649 betaald aan de momboren van het onm. kind van Lambert Peters.

19 oktober 1633:
In een geding tussen Abraham Michiels van Koersel, als man en momboor van Anthonetta zijn huisvrouw dochter w. Jan Jan Adriaens als aanlegger tegen Henrick Peters. (verder geen gegevens bekend, mogelijk betreft dit de cijns die Henrick Peter Willems aan Jan Jan Adriaens verkoopt op 6 juni 1625).

Op 1 febr. 1634 verkoopt Hendrick Petersz. aan Pauwel Geraertsz.(zijn zwager) als man en momboir van Ermken dochter Peter Willemsz. een stuk land groot omtrent een sesterse (=0,33 ha) gelegen binnen de heerlijkheid van Dinther genaamd " in de Braeck ", tussen de voorn. koper en Peter zoon Peter Willemsz. (zijn broer), strekkende met het ene einde op de gemeinte van Dinther en op het andere einde op Marten Aert Driessen. Het land is belast met een cijns aan de heer van Heeswijk en Keerbergen en een cijns aan de geburen voor dorpslasten.


1637:
Hanrick Peters heeft een schoone huysinge, hoff en boomgaart etc. tussen erf. Lambert Costen en de gemeyn straat, e.e. erf. Nicolaas Handricx op d'Aa, a.e. de straat, vallende onder de jurisdictie van Dinther en Heeswijk ter plaatse Loosbroeck.. Betreft de aankoop op 12 april 1638 en de verkoop op 4 juni 1638.


23 april 1640:
Hendrick Peeters heeft in huur gegeven aan Jan Laureijnense, huis, hof en teulland gelegen in de "Lammerhovel" tot pinksteren eerst komend tegen een pachtsom van 36 gld.

9 maart 1650:
Schuldbekentenis van Henrick Peters aan Ariaen Wouters te betalen op 9 maart 1651 een som van 5 gld. en op 9 maart 1652 een gelijke som van 5 gld. en nog een som van 100 car.gld naar de koers van `s-Hertogenbosch vrij van last.
Actum dem 9 martij 1650, coram scabinis Elias Jansz. van Lieshout en Lamber Hendrickx op d'Aa.

In 1650 wordt een Hanrick Peters vermeld hem competeert ontrent twee hont teulllants met eenich groeslant: 3 gld. 10 st.

Tussen 19 april 1651 en 1 maart 1652 is er een geschil tussen Henrick Peters als aanlegger tegen Willem Everts als gedaagde. Op 1 maart 1652 verzoeken zij de schepen Lenaert Rutten van Elswijk te bemiddelen blnnen veertien dagen, ( het blijkt hier niet waarover het geschil gaat en hoe de uitkomst is).

12 mei 1651:
In de afrekening van de momboren van Peter onm. zoon w. Lambert Peters wordt vermeld:
Aan Pauwel (Geraerts) en Hendrick (Peters) ooms van Peter voor verteer betaalt 3 gulden 15 stuivers.
Betaald aan Hendrick Peters gezonden geweest naar Graef (Grave) en Os bij de zelven en Adriaen Peters, Pauwel Geraerts en van Goch verteert in twee reizen 39 suivers.


31 december 1672:
Op een schepenkwitantie van de erfgenamen van Pauwel Geraerds staat het merk van Hendrick Peters. ( zie verder bij zijn zuster Emken gehuwd met Pauwel Geraerts Jacobs.)

Tussen 20 november 1652 en 8 januari 1653 is er een geding tussen Willem Jan Wijnen als aanlegger en Hendrick Peters als gedaagde.

De verwarde tijden, die ontstaan tussen de inname van 's-Hertogenbosch in 1629 en de uiteindelijke Vrede van Munster in 1648, zorgen voor veel ellende in de Meijerij.
De rondtrekkende troepen van beide partijen sparen de bevolking niet met hun strooptochten, inkwartieringen en confiscaties. De respectievelijke Heren, de "Staten Generaal der Verenigde Provinciën" en de koning van Spanje, teisteren de bevolking met hun belastingheffingen, die vanaf 1629 na de val van Den Bosch tot 1654 een geschil bleven tussen de Staatsen en de koning van Spanje, de zgn. retorsietijd.

Dan is er ook nog "de zwarte dood", de pest, die vanaf 1625 tot in 1636 rond waart in de streken en haar bovenmatige tol eist. Getallen tot 40% van de bevolking die aan de pest sterft zijn niet overdreven.-zie afbeelding
Het is dan ook niet verwonderlijk, dat binnen de familie van Dinther de bezittingen worden afgestoten, zoals blijkt uit de verkopen in 1625 tot 1634. De opbrengsten op het platteland dalen en daarmee daalt het bestaansminimum.
De Vrede van 1648, na tachtig jaar oorlog, geeft mogelijkheden tot het omzien naar andere activiteiten en een toevlucht wordt gezocht in de stad.
Zo trekt de zoon Jan van Dinther na 1655 naar de stad Oss, waar reeds in 1644 zijn oom Adriaen Peters woont.

Hij trouwt (kerk) op 30 juni 1624 te Dinther met Jenneken Jan Paulussen Aertsdr. [van Gogh], dochter van Jan Pauwel Aertsz. [van Gogh] en Jenne.

19 december 1603:
Het corpus van Dinther belooft te betalen aan de momboren t.w. Melis Pauwelsz. en Jannen Daniels Huyben ,over de twee onmodige kinderen ( = Joost en Jenneke ) van Jan Pauwels Aerts de som van 10 gld. en 10 stv.


10 maart 1604:
Het corpus van Dinther belooft te betalen aan de momboren t.w. Melis Pauwelsz. en Jan Daniel Huyben , over de onmondige kinderen (= Joost en Jenneke) van Jan Pauwels Aerts een chijns van 7 gulden.


4 augustus 1604:
Arnolda, weduwe van Peter Corsten geeft over aan haar kinderen Corstiaen en Lijsken de tocht in een stukje hoijland, omtrent een dachmaat in Dinther op Vorstenbosch in de Oude Beemden, e.z. en e.e. Dirick Henrick Boyen, a.z. den Langen Camp, a.e. de Oude Beemden; nog een stukje hoijland ter plaatse.
Corstiaen en Lijsken, Aert en Melis zonen van Pauwel Aertsz. en Jan Daniel Huijberts als man van Jenne, de weduwe van Jan Pauwel Aerts en hun twee kinderen (= Joost en Jenneke), verkopen de bovenstaande perceeltjes aan Jan Lemmens.


10 januari 1629:
Joost zoon Jan Pauwel Aertsz. verkoopt aan Willem Aertsz. de helft van een cijns van 7 car. gld. te betalen op Sint Matthijsdag Apostel door het dorp van Dinther hem aangekomen door de dood van zijn vader Jan Pauwel Aertsz.

N.B. zie ook 27 april 1625 bij Hendrik Peter Willemsz. de man van Jenneke, voor de verkoop van de helft van de cijns van 19 december 1603.

Van hen zijn zes kinderen bekend:

1  Jan Hendrick Petersz. van Dinther is gedoopt op 27 maart 1625 te Dinther (doopgetuige waren Anthonis Rutger Anthonisz. en Yda Adriaen Peters), zie XI-C.

2  Peter Hendrick Petersz. van Dinther, wonende te Nistelrode, is gedoopt op 21 november 1627 te Dinther (doopgetuige was Peter Peter Willemsz. (oom)).

In 1650 wordt Peter Hendrick Peters vermeld met een huys met 11 hond teullants en 2 parceelkens groeslant: 14 gld. 10 st.

Hij is op 2 nov. 1659 doopgetuige te Oss bij de doop van Cornelis Jansz. een kind van zijn broer Jan.

14 augustus 1661:
Op zondag 14 augustus 1661 heeft een Peter Henricx van Dinther te "Slaebroeck" (Uden) in gezelschap met enige mannen zitten drinken, na een ruzie in de herberg zijn zij naar buiten gegaan waarna Peter Henricx van Dinther, Adriaen Henrickx "soo moordadichlyck gestooken, gheraekt ende ghequetst, dat derselven Adriaen Henricx een groot en doodelijcke guet daerna in zijn linckers borst gecregen hebben ende hij daarnae doot gebleven is...".
En hij (Peter Henricx) heeft Dirck Henricx gezegt: laet mij gaen ick steech Adriaen Henricx "hartsteech doot" ; waarna hij gevlucht is.
Op 30 december 1661 wordt hij als voortvluchtige opgeroepen te verschijnen voor de hoog-en laagschout van 's Hertogenbosch ten einde gehoord te worden, hij geeft echter aan de drie oproepen geen gehoor.
Hij was in 1661 ongehuwd en woonde te Nistelrode.


1683:
Peter Handrick Peters , huis en aangelag, 7 lopense teulland: 3-12-8; acker 5 lop. : 2-12-8; acker 5 lop.: 2-10-0; 3 perc . groesveld; 1-0-0; heyveld: 0-5-0.

3  Wijnand Hendrick Petersz. van Dinther is gedoopt op 1 september 1630 te Dinther (doopgetuige waren Johannes N en Catharina Lamberts), zie XI-D.

4  Adrianus Hendrick Peters (van Dinther] is gedoopt op 30 november 1631 te Dinther (doopgetuige was Pauwel Gerards.).

Pauwel Gerards is de echtgenoot van Emken Peter Willem Petersz.

5  Deliken Hendricksdr. van Dinther is gedoopt op 26 augustus 1635 te Nistelrode (doopgetuige waren Jan Dirckx van Vechel en Lijn Hendrick Janssen), zie XI-E.

6  Melis Hendricksz. van Dinther is gedoopt op 23 januari 1639 te Nistelrode (doopgetuige waren Emken Pauwels uit Dinther en Henrick Melis uit Loosbroek), is overleden voor 31 december 1672 Hij komt op 31 december 1672 bij de ondertekening van een kwitantie niet als erfgenaam voor van zijn tante Emken Peters, mogelijk is hij dan dus al overleden. .

Op 19 dec. 1603 wordt als momber van zijn moeder Jenneken dochter Jan Pauwel Aerts genoemd Melis Pauwelsz. mogelijk is hij hierna vernoemd.

Mogelijk is de doopgetuige Henrick Melis uit Loosbroek een zoon van Melis Pauwelsz. Emken Pauwels is Emken Peter Willemsz. de echtgenota van Pauwel Geraertsz.

X-E  Willem Cornelis Adriaensz., zoon van Cornelis Adriaen Willemsz. (IX-C) en Eescen Willem Peters van Dinther, is overleden in 1646.

1641-1646: Willem Cornelis Adriaans is pachter van de hoeve Voskuilen te Heeswijk.

Hij was gehuwd met Adriana.

1646-1650: de weduwe Willem Cornelis Adriaans en Lambrecht Jacobs zijn pachters van Hoeve Voskuilen te Heeswijk van de Godshuizen Den Bosch.
1647-1656: de weduwe hertrouwde met Meus Klaasen die pachter werd.

Van hen zijn drie kinderen bekend:

1  Agnes Willem Cornelis Adriaensdr. is gedoopt op 1 december 1641 te Heeswijk (doopgetuige waren Jan Christiaensz. uit Schijndel en Barbara Peter Adriaensdr.).

2  Cornelia Willem Cornelis Adriaensdr. is gedoopt op 19 september 1643 te Heeswijk (doopgetuige was Antonia Gijsbertsdr.).

3  Jacoba Willem Cornelis Adriaensdr. is gedoopt op 26 juli 1645 te Heeswijk (doopgetuige was Emerentia Paulus Gerards uit Dinther).

De doopgetuige is Ermken dochter Peter Willem Petersz. van Dinther gehuwd met Paulus Gerardsz.-zie aldaar.

X-F  Adriana Cornelis Adriaensdr., dochter van Cornelis Adriaen Willemsz. (IX-C) en Eescen Willem Peters van Dinther.

Zij trouwt (kerk) op 5 december 1621 te Heeswijk met Jan Christiaans Schijmans. Jan Christiaans, wonende te Schijndel.

Van hen is een kind bekend:

1  Heijlwich Schijmans is gedoopt op 6 maart 1622 te Heeswijk.


Generatie XI

XI-A  Margaretha [van Dinther], dochter van Peter Petersz. [van Dinther] (X-A) en Cornelia, is gedoopt op 8 januari 1631 te Oss (doopgetuige waren Theoderici Jois en Jacoba Jois).

Op 11 februari 1669 worden huwelijkvoorwaarden opgemaakt tussen Derrick Symens, jongeman, toekomede bruidegom ter eenre en Grietie nagelaten weduwe Claes Hendrick Megens geassisteerd met Jan Hendrick Peters Van Dinther en Hendrick Paulssen als mombers over de onmondige 5 kinderen, de oudste Peter genaamd.

Zij was gehuwd (1) met Claas Hendrik Megens.

Van hen zijn vijf kinderen bekend:

1  Peter Megens.

2  Maria Megens is gedoopt op 25 februari 1653 te Oss (doopgetuige waren Gerardus Nicolai en Heilwichs Nicolai).

3  Claas Megens is gedoopt op 18 december 1655 te Oss (doopgetuige waren Henricus Pauli en Christianus Jois).

4  Johanna Megens is gedoopt op 17 oktober 1659 te Oss (doopgetuige waren Jan Anthonis en Anna Peters).

5  Geertruy Megens is gedoopt in april 1663 te Oss (doopgetuige waren Willem Gerards en Walteria Walteri).

Zij was gehuwd (2) met Derrick Symens.

XI-B  Jan Adriaen Petersz [van Dinther], zoon van Adriaen Petersz. [van Dinther] (X-B) en Ida (Yken) Peerke.

Op 31 december 1672 is Jan Hendrick Peters mede voogd van zijn neve Jan Aryens bij de kwitantie van de erfgenamen Pauwel Geraerds en zijn vrouw Emken Petersdr.

Hij was gehuwd met Maria.

Van hen is een kind bekend:

1  Henrica is gedoopt op 29 oktober 1653 te Oss ( DTB Oss inv.nr. 3 fol. 3vo) (doopgetuige was Ida Adriaens En Wilhelmus Jan van Boeckel).

XI-C  Jan Hendrick Petersz. van Dinther, zoon van Hendrick Peter Willemsz. [van Dinther] (X-D) en Jenneken Jan Paulussen Aertsdr. [van Gogh], is gedoopt op 27 maart 1625 te Dinther (doopgetuige waren Anthonis Rutger Anthonisz. en Yda Adriaen Peters).

De doopgetuige Yda Adriaen Peters is mogelijk de vrouw van zijn oom Adriaen.


Hij vertrekt vermoedelijk tussen 1655 en 1657 naar Oss, waar ook zijn oom Adriaen Peters reeds woont en voor wiens zoon Jan hij op 31 december 1672 optreedt.

Op 25 okt. 1669 is Jan Hendricksz. van Dinther samen met Meriken Janssen doopgetuige te Nistelrode bij de doop van Jan de zoon van Jan Meeuwen en zijn zuster Deliana.


Te Oss assisteren op 11 febr. 1669 Jan Hendrick Peters van Dint(h)er en Hendrick Paulsen, Grietie (=Margaretha) de weduwe van Claes Hendricx Megens, als mombers over de onmondige 5 kinderen, de oudste Peter genaamd, bij de akte van huwelijksvoorwaarden met haar tweede echtgenoot Derrick Sijmens. - zie ook bij Margaretha dochter Peter Peters.

N.B.:
Op 13 januari 1697 is te Oss Petrus Megens getuige bij het huwelijk van Gerardus Tonisse met Gertrudis Jans.
op 12 februari 1696 is te Oss Henricus Megens getuige bij het huwelijk van Wilhelmus Berens met Joanna Henrici van Lent.


In bovengenoemde akte wordt vermeld Jan Hendrick Peter "van Nistele" hetgeen doorgehaald wordt en in de marge verbeterd wordt met "van Dinter".-zie afb.
In het doopboek van Oss nr. 3 wordt deze "verschrijving" eveneens aangetroffen bij de vermelding van de dopen van de kinderen van zijn zoon Peter. Hierbij wordt m.i. verwezen naar de plaats van herkomst van Jan van Dinther buiten Oss gelegen, van oorsprong mogelijk het Dintherse deel van Vorstenbosch onder "Nistelrode".
Identificatie van de personen alleen met patronimica is niet voldoende omdat zij van "buiten" komen.

Bij de vermelding van de dopen van de kinderen is op te maken dat Jan Hendricksz. van Dinther na september 1655 is verhuisd naar Oss,waar zijn nakomelingen verder te volgen zijn.

31 december 1672:
Jan Hendrick Peters heeft samen met Hendrick Peters (zijn vader), Wijn Hendrick Peters zijn broer en Jan Meeussen zijn zwager en optredend voor Jan Aryens zijn neef (zoon Adriaen Peters en Yken Peerke wonende te Oss) een kwitantie ondertekend als erfgenaam van Emken Peters zijn tante.
Op de kwitantie staat zijn handtekening (zie aldaar).


Hij was gehuwd met Johanna Petersdr..

Van hen zijn zeven kinderen bekend:

1  Johanna Jansdr. van Dinther is gedoopt voor 1655.

Zij is te Oss op 20 jan. 1688 doopgetuige bij de doop van Cornelis zoon van haar broer Peter.


2  Hendrick Jansz. van Dinther is gedoopt op 8 september 1655 te Nistelrode (doopgetuige waren Arien Emontsz. en Maricken Hendricx Dircs.).

3  Peter Jan Hendricksz. van Dinther is gedoopt op 1 november 1657 te Oss (doopgetuige waren Jacobus Adriaensz. en Deliana Hendrickx), zie XII.

4  Cornelis Jansz. van Dinther is gedoopt op 2 november 1659 te Oss (doopgetuige waren Peter Hendricx en Luitgardis N).

De doopgetuige Peter Hendricx is de broer van Jan Hendrick van Dinther.

5  Honoria Jansdr. van Dinther is gedoopt op 7 januari 1661 te Oss (doopgetuige waren Lamberts Lambertsz. en Cornelia Adriaensdr.).

De doopgetuige Cornelia Adriaensz is de dochter van Adriaen Peters oom van Jan Hendrick Petersz. van Dinther.

6  Theodora van Dinther is gedoopt op 7 november 1666 te Oss (doopgetuige waren Hendrik Jansz. en Barbara Dirks).

7  Hubert van Dinther is gedoopt op 4 maart 1669 te Oss (doopgetuige waren Cornelis Adriaens en Maria Hendricks).

XI-D  Wijnand Hendrick Petersz. van Dinther, zoon van Hendrick Peter Willemsz. [van Dinther] (X-D) en Jenneken Jan Paulussen Aertsdr. [van Gogh], is gedoopt op 1 september 1630 te Dinther (doopgetuige waren Johannes N en Catharina Lamberts), is overleden , is begraven op 22 april 1674 te Nistelrode.

Bij de dopen van zijn kinderen en bij de inschrijving van zijn overlijden wordt hij genoemd met de geslachtsnaam "van Dinther".
Catharina Lambert is Catharina Willemsdr. de echtgenote van Lambert Petersz.
31 december 1672:
Wijnand Hendricks zet zijn merk op een kwitantie als erfgenaam van zijn tante Emken Peters samen met Hendrick Peters zijn vader, Jan Hendrick Peters zijn broer en Jan Meeussen zijn zwager.


Hij was gehuwd met Cornelia N.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Jacob Wijnandsz. van Dinther is gedoopt op 2 januari 1658 te Nistelrode (doopgetuige was Deliken Henricx van Dinther).

2  Ariken Wijnandsdr. van Dinther is gedoopt op 28 oktober 1669 te Nistelrode (doopgetuige waren Jan Ariaen Nelis van Uden en Meriken Theeuwis van Schijndel).

XI-E  Deliken Hendricksdr. van Dinther, dochter van Hendrick Peter Willemsz. [van Dinther] (X-D) en Jenneken Jan Paulussen Aertsdr. [van Gogh], is gedoopt op 26 augustus 1635 te Nistelrode (doopgetuige waren Jan Dirckx van Vechel en Lijn Hendrick Janssen), is overleden voor 31 december 1672.

Zij is vernoemd naar de moeder van vaderszijde.
Tweemaal is zij doopgetuige nl. op 1 nov. 1657 te Oss bij de doop van Peter Jansz. zoon van haar broer en op 2 jan. 1658 te Nistelrode bij de doop van Jacob Wijnandsz. de zoon van een andere broer.

Zij was gehuwd met Jan Meeussen.

31 december 1672. Jan Meeussen zet zijn merk op een kwitantie als erfgenaam van de tante van zijn vrouw Emken Peters, zie verder aldaar.


Van hen is een kind bekend:

1  Jan Jansz. Meeussen is gedoopt op 25 oktober 1669 te Nistelrode (doopgetuige waren Jan Hendricksz. van Dinther en Meriken Janssen).


Generatie XII

XII  Peter Jan Hendricksz. van Dinther ook genaamd van Nistelroy, zoon van Jan Hendrick Petersz. van Dinther (XI-C) en Johanna Petersdr., is gedoopt op 1 november 1657 te Oss (doopgetuige waren Jacobus Adriaensz. en Deliana Hendrickx).

De doopgetuige Deliana Hendricks is de zuster van Jan Hendricksz. van Dinther en Jacobus is mogelijk een zoon van Adriaen Peters en een neef van Jan Hendricksz van Dinther.
Peter Jan Hendricx heeft voor zijn huwelijk met Jenneken van Leucken een verhouding gehad met Johanna Geurts Schuerman, waarvan het volgende bekend is uit de schepenprotocollen:
Op 18 maart 1679 verklaren Peter Jan Hendricx j.m. toekomende bruidegom en Heylken Rutten weduwe van Lamert Jan Corssen, toekomende bruid te zullen trouwen nadat behoorlijke proclamaties zijn gegaan.


Er komen echter problemen die een neerslag vinden in de volgende aantekening:
Op 23 maart 1679 verklaart Geurt Peter Schuermans voor schepenen in naam van zijn dochter Jenneken Geurts, bezwaar te hebben tegen het voorgenomen huwelijk van Peter Jan Hendricx met Heylken Rutten, weduwe van Lamert Jan Corssen en dit voorgenomen huwelijk te willen verhinderen.


Het huwelijk gaat niet door en uit de verhouding met Jenneke Geurts wordt op 10 sept. 1679 een natuurlijke dochter gedoopt met als doopheffers Gerardus Paulusz. en Maria Nicolaesdtr. Het kind leeft echter niet lang en op 21 sept. 1679 wordt te Oss het bastaard kind van Peter Jan Hendricx (van Nistelroy) begraven.
Het een en ander zal ook de reden zijn van de bijzondere vermelding van de kwartierschout Bressy bij het huwelijk met Jenneken Goossens van Leucken. Opmerkelijk is ook de tijd verstreken tussen de datum van ondertrouw en trouw.

Op 20 december 1686 belooft Peter zoon Jan Hendrickx (van Nistelroy) tegenwoordig getrouwd met Jenneken Goossens van Leucken, weduwe van Jan Otten de Veer, gedurende de minderjarigheid van de kinderen uit het eerste huwelijk van zijn vrouw nl. Goossen en Jacomina, over de schuld die hun vader had van 460 guldens aan Ott en Jacob Aerts de Veer, een rente te vergoeden van 2 gulden en tien stuivers en bij de meerderjarigheid de schuld te betalen. Jan Otten de Veer had dit geld onder zich gehouden terzake van de verkoop van enig gerstgoed gelegen onder de vrijheid van Oss als momboir over de genoemde Ott en Jacob Aerts de Veer. Getuige hierbij was Michiel Otten de Veer, ruiter in de compagnie van ritmeester Schoor, onder het regiment van de heer markies de Mompontjan, als oom en bloedmomber.


Op 25 april 1689 belooft Peter Jan Hendricx tegenwoordig getrouwd met Jenneke Goossens van Leucken, weduwe van Jan Otten de Veer, als "tochtenaer" van het huis en hoff waaraan zijn vrouw getocht is, zolang zijn vrouw leeft een rente te betalen van 7 stuivers over een kapitaal van 102 gulden, aan Jan en Lynncken Goossens van Leucken of hun nagelaten kinderen en aan Mariken Goossens van Leucken. Dit kapitaal was door Jan Otten de Veer, als momboir over zijn vrouw en de voorgenoemde drie kinderen van Goossen van Leucken onder zich gehouden terzake van de verkoop van "seeckeren hofflandts buyten de Bosch Poorte gelegen", de kinderen van Goossen van Leucken aangekomen van hun "Beste vader"en met dit geld had Jan Otten de Veer een huis en hof gekocht waaraan nu de vrouw van Peter Jan Hendricx haar lijftocht heeft.


Op 20 november 1693 gaan de kinderen en erfgenamen van Goossen Dirckx van Leucken en Aelken Driessen nl. Jan Goossens van Leucken ,voor zich en zijn broer Jacob Goosens van Leucken,Peter Lelyvelt gehuwd geweest met Mariecken Goossens van Leucken, Willem Janssen (Visschers) gehuwd geweest met Cathalijn Goossens van Leucken, Peter Jan Hendrickx als man en momboir van Jennken Goossens van Leucken ter eenre en Dirck Goossen Bruesten als momboir over de onmondige nagelaten kinderen van wijlen Jan Boogaerts en Judith Aert Claessen ter andere zijde accoord, dat de vordering die de voorn. erfgenamen van Goossen Dirck van Leucken hebben op de voorn. onmondige kinderen van Jan Boogerts van 75 gulden en staande op de "huyzinge" genaamd "De Sleutel" voldaan is mits de onmondige kinderen van Jan Boogerts een erfelijke cijns van "vijf ten halve stuyver" overnemen,jaarlijks te betalen aan de heer Van Deursse en welke cijns eerst ten laste was van de voorn. erfgenamen van Goossen Dirck van Leucken en staande was op het huis "De Sleutel". Opgemaakt te Oss voor de heer stadhouder Broeckhuysen en Jan van Meeuwen president-schepen.


NB: Het huis "De Sleutel" lag in de Peperstraat te Oss en was op 25 mei 1691 eigendom van Jan Bogers en het gasthuis van Oss en ging in eigendom over aan Uwen (Ivo) Jan Uwens de Loyer. Vermoedelijk is het huis bij de grote brand van 1751 verwoest. In een schepenakte van 17 sept. 1551 was het huis bezwaard met een cijns van 3 pond payments ten laste van Jan Jansz. van Gent te lossen voor St. Antonisdag over 4 jaar = 17 jan. 1555.


Het merk van Peter Jan Hendrix met direct daaronder de handtekening van Peter Geurt Schuermans staat op 16 juni 1702 tesamen met de merken c.q. handtekeningen van de naburen en inwoners van de stad en vrijheid van Oss onder een machtiging aan Leendert van Herincx, Jan van Gerwen, Meeuwis Vrijnssen en Peter Willems mede inwoners, om een geldlening aan te gaan. -zie afbeelding


Hij had een buitenechtelijke relatie (1) met Johanna Geurtsdr. Schuermans.

Van hen is een natuurlijk kind bekend:

1  Johanna is gedoopt op 10 september 1679 te Oss (doopgetuige waren Gerardus Paulusz. en Maria Nicolaesdr.), is begraven op 21 september 1679 aldaar.

Hij gaat in ondertrouw op 30 oktober 1682 te Oss, trouwt op 28 februari 1683 aldaar (2) met Jenneken Goossensdtr. van Leucken, dochter van Goossen Dircksz. van Leucken en Aelken Driessendtr. Strick?.

2 jan. 1677:
Jan zoon Goossen Derricksz van Leucken en Jan Otten man en momber van Jenneken Goossens zijn huisvrouw voor haar zelf alsmede als momber over Jacob, Cathelijn en Marijken Goossen haar minderjarige broeder en zusters, idem Gerrit Geurts van Ruven en Peter Theunissen als mombers over de onmondig nagelaten kinderen van Arien Derrick Goossens (van Leucken) verwekt bij Marijken Gerrits zijn gewezen huisvrouw mitsgaders Derrick Goossen Brusten en Frederick Hendrix als mombers over de onmondige nagelaten kinderen van Johannes Boogerts verwekt bij Juttera (=Judith) Arts (Claessen) zijn gewezen huisvrouw, allen kinds-kinderen van Derrick Goossens van Leucken uit zijn eerste huwelijk verwekt bij Jenneken dochter Ariaen Hendrick Sebers, verkopen acht vaetset teullands gelegen op "de Doelen" in de vrijheid van Oss bovennaast Jan Crocken en beneden naast Jhr. Caerl van Oss, schietende van het erf van de Heilige Geest te 's-Hertogenbosch tot op de gemene weg aldaar aangelegen, aan Hendrick Theunisz. Cleermaecker voor de prijs van 164 gulden.


20 juli 1677:
Gerrit Hendrick Sebers naast de verkoop gedaan in de akte van 2 jan. 1677 als zijnde nader in de bloede.


13 jan. 1677:
Jan zoon Goossen Diericx van Leucken en Jan Otten de Veer als man en momber van Jenneken dochter Goossen Diericx voorn. voor haarzelf en als mombers over Jacob, Cathelijn en Marijken Goossens haar minderjarige broeder en zusters verkopen aan Aert Jan Huyberts voor de prijs van 725 gld. een stuk land groot 9 vaetset gelegen buiten de Bosche poort onder de vrijheid van Oss aan de ene zijde Gijsbert Boonaerts en de andere zijde Hendrick Hermans, schietende van de gemene straat tot op het erf van Jhr. Caerle van Oss.


15 dec. 1677:
Gerrit Hendrick Sebers naast de verkoop van 13 jan. 1677 als zijnde nader in de bloede en koopt het land voor 783 gulden en 10 stuivers.


Van hen zijn drie kinderen bekend:

2  Jan Petersz. van Dinther is gedoopt op 28 oktober 1683 te Oss (doopgetuige waren Peter Jansz. van Nistelroy en Maria Peter Lelienvelt), zie XIII-A.

3  Elisabeth Petersdr. van Dinther is gedoopt op 22 december 1686 te Oss (doopgetuige waren Johannes Hendrickx en Ida Hendrickx), is overleden augustus of september 1692 aldaar In get begraafboek van Oss nr. 8 (sterk gehavend blas) staat: begraven het kind van Peter Jan van Nistelroy, mogelijk heeft dit betrekking op haar..

4  Cornelis Petersz. van Dinther is gedoopt op 20 januari 1688 te Oss (doopgetuige waren Peter Nicolaesz. van Lelienveldt en Johanna Jansdr.), zie XIII-B.


Generatie XIII

XIII-A  Jan Petersz. van Dinther, zoon van Peter Jan Hendricksz. van Dinther (XII) en Jenneken Goossensdtr. van Leucken, is gedoopt op 28 oktober 1683 te Oss (doopgetuige waren Peter Jansz. van Nistelroy en Maria Peter Lelienvelt), is begraven op 15 januari 1767 aldaar .

Bij zijn doop zijn als doopgetuigen vermeld Peter Jansz. van Nistelroy , de grootvader, en Maria Peter Lelienvelt, de laatste zal de vrouw zijn van Peter Lelyvelt en de vóór 1693 overleden Mariecken Goossen van Leucken, de zuster van de moeder. Voor de naam van Nistelroy zie hetgeen hiervoor bij de grootvader vermeld is.

Op 1 okt. 1732 is er boedelscheiding van de nalatenschap van Peter Geurt Schuermans onder zijn kinderen uit het eerste huwelijk met Ariaentje Jan Corsten nl. Jenneke gehuwd met Claes Janssen van Geffen en Geurt, uit zijn tweede huwelijk met Perke Dirrik Jacobs nl. Ariaen en Hilleke gehuwd met Jan Peter Jan Hendrix.
Ariaen Peter Geurt Schuermans krijgt de helft van een camp teulland genaamd Caethoven in Sannecamp ter plaatse in Kortvoort met een belending aan Jan Peeter Jan Hendrix en medegerechtigde en aan Jan Otten's erfgenamen.
Het derde deel is toegevallen aan Jan Peeter Jan Hendrix als man en momboir van Hilleke Peeter Schuermans bestaande uit:
1. de helft van een camp teulland groot vier kleine vaatsaden en vierendertig roeden genaamd Caethoven in Sannecamp alsmede de helft in een stuk teulland groot twee kleine vaatsaden en 8 roeden. De twee percelen zijn belast met:
a) een cijns van 15 stuivers van een totale cijns van 4 gld. en 10 stuivers jaarlijks te betalen aan "De Armen" alhier.
b) een cijns groot 1 stuiver van een totale cijns van 2 stuivers genaamd "Sint Wilbertscijns" te betalen aan de gemeente alhier.
2. Dertig roeden teulland gelegen in het "Heesterveld" belend aan de ene zijde de gemene heide en de andere zijde de Heystraat aan het ene einde de erven van Jan Gijsbers en Claes Jan Hendrix van Geffen, als man en momboir van Jenneke Peter Schuermans, alsmede een stukje teulland groot 1 1/2 vaatsaat en 23 roeden eveneens in het "Heestervelt" en belend als voren.


Op 5 sept. 1755 verklaart Jan Petersz. van Dinther als inwoner van Oss, oud 72 jaar, op verzoek van Hendrik Verhoeven, pachter van de novale tiende voor het jaar 1755, dat hij 8 jaar geleden participant was in een clamp-tiende toebehorend aan de heer Groeland onder Oss gelegen. Dat hij toen met zijn mede participanten gegaan is naar zekere clamp teulland gelegen bij de gemene heide, toen in eigendom toebehorende aan Gert Ploegmakers wonend onder het dorp Heesch en deze heicamp was volgens hem gelegen onder de jurisdictie van Oss. Hij kwam daar om de tiende te halen, doch genoemde Ploegmakers en zijn knecht verhinderde dit omdat volgens zijn zeggen het land onder Heesch lag.
Getekend: Jan Peeters van Dinter -zie afbeelding


Op 30 oktober 1765 een verkoping uit de erfdeling van de nalatenschap van Ariaen Peter Schuermans o.a. een halve morgen land gelegen op Cathoven in Sannecamp, belend de ene zijde Jan Peter van Dinther en de andere zijde Jan Schuurmans, het ene einde Jan van Erp en het andere eind Joost Willem Cuypers.
NB: Het goed is verkregen bij de boedelscheiding van 1 okt. 1732, zie aldaar.



Hij gaat in ondertrouw (kerk) op 2 mei 1716 te Oss, trouwt (kerk) op 17 mei 1716 aldaar met Hildegondis Petersdtr. Schuermans, dochter van Peter Geurtsz. Schuermans en Petra Dierik Jacobsdtr.. Hildegondis Petersdtr. is gedoopt op 11 maart 1695 te Oss (doopgetuige waren Gerardus Geurt Schuermans en Maria Nicolaas Willems).

Van hen zijn elf kinderen bekend:

1  Jan Jan Petersz. van Dinther is gedoopt op 19 januari 1717 te Oss (doopgetuige waren Johannes Hendrix en Johanna Peters), zie XIV-A.

2  Gerardus Jansz. van Dinther is gedoopt op 16 september 1718 te Oss (doopgetuige was Petronella Peter Geurts), zie XIV-B.

3  Maria Jansdr. van Dinther is gedoopt op 8 september 1720 te Oss (doopgetuige was Petronella Peter Geurts), zie XIV-C.

4  Theodora Jansdr. van Dinther is gedoopt op 10 juni 1722 te Oss (doopgetuige was Petronella Peter Geurts).

Dorothea Jan Peters is op 10 mei 1750 doopgetuige van Maria dochter van Nicolaus Egidiesz. van Amstel en Elizabeth Willem Peters.


5  Catharina Jansdr. van Dinther is gedoopt op 1 maart 1724 te Oss (doopgetuige was Johanna Peter Janssen).

Catharina Jan Peeters van Dinther wordt vermeld bij de verkoop op 4 apr. 1767 van 4 vadzaat teulland op Kortvoort te Oss van haar aangekomen.

Zij is op 17 sept. 1756 doopgetuige van Cornelia dochter van Reinier Cornelsz. van Dinther en Maria Johannes Adrianus.

Op 7 juli 1760 is zij doopgetuige van Aldegondis dochter van Peter Jansz. van Dinther (zie bij 7 hierna) en Gertrudis Nicolaas Geene.

Op 7 juni 1761 is Catharina Jansdtr. van Dinther doopgetuige van Henricus zoon van Christoforus van Dinther (zie bij 9 hierna) en Gertrudis Gerards van Schaick.

Tenslotte is zij op 3 okt. 1761 doopgetuige van Christoforus zoon van Jan Aarts van Amstel en Johanna van Heumen.


6  Johanna Jansdr. van Dinther is gedoopt op 19 oktober 1729 te Oss (doopgetuige was Anna Peter Schuermans).

7  Elisabeth Jansdr. van Dinther is geboren rond 1731, zie XIV-D.

8  Peter Jansz. van Dinther is gedoopt op 25 april 1733 te Oss (doopgetuige waren Ariana Cornelis Peters en Anna Peter Schuermans), zie XIV-E.

9  Petronella Jansdr. van Dinther is gedoopt op 25 april 1733 te Oss (doopgetuige waren Ariana Cornelis Peters en Anna Peter Schuermans).

Zij is tweeling met nr. 7.

10  Christoffel Jansz. van Dinther is gedoopt op 16 september 1735 te Oss (doopgetuige was Aelke Aalberts), zie XIV-F.

11  Anna Maria Jansdr. van Dinther is gedoopt op 4 oktober 1738 te Oss (doopgetuige was Johanna Geurts Schuurmans).

16 december 1769:
Getuigen bij het huwelijk van Gijsbert Leendert van Ess en Antonet Dirk Schuermans zijn Eerken Lorcken en Anna van Dinther.

23 december 1769:
Getuigen bij het huwelijk van Niklaas Megens en Maria Luijpen zijn Timmermans r.d.(?) en Anna van Dinther.

Zij is doopgetuige op 20 febr. 1770, als Anna Maria Jans van Dinther, van Johannes zoon van Peter Jansz. van Dinther (haar broer onder 7) en Gertrudis van Geene.

XIII-B  Cornelis Petersz. van Dinther, zoon van Peter Jan Hendricksz. van Dinther (XII) en Jenneken Goossensdtr. van Leucken, is gedoopt op 20 januari 1688 te Oss (doopgetuige waren Peter Nicolaesz. van Lelienveldt en Johanna Jansdr.), is begraven op 20 september 1752 aldaar .

Hij gaat in ondertrouw (kerk) op 5 januari 1709 te Oss, trouwt (kerk) op 20 januari 1709 aldaar met Adriana Reijnders, dochter van Rein Reinen en Ariken Ackerman. Adriana is gedoopt op 24 augustus 1678 te Berchem , is begraven op 19 oktober 1757 te Oss .

Zij is mogelijk doopgetuige:
Op 25 april 1733 bij de doop van de tweeling Peter en Petronella kinderen van Jan Petersz. Van Dinther en Hildegondis Schuermans, zij wordt dan genoemd Ariana Cornelis Peters.

Op 20 juni 1752 bij de doop van Walterus (Welle) zoon van Reynerus haar zoon.

Van hen zijn drie kinderen bekend:

1  waarschijnlijk Adrianus van Dinther.

Hij heeft een zoon Cornelis gedoopt ca. 1748 en begraven te Oss 14 nov. 1808, 60 jaar oud, gehuwd met Johanna Jan van der Velde, waaruit een zoon Adrianus gedoopt te Oss 5 sept. 1800.

Hij woonde op Kortvoort.

Of hij de juiste Adrianus is, is niet zeker- zie aant. Adriaen van Dinther met kinderen Nicolaa, Cornelis, Elizabeth.

2  Willem Cornelisz. van Dinther, zie XIV-G.

3  Reynierus van Dinther is gedoopt op 2 oktober 1711 te Oss (doopgetuige was Johanna Peters), zie XIV-H.


Generatie XIV

XIV-A  Jan Jan Petersz. van Dinther, zoon van Jan Petersz. van Dinther (XIII-A) en Hildegondis Petersdtr. Schuermans, is gedoopt op 19 januari 1717 te Oss (doopgetuige waren Johannes Hendrix en Johanna Peters), is begraven op 23 januari 1788 aldaar .

Op 30 jan. 1777 verkoopt Ariaen Jacobus Claes Hendrix inwoner te Oss op Osserschaik, 4 1/2 hond weiland gelegen op de "de Agter Schaick" aan Jan Jansz. van Dinther voor 21 gld.


Hij gaat in ondertrouw op 20 november 1745, trouwt op 5 december 1745 te Oss met Anna Maria van Vught, dochter van Jan Hendrick Jacob van Vught en Heylken Aartsdtr.. Anna Maria is gedoopt op 24 april 1717 te Oss .

Van hen zijn vier kinderen bekend:

1  Johannes Jansz. van Dinther is gedoopt op 7 juni 1747 te Oss (doopgetuige was Johanna Hendrik van Vught).

2  Helena Jansdr. van Dinther is gedoopt op 2 september 1748 te Oss (doopgetuige was Dorothea Johannes Peters).

Zij trouwt (kerk) op 6 februari 1773 te Oss met Hendrik Toni van der Elzen.

3  Hildegonda Jansdr. van Dinther is gedoopt op 16 januari 1751 te Oss (doopgetuige was Maria Johannes Peters).

4  Hendrik Jansz. van Dinther is gedoopt op 27 december 1752 te Oss (doopgetuige was Aldegondis Antony van Erp), zie XV-A.

XIV-B  Gerardus Jansz. van Dinther, zoon van Jan Petersz. van Dinther (XIII-A) en Hildegondis Petersdtr. Schuermans, is gedoopt op 16 september 1718 te Oss (doopgetuige was Petronella Peter Geurts).

Hij was gehuwd met Ida NN?.

Van hen zijn vier kinderen bekend:

1  Jacobus Gerardsz. van Dinther, zie XV-B.

2  Catharina Gerardsdr. van Dinther.

22 juni 1793 is er een huurcontract van Cornelis van Dinther en Hendrik van Berkum als voogden over de kinderen van Jan van de Pals.


Op 21 dec. 1798 transporteren Cornelis van Dinther en Hendrik van Berkum als voogden van Antony van Dinther een huis etc. aan Willem Leendert Brocx.


Op 25 apr. 1807 bekent Catharina Geurd van Dinther, weduwe van Hendrik Marcelisz. van Berkum 100 gld. schuldig te zijn aan Adriana Jan Vos.


Zij was gehuwd met Hendrik Marcelis Van Berkum. Hendrik Marcelis is overleden voor 25 april 1807.

3  Johanna Gerardsdr. van Dinther, zie XV-C.

4  Elisabeth Gerardsdr. van Dinther.

Op 15 november 1781 transporteert Jan Willems Verstegen c.s. als voogd over Elisabeth Geerd van Dinther land aan Jan van Valkenburgh.
# Oss RA invb. nr. R 102 fol. 160

XIV-C  Maria Jansdr. van Dinther, dochter van Jan Petersz. van Dinther (XIII-A) en Hildegondis Petersdtr. Schuermans, is gedoopt op 8 september 1720 te Oss (doopgetuige was Petronella Peter Geurts).

Zij was gehuwd met Jan Antoni de Groot.

Van hen is een kind bekend:

1  Hendrik de Groot is gedoopt op 30 april 1759 te Oss (doopgetuige was Anna Nicolaus Palsman).

XIV-D  Elisabeth Jansdr. van Dinther, dochter van Jan Petersz. van Dinther (XIII-A) en Hildegondis Petersdtr. Schuermans, is geboren rond 1731.

Zij trouwt (kerk) op 15 mei 1758 te Oss met Adrianus Roeleve.

Van hen zijn vijf kinderen bekend:

1  Hubertus Roeleve is gedoopt op 6 maart 1759 te Oss (doopgetuige was Nicolaa Adriaans van Dinter).

2  Adrianus Roeleve is gedoopt op 23 februari 1760 te Oss (doopgetuige was Nicola Adriana van Dinther).

3  Sophia Roeleve is gedoopt op 18 oktober 1765 te Oss (doopgetuige was Adriana Cornelis Janssen).

4  Nicolaa Roeleve is gedoopt op 3 februari 1769 te Oss (doopgetuige was Joanna Geert Aarts).

5  Antonis Roeleve is gedoopt op 7 maart 1773 te Oss # Oss DTB inv. nr. 5 f 275 " (doopgetuige was Cornelis van Dinther).

XIV-E  Peter Jansz. van Dinther, zoon van Jan Petersz. van Dinther (XIII-A) en Hildegondis Petersdtr. Schuermans, wonende te Oscher Schayck, is gedoopt op 25 april 1733 te Oss (doopgetuige waren Ariana Cornelis Peters en Anna Peter Schuermans), is begraven op 7 augustus 1810 aldaar .

Hij is tweeling met nr. 8.

Op 26 febr. 1791 is Peter Janse van Dinther voogd over de kinderen van Hendrik Jansz. van Dinther.


Bij zijn overlijden laat hij 5 kinderen na.

Hij was gehuwd met Gertruida Nicolaasdtr. van Geene. Gertruida Nicolaasdtr. is gedoopt rond 1728, is overleden op 23 november 1808 te Oss .

Van hen zijn zes kinderen bekend:

1  Aldegondis van Dinther is gedoopt op 9 juli 1760 te Oss (doopgetuige was Catharina Jans van Dinther), zie XV-D.

2  Cornelis Jansz. van Dinther is gedoopt op 21 november 1761 te Oss (doopgetuige was Petronella Cornelis van Geene), zie XV-E.

3  Petronella van Dinther is gedoopt voor 1762 te Oss, is begraven op 6 juni 1763 aldaar .

Begraven te Oss 6 juni 1763 Petronella dochter Peeter Janse van Dinther.(Oss DTB nr. 13 fol. 153)

4  Nicolaus van Dinther is gedoopt op 29 december 1762 te Oss , zie XV-F.

5  Maria Anna van Dinther is gedoopt op 15 augustus 1768 te Oss (doopgetuige was Antonetta Gerards van Geene).

6  Johannes van Dinther is gedoopt op 20 februari 1770 te Oss (doopgetuige was Anna Maria Jans van Dinther).

XIV-F  Christoffel Jansz. van Dinther, zoon van Jan Petersz. van Dinther (XIII-A) en Hildegondis Petersdtr. Schuermans, is gedoopt op 16 september 1735 te Oss (doopgetuige was Aelke Aalberts), is begraven op 28 maart 1783 aldaar.

Hij trouwt (kerk) op 18 februari 1760 te Oss met Gertrudis van Schaick, dochter van Gerard van Schaik.

Van hen zijn vier kinderen bekend:

1  Judith van Dinther is gedoopt op 27 december 1759 te Oss (doopgetuige was Maria Gerardsdr. van Schaick), zie XV-G.

2  Henricus Christoffelsz. van Dinther is gedoopt op 7 juni 1761 te Oss (doopgetuige was Catharina Jansdr. van Dinther), zie XV-H.

3  Petronella van Dinther is gedoopt op 27 juli 1765 te Oss.

4  Johanna van Dinther is gedoopt op 14 augustus 1768 te Oss (doopgetuige was Catharina Jansdr. van Dinther).

XIV-G  Willem Cornelisz. van Dinther, zoon van Cornelis Petersz. van Dinther (XIII-B) en Adriana Reijnders.

Hij trouwt (kerk) op 5 februari 1764 te Oss (1) met Antonia Willemsdr. Devenijns.

Hij trouwt (kerk) op 25 oktober 1767 te Oss (2) met Maria Toni van Erp.

Van hen is een kind bekend:

1  Antonia van Dinther is geboren op 16 september 1770 te Oss.

Zij trouwt op 4 juli 1816 te Oss met Roelof de Haas, zoon van Johannes de Haas en Johanna de Haas. Roelof is geboren op 29 november 1772 te Geffen.

XIV-H  Reynierus van Dinther, zoon van Cornelis Petersz. van Dinther (XIII-B) en Adriana Reijnders, is gedoopt op 2 oktober 1711 te Oss (doopgetuige was Johanna Peters), is begraven op 22 mei 1790 aldaar .

Hij was gehuwd met Marie Johannes Ariaensdr.. Marie is begraven op 9 augustus 1798 te Oss .

Op 21 nov. 1752 is doopgetuige te Oss: Maria Reinier van Dinther bij de doop van Walterus zoon van Franciscus Jan van Heesch en Anna Walteri van Oort.


Van hen zijn zes kinderen bekend:

1  Walterus(Welle) van Dinther is gedoopt op 20 juni 1752 te Oss (doopgetuige was Adriana Cornelis van Dinther), zie XV-I.

2  Gertrudis van Dinther is gedoopt op 9 april 1754 te Oss (doopgetuige was Wilhelmina Johannes Ariaens), zie XV-J.

3  Cornelia van Dinther is gedoopt op 15 september 1756 te Oss (doopgetuige was Catharina Jansdr. van Dinther), zie XV-K.

4  Johannes van Dinther is gedoopt op 7 juli 1759 te Oss (doopgetuige was Johanna Lamberts de Groot), zie XV-L.

5  Christianus van Dinther is gedoopt op 25 december 1762 te Oss (doopgetuige was Dorothea Jan de Goeye), zie XV-M.

6  Jacobus van Dinther is gedoopt op 25 juli 1766 te Oss (doopgetuige was Dirris Jan de Goeye), zie XV-N.


Generatie XV

XV-A  Hendrik Jansz. van Dinther, zoon van Jan Jan Petersz. van Dinther (XIV-A) en Anna Maria van Vught, is gedoopt op 27 december 1752 te Oss (doopgetuige was Aldegondis Antony van Erp), is begraven op 8 februari 1791 aldaar .

Op 13 mei 1789 transporteert Goossen van Vugt te Megen aan Hendrik Janse van Dinther voor 100 gld. een stuk teulland groot plm. 2 vadzaden gelegen in het Meerveld, belend ter eenre zijde aan de Steeg en aan Dries Willemsz. van Hoey en ter andere zijde belend aan de Mistweg en de Steeg. Het goed is belast jaarlijks met een erfpacht van 1 gld. aan de gemeente van Oss.


Willem Cornelsz. van Vugt te Oss vernadert op 14 mei 1790 het in de voorgaande akte verkochte land van Hendrik Janse van Dinther wegens nadere bloedverwantschap met Goossen van Vugt.

Op dezelfde dag geeft Willem Cornelsz. van Vugt te Oss het genoemde land voor 300 gld. per jaar in belening aan Hendrik Janse van Dinther.


Op 26 febr. 1791 wordt vermeld dat Dora van Hoogstraten als weduwe van Hendrik Janse van Dinther en als moeder en voogdes over haar minderjarige kinderen alsmede Peter Janse van Dinther en Johannes Hendricksz. van Vugt als aangestelde toeziende voogden over de genoemde minderjarige kinderen bij akte van 24 febr. 1791 te Oss gepasseerd, voor de termijn van 3 achter een volgende jaren in verhuur geven een huis, hof en land groot omstreeks een groot ...... en belend aan de ene zijde Anna van Amstel en de gemene straat aan de andere zijde Ariaan van Amstel en de Mistweg, voor de somma van ... car gld. à 20 st. voor het eerst kerstmis 1791 met de plicht tot levering van 500 dakstroo.


Hij gaat in ondertrouw op 8 november 1777, trouwt op 23 november 1777 te Oss met Dorothea van Hoogstraten, dochter van Bastiaen Willemsz. van Hoogstraten en Willemijn Jansdr.. Dorothea is gedoopt op 4 juni 1747 te Schayk (doopgetuige waren Johannes Loeffen en Jenneke Claessen), is overleden op 6 november 1812 te Oss.

Van hen zijn zes kinderen bekend:

1  Elisabeth van Dinther is gedoopt op 28 oktober 1778 te Oss (doopgetuige was Anna Jan van Vugt).

In het doopboek staat als vader Hendrick Jansz. van Vugt en als moeder Dorothea van Hoogstraten, doopgetuige is Anna Jan van Vugt.Bij de vader is duidelijk een verschrijving gemaakt i.p.v. "van Dinther" werd de naam van de grootmoeder, die doopgetuige was, genoteerd.

2  Johannes Hendricusz. van Dinther is gedoopt op 13 augustus 1780 te Oss (doopgetuige was Annemie Geert van Uden), zie XVI-A.

3  Johanna van Dinther is gedoopt op 24 juni 1782 te Oss (doopgetuige was Helena Johannes van Dinther).

4  Gerardus van Dinther is gedoopt op 9 februari 1784 te Oss (doopgetuige was Anna Maria Gerard van Uden), zie XVI-B.

5  Willem Hendricksz. van Dinther is gedoopt op 17 mei 1787 te Oss (doopgetuige was Helena Hendrik van den Elsen), zie XVI-C.

6  Johannes van Dinther is gedoopt op 10 januari 1789 te Oss (doopgetuige was Dirris Johannes de Goey), is begraven op 24 december 1790 aldaar.

XV-B  Jacobus Gerardsz. van Dinther, zoon van Gerardus Jansz. van Dinther (XIV-B) en Ida NN?, is overleden voor 29 september 1793.

3 mei 1783: Inventaris van Jacob van Dinther uit Oss, weduwnaar van Elisabeth Antony Verhoeven, nu ondertrouwt met Geertruy Jansdtr. van Uden, weduwe van Jan Roelof Herpers t.b.v. zijn enige zoon Antony.


29 juni 1793: Inventaris van Geertruy Jansdtr. van Uden, weduwe van Jacob van Dinther, nu gehuwd met Dirk Jansz. van de Pals, t.b.v. haar minderjarig kind Gerard van Dinther.


Hij was gehuwd (1) met Elisabeth Antony Verhoeven. Elisabeth Antony is overleden voor 3 mei 1783.

Van hen is een kind bekend:

1  Antony van Dinther is gedoopt op 11 maart 1776 te Oss.

Hij was gehuwd (2) met Gertruid Jansdtr. van Uden.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

2  Elisabeth van Dinther is begraven op 2 juni 1787 te Oss.

Overleden jong.

3  Gerardus van Dinther is gedoopt op 14 januari 1784 te Oss (doopgetuige waren Geurt van Dinther en Catharina van Dinther).

XV-C  Johanna Gerardsdr. van Dinther, dochter van Gerardus Jansz. van Dinther (XIV-B) en Ida NN?.

Zij was gehuwd met Peter van Gemert.

Van hen is een kind bekend:

1  Gerarda van Gemert is gedoopt op 6 oktober 1789 te Oss (doopgetuige was Ida Gerards van Dinther).

De doopgetuige Ida Gerards van Dinther zal de grootmoeder van het kind zijn.

XV-D  Aldegondis van Dinther, dochter van Peter Jansz. van Dinther (XIV-E) en Gertruida Nicolaasdtr. van Geene, is gedoopt op 9 juli 1760 te Oss (doopgetuige was Catharina Jans van Dinther).

Zij trouwt (kerk) op 11 mei 1800 te Oss met Antonius Jacobusz. van Dinther. Antonius Jacobusz. is gedoopt op 11 maart 1776 te Oss.

Van hen is een kind bekend:

1  Johanna van Dinther is gedoopt op 4 oktober 1803 te Oss (doopgetuige was Johanna Maria Gijsberti Bonaarts).

XV-E  Cornelis Jansz. van Dinther, zoon van Peter Jansz. van Dinther (XIV-E) en Gertruida Nicolaasdtr. van Geene, is gedoopt op 21 november 1761 te Oss (doopgetuige was Petronella Cornelis van Geene).

Vermoedelijk is hij dezelfde die optreedt als voogd op 22 juni 1793 en 21 dec. 1798.(zie bij Catharina dochter Gerardus Jansz. van Dinther)

Hij was gehuwd met Johanna van den Berch, dochter van Jan van den Berch.

Van hen is een kind bekend:

1  Henricus van Dinther is gedoopt op 22 juni 1800 te Oss.

XV-F  Nicolaus van Dinther, zoon van Peter Jansz. van Dinther (XIV-E) en Gertruida Nicolaasdtr. van Geene, is gedoopt op 29 december 1762 te Oss .

Hij trouwt (kerk) op 25 mei 1800 te Oss met Antonia Johannesdr. van Schayck, dochter van Johannes van Schayck.

Van hen zijn drie kinderen bekend:

1  Johannes van Dinther is gedoopt op 20 februari 1801 te Oss, zie XVI-D.

2  Henricus van Dinther is gedoopt op 25 oktober 1802 te Oss.

3  Henricus van Dinther is gedoopt op 20 september 1804 te Oss, zie XVI-E.

XV-G  Judith van Dinther, dochter van Christoffel Jansz. van Dinther (XIV-F) en Gertrudis van Schaick, is gedoopt op 27 december 1759 te Oss (doopgetuige was Maria Gerardsdr. van Schaick).

Zij was gehuwd met Nicolaus Gerards Goddaert.

Van hen is een kind bekend:

1  Maria Elisabeth Goddaert is gedoopt op 15 juli 1787 te Oss (doopgetuige waren Johanna Christoffels van Dinther en Johanna Willem van Horen).

Op 28 april 1815 wordt het huwelijk voltrokken tussen Elisabeth van Dinther(!) en Hendrikus Zwiers. Als haar ouders worden opgegeven Nicolaas Gerardus Goedhard en Judik Christoffel van Dinther.
Hier lijkt sprake van een verschrijving in de familienaam, terwijl de naam van de vader en de voornaam van de moeder waarschijnlijk foutief zijn weergegeven


XV-H  Henricus Christoffelsz. van Dinther, zoon van Christoffel Jansz. van Dinther (XIV-F) en Gertrudis van Schaick, is gedoopt op 7 juni 1761 te Oss (doopgetuige was Catharina Jansdr. van Dinther).

Hij was gehuwd (1) met Elisabeth Jansdtr. Aalders.

Van hen is een kind bekend:

1  Christina van Dinther is gedoopt op 3 september 1785 te Oss (doopgetuige was Judith Christoffel van Dinther), is begraven op 2 juni 1787 aldaar.

Hij was gehuwd (2) met Anna Maria Ploegmakers, dochter van Johannes Ploegmakers.

Van hen zijn drie kinderen bekend:

2  Johanna Gertrudis van Dinther is gedoopt op 1 januari 1798 te Oss (doopgetuige was Maria Gijsbert van Heesch).

Zij trouwt op 15 januari 1835 te Oss met Joannes van Valckenburg, zoon van Johannes van Valckenburg en Maria van Stralen. Joannes is geboren op 21 april 1800 te Oss.

3  Gertrudis van Dinther is gedoopt op 4 september 1800 te Oss (doopgetuige was Judith Christoffel van Dinther).

Zij trouwt op 15 juni 1844 te Oss met Lambertus van Vugt, zoon van Franciscus van Vugt en Petronella van Bergen. Lambertus is geboren op 29 oktober 1787 te Oss.

4  Willem van Dinther is gedoopt op 3 februari 1804 te Oss (doopgetuige was Anna Machtild Willem Ploegmakers).

XV-I  Walterus(Welle) van Dinther, zoon van Reynierus van Dinther (XIV-H) en Marie Johannes Ariaensdr., is gedoopt op 20 juni 1752 te Oss (doopgetuige was Adriana Cornelis van Dinther), is overleden op 2 november 1815 aldaar .

De doopgetuige Adriana Cornelis van Dinther = zijn grootmoeder.

Op 27 nov. 1788 transporteert Hendrik de Groot te Littoyen een huis etc. aan Welle van Dinther.


Op 21 april 1803 is er een inventaris van Welle van Dinther, weduwnaar van Helena Michel Peters, nu man van Jenneke Hendrik Cops, in verband met zijn 4 kinderen uit het vorig huwelijk.


Hij trouwt op 29 oktober 1780 te Oss (1) met Helena Michel Peters, dochter van Michiel Peters en Wilhelmina van Heumen. Helena is gedoopt op 7 februari 1751 te Oss, is begraven op 3 december 1801 .

Van hen zijn zeven kinderen bekend:

1  Johannes van Dinther is gedoopt op 26 augustus 1781 te Oss (doopgetuige waren Michiel Reynders en Johanna Wellen van Horen), is begraven op 7 mei 1787 aldaar.

2  Walterus van Dinther is gedoopt op 25 november 1782 te Oss, is begraven op 2 december 1782 aldaar.

3  Allegonda van Dinther is gedoopt op 14 april 1784 te Oss (doopgetuige was Onleesbaar), is overleden op 30 juli 1871 aldaar.

Zij trouwt op 26 mei 1811 te Oss met Johannes Boejen, zoon van Gerard Boejen en Hester van Schaijk. Johannes is gedoopt op 20 maart 1775 te Berchem, is overleden op 31 december 1853 te Oss.

4  Gerard van Dinther is gedoopt op 19 juli 1786 te Oss (doopgetuige was Agnes Jacob Wellens), is begraven op 20 september 1794 aldaar.

5  Johannes van Dinther is gedoopt op 25 september 1787 te Oss (doopgetuige was Cornelia Arnold Claasse).

6  Nicolaa(Kleus)(Clasina) van Dinther is gedoopt op 15 september 1788 te Oss (doopgetuige was Johanna Michaels Peters).

Zij was gehuwd met Jan Govers, zoon van Jan Paulus Govers en Annamie Buuts. Jan is geboren op 19 oktober 1789 te Oss.

7  Wilhelmina van Dinther is gedoopt op 2 november 1790 te Oss (doopgetuige waren Peter Michaels Peters en Johanna Michaels Peters), is begraven op 25 februari 1805 aldaar.

Hij trouwt in 1803 te Oss (2) met Jennemie Kops.

XV-J  Gertrudis van Dinther, dochter van Reynierus van Dinther (XIV-H) en Marie Johannes Ariaensdr., is gedoopt op 9 april 1754 te Oss (doopgetuige was Wilhelmina Johannes Ariaens).

Op 8 febr. 1797 inventaris van de weduwe van Claas Geert van Uden t.b.v. haar enig minderjarig kind.


Zij was gehuwd met Claas Geert van Uden. Claas Geert is overleden voor 8 februari 1797.

Van hen is een kind bekend:

1  N.N. van Uden.

XV-K  Cornelia van Dinther, dochter van Reynierus van Dinther (XIV-H) en Marie Johannes Ariaensdr., is gedoopt op 15 september 1756 te Oss (doopgetuige was Catharina Jansdr. van Dinther).

Zij trouwt (kerk) op 21 september 1783 te Oss met Arnoldus Nicolaas Aarts.

Van hen zijn zes kinderen bekend:

1  Lucas Aarts is gedoopt op 16 oktober 1787 te Oss (doopgetuige was Maria Jansdr. van Dinther).

2  Rijnerus Aarts is gedoopt op 13 juli 1789 te Oss (doopgetuige waren Rijnerus van Dinther en Gertrudis Nicolaus van Uden).

3  Johannes Aarts is gedoopt op 2 mei 1791 te Oss (doopgetuige waren Helena Welle van Dinther en Maria Johanna van Dinther).

Tweeling met:

4  Johanna Maria Aarts is gedoopt op 2 mei 1791 te Oss (doopgetuige waren Helena Welle van Dinther en Maria Johanna van Dinther).

5  Arnoldus Aarts is gedoopt op 31 oktober 1792 te Oss (doopgetuige was Maria Anna Jois Hermes).

6  Jacobus Aarts is gedoopt op 15 maart 1798 te Oss (doopgetuige was Wilhelmina Hendrik de Laat).

XV-L  Johannes van Dinther, zoon van Reynierus van Dinther (XIV-H) en Marie Johannes Ariaensdr., is gedoopt op 7 juli 1759 te Oss (doopgetuige was Johanna Lamberts de Groot).

Hij was gehuwd met Maria Nicolaasdr. Aarts, dochter van Nicolaas Aarts.

Van hen zijn tien kinderen bekend:

1  Johanna Maria van Dinther is gedoopt op 26 april 1785 te Oss .

2  Johannes van Dinther is gedoopt op 30 juli 1786 te Oss (doopgetuige was Jan Jan Arianus), is begraven op 3 oktober 1794 aldaar.

3  Nicolaus van Dinther is gedoopt op 20 september 1788 te Oss (doopgetuige was Cornelia Arnold Aarts), is begraven op 23 april 1798 aldaar.

4  Jacobus van Dinther is gedoopt op 8 januari 1790 te Oss (doopgetuige was Wilhelmina Nicolaas Aarts).

5  Rijnier van Dinther is gedoopt op 10 november 1792 te Oss (doopgetuige was Maria Reynier van Dinther), is begraven op 1 april 1794 aldaar.

6  Hendrik van Dinther is gedoopt op 30 december 1793 te Oss (doopgetuige was Cornelis Aart Claas Aarts), is begraven op 25 januari 1794 aldaar.

7  Johanna van Dinther is gedoopt op 28 november 1796 te Oss (doopgetuige was Helena Walterus van Dinther).

8  Nicolaa van Dinther is gedoopt op 5 april 1798 te Oss (doopgetuige was Gertruid Willem van Uden).

9  Rijnier van Dinther is gedoopt op 11 september 1799 te Oss (doopgetuige was Cornelia Cornelis Aarts), zie XVI-F.

10  Gerard van Dinther is gedoopt op 15 maart 1801 te Oss (doopgetuige was Johanna Jan van Gend), is begraven op 27 maart 1801 aldaar.

XV-M  Christianus van Dinther, zoon van Reynierus van Dinther (XIV-H) en Marie Johannes Ariaensdr., is gedoopt op 25 december 1762 te Oss (doopgetuige was Dorothea Jan de Goeye), is begraven op 24 december 1804 aldaar.

Hij was gehuwd met Johanna Maria van Erp, dochter van Rijnier van Erp.

Van hen zijn vijf kinderen bekend:

1  Rijnier van Dinther is gedoopt op 13 september 1793 te Oss (doopgetuige was Anna Jacob van Dinther), zie XVI-G.

2  Maria Elisabeth van Dinther is gedoopt op 20 november 1795 te Oss (doopgetuige was Cornelia Claasse).

Zij trouwt op 12 januari 1828 te Oss met Hendricus van Deursen, zoon van Wilhelmus van Deursen en Joanna Noijen. Hendricus is geboren op 16 februari 1807 te Gemert.

3  Reynier van Dinther is gedoopt op 5 juni 1798 te Oss (doopgetuige was Gertruid Jan Vos), zie XVI-H.

4  Maria Anna van Dinther is gedoopt op 6 februari 1801 te Oss (doopgetuige was Gertruid Jan Vos).

5  Gerard van Dinther is gedoopt op 9 december 1802 te Oss (doopgetuige was Cornelia Arnold Aarts).

XV-N  Jacobus van Dinther, zoon van Reynierus van Dinther (XIV-H) en Marie Johannes Ariaensdr., is gedoopt op 25 juli 1766 te Oss (doopgetuige was Dirris Jan de Goeye).

Hij was gehuwd met Anna Kops, dochter van Hendrik Kobs.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Johannes van Dinther is gedoopt op 5 mei 1794 te Oss (doopgetuige was Maria Anna Hendrik Kobs).

2  Johanna van Dinther is gedoopt op 21 februari 1798 te Oss (doopgetuige was Cornelia Arnold Claas Aarts).

Zij trouwt op 27 mei 1819 te Oss met Sebastiaan van der Putten, zoon van Derk van der Putten en Maria de Goei. Sebastiaan is geboren op 8 december 1782 te Oss.


Generatie XVI

XVI-A  Johannes Hendricusz. van Dinther, zoon van Hendrik Jansz. van Dinther (XV-A) en Dorothea van Hoogstraten, lijndraaier-touwslager, is gedoopt op 13 augustus 1780 te Oss (doopgetuige was Annemie Geert van Uden), is overleden op 19 april 1821 aldaar.

Hij trouwt op 13 november 1808 te Oss (huwelijksgetuige waren Wilhelmus van Alphen en Clara van Os) met Maria Elisabeth de Louw, dochter van Arnoldus de Louw en Christina Christianusdr. Godschalk. Maria Elisabeth is gedoopt op 29 december 1787 te Heesch (doopgetuige waren Paulus Vogels en Elizabetha Christiani Godtschalxs), is overleden op 4 februari 1859 te Oss.

Van hen zijn acht kinderen bekend:

1  Henricus van Dinther is gedoopt op 20 september 1809 te Oss (doopgetuige waren Arnoldus de Louw en Thedorus Henricus van Dinther), zie XVII-A.

2  Christianus van Dinther is gedoopt op 8 september 1810 te Oss (doopgetuige waren Gerardus van Dinther en Maria Arnoldus de Louw), is overleden op 13 mei 1825 aldaar.

3  Theodorus van Dinther is gedoopt op 13 maart 1812 te Oss, zie XVII-B.

4  Jan van Dinther is gedoopt op 30 augustus 1813 te Oss, is overleden op 21 januari 1815 aldaar.

5  Johanna Catharina van Dinther is gedoopt op 10 januari 1815 te Oss elders staat als doopdatum 11-5-1815.

6  Jan van Dinther is gedoopt op 22 januari 1816 te Oss elders staat als doopdatum 12-6-1816.

7  Adriaan van Dinther is gedoopt op 1 maart 1817 te Oss, is overleden op 19 augustus 1817 aldaar.

8  Anthonius van Dinther is gedoopt op 13 december 1818 te Oss, zie XVII-C.

XVI-B  Gerardus van Dinther, zoon van Hendrik Jansz. van Dinther (XV-A) en Dorothea van Hoogstraten, timmerman, is gedoopt op 9 februari 1784 te Oss (doopgetuige was Anna Maria Gerard van Uden), is overleden op 10 maart 1835 aldaar.

Hij trouwt op 16 april 1818 te Oss met Elisabeth van Bergen, dochter van Hendrik van Bergen en Johanna Wagemakers. Elisabeth is gedoopt op 18 februari 1788 te Oss, is overleden op 21 mei 1831 aldaar.

Van hen zijn zes kinderen bekend:

1  Hendrikus van Dinther is gedoopt op 14 maart 1819 te Oss, zie XVII-D.

2  Theodurus van Dinther is gedoopt op 10 januari 1820 te Oss.

3  Jan van Dinther is gedoopt op 3 februari 1822 te Oss, is overleden op 4 april 1823 aldaar.

4  Johannes Hendricus van Dinther is gedoopt op 7 september 1823 te Oss.

5  Johanna van Dinther is gedoopt op 5 juni 1825 te Oss, is overleden op 16 maart 1827 aldaar.

6  Johannes van Dinther is gedoopt op 2 juni 1830 te Oss.

XVI-C  Willem Hendricksz. van Dinther, zoon van Hendrik Jansz. van Dinther (XV-A) en Dorothea van Hoogstraten, touwslager, is gedoopt op 17 mei 1787 te Oss (doopgetuige was Helena Hendrik van den Elsen), is overleden op 9 november 1853 aldaar.

De doopgetuige Helena Hendrik van den Elsen= v.m. Helena Jan van Dinther gehuwd met Hendrik van den Elsen.

Hij gaat in ondertrouw op 8 december 1810 te Oss met Maria Princen. Maria is gedoopt op 8 december 1788 te Heumen, is overleden op 13 september 1854 te Oss.

Van hen zijn dertien kinderen bekend:

1  Hendrik van Dinther is gedoopt op 3 oktober 1811 te Oss, is overleden op 11 november 1848 aldaar.

Hij was gehuwd met A.A. Graats.

2  Dirk van Dinther is gedoopt in 1814 te Oss, is overleden op 10 juli 1833 aldaar.

3  Petrus van Dinther is gedoopt op 23 januari 1817 te Oss, zie XVII-E.

4  Huybert van Dinther is gedoopt op 12 november 1818 te Oss, zie XVII-F.

5  Hendrina van Dinther is gedoopt op 19 juli 1820 te Oss, is overleden op 17 februari 1821 aldaar.

6  Hendrica van Dinther is gedoopt op 12 oktober 1822 te Oss.

Zij trouwt op 31 mei 1845 te Oss met Albertus van den Broek, zoon van Willem van den Broek en Hendrien Siegers. Albertus is geboren op 22 februari 1821 te Oss.

7  Anna Maria van Dinther is gedoopt op 4 januari 1824 te Oss.

8  Maria van Dinther is gedoopt in 1825 te Oss, is overleden op 3 januari 1834 aldaar.

9  Johanna van Dinther is gedoopt op 15 januari 1826 te Oss, is overleden op 29 november 1826 aldaar.

10  Andries van Dinther is gedoopt op 7 maart 1827 te Oss, is overleden op 4 juli 1827 aldaar.

11  Jan Cornelis van Dinther is gedoopt op 26 juli 1830 te Oss, is overleden op 13 augustus 1830 aldaar.

12  Maria Elizabeth van Dinther is gedoopt op 18 september 1832 te Oss, is overleden op 27 januari 1834 aldaar.

13  Dirk van Dinther is gedoopt op 19 juli 1833 te Oss, is overleden op 20 februari 1834 aldaar.

XVI-D  Johannes van Dinther, zoon van Nicolaus van Dinther (XV-F) en Antonia Johannesdr. van Schayck, is gedoopt op 20 februari 1801 te Oss.

Hij trouwt op 28 juni 1844 te Oss met Francisca van Rodijnen, dochter van Bartholomeus van Rodijnen en Anna Maria van Amstel. Francisca is gedoopt op 6 mei 1804 te Oss.

Van hen is een kind bekend:

1  Marinus van Dinther is geboren op 18 mei 1850 te Oss, zie XVII-G.

XVI-E  Henricus van Dinther, zoon van Nicolaus van Dinther (XV-F) en Antonia Johannesdr. van Schayck, is gedoopt op 20 september 1804 te Oss.

Hij trouwt op 4 juli 1830 te Oss getuigen Adrianus van Kruisbergen en Joanna van Heumen. (1) waarschijnlijk met waarschijnlijk Cornelia van Erp.

Hij trouwt op 23 september 1847 te Oss (2) met Petronella van Vugt, dochter van Lambertus van Vugt en Cornelia Smulders. Petronella is geboren op 3 augustus 1822 te Oss.

Van hen is een kind bekend:

1  Theodora van Dinther is geboren op 14 november 1848 te Oss.

Zij trouwt op 28 oktober 1870 te Oss met Nicolaas van de Coevering, zoon van Gerardus van de Coevering en Hendrien van den Helm. Nicolaas is geboren op 3 december 1846 te Oss.

XVI-F  Rijnier van Dinther, zoon van Johannes van Dinther (XV-L) en Maria Nicolaasdr. Aarts, is gedoopt op 11 september 1799 te Oss (doopgetuige was Cornelia Cornelis Aarts).

Hij was gehuwd met Wilhelmina Jansen.

Van hen zijn drie kinderen bekend:

1  Johanna Maria van Dinther is geboren op 27 november 1831 te Oss.

Zij trouwt op 21 augustus 1868 te Oss met Gijsbertus van den Heuvel, zoon van Johannes van den Heuvel en Maria Anna van Erp. Gijsbertus is geboren op 20 november 1837 te Oss.

2  Johanna van Dinther is geboren op 14 december 1834 te Oss.

Zij was gehuwd met Willem van Erp, zoon van Nicolaas van Erp en Maria Ploegmakers. Willem is geboren op 9 oktober 1831 te Oss.

3  Francisca van Dinther is geboren op 27 augustus 1837 te Oss.

Zij was gehuwd met Jacobus van Gennip, zoon van Gerardus van Gennip van Gennip en Ruthdiena van Schaijk. Jacobus is geboren op 13 augustus 1837 te Oss.

XVI-G  Rijnier van Dinther, zoon van Christianus van Dinther (XV-M) en Johanna Maria van Erp, is gedoopt op 13 september 1793 te Oss (doopgetuige was Anna Jacob van Dinther).

Hij trouwt op 16 december 1820 te Oss (1) met Willemijn van de Wetering, dochter van Dirk van de Wetering en Johanna Maria Hendrikx. Willemijn is geboren op 14 maart 1798 te Oss.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Christiaan van Dinther is geboren op 2 mei 1822 te Oss, zie XVII-H.

2  Johannes van Dinther is geboren op 30 april 1824 te Oss, zie XVII-I.

Hij trouwt op 5 juni 1834 te Oss (2) met Gerarda Zeijlhuijzen, dochter van Johannes Zeijlhuijzen en Johanna Peters. Gerarda is geboren op 4 november 1795 te Oss.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

3  Willemijn van Dinther is geboren op 10 april 1835 te Oss.

Zij trouwt op 5 januari 1866 te Oss met Bernardus Gielis, zoon van Gerardus Willem Gielis en Petronella de Loijer. Bernardus is geboren op 17 januari 1830 te Oss.

4  Johannes van Dinther is geboren op 15 mei 1837 te Oss, zie XVII-J.

XVI-H  Reynier van Dinther, zoon van Christianus van Dinther (XV-M) en Johanna Maria van Erp, is gedoopt op 5 juni 1798 te Oss (doopgetuige was Gertruid Jan Vos).

Hij trouwt op 26 januari 1828 te Oss met Joanna Maria van Rijckevoort, dochter van Jacobus van Rijckevoort en Christina Cuijpers. Joanna Maria is geboren op 20 september 1802 te Oss.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Cornelus van Dinther is geboren op 18 november 1828 te Oss, zie XVII-K.

2  Catharina van Dinther is geboren op 27 mei 1842 te Oss.

Zij was gehuwd met Martinus van Drunen, zoon van Jacobus van Drunen en Johanna Maria van den Akker. Martinus is geboren op 16 februari 1841 te Nistelrode.


Generatie XVII

XVII-A  Henricus van Dinther, zoon van Johannes Hendricusz. van Dinther (XVI-A) en Maria Elisabeth de Louw, touwslager, is gedoopt op 20 september 1809 te Oss (doopgetuige waren Arnoldus de Louw en Thedorus Henricus van Dinther), is overleden op 31 maart 1884 te Lith.

Zijn echtgenote is de zuster van de bekende historicus Dr. C.R. Hermans,zie aldaar.
(Litt.:Brabantse Leeuw 1956 blz. 11 ev.)

Hij trouwt op 30 april 1830 te Oss met Maria Catharina Hermans, dochter van Herman Gijsbert Hermans en Isabella van de Goor. Maria Catharina is gedoopt op 24 oktober 1803 te Oss, is overleden op 18 december 1895 te Lith.

Zij is een dochter van Herman Gijsbert Hermans, geboren te Grave 26 mei 1783, overleden te Oss 8 febr. 1872, goud-en zilversmid, 3 aug. 1821 raadslid en 10 dec. 1825 gemeente-ontvanger van Oss en sinds 3 sept. 1834 penningmeester van de polder van Oss. Hij trouwt te Oss op 30 aug. 1803 met Isabella van de Goor, gedoopt te Oss 18 okt. 1784, overleden te Oss 18 maart 1865, dochter van Cornelis van de Goor en Henrica van de Pas.
Zij was het oudste kind uit een gezin van 9 zoons en 9 dochters.
Op haar volgde Cornelius Rudolphus Hermans geboren 22 febr. 1805 te Oss en overleden te 's-Hertogenbosch 14 dec. 1869. Na de seminaria van het bisdom te hebben bezocht studeerde hij aan de universiteit te Leiden en promoveerde aldaar tot doctor in de klassieke letteren.Hij was van 14 okt. 1834 tot aan zijn dood in 1869 rector van het gymnasium te 's-Hertogenbosch. Hij was mede-oprichter van het Provinciaal Genootschap voor Kunsten en Wetenschappen in Noord-Brabant (1837) en schrijver van talrijke historische werken over deze provincie.Hij huwde 9 sept. 1837 te 's-Hertogenbosch met Henrica Lafferte en had bij haar 6 kinderen, 4 zonen en 2 dochters, de zonen overleden jong.

Een andere broer was Antonius Petrus Hermans, geboren 17 dec. 1822 te Oss en overleden 29 aug. 1897 op een bedevaart te Roermond en begraven te Eindhoven. Hij vestigde zich als goud-en zilversmid te Eindhoven, werd raadslid en later wethouder van die gemeente. Hij was een liefhebber van de schilderkunst en bevriend met de schilder Vincent van Gogh. Hij huwde 21 okt. 1850 te Eindhoven met Johanna Maria Smits en had bij haar 2 dochters.



Van hen zijn acht kinderen bekend:

1  Johanna van Dinther is geboren op 2 februari 1831 te Lith, is overleden te Tiel.

Zij was gehuwd met NN Coolen.

2  Hermanus van Dinther is geboren op 28 september 1832 te Lith, is overleden op 16 september 1837 aldaar.

3  Cornelis van Dinther is geboren op 12 februari 1834 te Lith, zie XVIII-A.

4  Wilhelmus van Dinther is geboren op 17 december 1836 te Lith, is overleden op 17 juli 1922 aldaar.

Hij trouwt op 24 augustus 1874 te Lith met Hendrina Christiaens.

5  Lambertus van Dinther, schipper, is geboren op 2 maart 1840 te Lith, is overleden op 29 januari 1908 aldaar.

Uit het eerste huwelijk geen kinderen, uit het tweede huwelijk 1 kind en uit het derde huwelijk 5 kinderen.

Hij was gehuwd (1) met Barta Johanna Helena Wegman. Hij was gehuwd (2) met Wilhelmina van Ooyen. Hij was gehuwd (3) met Petronella van Lith.

6  Isabella van Dinther is geboren op 18 april 1841 te Lith, is overleden op 26 mei 1891 te Oss.

Uit tweede huwelijk 4 kinderen.

Zij was gehuwd (1) met Geert Hendriks. Geert, Koopman te Afferden. Zij was gehuwd (2) met Theodorus Servatius Spierings. Theodorus Servatius, wonende te Megen..

7  Hermanus van Dinther is geboren op 15 juni 1844 te Lith, is overleden op 30 juli 1863 te Dreumel.

8  Hendrien van Dinther is geboren op 4 september 1847 te Lith, is overleden te Oyen.

Zij trouwt op 31 januari 1870 te Lith met Petrus Johannes Coelen. Petrus Johannes, schoenmaker, wonende te Oijen, is geboren te Utrecht.

XVII-B  Theodorus van Dinther, zoon van Johannes Hendricusz. van Dinther (XVI-A) en Maria Elisabeth de Louw, metselaar, is gedoopt op 13 maart 1812 te Oss, is overleden op 31 juli 1875 aldaar.

Hij trouwt op 9 mei 1840 te Oss met Johanna van Buuren, dochter van Bernardus van Buuren en Anna Francisca van den Berg. Johanna is geboren op 3 februari 1817 te Druten, is overleden op 29 juni 1906 te Oss.

Van hen zijn negen kinderen bekend:

1  Johannes van Dinther is geboren op 2 maart 1841 te Oss.

Hij trouwt op 18 mei 1883 te Oss met Geerdina van der Linden, dochter van Francis van der Linden en Johanna van Lent. Geerdina is geboren op 3 januari 1854 te Oss.

2  Johannes Genaamd Adrianus van Dinther is geboren op 28 augustus 1843 te Oss.

Hij trouwt op 22 mei 1874 te Oss (1) met Nicolasina van Dinther, dochter van Jan van Dinther en Francijn van Rodijnen. Nicolasina is geboren op 8 november 1846 te Oss, is overleden op 29 december 1883 aldaar. Hij trouwt op 29 mei 1897 te Oss (2) met Jacoba van den Heuvel, dochter van Dominicus van den Heuvel en Ardiena Zwiers. Jacoba is geboren rond 1844 te Oss.

3  Bernardus van Dinther, metselaar, is geboren op 8 januari 1845 te Oss.

Bernardus werd op 6 augustus 1896 te Utrecht wegens landloperij veroordeeld hij was 1,788 meter lang en zwaar gerimpeld en had geen vaste woonplaats en een Duitse werkpas en werd in de strafkolonie Veenhuizen geplaatst.


4  Francijna van Dinther is geboren op 12 februari 1847 te Oss, is overleden op 9 juli 1850 aldaar.

5  Bernardina van Dinther is geboren op 2 juni 1849 te Oss, is overleden op 24 juli 1850 aldaar.

6  Franciscus van Dinther is geboren op 8 juli 1851 te Oss, zie XVIII-B.

7  Bernardina Elizabeth van Dinther is geboren op 24 december 1853 te Oss.

8  Henricus van Dinther is geboren op 10 november 1856 te Oss, zie XVIII-C.

9  Lamberta van Dinther is geboren op 9 augustus 1859 te Oss.

Zij trouwt op 15 oktober 1880 te Oss met Pedro Droomers, zoon van Wilhelmus Droomers en Anna Ermers. Pedro is geboren op 24 september 1856 te Berghem.

XVII-C  Anthonius van Dinther, zoon van Johannes Hendricusz. van Dinther (XVI-A) en Maria Elisabeth de Louw, is gedoopt op 13 december 1818 te Oss, is overleden op 7 juni 1869 aldaar.

Hij trouwt op 24 juli 1847 te Oss (1) met Hendrica van Haren, dochter van Jan van Haren en Beth van Mensel. Hendrica is geboren op 16 september 1819 te Oss.

Van hen is een kind bekend:

1  Johanna van Dinther is geboren op 3 oktober 1849 te Oss.

Zij trouwt op 26 april 1872 te Oss met Johannes Antonius Arons, zoon van Pierre Corneille Arons en Hendrica Koenen. Johannes Antonius is geboren op 12 januari 1842 te Oss.

Hij trouwt op 6 juli 1855 te Oss (2) met Hermina Maria Bodenstaf, dochter van Stephanus Bodenstaf en Anthonetha Plumen. Hermina Maria is geboren op 9 december 1826 te Uden.

XVII-D  Hendrikus van Dinther, zoon van Gerardus van Dinther (XVI-B) en Elisabeth van Bergen, timmerman, is gedoopt op 14 maart 1819 te Oss, is overleden op 18 september 1898 aldaar.

zie voor meer kinderen verder genealogie door M Cleven.

Hij trouwt op 24 januari 1841 te Oss met Anna Maria van Bergen, dochter van Jacobus Willem van Bergen en Johanna Christiaan van den Bosch. Anna Maria is gedoopt op 2 mei 1820 te Oss, is overleden op 25 maart 1899 aldaar.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Johanna van Dinther is geboren op 22 november 1844 te Oss.

Zij trouwt op 23 augustus 1875 te Oss met Lambertus Hurkmans, zoon van Peter Hurkmans en Hendrina Dekkers. Lambertus is geboren op 17 september 1845 te Woensel.

2  Josephus van Dinther is geboren op 17 juli 1851 te Oss, zie XVIII-D.

XVII-E  Petrus van Dinther, zoon van Willem Hendricksz. van Dinther (XVI-C) en Maria Princen, schoenmaker, is gedoopt op 23 januari 1817 te Oss, is overleden op 26 september 1885 te Wamel.

De navolgende gegevens zijn afkomstig van mevr.P.M.J. Brons te Beneden Leeuwen.

Hij trouwt op 19 april 1843 (1) met Paulina van Tiem. Paulina is gedoopt op 18 oktober 1814 te Leeuwen, is overleden op 27 februari 1876 aldaar.

Van hen zijn zeven kinderen bekend:

1  Maria van Dinther is geboren op 6 mei 1844 te Leeuwen.

2  Arnoldus van Dinther is geboren op 14 november 1846 te Leeuwen, zie XVIII-E.

3  Willem van Dinther is geboren op 1 december 1848 te Leeuwen.

4  Willem van Dinther is geboren op 2 februari 1850 te Leeuwen, is overleden op 3 maart 1863 aldaar.

5  Hermanus van Dinther is geboren op 14 mei 1852 te Leeuwen, zie XVIII-F.

6  Hendrikus van Dinther is geboren op 21 juli 1854 te Leeuwen.

7  Theodorus van Dinther is geboren op 24 augustus 1856 te Leeuwen, is overleden op 18 oktober 1867 aldaar.

Hij was gehuwd (2) met Geertruida Arnoldona van Rossum.

XVII-F  Huybert van Dinther, zoon van Willem Hendricksz. van Dinther (XVI-C) en Maria Princen, is gedoopt op 12 november 1818 te Oss, is overleden op 26 mei 1884 aldaar.

Hij trouwt in 1847 met Nicolasina(Clasina) van Thiel, dochter van Johannes van Thiel en Hendrina Verhoeven.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Maria van Dinther is geboren op 20 januari 1851 te Oss.

Zij trouwt op 20 augustus 1875 te Oss met Cornelis School, zoon van Johannes School en Maria van de Wetering. Cornelis is geboren op 5 januari 1852 te Nistelrode.

2  Henricus van Dinther is geboren op 2 november 1857 te Oss.

Hij trouwt op 22 oktober 1886 te Oss met Maria Wilhelmina van Geene, dochter van Nicolaas van Geene en Dorothea Worseling. Maria Wilhelmina is geboren op 6 november 1863 te Oss.

XVII-G  Marinus van Dinther, zoon van Johannes van Dinther (XVI-D) en Francisca van Rodijnen, kuiper, is geboren op 18 mei 1850 te Oss, is overleden op 4 februari 1927 aldaar.

Hij trouwt op 3 februari 1883 te Oss met Ardina Joanna van Orsouw, dochter van Jan van Orsouw en Hendrina Reuvers. Ardina Joanna is geboren op 4 februari 1853 te Oss, is overleden op 23 juni 1924 aldaar.

Van hen zijn twaalf kinderen bekend:

1  Marinus van Dinther is geboren op 20 mei 1880 te Oss.

2  Joannes Willebrordus van Dinther is geboren op 7 november 1883 te Oss.

3  Henricus van Dinther is geboren op 7 november 1883 te Oss, is overleden op 17 februari 1884 aldaar.

4  N.N. van Dinther is overleden op 20 september 1885 te Oss dood geboren?.

5  Henricus Franciscus van Dinther is geboren op 20 augustus 1886 te Oss, zie XVIII-G.

6  Francina Joanna van Dinther is geboren op 20 januari 1888 te Oss, is overleden op 30 augustus 1888 aldaar.

7  Joanna Nicolasina van Dinther is geboren op 30 augustus 1889 te Oss.

Zij trouwt op 4 februari 1910 te Oss met Joannes Franciscus van Bergen, zoon van Lambertus van Bergen en Francisca Snoeks. Joannes Franciscus is geboren rond 1892 te Oss.

8  Francisca Philomenia van Dinther is geboren op 12 maart 1891, is gedoopt te Oss.

9  Wilhelmina Joanna van Dinther is geboren op 6 september 1893 te Oss, is overleden op 14 oktober 1893 aldaar.

10  Wilhelmus Johannes van Dinther is geboren op 25 januari 1896 te Oss, is overleden op 31 januari 1896 aldaar.

11  Wilhelmus Johannes van Dinther is geboren op 9 oktober 1897 te Oss, is overleden op 17 januari 1898 aldaar.

12  Philomina Johanna van Dinther is geboren op 29 april 1899 te Oss.

Zij trouwt op 16 november 1917 te Oss met Richardus Lambertus Reijnen, zoon van Richardus Lambertus Reijnen en Eliza Maria Polman.

XVII-H  Christiaan van Dinther, zoon van Rijnier van Dinther (XVI-G) en Willemijn van de Wetering, is geboren op 2 mei 1822 te Oss.

Hij trouwt op 17 juni 1848 te Oss met Regina van Well, dochter van Jan van Well en Hendrika van Teeffelen. Regina is geboren op 9 januari 1815 te Oss.

Van hen is een kind bekend:

1  Henricus van Dinther is geboren op 21 april 1856 te Oss, zie XVIII-H.

XVII-I  Johannes van Dinther, zoon van Rijnier van Dinther (XVI-G) en Willemijn van de Wetering, is geboren op 30 april 1824 te Oss.

Hij trouwt op 23 april 1858 te Oss met Wilhelmina van Heumen, dochter van Machiel van Heumen en Maria de Kreij. Wilhelmina is geboren op 4 februari 1834 te Oss.

Van hen zijn vijf kinderen bekend:

1  Wilhelmina van Dinther is geboren op 3 november 1859 te Oss.

Zij trouwt op 1 mei 1885 te Oss met Hendrikus Ketelaars, zoon van Theodorus Ketelaars en Catharina van Niftrik. Hendrikus is geboren op 4 april 1856 te Geffen.

2  Henrica van Dinther is geboren op 18 februari 1861 te Oss.

Zij trouwt op 15 januari 1891 te Oss met Bernardus van Lier, zoon van Hendricus van Lier en Johanna van de Poel. Bernardus is geboren op 21 april 1845 te Oss.

3  Theodorus Michael van Dinther is geboren op 29 september 1865 te Oss, zie XVIII-I.

4  Willebrordus van Dinther is geboren op 16 november 1865 te Oss, zie XVIII-J.

5  Regina Richarda van Dinther is geboren rond 1867 te Oss.

Zij trouwt op 15 juli 1910 te Oss met Wilhelmus Zwaans, zoon van Jan Theodorus Zwaans en Wilhelmina van der Kamp. Wilhelmus is geboren rond 1861 te Schaijk.

XVII-J  Johannes van Dinther, zoon van Rijnier van Dinther (XVI-G) en Gerarda Zeijlhuijzen, is geboren op 15 mei 1837 te Oss.

Hij trouwt op 8 mei 1868 te Oss met Johanna Maria van de Goor, dochter van Johannes van de Goor en Hendrina van Berkel. Johanna Maria is geboren op 18 september 1836 te Oss.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Frans van Dinther, zie XVIII-K.

2  Petronella van Dinther is geboren rond 1876 te Oss.

Zij trouwt op 28 april 1899 te Oss met Antonius Ceelen, zoon van Jacobus Ceelen en Antonia van Schaijk. Antonius is geboren rond 1868 te Oss.

XVII-K  Cornelus van Dinther, zoon van Reynier van Dinther (XVI-H) en Joanna Maria van Rijckevoort, is geboren op 18 november 1828 te Oss, is overleden op 14 april 1885 aldaar.

Hij trouwt op 27 mei 1859 te Oss met Theodora Maria van Heumen, dochter van Willem van Heumen en Helena Govers. Theodora is geboren op 25 november 1829 te Oss, is overleden op 4 september 1904 aldaar.

Van hen zijn acht kinderen bekend:

1  Willebrordus Ferdinandus van Dinther is geboren op 30 mei 1860 te Oss.

2  Maria van Dinther is geboren op 9 december 1861 te Oss, is overleden op 4 juni 1862 aldaar.

3  Maria van Dinther is geboren op 15 januari 1864 te Oss, is overleden op 31 maart 1864 aldaar.

4  Regina van Dinther is geboren op 15 januari 1864 te Oss, is overleden op 13 juli 1875 aldaar.

5  Franciscus van Dinther is geboren op 10 januari 1866 te Oss, is overleden op 21 januari 1866 aldaar.

6  Maria van Dinther is geboren op 10 januari 1866 te Oss, is overleden op 22 januari 1866 aldaar.

7  Leonardus van Dinther is geboren op 20 oktober 1867, is gedoopt te Oss, zie XVIII-L.

8  Ida van Dinther is geboren op 20 mei 1870 te Oss.

Zij trouwt op 13 mei 1898 te Oss met Jozephus Krol, zoon van Wilhelmus Krol en Elisabeth Diebels. Jozephus is geboren rond 1871 te Berghem.


Generatie XVIII

XVIII-A  Cornelis van Dinther, zoon van Henricus van Dinther (XVII-A) en Maria Catharina Hermans, schipper, is geboren op 12 februari 1834 te Lith, is overleden op 16 juni 1905 aldaar.

Uit dit huwelijk 5 kinderen.

Hij trouwt op 22 april 1875 te Oss met Elisabeth Hofmans, dochter van Johannes Hofmans en Gijsberdiena Zwiers. Elisabeth is geboren op 30 maart 1846 te Oss.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Maria Adriana Wilhelmina van Dinther is geboren op 17 augustus 1880 te Lith.

Zij was gehuwd met Cornelis van Santen, zoon van Hendrik van Santen en Neeske de Wijs. Cornelis is geboren te Tiel.

2  Henrica Johanna van Dinther is geboren rond 1886 te Lith.

Zij trouwt op 20 juni 1911 te Lith met Arnoldus van Ballegooij, zoon van Theodorus van Ballegooij en Anna Maria Catharina Engelbart. Arnoldus is geboren te Lithoijen.

XVIII-B  Franciscus van Dinther, zoon van Theodorus van Dinther (XVII-B) en Johanna van Buuren, is geboren op 8 juli 1851 te Oss.

Hij trouwt op 9 oktober 1874 te Oss (1) met Geertruida Reuvers, dochter van Willem Reuvers en Johanna Maria Franken. Geertruida is geboren op 4 september 1849 te Oss, is overleden op 19 januari 1900 aldaar.

Van hen zijn zestien kinderen bekend:

1  Willlebrordus van Dinther is geboren op 22 november 1871 te Oss, zie XIX-A.

2  Elisabeth van Dinther is geboren op 6 juli 1875 te Oss.

Zij trouwt op 6 november 1891 te Oss met Adrianus Leonardus van Dijk, zoon van Meindert van Dijk en Johanna Verbeek. Adrianus Leonardus is geboren op 10 augustus 1871 te Bergen op Zoom.

3  Joanna Maria van Dinther is geboren te Oss.

Zij trouwt op 26 juli 1898 te Woensel met Johannes Otten, zoon van Godefridus Otten en Arnoldina van der Schoot. Johannes is geboren te Woensel en Eckart.

4  Marinus Theodorus van Dinther is overleden op 26 oktober 1876 te Oss.

5  Theodora Maria van Dinther is overleden in december 1878 te Oss.

6  Theodora Gertruda van Dinther is overleden op 31 mei 1880 te Oss.

7  Franciscus van Dinther is overleden op 16 mei 1881 te Oss.

8  Theodorus van Dinther is overleden op 14 oktober 1881 te Oss.

9  Lamberdina van Dinther is overleden op 3 oktober 1882 te Oss.

10  Gertruda van Dinther is overleden op 18 december 1884 te Oss.

11  Franciscus Theodorus van Dinther is overleden op 18 april 1886 te Oss.

12  Joannis Adrianus van Dinther is overleden op 3 juli 1889 te Oss.

13  Theodorus Henricus van Dinther is overleden op 24 juli 1889 te Oss.

14  N.N. van Dinther is overleden op 10 juni 1890 te Oss.

15  Theodorus Joannes van Dinther is overleden op 6 juni 1893 te Oss.

16  N.N. van Dinther is overleden op 4 februari 1894 te Oss.

Hij was gehuwd (2) met Wilhelmina Klemans, dochter van Cornelis Klemans en Johanna Maria Basters. Wilhelmina is geboren rond 1863 te Tilburg.

XVIII-C  Henricus van Dinther, zoon van Theodorus van Dinther (XVII-B) en Johanna van Buuren, metselaar, is geboren op 10 november 1856 te Oss, is overleden op 16 juli 1924 aldaar.

Hij woonde te Oss aan de Varkensmarkt A 64, zijn lichting van de militie is 1876.

Hij trouwt op 2 mei 1879 te Oss met Wilhelmina van Hoorn, dochter van Willebrordus van Hoorn en Elisabeth Nicolaasdr. van Neerijnen. Wilhelmina, vroedvrouw, is geboren op 25 maart 1853 te Oss, is overleden op 14 januari 1931 te Rotterdam.

Zij is 10 maart 1927 vertrokken naar Rotterdam.

Van hen zijn acht kinderen bekend:

1  Theodora van Dinther, cafehoudster, is geboren op 17 juli 1879 te Oss, is overleden op 13 juni 1963 te Rotterdam.

Zij trouwt op 4 mei 1898 te Rotterdam met Arnoldus Wittenberg. Arnoldus is geboren op 13 juli 1878 te Oss, is overleden op 6 mei 1945 te Rotterdam.

2  Willebrordus Elisabeth van Dinther is geboren op 22 juni 1880 te Oss.

3  Nicolaus Leonardus van Dinther is geboren op 11 juli 1881 te Oss, zie XIX-B.

4  Lambertus van Dinther is geboren op 11 juli 1882 te Oss, is overleden op 26 mei 1960 te Rotterdam.

5  Anna Laurentia van Dinther is geboren op 28 september 1884 te Oss.

6  Henricus Johannes van Dinther is geboren op 17 maart 1886 te Oss.

7  Willebrordus Leonardus van Dinther is geboren op 10 juli 1887 te Oss.

8  Joanna Lamberta van Dinther is geboren op 1 augustus 1890 te Oss, is RK gedoopt op 1 augustus 1890, zie XIX-C.

XVIII-D  Josephus van Dinther, zoon van Hendrikus van Dinther (XVII-D) en Anna Maria van Bergen, winkelier, is geboren op 17 juli 1851 te Oss, is overleden op 12 december 1922 aldaar.

Hij trouwt op 10 augustus 1880 te Mook met Jeanetta Agatha Huberdina Omes. Jeanetta Agatha Huberdina is geboren op 8 juli 1849 te Middelaar, is overleden op 12 augustus 1889 te Oss.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Jacobus Joannes Franciscus van Dinther is geboren op 9 april 1883 te Oss, zie XIX-D.

2  Lucia Frederica Antonia van Dinther is geboren rond 1888 te Oss.

Zij was gehuwd met Leonardus Zacharias Willemse, zoon van Lambertus Willemse en Geertruida Lucia Schuurmans. Leonardus Zacharias is geboren rond 1882 te Oss.

XVIII-E  Arnoldus van Dinther, zoon van Petrus van Dinther (XVII-E) en Paulina van Tiem, schoenmaker, is geboren op 14 november 1846 te Leeuwen.

Hij was gehuwd met Catharina van Elk.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Johanna Wilhelmima van Dinther is geboren op 22 juni 1883 te Leeuwen.

2  Petrus Wilhelmus van Dinther is geboren op 22 december 1884 te Leeuwen.

XVIII-F  Hermanus van Dinther, zoon van Petrus van Dinther (XVII-E) en Paulina van Tiem, schoenmaker, is geboren op 14 mei 1852 te Leeuwen, is overleden op 23 maart 1931 te Druten.

Hij trouwt op 8 januari 1880 te Wamel met Petronella van Oyen. Petronella is geboren op 2 augustus 1852 te Leeuwen, is overleden op 29 december 1924 te Druten.

Van hen zijn zes kinderen bekend:

1  Petrus Paulus Adrianus van Dint(h)er, schoenmaker, is geboren op 14 december 1880 te Leeuwen.

Hij was gehuwd met Catharina Cornelia van Woezik. Catharina Cornelia is geboren te Arkel Dg3-4-1884.

2  Elisaberta Adriana van Dint(h)er is geboren op 28 februari 1883 te Leeuwen.

3  Theodora Wilhelmina van Dint(h)er is geboren op 9 juli 1885 te Leeuwen.

4  Adriana Paulina van Dinter is geboren in 1888 te Leeuwen.

Zij trouwt op 21 februari 1911 te Wamel met Antonius Hendrikus Banken. Antonius Hendrikus, landbouwer, is geboren in 1884 te Appeltern.

5  Paulina Petronella van Dinter is geboren op 9 september 1889 te Leeuwen, is overleden op 15 juli 1954 aldaar.

Zij trouwt op 10 november 1910 te Leeuwen met Petrus Wakker. Petrus is geboren op 15 mei 1882 te Heesselt, is overleden op 11 maart 1960 te Leeuwen.

6  Maria Hermina van Dinther is geboren op 2 februari 1895 te Wamel.

XVIII-G  Henricus Franciscus van Dinther, zoon van Marinus van Dinther (XVII-G) en Ardina Joanna van Orsouw, is geboren op 20 augustus 1886 te Oss.

Hij was gehuwd met Maria Arnolda Ploegmakers, dochter van Rudolphus Ploegmakers en Antonia Theunisse. Maria Arnolda is geboren op 23 december 1905 te Berghem.

Van hen is een kind bekend:

1  Henricus Franciscus van Dinther.

XVIII-H  Henricus van Dinther, zoon van Christiaan van Dinther (XVII-H) en Regina van Well, is geboren op 21 april 1856 te Oss.

Hij trouwt op 22 juni 1883 te Oss (1) met Maria Henrica van Vugt, dochter van Johannes van Vugt en Geertruida van Schaijk. Maria Henrica is geboren op 25 maart 1858 te Oss.

Van hen is een kind bekend:

1  Maria Regina van Dinther is geboren rond 1886 te Oss.

Zij trouwt op 14 mei 1914 te Oss met Arnoldus Josephus Spierings, zoon van Johannes Spierings en Johanna Maria van Bergen. Arnoldus Josephus is geboren rond 1884 te Oss.

Hij trouwt op 18 augustus 1893 te Oss (2) met Hendrika van Bakel, dochter van Franciscus van Bakel en Maria Anna Leeijen. Hendrika is geboren op 28 januari 1871 te Heesch.

XVIII-I  Theodorus Michael van Dinther, zoon van Johannes van Dinther (XVII-I) en Wilhelmina van Heumen, is geboren op 29 september 1865 te Oss.

De volgende generaties zijn verstrekt door: Theo van Dinther geboren 29-9-1941.

Hij trouwt op 5 februari 1904 te Oss met Geertruida Vos, dochter van Theodorus Vos en Johanna Snoeks. Geertruida is geboren rond 1871 te Oss.

Van hen zijn vijf kinderen bekend:

1  Mientje van Dinther.

Zij kregen 5 kinderen.

Zij was gehuwd met Harry van de Veerdonk.

2  Jan van Dinther, zie XIX-E.

3  Anneke van Dinther.

Zij kregen 2 kinderen.

Zij was gehuwd met Hasje Boeijen.

4  Theo van Dinther.

Zij kregen 6 kinderen.

Hij was gehuwd met Wilhelmina van den Heuel.

5  Mies van Dinther.

zij kregen 13 kinderen.

Hij was gehuwd met Mien van Dinther.

XVIII-J  Willebrordus van Dinther, zoon van Johannes van Dinther (XVII-I) en Wilhelmina van Heumen, is geboren op 16 november 1865 te Oss.

Hij was gehuwd met Helena Ceelen, dochter van Jacobus Ceelen en Antonia van Schaijk. Helena is geboren op 9 mei 1861 te Oss.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Wilhelmina van Dinther is geboren rond 1894 te Oss.

Zij trouwt op 20 juni 1919 te Oss met Anthonius Ceelen, zoon van Nicolaas Ceelen en Johanna Maria Smits. Anthonius is geboren rond 1887 te Oss.

2  Jacoba Maria van Dinther is geboren rond 1896 te Oss.

Zij trouwt op 26 mei 1922 te Oss met Gerardus van Lith, zoon van Reinardus van Lith en Anna Maria van Vugt. Gerardus is geboren rond 1880 te Berghem.

XVIII-K  Frans van Dinther, zoon van Johannes van Dinther (XVII-J) en Johanna Maria van de Goor.

Van hem en een onbekende vrouw is een kind bekend:

1  Marie van Dinther.

Zij was gehuwd met Wim van Grunsven.

Uit dit huwelijk 8 kinderen. (zie foto)

XVIII-L  Leonardus van Dinther, zoon van Cornelus van Dinther (XVII-K) en Theodora Maria van Heumen, is geboren op 20 oktober 1867, is gedoopt te Oss, is overleden op 23 juli 1904 aldaar.

Hij trouwt op 18 mei 1895 te Berghem met Allegonda van den Broek, dochter van Johannes van den Broek en Elisabeth Vos.

Van hen is een kind bekend:

1  Johannes van Dinther is geboren op 1 maart 1897 te Oss, is overleden op 8 november 1978 aldaar.

Uit dit huwelijk zijn geboren 10 kinderen w.o. de moeder , geb. te Oss 7 december 1929, van Frank Bouwens te Lith.

Hij was gehuwd met Ida van Schayk.


Generatie XIX

XIX-A  Willlebrordus van Dinther, zoon van Franciscus van Dinther (XVIII-B) en Geertruida Reuvers, is geboren op 22 november 1871 te Oss, is overleden op 10 november 1929 aldaar.

Hij trouwt op 20 mei 1895 te Oijen en Teeffelen met Petronella van den Anker, dochter van Hendrikus van den Anker en Gijsberta Arts. Petronella is geboren op 28 januari 1869 te Oijen en Teeffelen.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Henricus Franciscus van Dinther is overleden op 24 mei 1908 te Oss.

2  Petrus Wilhelmus van Dinther is geboren op 8 juli 1891 te Oijen en Teeffelen, zie XX-A.

XIX-B  Nicolaus Leonardus van Dinther, zoon van Henricus van Dinther (XVIII-C) en Wilhelmina van Hoorn, metselaar, is geboren op 11 juli 1881 te Oss, is overleden op 1 december 1969 te Rotterdam.

Hij trouwt op 5 februari 1906 te Bergen op Zoom met Maria Elisabeth Heitzman, dochter van Mathijs Jozef Heitzman en Helena de Klerk. Maria Elisabeth is geboren op 4 juli 1887 te Bergen op Zoom, is overleden op 14 juli 1969 te Rotterdam.

Van hen zijn twaalf kinderen bekend:

1  Helena van Dinther is geboren op 21 juli 1906 te Bergen op Zoom, zie XX-B.

2  Mathijs Jozef van Dinther is geboren op 16 oktober 1907 te Bergen op Zoom, is overleden op 4 december 1909 aldaar.

3  Hendricus van Dinther is geboren op 1 maart 1909 te Bergen op Zoom, zie XX-C.

4  Wilhelmina Maria van Dinther is geboren op 27 augustus 1911 te Bergen op Zoom, zie XX-D.

5  Johannes van Dinther is geboren op 28 november 1912 te Bergen op Zoom, zie XX-E.

6  Anthonius Theodorus van Dinther is geboren op 5 juli 1914 te Bergen op Zoom, zie XX-F.

7  Arnoldus Johannes van Dinther is geboren op 1 februari 1916 te Bergen op Zoom, zie XX-G.

8  Maria van Dinther is geboren op 20 september 1917 te Bergen op Zoom, zie XX-H.

9  Willem van Dinther is geboren op 17 juni 1919 te Rotterdam, zie XX-I.

10  Paulus Lambertus van Dinther is geboren op 8 maart 1924 te Rotterdam, zie XX-J.

11  Nicolaus Leonardus van Dinther is geboren op 28 april 1925 te Bergen op Zoom, is overleden in 1998 te Rotterdam.

Hij is gehuwd te Rotterdam, kinderen.

12  Theodora van Dinther is geboren op 24 juni 1927 te Bergen op Zoom, zie XX-K.

XIX-C  Joanna Lamberta van Dinther, dochter van Henricus van Dinther (XVIII-C) en Wilhelmina van Hoorn, pantoffelmaker, is geboren op 1 augustus 1890 te Oss, is RK gedoopt op 1 augustus 1890, is overleden op 29 september 1974 te Rotterdam, is gecremeerd aldaar.

Zij gaat in ondertrouw op 13 april 1910 te Oss, trouwt op 29 april 1910 aldaar, trouwt (kerk) op 29 april 1910 aldaar met Lambertus van Hoek, zoon van Johannes van Hoek en Maria van Niftrik. Lambertus, kuiper, is geboren op 22 maart 1888 te Oss, is RK gedoopt op 22 maart 1888 aldaar, is overleden op 14 juni 1963 te Rotterdam, is gecremeerd op 19 juni 1963 aldaar.

Van 8 oktober 1921 zijn Lambertus van Hoek en gezin ingeschreven in het bevolkingsregister van de gemeente Rotterdam en kregen zij een woning in de Bothastraat 36 tot 9 januari 1933, zij zijn toen verhuisd naar de Tweeboschstraat.

Van hen zijn acht kinderen bekend:

1  Johanna Maria van Hoek is geboren op 10 februari 1911 te Oss, zie XX-L.

2  Wilhelmina Hendrika van Hoek is geboren op 30 april 1913 te Oss, is overleden op 5 maart 1998 te Rotterdam.

Zij gaat in ondertrouw op 15 februari 1933 te Rotterdam, trouwt op 1 maart 1933 aldaar (is gescheiden op 15 februari 1945) met Meinderd Steenbergen. Meinderd, loodgieter, is geboren op 20 februari 1912.

3  Lamberta Francisca van Hoek is geboren op 24 mei 1914 te Oss, is overleden op 13 juni 1914 aldaar.

4  Maria van Hoek is geboren op 2 juni 1915 te Oss, zie XX-M.

5  Theodora Cornelia van Hoek is geboren op 30 juni 1920 te Rotterdam, is overleden op 1 september 1991 aldaar.

Zij gaat in ondertrouw op 19 januari 1938 te Rotterdam, trouwt op 7 februari 1938 aldaar met Pieter Verhoef. Pieter is geboren op 3 juni 1914 te Rotterdam, is overleden op 30 juni 1994 aldaar.

6  Lambertus Johannes van Hoek is geboren op 11 mei 1925 te Rotterdam, is overleden op 30 april 1987 aldaar.

Hij gaat in ondertrouw op 20 december 1951 te Rotterdam, trouwt op 9 januari 1952 aldaar met Dina Barbier. Dina is geboren op 2 april 1929 te Rotterdam.

7  Henricus van Hoek is geboren op 17 september 1927 te Rotterdam.

Hij gaat in ondertrouw op 24 november 1948 te Rotterdam, trouwt op 8 december 1948 aldaar met Jannigje Molendijk. Jannigje is geboren op 13 januari 1927 te Rotterdam.

8  Antonius Johannes van Hoek is geboren op 8 mei 1931 te Rotterdam, is overleden op 14 mei 1931 aldaar.

XIX-D  Jacobus Joannes Franciscus van Dinther, zoon van Josephus van Dinther (XVIII-D) en Jeanetta Agatha Huberdina Omes, onderwijzer, is geboren op 9 april 1883 te Oss, is overleden op 21 november 1937 te Heerlen.

Hij trouwt op 3 juni 1918 te Tilburg met Maria Bernardina Luijten. Maria Bernardina is geboren op 20 mei 1886 te Tilburg, is overleden op 19 juli 1952 te Beverwijk.

Van hen is een kind bekend:

1  Catharina Isabella Maria Antonia van Dinther is geboren op 18 mei 1919 te Eindhoven, zie XX-N.

XIX-E  Jan van Dinther, zoon van Theodorus Michael van Dinther (XVIII-I) en Geertruida Vos, is overleden op 11 juni 1967 te Zeist.

Hij trouwt op 3 februari 1939 te Oss met Hendrika Petronella Faassen. Hendrika Petronella is geboren op 30 juli 1909, is overleden op 12 juni 1993 te Oss.

Van hen zijn acht kinderen bekend:

1  Geertruida Johanna van Dinther is geboren op 5 augustus 1940.

Zij hebben 3 kinderen.

Zij was gehuwd met Gerrit van Houting. Gerrit is geboren op 15 augustus 1940.

2  Theodorus Gerardus van Dinther is geboren op 29 september 1941, zie XX-O.

3  Gerardus Johannes van Dinther is geboren op 14 februari 1943.

Zij hebben 2 kinderen.

Hij was gehuwd met Annie Koopmans. Annie is geboren op 6 augustus 1947.

4  Johannes Maria van Dinther is geboren op 11 november 1944.

Zij hebben 1 kind.

Hij was gehuwd met Ardie Kouwenberg. Ardie is geboren op 4 december 1944.

5  Johanna Hendrika Maria van Dinther is geboren op 22 oktober 1946.

Zij hebben 3 kinderen.

Zij was gehuwd met Hans Broeksteeg.. Hans is geboren op 21 juli 1946.

6  Hendrika Petronella van Dinther is geboren op 31 augustus 1948.

Zij hebben 2 kinderen.

Zij was gehuwd met Marinus van Lier. Marinus is geboren op 22 november 1945.

7  Wilhelmina Henrica Johanna van Dinther is geboren op 28 februari 1950.

Zij was gehuwd (1) met Kees Boon. Kees is geboren op 30 september 1947.

Zij kregen 2 kinderen. Zij zijn gescheiden.
Zij was gehuwd (2) met André van Berkel. André is geboren op 18 april 1944, is overleden op 13 maart 2002.

Zij hebben geen kinderen.

8  Anna Marie Henrica van Dinther is geboren op 17 september 1953.

Zij hebben 4 kinderen. Ze zijn gescheiden.

Zij was gehuwd met Wim Nootenboom. Wim is geboren op 11 november 1950.


Generatie XX

XX-A  Petrus Wilhelmus van Dinther, zoon van Willlebrordus van Dinther (XIX-A) en Petronella van den Anker, is geboren op 8 juli 1891 te Oijen en Teeffelen.

Hij trouwt op 5 juli 1915 te Veghel met Theodora Anna Maria Terneuzen, dochter van Lambertus Franciscus Terneuzen en Helena Maria Even. Theodora Anna Maria is geboren op 4 maart 1889 te Veghel, is overleden op 19 maart 1939 te Oss.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Leonardus Johannes Maria van Dinther is overleden op 26 juni 1940 te Oss.

2  Wilhelmus Petrus Maria van Dinther, beeldend kunstenaar., is geboren op 7 november 1917 te Oss, is overleden op 27 april 1997 te Amsterdam.

Wordt op 19-10-1943 ingeschreven te Amsterdam

Hij trouwt op 18 december 1947 te Amsterdam met Heiltje Klazina Wesselman. Heiltje Klazina is geboren op 24 mei 1923 te Amsterdam.

XX-B  Helena van Dinther, dochter van Nicolaus Leonardus van Dinther (XIX-B) en Maria Elisabeth Heitzman, is geboren op 21 juli 1906 te Bergen op Zoom, is overleden op 11 juli 1992 te Rotterdam.

Zij was gehuwd met Frederikus Stassen. Frederikus is geboren op 11 februari 1901 te Oude Tonge, is overleden op 23 december 1963 te Rotterdam.

Van hen zijn acht kinderen bekend:

1  Elizabeth Maria Stassen is geboren op 24 juni 1927 te Rotterdam.

2  Nicolaas Cornelis Stassen is geboren op 17 april 1930 te Rotterdam, is overleden op 13 mei 1933 aldaar.

3  Maria Petronella Stassen is geboren op 18 november 1932 te Rotterdam, is overleden aldaar.

4  Nicolaas Cornelis Stassen is geboren op 7 mei 1934 te Rotterdam.

5  Petronella Helena Stassen is geboren op 23 augustus 1937 te Rotterdam.

6  Frederikus Petrus Stassen is geboren op 3 januari 1939 te Rotterdam.

7  Hendrikus Adrianus Stassen is geboren op 21 maart 1947 te Rotterdam.

8  Adrianus Wilhelmus Stassen is geboren op 22 maart 1949 te Rotterdam.

XX-C  Hendricus van Dinther, zoon van Nicolaus Leonardus van Dinther (XIX-B) en Maria Elisabeth Heitzman, is geboren op 1 maart 1909 te Bergen op Zoom, is overleden op 13 juli 1989 te Rotterdam.

Hij trouwt op 15 september 1934 te Rotterdam (1) met Hendrika Magdalena Groen.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Alberdina Maria van Dinther is geboren op 11 december 1934 te Rotterdam.

2  Maria Elisabeth van Dinther is geboren op 20 maart 1936 te Rotterdam.

Hij trouwt op 2 december 1948 te Rotterdam (2) met Ant van der Berg. Ant is overleden op 31 augustus 1961 te Rotterdam.

XX-D  Wilhelmina Maria van Dinther, dochter van Nicolaus Leonardus van Dinther (XIX-B) en Maria Elisabeth Heitzman, is geboren op 27 augustus 1911 te Bergen op Zoom, is overleden op 19 augustus 1997 te Rotterdam.

Zij trouwt op 9 april 1930 te Rotterdam met Dirk Johannes Veenstra. Dirk Johannes is geboren op 14 januari 1901 te Rotterdam, is overleden op 15 december 1972 aldaar.

Van hen zijn vier kinderen bekend:

1  Anna Margaretha Veenstra is geboren op 11 juli 1930 te Rotterdam, zie XXI-A.

2  Nicolaas Leonardus Veenstra is geboren op 17 oktober 1931 te Rotterdam, zie XXI-B.

3  Maria Veenstra is geboren in 1933 te Rotterdam, is overleden op 23 april 1961.

Zij was gehuwd met N.N. Naaikens.

4  Gerrit Johannes Veenstra is geboren op 2 mei 1941 te Rotterdam, zie XXI-C.

XX-E  Johannes van Dinther, zoon van Nicolaus Leonardus van Dinther (XIX-B) en Maria Elisabeth Heitzman, bouwvakker later portier, is geboren op 28 november 1912 te Bergen op Zoom.

Hij trouwt op 17 juli 1935 te Rotterdam met Janna Johanna Hoogerwerf, dochter van Frans Hoogerwerf en Kriena de Korte. Janna Johanna is geboren op 29 april 1911 te Tholen, is overleden op 16 oktober 2004 te Piershil, is begraven op 20 oktober 2004 aldaar.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Nicolaus Leonardus van Dinther is geboren op 6 januari 1936 te Rotterdam ca. 12.00 uur, zie XXI-D.

2  Kriena Germaine van Dinther is geboren op 1 april 1947 te Rotterdam, zie XXI-E.

XX-F  Anthonius Theodorus van Dinther, zoon van Nicolaus Leonardus van Dinther (XIX-B) en Maria Elisabeth Heitzman, schippersknecht,kleermaker.arbeider BPM, is geboren op 5 juli 1914 te Bergen op Zoom, is overleden op 26 oktober 1965 te Canada.

Hij was gehuwd met Cornelia van de Bergh. Cornelia is geboren op 4 februari 1912.

Van hen zijn vier kinderen bekend:

1  Nicolaas Leonardus van Dinther.

2  Johannes van Dinther.

3  Tonny van Dinther.

4  Willy van Dinther.

XX-G  Arnoldus Johannes van Dinther, zoon van Nicolaus Leonardus van Dinther (XIX-B) en Maria Elisabeth Heitzman, kleermaker, schippersknecht, arbeider BPM en schipper rijnvaart, is geboren op 1 februari 1916 te Bergen op Zoom, is overleden op 30 december 1964 te Rotterdam.

Hij trouwt op 19 februari 1958 te Rotterdam met Johanna Remeijsen. Johanna is geboren op 28 februari 1925 te Rotterdam.

Van hen is een kind bekend:

1  Gerardus Nicolaas van Dinther is geboren op 23 februari 1959 te Rotterdam.

XX-H  Maria van Dinther, dochter van Nicolaus Leonardus van Dinther (XIX-B) en Maria Elisabeth Heitzman, is geboren op 20 september 1917 te Bergen op Zoom, is overleden op 5 maart 2002 te Rotterdam.

Zij trouwt op 5 oktober 1938 te Rotterdam met Johannes van den Berg. Johannes is geboren op 29 juni 1913 te Rotterdam.

Van hen zijn tien kinderen bekend:

1  Magtilda Louiza Martina van den Berg is geboren op 6 februari 1939 te Rotterdam.

2  Nicolaus Leonardus van den Berg is geboren op 4 februari 1942 te Rotterdam.

3  Johanna Maria van den Berg is geboren op 1 juni 1946 te Rotterdam.

4  Frederikus van den Berg is geboren op 15 oktober 1948 te Rotterdam.

5  Wilhelmina Elisabeth van den Berg is geboren op 1 november 1952 te Rotterdam.

6  Maria Elisabeth van den Berg is geboren op 5 maart 1954 te Rotterdam.

7  Anthonius Theodorus van den Berg is geboren op 27 maart 1955 te Rotterdam.

8  Petronella van den Berg is geboren op 2 september 1956 te Rotterdam.

9  Johannes van den Berg is geboren op 8 oktober 1957 te Rotterdam.

10  Hendrik Silverius van den Berg is geboren op 20 juni 1959 te Rotterdam.

XX-I  Willem van Dinther, zoon van Nicolaus Leonardus van Dinther (XIX-B) en Maria Elisabeth Heitzman, is geboren op 17 juni 1919 te Rotterdam, is overleden op 17 augustus 2006 te Canada.

Het gezin emigreerde naar Canada.

Hij trouwt te Rotterdam met Margaretha Carolina Ducardas. Margaretha Carolina is geboren op 30 december 1920 te Rotterdam, is overleden op 23 april 1990 te Canada.

Van hen zijn vier kinderen bekend:

1  Elisabeth Lidwina Francisca van Dinther is geboren op 3 juni 1944 te Rotterdam, zie XXI-F.

2  Irene Lidwina Elisabeth Maria van Dinther is geboren op 18 mei 1945 te Rotterdam.

3  Willy Francis van Dinther is geboren op 9 februari 1957 te Toronto/Canada, zie XXI-G.

4  Cynthia Roberta van Dinther is geboren op 17 december 1961 te Toronta/Canada.

XX-J  Paulus Lambertus van Dinther, zoon van Nicolaus Leonardus van Dinther (XIX-B) en Maria Elisabeth Heitzman, is geboren op 8 maart 1924 te Rotterdam, is overleden op 16 mei 2010 aldaar.

Hij trouwt op 27 januari 1943 te Rotterdam met Antonia Elisabeth Klok. Antonia Elisabeth is geboren op 27 augustus 1921 te Rotterdam.

Van hen zijn drie kinderen bekend:

1  Nicolaas Leonardus van Dinther is geboren op 19 juni 1943 te Rotterdam, zie XXI-H.

2  Anna Piternella Elisabeth Helena van Dinther is geboren op 23 april 1946 te Rotterdam, is overleden op 24 maart 1947 aldaar.

3  Paulina Maria Elisabeth van Dinther is geboren op 8 januari 1949 te Rotterdam.

Zij trouwt op 30 september 1971 te Rotterdam met Jan van Meurs.

XX-K  Theodora van Dinther, dochter van Nicolaus Leonardus van Dinther (XIX-B) en Maria Elisabeth Heitzman, is geboren op 24 juni 1927 te Bergen op Zoom, is overleden op 8 december 1986 te Rotterdam.

Zij trouwt op 28 september 1949 te Rotterdam (is gescheiden op 4 mei 1963) (1) met Pieter Cornelis Haneveer. Pieter Cornelis is geboren op 11 augustus 1926 te Rotterdam.

Van hen zijn vijf kinderen bekend:

1  Theodorus Maria Haneveer is geboren op 31 oktober 1944 te Rotterdam.

2  Everardus Haneveer is geboren op 5 maart 1950 te Rotterdam.

3  Maria Elisabeth Haneveer is geboren op 5 maart 1951 te Rotterdam.

4  Martijn Haneveer is geboren op 3 september 1953 te Rotterdam.

5  Nicolaus Leonardus Haneveer is geboren op 12 januari 1968 te Rotterdam, is overleden op 13 augustus 1974.

Zij was gehuwd (2) met Frederic Hendrik Hammer. Frederic Hendrik is geboren op 11 juli 1934 te Bocholt, is overleden te Rotterdam.

Van hen is een kind bekend:

6  Hendrikus Maurits Hammer is geboren op 8 april 1963.

XX-L  Johanna Maria van Hoek, dochter van Lambertus van Hoek (XIX-C) en Joanna Lamberta van Dinther, is geboren op 10 februari 1911 te Oss, is overleden op 24 april 1995 te Rotterdam.

Zij gaat in ondertrouw op 5 november 1930 te Rotterdam, trouwt op 19 november 1930 aldaar met Jacobus Laurentius Melgert. Jacobus Laurentius, operator, is geboren op 30 april 1907 te Rotterdam, is overleden op 18 april 1968 aldaar.

Van hen is een kind bekend:

1  N.N..

XX-M  Maria van Hoek, dochter van Lambertus van Hoek (XIX-C) en Joanna Lamberta van Dinther, is geboren op 2 juni 1915 te Oss, is overleden op 7 februari 2007 te Rotterdam.

Zij gaat in ondertrouw op 26 februari 1936 te Rotterdam, trouwt op 11 maart 1936 aldaar met Arie Gerardus Blokland. Arie Gerardus is geboren op 18 mei 1913 te Rotterdam, is overleden op 17 maart 1962 aldaar, is begraven op 20 maart 1962 aldaar.

Van hen is een kind bekend:

1  Arie Blokland is geboren op 19 augustus 1936 te Rotterdam.

XX-N  Catharina Isabella Maria Antonia van Dinther, dochter van Jacobus Joannes Franciscus van Dinther (XIX-D) en Maria Bernardina Luijten, is geboren op 18 mei 1919 te Eindhoven, is overleden op 8 december 1979 te Heerlen.

Zij trouwt op 18 augustus 1939 te Sittard met Frans Theodoor Cleven. Frans Theodoor, kleermaker, is geboren op 26 maart 1917 te Nieuwstadt, is overleden op 21 mei 1976 te Den Helder.

Van hen is een kind bekend:

1  Martinus Cleven is geboren op 26 januari 1940 te Heerlen.

XX-O  Theodorus Gerardus van Dinther, zoon van Jan van Dinther (XIX-E) en Hendrika Petronella Faassen, is geboren op 29 september 1941.

Hij trouwt op 9 september 1966 met Catherina Gerdina Jansen. Catherina Gerdina is geboren op 25 september 1943.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  David-Jan van Dinther is geboren op 3 januari 1969, zie XXI-I.

2  Iris Ariana Hetty van Dinther is geboren op 14 december 1970, zie XXI-J.


Generatie XXI

XXI-A  Anna Margaretha Veenstra, dochter van Dirk Johannes Veenstra (XX-D) en Wilhelmina Maria van Dinther, is geboren op 11 juli 1930 te Rotterdam.

Zij trouwt op 3 december 1958 te Rotterdam met Cornelis Reinhoud. Cornelis is geboren op 21 april 1931.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Ed Reinhoud.

2  Joyce Reinhoud.

XXI-B  Nicolaas Leonardus Veenstra, zoon van Dirk Johannes Veenstra (XX-D) en Wilhelmina Maria van Dinther, is geboren op 17 oktober 1931 te Rotterdam, is overleden aldaar.

Hij trouwt op 26 april 1958 te Rotterdam met Adriana Iefje Kievits. Adriana Iefje is geboren op 9 februari 1936.

Van hen is een kind bekend:

1  Sylvia Veenstra.

XXI-C  Gerrit Johannes Veenstra, zoon van Dirk Johannes Veenstra (XX-D) en Wilhelmina Maria van Dinther, is geboren op 2 mei 1941 te Rotterdam.

Hij trouwt op 20 augustus 1964 te Rotterdam met Maria Johanna Monnee. Maria Johanna is geboren op 24 mei 1944 te Rotterdam.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Ron Veenstra.

2  Ashley Veenstra.

XXI-D  Nicolaus Leonardus van Dinther, zoon van Johannes van Dinther (XX-E) en Janna Johanna Hoogerwerf, Accountant-Administratieconsulent, wonende te Poortugaal en te Hoogvliet-Rotterdam, is geboren op 6 januari 1936 te Rotterdam ca. 12.00 uur.

Maatschappelijke functies:
lid gemeenteraad van Poortugaal 1970-1974, wethouder aldaar 1973-1974
lid college notabelen Ned. Herv. Gemeente Poortugaal 1963-1972, kerkvoogd 1972-1975,
penningmeester Stichting tot beheer en exploitatie van het Sociaal Cultureel Centrum "De Brinkhoeve" te Poortugaal 1971-1989,
penningmeester Zuidhollandse Vereniging voor Genealogie "Ons Voorgeslacht", 1975-1987, redacteur 1987-1992, voorzitter Lustrum-Commissie 50-jarig bestaan in 1996, erelid benoemd in de jaarvergadering van 2 mei 1996,
pennningmeester Archeologische Werkgemeenschap Nederland 1981-1987,
secretaris-penningmeester Stichting Archeologie in het Maasmondgebied 1985-2001,
lid Coördinatie Commissie van Advies inzake Archeologisch Onderzoek binnen het ressort Rotterdam 1988,secretaris idem 1989-2001.

Bij besluit van 22 januari 2003 nr. 03.000224 door H.M. Koningin Beatrix benoemd tot Lid in de Orde van Oranje-Nassau (ridder in de 6e graad). De ridderorde is opgespeld 29 april 2003 in het gemeentehuis te Rhoon door Anja Latenstein van Voorst-Woldringh, burgemeester van Albrandswaard.

Hij trouwt op 7 mei 1958 te Rotterdam met Neeltje Smaling, dochter van Arie Jan Smaling en Krijna Verhoeven. Neeltje, medewerkster accountantskantoor, is geboren op 11 december 1938 te Rotterdam, is overleden op 5 augustus 2002 te Hoogvliet-Rotterdam, is begraven op 9 augustus 2002 te Poortugaal.

maatschappelijke functies:
zitting in het Oranje-comité te Poortugaal in de jaren zeventig
penningmeester Tennis Vereniging Poortugaal 1975-1985
lid reis-commissie Ned. Bond van plattelandsvrouwen afd. Poortugaal-Rhoon 1979-1985
bestuurslid/vice-voorzitter Ned. Bond van plattelandsvrouwen afd. Poortugaal Rhoon 1985-1991, 1993-1998
voorzitter idem 1998-2000.

Van hen zijn drie kinderen bekend:

1  Johannes Nicolaus Arie van Dinther is geboren op 13 augustus 1962 te Poortugaal, zie XXII-A.

2  Carola Janine van Dinther is geboren op 15 oktober 1963 te Poortugaal, zie XXII-B.

3  Jeroen van Dinther, assistent-accountant, wonende te Rhoon, is geboren op 15 januari 1970 te Poortugaal.

XXI-E  Kriena Germaine van Dinther, dochter van Johannes van Dinther (XX-E) en Janna Johanna Hoogerwerf, wonende te Nieuw_Beyerland, is geboren op 1 april 1947 te Rotterdam.

Zij trouwt op 10 september 1970 te Rotterdam met Adrianus van der Zweth, zoon van Hugo Jan van der Zweth en Johanna de Lange. Adrianus is geboren op 4 april 1944 te Rotterdam.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Barbara Elisabeth van der Zweth is geboren op 13 januari 1973 te Nieuw_Beyerland.

2  Hugo Johannes van der Zweth is geboren op 15 februari 1978 te Rotterdam.

XXI-F  Elisabeth Lidwina Francisca van Dinther, dochter van Willem van Dinther (XX-I) en Margaretha Carolina Ducardas, is geboren op 3 juni 1944 te Rotterdam.

Van haar en een onbekende man is een natuurlijk kind bekend:

1  Wendy Yvonne van Dinther is geboren op 19 oktober 1959 te Toronto/Canada.

XXI-G  Willy Francis van Dinther, zoon van Willem van Dinther (XX-I) en Margaretha Carolina Ducardas, is geboren op 9 februari 1957 te Toronto/Canada.

Van hem en een onbekende vrouw is een kind bekend:

1  Brandon William van Dinther is geboren op 25 november 1999 te Toronto/Canada.

XXI-H  Nicolaas Leonardus van Dinther, zoon van Paulus Lambertus van Dinther (XX-J) en Antonia Elisabeth Klok, is geboren op 19 juni 1943 te Rotterdam.

Hij trouwt op 4 november 1965 te Rotterdam (1) met Hester Elizabet Ravenstein.

Van hen is een kind bekend:

1  Marcel Leonardus van Dinther is geboren op 17 april 1966 te Rotterdam.

Hij trouwt op 6 juni 1973 te Rotterdam (2) met Yvonne Anthonetta Hartogs.

XXI-I  David-Jan van Dinther, zoon van Theodorus Gerardus van Dinther (XX-O) en Catherina Gerdina Jansen, is geboren op 3 januari 1969.

Hij trouwt op 6 september 1996 met Joyce Broeksteeg. Joyce is geboren op 22 april 1969.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Rik van Dinther is geboren op 11 februari 2002.

2  Marlou van Dinther is geboren op 14 december 2004.

XXI-J  Iris Ariana Hetty van Dinther, dochter van Theodorus Gerardus van Dinther (XX-O) en Catherina Gerdina Jansen, is geboren op 14 december 1970.

Zij trouwt op 29 september 1995 met Hans van den Hurk. Hans is geboren op 15 oktober 1966.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Pleun van den Hurk is geboren op 29 augustus 2001.

2  Kiki van den Hurk is geboren op 19 juli 2003.


Generatie XXII

XXII-A  Johannes Nicolaus Arie van Dinther, zoon van Nicolaus Leonardus van Dinther (XXI-D) en Neeltje Smaling, bedrijfsadviseur gevestigd te Rhoon, wonende te Rhoon, is geboren op 13 augustus 1962 te Poortugaal.

Studeerde in 1987 af aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam als algemeen econoom.
Het huwelijk op 23 september 1992 werd door Mevr. N de Koning voltrokken op het kasteel van Rhoon.

Hij trouwt op 23 september 1992 te Rhoon met Krijntje Jansje van Genderen, dochter van Gijsbert van Genderen en Neeltje Versteeg. Krijntje Jansje, eigenaar Schoolwerk onderwijsdiensten te Rhoon, is geboren op 30 september 1962 te Spijkenisse.

Van hen zijn drie kinderen bekend:

1  Johannes Nicolaus Gijsbert van Dinther is geboren op 26 april 1994 te Rotterdam in het Ikaziaziekenhuis..

2  Anne Neeltje van Dinther is geboren op 29 mei 1995 te Rotterdam in het Ikaziaziekenhuis..

3  Sara Geertje Jannetje van Dinther is geboren op 12 augustus 1998 te Rotterdam in het Ikaziaziekenhuis..

XXII-B  Carola Janine van Dinther, dochter van Nicolaus Leonardus van Dinther (XXI-D) en Neeltje Smaling, leerkracht basis school, wonende te Spijkenisse, is geboren op 15 oktober 1963 te Poortugaal.

Zij trouwt op 25 maart 1986 te Rhoon, trouwt (kerk) op 25 maart 1986 te Poortugaal met Erik de Haan, zoon van Gerard Daniël de Haan en Neeltje Adriaanse. Erik is geboren op 29 januari 1964 te Maassluis.

Het wettelijk huwelijk is gesloten op het kasteel van Rhoon door burgemeester J.E. Temminck, het kerkelijk huwelijk is gesloten in de Ned. Herv. kerk te Poortugaal door ds. G Geitenbeek.

Van hen zijn twee kinderen bekend:

1  Jasper de Haan is geboren op 28 december 1991 te Spijkenisse.

2  Lotte de Haan is geboren op 15 februari 1995 te Spijkenisse.


Noten

  Dit overzicht is gemaakt op woensdag 3 oktober 2012 met Haza-21 versie 3.3.0.543.20120621 door N.L. van Dinther, Park Vossendijk 455, 3192 XH HOOGVLIET.

1)  P. Bondam, Charterboek des Hertogdoms Gelre en Graafschap Zutphen, blz, 249-250.

2)  E.J. Harenberg: Oorkondenboek van Gelre en Zutphen tot 1326, vierde aflevering klooster Bethlehem bij Doetinchem (eerste gedeelte, 1991, nr. 1200.07.12 (na 1200.00.00)

3)  Dr. A.C.F. Koch, Oorkondenboek van Holland en Zeeland tot 1299, deel I, eind van de 7e eeuw tot 1222, 1970, nr,262.

4)  OBHZ deel I nr. 267.

5)  OBHZ deel I nr. 268.

6)  van den Bergh. OHZ deel I nr. 228.

7)  Dr. Gisbert Brom: Oorkondenboek van het Sticht Utrecht, deel I (?) nr. 757.

8)  Ch. Piot, cartulaire l! Abbaye de Saint-Trond, tome I, Bruxelles 1870, nr. 240 blz. 283.

9)  Henri Pirenne, Le livre de l`abbë Guillaume de Ryckel (1249-1272),Bruxellex 1896. oa. blz. 59, 133,160.

10)  Pirenne blz. 133-134.

11)  Pirenne blz. 158-159.

12)  Pirenne blz. 164.

13)  Pirenne blz. 165.

14)  Pirenne blz. 173. zie ook: "Spierinck" een stam van de oevers van Maas en Merwede 1200-1900, uit archieven en geschriften chronologisch/alfabetisch geordend door Mehchelien H.M. Spierings, 's-Hertogenbosch 1970-1980, blz. 10-11,13-14,21 en 25-26. en N.L. van Dinther Brabantse geslachten middeleeuwen 1100-1500, 2006 blz.44-45

15)  RA Utrecht inventaris H.S. nr. 358 III, fol.3.

16)  van Dinther, 2006 blz. 45.

17)  H. Douma inventaris archief van het klooster Sint Agatha regesten nrs 170 e.v. t/m 287.

18)  Dr. M.A. Erens, de Oorkonden der Abdij Tongerloo, deel II 1948/1950 blz. 386-389, nr. 536. Afschrift: Archief abdij van Tongerlo, cartularium A, fol. 231, met opschrift: Incipiunt privilegia de Baest. In primis littere acquisitionis bonorum de Baest erga Nycholaum filium Rutheri de Ouden.

19)  zie ook: J. Lijten, Het landgoed te Baest in Oostelbeers in Campina 1998, nr. 108 blz. 4-23; Van Dinther 2006 blz. 69-70.

20)  Godfried Croenen, Familie en Macht. De familie Berthout en de Brabantse Adel , Universitaire Pers Leuven, 2003, blz. 217.

21)  M.H.M. Spierings, Het schepenprotocol van 's-Hertogenbosch 1367-1400.Stichting Zuidelijk Historisch Contact, Tilburg 1984, blz. 248-249.

22)  SAB RA R 1177 fol. 281vo.

23)  SAB RA R 1184 fol. 183vo.

24)  SAB RA R 1184 fol. 194., N.L. van Dinther 2006, blz. 100.

25)  SAB RA R 1243 fol.369vo. N.L. van Dinther 2006, blz. 99.

26)  SAB , archief v/h klooster der Rijke Claren te Den Bosch, inv. nr. 44 fol. 154, regest nr. 259

27)  Hoge Raad van Adel, collectie van Spaen inv. nr. 102 nr. 173

28)  Kon. Bibliotheek Albert I te Brussel, Fonds Houwaert HS II nr. 6539

29)  ARAB, Charters van Luxemburg inv. nr. 1516 dd. 1 april 1411

30)  SAB RA R 1176 f 205vo

31)  SAB RA R 1176 f 211

32)  Zie hiervoor: N.L. van Dinther, van Dinther Brabantse geslachten, middeleeuwen 1100-1500, 2006.

33)  SAB RA R 1180 blad 29, zie R 1179 blad 444 van jan. 1393 bij zijn zoon

34)  SAB RA R 1179 blad 558

35)  SAB, RA R 1240 fol. 44vo

36)  SAB RA R 1176 fol. 222.

37)  SAB RA R 1179 blz. 119.

38)  SAB RA R 1178 f 263vo

39)  SAB RA R 1179 blad 444

40)  SAB RA R 1180 blad 29

41)  ARAB, schoutsrekening inv. nr. 2796, 1 aug. 1393 - 20 jan. 1394, zie website Henk Beijers

42)  N.L. van Dinther 2006, blz. 66-67.

43)  SAB RA R 1182, fol. 90.

44)  SAB RA R 1183 f 262, SAB, RA R 1177 f 342.

45)  SAB RA R 1184 f 300

46)  SAB RA R 1188 f 388

47)  SAB RA R 1189 f 215vo

48)  SAB RA R 1190 fol. 195vo.

49)  H. DFouma, inventaris van het archief van het kruisherenklooster Sint-Agatha 1371-1887. tweede stuk regsten: 111,112,1325 en 136.

50)  SAB, archief Groot Gasthuis inv. nr. 3032, regest 496, Alphons v/d Bichelaar, Het notariaat in Stad en Meierij van 's-Hertogenbosch tijdens de Late Middeleeuwen (1306-1531),1998, bijlage II nr. 98.1 nr:7. N.B. foutief inv. nr. 3032 m.z. 2032

51)  SAB RA R 1198 f 296-296vo

52)  SAB, RA R 1199 f 32vo

53)  SAB, RA R 1199 f 304

54)  SAB, archief v/h klooster der Rijke Claren te 's-Hertogenbosch, regestnr. 259, afschrift in inv. nr. 44 f 155, met retroactum dd. 31 dec. 1372 op f 154

55)  SAB RA R 1200 fol. 26.

56)  SAB RA R 1202 f 25

57)  RAD 39a blz.150 ev.

58)  SAB RA R 1188 fol. 378.

59)  SAB RA R 1199 f304

60)  SAB, archief klooster der Rijke Claren, regestnr. 261

61)  SAB RA R 1201 f 112vo

62)  SAB RA R 1199 f 304

63)  SAB, archief klooster der Rijke Claren, regestnr. 261

64)  SAB RA R 1246 f 5vo

65)  SAB RA R 1198 fol. 296=296vo.

66)  SAB, RA R 1199 f 69

67)  SAB, RA R 1207 f 3

68)  SAB, RA R 1208 f 285

69)  SAB, archief v/h klooster der Rijke Claren, regestnr. 259

70)  SAB RA R 1199 f 304

71)  SAB RA R 1245 fol. 227

72)  SAB, RA R 1198 f 296 en 296vo

73)  SAB RA R 1199 f 205

74)  SAB, RA R 1199 f 205

75)  SAB, RA R 1186 fol. 232

76)  SAB RA R 1186 fol. 285

77)  SAB RA R 1187 fol. 224

78)  SAB RA R 1188 fol. 434vo.

79)  Aant. mevr. dr. M.H.M Spierings blad 135

80)  SAB RA R 1182 f 476vo

81)  SAB RA R 1183 fol. 385

82)  SAB RA R 1186 fol. 232

83)  SAB RA R 1186 fol. 285

84)  SAB RA R 1188 fol. 12vo.

85)  SAB RA R 1188 fol. 227vo.

86)  SAB RA R 1188 fol. 347vo.

87)  SAB RA R 1189 f 443vo

88)  SAB RA R 1188 fol. 356.

89)  SAB RA R 1188 fol. 362vo.

90)  SAB RA R 1190 fol. 210vo.

91)  SAB RA R 1211 f 57, 27 mrt. 1441

92)  SAB RA R 1212 f 22

93)  SAB RA R 1191 f 269vo

94)  SAB RA R 1199 f 32vo

95)  SAB RA R 1201 f 139vo

96)  SAB RA R 1204 f 280vo

97)  SAB RA 1209 fol. 29vo

98)  SAB RA R 1211 f 93

99)  SAB, RA R 1175 f 146

100)  Alphons van den Bichelaar: Het notariaat in Stad en Meijerij van 's-Hertogenbosch tijdens de Late Middeleeuwen (1306-1531, Thela.Thesis Amsterdam 1998; CD-rom nr. 151 Grootaert,Godefridus - de Os Busciducensis

101)  Robert Stein, Politiek en Historiografie. Het ontstaansmilieu van Brabantse kronieken in de eerste helft van de vijftiende eeuw, Peeters Leuven 1994, V. biografische schets van Emond de Dynter, blz. 89 noot 19

102)  Geschiedenis van de familie Coebergh, blz. 18 en 19, aanwezig in de bibliotheek van het CBG

103)  Hoge Raad van Adel, collectie van Spaen inv. nr. 102

104)  Inventaris van het archief van het kruisherenklooster Sint-Agatha 1371-1887, tweede stuk, regesten, regest nr. 154

105)  Kon. Bibliotheek Albert I te Brussel, Fonds Houwaert cab. mss, HS II nr. 6539 blz. 536

106)  ARAB RK 4173;RK 4174, zie Robert Stein blz. 80

107)  Robert Stein blz. 80, zie voor het leven en werken van Emond de genoemde publicatie van Robert Stein

108)  Histoire de la ville de Bruxelles par Alexandre Henne et Alphonse Wauters,tome troisième, Bruxelles 1845, blz. 362

109)  G.C.A. Juten, Engekbrecht I van Nassau 1415-1418, in Taxandria 1933 blz. 15 ev.

110)  ARAB RK 2401 fol. 101vo., litt:Robert Stein 1994 blz. 92

111)  Jan van Boendale, Brabantsche Yeesten VII vers 8915-8922, litt: Robert Stein, 1994 blz.92/93

112)  Mgr. de Ram, Chronique des ducs de Brabant, Bruxelles 1854-1860, introduction, blz.XXVII,

113)  Koninklijke Bibliotheek Brussel, Ms. 9242, fol 1

114)  Robert Stein 1994, blz. 84

115)  SAB RA R 1177 fol. 281vo.

116)  SAB RA R 1177 fol. 290.

117)  SAB RA R 1188 fol. 181vo.

118)  SAB RA R 1192 fol. 256.

119)  SAB RA R 1193 fol. 298.

120)  SAB RA R 1197 fol. 222 en 231vo.

121)  SAB RA R 1198 fol. 280.

122)  SAB RA R 1216 fol. 10vo, 137vo.en R 1217 fol. 250vo.

123)  SAB RA R 1256 fol. 120.

124)  zie : Megchelien H.M. Spierings: "Spierinc" een stam van de oevers van Maas en Merwede 1200-1900, .'s-Hertogenbosch 1970-1980, blz. 216.

125)  SAB RA R 1210 fol. 247.

126)  SAB RA R 1211 fol. 242vo.

127)  SAB RA R 1211 fol. 323vo.

128)  SAR RA R 1214 fol. 161vo.

129)  SAB RA R 1215 fol. 64vo.

130)  SAB RA R 1215 fol. 253vo.

131)  SAB RA R 1216 fol 10vo, 137vo. en R 1217 fol. 250vo.

132)  SAB RA R 1221 fol. 148vo.

133)  SAB RA R 1243 fol. 225 vo.

134)  SAB RA R 1246 fol. 99.

135)  SAB RA R 1250 fol. 272vo.

136)  SAB RA R 1256 fol. 120.

137)  SAB RA R 1214 fol. 3vo.

138)  SAB RA R 1199 f 304

139)  SAB, archief van het klooster der Rijke Claren te Den Bosch, regestnr. 260

140)  SAB, archief van het klooster der Rijke Claren te Den Bosch, regestnr. 260

141)  SAB RA R 1223 f 236

142)  SAB RA R 1223 f 236vo

143)  SAB RA R 1225 f 394

144)  SAB, RA R 1223 f 235vo

145)  SAB. RA R 1236 f 10vo

146)  SAB, RA R 1243 f 35

147)  SAB RA R 1199 f 32vo en f 304

148)  SAB, archief v/h klooster der Rijke Claren regestnr. 260

149)  SAB RA R 1200 f 26, hetzelfde in R 1201 f 58 en R 1204 f 141vo

150)  SAB RA R 1202 f 25

151)  SAB, RA R 1202 f 92vo

152)  SAB, RA R 1208 f 285

153)  SAB RA R 1209 fol. 80.

154)  SAB, RA R 1245 f 227, zie verder bij Aleyt d.v. Emond Jansz.

155)  SAB RA R 1199 f 32vo

156)  SAB, archief klooster der Rijke Claren , regestnr. 259

157)  SAB RA R 1199 f 304

158)  SAB RA R 1201 f 112vo

159)  SAB RA R 1201 f 221

160)  SAB RA R 1202 f 25

161)  SAB RA R 1204 f 161vo

162)  SAB RA R 1205 f 192

163)  SAB RA R 1207 f 3

164)  SAB RA R 1261 86.

165)  SAB RA R 1199 fol. 304

166)  SAB RA R 1199 fol. 32vo

167)  SAB RA R 1199 fol. 370.

168)  SAB, archief klooster der Rijke Claren, regestnr. 259

169)  SAB RA R 1200 fol. 26, hetzelfde in R 1201 fol. 58 en R 1204 fol. 141vo.

170)  SAB RA R 1201 fol. 59vo

171)  SAB RA R 1202 fol. 25

172)  SAB RA R 1205 fol. 192.

173)  SAB A 538, D. Th. Enklaar, De gemeene gronden in Noord-Brabant in de Middeleeuwen, Utrecht 1941,blz. 82-90.

174)  SAB RA R 1199 f 304

175)  SAB, archief klooster der Rijke Claren, regestnr. 259

176)  SAB RA R 1199 f 32vo

177)  SAB RA R 1207 f 3

178)  SAB RA R 1245 f 227

179)  SAB RA R 1227 f 163vo

180)  SAB RA R 1199 f 368

181)  SAB RA R 1227 f 163vo

182)  SAB RA R 1231 f 168vo

183)  SAB RA R 1209 f 368

184)  SAB RA R 1209, f ?

185)  SAB RA R 1199 f 304

186)  SAB RA R 1199 f 32vo

187)  SAB RA R 1198 f 296

188)  SAB RA R 1245 f 227

189)  Hoge Raad van Adel te 's-Gravenhage, collectie Van Spaen inv. nr. 102, 173

190)  Kon. Bibl. Albert I te Brussel, Fonds Houweart cab. mss, HS II nr. 6539 blz. 536.

191)  Stadsarchief Antwerpen HS de Burbure deel VI blz. 174, deel VI blz. 91

192)  BHIC, Collectie Cuypers van Velthoven, inv. nr. 3513, 352

193)  Nationaal Archief Den Haag, archieven van de Nassause Domeinraad,het archief van den raad en rekenkamer te Breda tot 1581 inv. S.W.A. Drossaers, 1948, regest nr. 1554, inv. nr. 921

194)  Drossaers 1948, regest.nr. 1414

195)  ARA Brussel, RK 2405, fol. 223vo-224; Andreé Uyttenbrouck, le gouvernement du duché de Brabant au bas moyen âge (1355-1420), Brussel 1975, deelI blz. 207noot 368, deel II blz.760, litt. Roberts Stein 1994 blz. 81/82

196)  ARA Brussel, RK 17941 fol. 80v-81, litt. Robert Stein 1994 blz. 82

197)  Roberts Stein, 1994 blz. 83 noot 51

198)  ARA Brussel cour féodale inv. nr. 19 fol. 266, leenregeister Antwerpen.

199)  ARA Brussel, Cour féodale nr. 19 fol. 316-318, leenregister Antwerpen

200)  ARA Brussel cour féodale opsomming van het jaar 1470. Erkenningen nr. 572, kwartier Tierlemont nr. 891.

201)  ARA Brussel, Cour féodale inv. nr. 17 fol. 218-218vo, leenregister Leuven en Thienen

202)  ARA Brussel, Inventaire des archives de Saint Jacques sur Coudenberg, 1e partie, regest nr. 1060

203)  ARA Brussel, inventaire des archives de Saint Jacques sur Coudenberg, 1e partie, regest 1089, origineel: op parkament met pauselijk zegel aan hennepsnoer (3387)

204)  L. Galesloot, inventaire des archives de la cour féodale de Brabant, Bruxelles-Hayez 1870-1884, deel I, nr. 28 Register intitulé en dos: Denombrementen van Loven en Thienen 1530, blz. 162 (fo. 173vo)

205)  ARA Brussel, Invantaire des archives de Saint Jacques sur Coudenberg, 1e partie, regest 1268.

206)  Chronique des ducs de Brabant, editie de Ram, Brussel 1854-60, blz. XVIII

207)  Obituaire de monastère de Groenendael etc. blz.97-98

208)  Nationaal Archief Den Haag, archieven Nassause Domeinraad inv. Drossaers regest nr. 2267 inv. nr. 1362

209)  ARA Brussel, inventaris archief de la cour féodale de Brabant, Aveux et dénombrements (1884) nr. 572, kwartier van Tirlemont ( 15 e bundel nrs. 838-1047), nr. 891, blz. 156; katern van 4 folio's, opgedrukt gedeeltelijk bewaard zegel.

210)  ARA Brussel, cour féodale inv. nr. 17 fol. 2180218vo, leenregeister Leuven en Thienen.

211)  L. Galesloot nr. 28 denombrementen van Loven en Thienen etc. fol. 407, blz. 29

212)  ARA Brussel, inventaris van het archief der abdij Maagdendaal te Oplinter, regest 533, 538, 541, 542, 552, 557, 558, 563 en 564.

213)  Kanunnik Floris Prims, Geschiedenis van Antwewrpen, VII Onder de eerste Habsburgers (1477-1555), 1938, blz. 176

214)  SA Antwerpen, schepenregister 69 fol. 1-6, zie brief L Poplemont van 11 november 1977, dienst vraag en aanbod Vlaamse vereniging voor familiekunde

215)  Marc Dykmans, S.J., Obituaire du monastère de Groenendael dans la Forêt de Soignes, Brussel 1940, blz. 28, 120, 200, 266n1,290, 301.303, 403

216)  SAB RA R 1224 f 264

217)  SAB RA R 1224 f 264vo

218)  SAB RA R 1224 f 358vo

219)  SAB RA R 1240 f 51

220)  SAB RA R 1241 f 58vo

221)  SAB RA R 1244 fol. 264vo.

222)  SAB RA R 1245 fol. 227

223)  SAB RA R 1298 f 211-211vo

224)  SAB RA R 1332 f 262vo-263vo

225)  SAB RA R 1224 f 264

226)  zie hiervoor SAB RA R 1223 f 236vo van 1452/1453

227)  SAB, RA R 1245 f 377vo

228)  SAB RA R 1245 fol. 227.

229)  SAB RA R 1260 fol. 232vo.

230)  H van Bavel O.praem.; Regesten Abdij van Berne 1400-1500 nr. 775

231)  SAB RA R 1233 fol. 128vo.

232)  SAB RA R 1245 f 227

233)  SAB RA R 1245 fol. 377vo.

234)  Floris Prims, Geschiedenis van Antwerpen VII blz. 33, 53

235)  Kathedraal Archief O.L.V. Antwerpen, Capsa Testamentorum 97.F. Litt.: Alphons van den Bichelaer, Het notariaat in Stad en Meierij van 's-Hertogenbosch tijdens de Late Middeleeuwen (1306-1531, Thela . Thesis, Amsterdam 1998, cd-rom nr. 151. Volgens F.L. Prims, Antwerpse Bibliotheken rond het jaar 1500 in Bijdragen tot de Geschiedenis Antwerpen jg. 1938, blz. 120-121, is het testament opgemaak op 2 mei 1510.

236)  Kathedraal Archief O.L.V. Antwewrpen, 97.F zie ook 97.B, Prims 1938 blz. 120-121 en Foris Prims Antwerpse bibliotheken rond 1500 in Antwerpiensa 1938, Antwerpen 1939 blz.135-136, 138, 141.

237)  ARA Brussel, cour féodale nr. 17 fol. 218-218vo (leenregeister Leuven en Thienen)

238)  ARA Brussel, cour féodale inv. nr. 19 fol. 316-318

239)  ARA Brussel, aveux et denombrements nr. 585. 28e bundel nrs 226-2278, kwartier van Turnhout. nr. 2260 blz. 175.

240)  Alphons van den Bichelaer, Het notariaat etc. cd-rom 5.90

241)  Alphons van den Bichelaer, Het notariaat in de Stad en Meierij van 's-Hertogenbosch tijdens de Late Mideleeuwen (1306-1531), Amsterdam1998, cd-rom nr. 151

242)  Heylwich Jacob Derxssdr., dochter van Jacop Derxss en Geertruyt Geritsdr. Baliart. Heylwich Jacob is overleden in 1513.

243)  l' Intermediaire no. 88, XV 4/1960 blz. 204noot

244)  ARA Brussel cour féodale inv. nr. 19 fol. 316

245)  SAB RA R 1313 fol. 78-79.

246)  SAB RA R 1284 f 508vo-509

247)  SAB RA R 1290 f 130

248)  SAB RA R 1319 fol. 384.

249)  SAB RA R 1248 fol. 283

250)  SAB RA R 1269 fol. 80vo.

251)  SAB RA R 1279 fol. 166vo-167

252)  Fonds Houwaert HS II 6601 f 151-153

253)  SAB RA R 1368 f 247vo-248vo

254)  RAD R 38 f 2vo

255)  SAB RA R 1344 fol. 165vo-166.

256)  SAB RA R 1326 fol. 100vo-101.

257)  RAD inv. nr. 38 blz. 8-9.

258)  RAD inv. nr. 2, RAD inv. nr. 39a blz. 253, idem blz. 358, zie voor de naam Luynx RAD 39a blz. 356 van 13-9-1612

259)  SAB RA R 1313 fol.78-79

260)  SAB RA R 1376 fol. 458vo.

261)  SAB RA R 1399 fol. 75-75vo, zie ook concept kaart toponiemen door Jan van der Leest.

262)  RANB, fotocopie DTB Heeswijk I f 102vo

263)  SAB 1405 SR 9stadsrekening) 1553/4.

264)  SAB RA R 1399 fol. 75-75vo.

265)  SAB RA R 1294 fol. 229vo.

266)  SAB inv. nr. B 38 politierekening 1531/1532

267)  NA, Archief Nassause Domeinraad II inv. nr. 1082 II,briefregest 932

268)  SAB, archief v/h Groot Begijnhof van 's-Hertogenbosch in het archief Stichting Godshuizen, regesten van oorkonden resp. nrs 494a,473a en 511

269)  SAB RA R 1345 fol. 225

270)  SAB RA R 1352 f 319-319vo

271)  Akten van Remissie door dr. A.C.M. Kappelhof nr: 247, SAB 1997

272)  RANB archief graafschap Bokhoven inv. nr. 101

273)  Dek 1966, kolom 354

274)  van Schijndel 1959, blz. 123-124

275)  van Sasse van Ysselt 1975,deel II blz. 472-475

276)  Dek 1966,kolom 303-304

277)  Vermeulen 1987, blz. 6-7

278)  Zie noot van Schijndel 1959, blz. 123-124

279)  van Wimersma Greidanus 1975, kolom 15-18

280)  van Sasse van Ysselt 1975, deel II blz. 520, van Schijndel 1958, blz. 89

281)  RANB RA St. Michielsgestel R 43 akte 116 f 42vo-43vo, akte 134 f 117v0-118

282)  Blok 1893 deel II blz. 416, deel III blz. 4

283)  Hermans 1848 blz. 136-138, Spierings 1970-1972 blz. 32-33

284)  mr. J.A.M. Hoekx e.a.; Kroniek van Molius uitgegeven door Adr. Heinen in 2003, blz. 377

285)  de Rek 1969 blz. 210, Janssens 1979 blz. 187-189

286)  SAB, RA R 1923 f 179vo, litt: regesten momboirboeken 1554-1600, blad 40, door P L Leget-Kuylen en J N Leget op microfiches in het SAB

287)  Kroniek Molius, blz. 379

288)  RAD R 38 f 10vo

289)  RAD inv. nr. R 38, losliggend blad

290)  SAB, RA 1923 fol. 132vo, zie microfiches echtpaar Leget

291)  RAD inv. nr. R 38 fol. 7vo-8

292)  RAD inv. nr. R 38 fol. 10vo-11

293)  SAB RA R 1425 fol 64-64vo

294)  a) SAB inv. nr. B 45

295)  SAB, RA R 1353 f 42-42vo

296)  van Sasse van Ysselt 1975 III blz. 241

297)  SAB, SR (stadsrekening) 1404 1552/3

298)  SAB, RA R 1360 f 344vo-345

299)  SAB, RA R 1923 f 62, litt: regesten momboirboeken 1554-1600, blad 13-zie microfiches echtpaar Leget in SAB

300)  SAB, RA R 1923 f 179vo, -zie microfiches SAB, blad 40

301)  RAD inv. nr. R 38 fol. 5vo

302)  SAB, RA R 1922 f 18, litt: regesten momboirboek 1560-1589, blad 4, door P L Leget-Kuylen en J N Leget-zie microfiches SAB

303)  SAB, RA R 1923 f 293,-zie microfoches SAB, blad 68

304)  SAB, RA R 1390 f 59-59vo

305)  SAB, RA R 1411 f 334vo-335

306)  Fonds Houwaert HS II 6539 f 536

307)  RANB, collectie Cuypers van Velthoven inv. nr. 3513. - ARA Brussel, archief rekenkamer nr. 20798

308)  SAB, RA R 1923 f 91 vo, litt: regesten momboirboek 1554/1600, blad 18-zie microfiches echtpaar Leget

309)  SAB, RA R 1390 f 59-59vo

310)  Fonds Houwaert HS II 6539 f 536; graf-en gedenkschriften in de O.L. Vrouwe Broederkerk te Antwerpen deel V blz. 337; GA Antwerpen m.s.s. Valckenburg C1 pag. 389

311)  RANB, collectie Cuypers van Velthoven nr. 3513-zie ARA Brussel archief rekenkamer nr. 20798

312)  RAD inv. nr. R 38 f 15vo

313)  Dr. M.J.H.A. Lijten, Het burgerlijk proces in stad en meierij van 's-Hertogenbosch 1530-1811, Brabantse Rechthistorische reeks 2, van Gorcum, Assen - Maastricht 1988, bijlage 1, blz. 199-228.

314)  RAD inv. nr. R 38, fol. 26vo

315)  RAD inv. nr. 8, blz. 160-161, zgn. dingrol.

316)  RAD inv. nr. 8 fol. 134, nu blz. 265

317)  RAD inv. nr. 35 f 141-142vo

318)  RAD inv. nr. 8 blz. 308.

319)  RAD inv. nr. 35, transcriptie Jan van der Leest, zie ook het vermelde in RAD inv. nr. 8 blz. 315 van 5-1-1612 en RAD inv. nr. 8 blz. 345 van 23-5-1612 ; de hiervoor genoemde mombers staan mogelijk in familieverband met de minderjarige kinderen, op 16 mei 1565 wordt genoemd Willem van Dooren president-schepen van Dinther, zie RAD R 37 blz. 10

320)  Litt.de ambachten van 's-Hertogenbosch voor 1629, door N.H.L. van den Heuvel, blz. 404

321)  Litt.: Dit oude gebruik is beschreven door Mark Phillips in zijn boek "in de schaduw van de Medici, uit de memoires van Marco Parenti" een Florentijnse koopman, blz. 44, over het handboek blz. 90. Ook Jasper van Bell hield in zijn kasboek , de administratie bij van zijn overig financieel beheer, alsmede gegevens over zijn persoon en familie.litt.: Dr. L.P.L. Pirenne en dr. W.J. Formsma, Nijmegen 1962 ;Koopmansgeest te 's-Herttogenbosch in de vijftiende en zestiende eeuw, Het kasboek van Jasper van Bell 1564-1568, blz. 63.

322)  GAD, oud archief inv. nr. 349, blad 1a

323)  RAD inv. nr. 38 fol.6vo.

324)  GAD, oud archief inv. nr. 350, blad 7

325)  RAD inv. nr. 39a blz. 29-30 van 11 maart 1595

326)  RAD 40 blz. 33-34 (f 19)

327)  RAD inv.nr. 3 blz. 7-9 ( fol. 216-217).

328)  RAD inv. nr. 2 losse akte.

329)  RAD inv. nr. 39a blz. 58-60.

330)  GAD oud archief inv. nr. Q 152 . Haar overlijden staat in BHIC, DTB Heeswijk I 1588-1618.

331)  RAD inv. nr. 6 blz. 6.

332)  RAD inv. nr. 39a blz. 117-118. (dit goed van Willem Peters gelegen aan de huidige Zandstraat nr. 1.

333)  RAD inv. nr. 7 blz. 12.

334)  RAD inv. nr. 1 blz. 5-8.

335)  RAD inv. nr. 6 blz. 312 en 320.

336)  De Wojstap-Kroniek jg. 3, 1983 nr. 3.

337)  RAD inv. nr. 7 blz. 166/167 en RAD inv. nr. 8 blz. 31.

338)  GAD , oud archifef nr. Q 99 of 376: Litt.: De Wojstap-Kroniek 1994-4 blz. 24 onder nr. 38.

339)  RAD inv. nr. 7 blz. 84.

340)  RAD inv. nr. 7 blz. 84.

341)  RAD R 38 f 20vo-21

342)  RAD inv. nr. 38 bl.29.

343)  RAD inv. nr. 38 blz. 29

344)  RAD inv. nr. R 38 los blad

345)  SAB RA R 1381 fol. 173-173vo.

346)  SAB RA R 1379 fol. 344-344vo.

347)  Oud GAD inv. nr 350 blad 2, kohier van de 100ste, 10de en 20ste penning.

348)  RAD inv. nr. 39a blad 142

349)  RAD inv. nr. 38 blz. 29

350)  RAD inv. nr. 39a blad 54.

351)  RAD inv. nr. 39a blz. 275

352)  RAD inv. nr. 39a blz. 364

353)  RAD inv. nr. R 40 fol. 55

354)  RAD inv. nr. 39a blz. 33

355)  RAD inv. nr. 39a blz. 26

356)  RAD inv. nr. 39a blz.33

357)  RAD inv. nr. 39a blz. 39

358)  RAD inv. nr. 39a blz. 69, NB blz. 71 dezelfde personen.

359)  RAD inv. nr. 39a blz. 242

360)  RAD inv. nr. 39a blz. 357

361)  RAD inv. nr. R 40 f 91

362)  GAD, oud archief inv. nr. 350 blad 6.

363)  RAD inv. nr. R 38 f 15vo

364)  RAD inv. nr. R 38 losliggend blad

365)  SAB, Poortersboek 1470-1588

366)  RAD inv. nr. 39a blad 9

367)  Taxandria 1918, blz.237-240, door A van Sasse van Ysselt.

368)  RAD inv. nr. R 6, blz. 138.

369)  RAD inv. nr R 6, blz. 266,271,275,280-281..

370)  Zie oud archief Dinther inv. nr. 350 blz. 31/32), in 1600 is eigenaar Jhr. Wassenbergh, zie voor de hoeve op d'Aa RAD R inv. nr. 40 fol. 79vo

371)  RAD inv. nr. 39a, blz. 116-117; inv. nr. 6, blz. 300, RAD 39 a blz..239-240

372)  RAD oud archief inv. nr. 155

373)  RAD oud archief nr. Q 99 of 376; litt: De Wojstap-Kroniek 1994-4, haardtelling te Dinther in 1600 door Jan van der Leest, blz. 22 ev.

374)  RANB,foto-copie DTB Heeswijk I 1588-1618, f 102vo

375)  Oud administratief archief Dinther, Kohier van de St. Jans en Kertsmisbeden 1604, lijst tot betaling der gemeyne lasten en contributie van 1603 tot 1604 dd. 13 juli 1604

376)  RAD inv. nr. 8 blz.30,36,44,48-49,53 ,55,59en 66.

377)  RAD inv. nr. 8 blz. 66 en 70. zie verder bij Lijske.

378)  Bisschoppelijk archief Den Bosch nr.18, micro-fiche in Oud archief Dinther, BHIC. Deze en bovengenoemde akte van 13 febr. 1607 betreffen hetzelfde.

379)  RAD inv. nr. R 39a, blz. 267

380)  RAD inv. nr. 8 blz. 264,267,269 en 272.

381)  RAD inv. nr. 8 blz. 295.

382)  RAD inv. nr. 8, blz. 318326,330, 339 en 347.

383)  Oud Archief Dinther inv. nr. 361.

384)  RAD inv.nr. R 9, blz. 27.

385)  RAD inv. nr. 9 blz. 117.

386)  RAD inv. nr. 9, blz. 129,131,134,137-138,141,144-145,148, en 150, 153.

387)  RANB, inv. van den Bogaerde van Terbrugge, inv. nr. 1387 f 1vo, zie ook f 5vo en 14vo

388)  RAD inv. nr. 38 blz.11

389)  RAD oud archief nr. 105, vriendelijke mededeling Jan van der Leest te Heeswijk-Dinther van 29 mei 1984

390)  RAD inv. nr. 39a blz. 101.

391)  RAD inv. nr. 39a blz. blz. 255.

392)  RAD inv. nr. 39a blz. 297-299.

393)  RAD inv. nr. 6 fol. 79, RAD inv. nr. 39a, blz.326

394)  BHIC archief van den Bogaerde van Terbrugge, legger van de cijnzen van de heer van Dinther 1653-1671 inv. nr. 1384 fol. 15.

395)  zie de verzamelde documentatie in dossier.

396)  RAD inv. nr. 8 blz. 128-129.

397)  RAD inv. nr. 40 f 41

398)  RAD inv. nr. 9 blz. 326.

399)  RAD inv. nr. 40, blz. 239.

400)  SAB, RA R 1181 f 4vo

401)  SAB RA R 1185 f 121

402)  SAB RA R 1185 f 192

403)  Het Sceperiken was gelegen in "Dat Reytsel" zie SAB Archief van de Tafel van de H. Geest van 's-Hertogenbosch deel III nr 843, van 2 april 1380,nr.849 van 7 juni 1380,nr.863a van 7 aug. 1381

404)  SAB archief v/h klooster der Rijke Claren te Den Bosch, afschrift inv. nr. 43 f 147vo en 148, met retroactum fol.147 dd. 31 mei 1404, regest nr. 210

405)  SAB RA R 1191 f 491vo

406)  SAB RA R 1211 f 57

407)  RAD inv. nr. 40 fol. 183vo

408)  RANB, DTB Heeswijk nr. 10 fol. 20

409)  RAD inv.nr. 39a blz. 237; De Wojstap 1981-3

410)  De Wojstap 1985-4, blz. 3

411)  GAD oud archief inv. nr. 350 (oud 74) jaar 1569, blz.25

412)  RAD inv. nr. 38 blz.6

413)  Nico van Dinther, speurend in archieven naar sporen in het landschap in: de Wojstap-Kroniek jaargang 26, juni 2006 blz. 3-13 met afbeelding Zie ook de map van de ouders van Deliana.

414)  RAD inv. nr. 10, blz. 47,50,54,58,62 en 93.

415)  Oud archief Dinther.

416)  ) v/d Schaar blz. 162 en 182

417)  RAD inv. nr. 39a blz. 333-334

418)  RAD inv. nr.41 , blz.31

419)  RAD inv. nr. 10 blz. 303 en 325-326.

420)  RAD inv. nr.41, blz. 37..

421)  RAD inv. nr.41, blz. 32.

422)  RAD inv. nr.41, blz. 37.

423)  RAD inv. nr. 13 blz. 86-94.

424)  RAD inv. nr. 13 blz. 94.

425)  RAD inv. nr 42 blz. 67.

426)  Quohier van huysen, landen etc. Oud archief Dinther.t

427)  RAD inv. nr. 13 blz. 348.

428)  RAD 44, blz. 248-249.

429)  RAD inv. nr. 1 blz. 209.

430)  RAD inv. nr. 1 blz. 213-216.

431)  RAD inv. nr. 1 blz. 221-224.

432)  DTB Heeswijk inv. nr. 10 fol. 7

433)  RA Dinther inv. nr. 14 fol. 102vo.

434)  BHIC, DTB Heeswijk II f 7

435)  BHIC, DTB Heeswijk register 10 fol. 10

436)  BHIC, DTB Heeswijk register 10 fol. 15

437)  BHIC, DTB Heeswijk register 10 fol.19

438)  BHIC, DTB Heeswijk II f 7

439)  BHIC, foto-copie DTB Heeswijk I 1588-1618, register 10 fol. 47

440)  BHIC, fotocopie DTB Heeswijk I en II

441)  RAD inv. nr. 40 fol. 189

442)  RAD 41 fol. 155v

443)  RAD inv. nr. 9 blz. 165.

444)  RAD inv. nr. 9, blz. 123,125,128,129,131,135,138,141,145,149 en161.

445)  RAD inv. nr. 40, blz. 239

446)  RAD inv. nr. 10, blz.221-222, 234-235,237, 240, 244, 289-290, 296,303 en 325-326 .

447)  RAD inv. nr.41 f.17v

448)  RAD inv. nr. 42 , blz. 68.

449)  RAD inv. nr. 41,blz. 37.

450)  RAD inv. nr. 12 bz. 94.

451)  DTB Oss nr.8 blz. 13.

452)  RAD inv. nr. 9 blz. 330-331 en 336.

453)  RAD inv. nr. R 40blz. 239.

454)  RAD inv. nr. 10. blz. 263-264.

455)  RAD inv, nr. 10, blz. 294.

456)  RAD inv. nr. R 41, blz. 37

457)  RAD inv. nr. 11 blz. 18-20 en 36-37.

458)  RAD inv. nr. 11, blz. 325, 333 en 339.

459)  RAD inv. nr. 13 blz. 37.

460)  RAD inv. nr. 42 blz. 41-42. RAD 13 blz. 87

461)  RAD inv. nr. 42 blz. 46-47, inv . nr. 13 blz. 87.)

462)  RAD inv. nr. 12, blz. 86-94).

463)  RAD inv. nr. 13, blz. 107.

464)  RAD inv. nr. 13, blz. 108.

465)  RAD inv. nr. 42, blz. 57-58.

466)  RAD inv. nr. 13, blz. 118.

467)  RAD inv. nr. 13, blz. 235-241, RAD inv. nr. 13 blz. 347

468)  RAD inv. nr. 13 blz. 346-350.

469)  RAD inv. nr. 13 blz. 410.

470)  RAD inv. nr. 39a blz. 287.

471)  RAD inv. nr. 39 a, blz. 300-302.

472)  RAD inv. nr. 39a blz. 309.

473)  CBG fiches DTB Dinther f 41

474)  RAD inv. nr. 13 resp. blz. 86-94; 235-241 en blz. 346-350.

475)  een transcriptie van de volldige tekst van de afrekeningen zijn opgenomen in het archief "Van Dinther" in de map van Lambert Petersz.

476)  RAD inv. nr. R 40, blz. 239.

477)  RAD inv. nr. 40, blz. 190.

478)  RAD inv. nr. R 40,lz. 198.

479)  RAD R 40 fol. 220, op los vel achterin RAD 40, zie ook de opmerking op 30 juni 1633

480)  Oud archief Dinther.

481)  L.H.C. Schutjes, geschiedenis van het bisdom 's-Hertogenbosch, derde deel, 1872, blz.460

482)  RAD inv. nr. 41, blz. 37.

483)  RAD inv. nr. 11 blz. 20.

484)  RAD 41, blz. 28-29.

485)  RAD inv. nr. 13 blz. 347.

486)  RAD inv. nr. 11 blz. 40.

487)  RAD inv. nr. R 41, blz. 32.

488)  RAD R inv. nr. 12, blz. 12-15 en 16-20, zie ook de opmerking bij 30-6-1633

489)  RAD inv. nr. 13, blz. 174-175.

490)  RAD inv. nr. 13, blz. 286-287.

491)  Quohier van huysen, landen, beemden, heylanden, meulens en thienden binnen der parochie van Dinter etc.

492)  RAD inv. nr. 13, blz.344,354,363,368,370,382,386388-389,404-405,411, en 414-415..

493)  RAD inv. nr. 13 blz. 349.

494)  RAD inv. nr. 14, blz. 38,42,en 50-51.

495)  RAD inv. nr. 39a blz. 176-177

496)  RAD inv. nr. 39a blz. 184

497)  RAD inv. nr. 39a blz. 182 en 183

498)  RAD inv. nr. 40 fol. 201-201vo

499)  CBG, fiches DTB Dinther f 23

500)  CBG fiches DTB Dinther f 29

501)  Quohier van huysen, landen, beemden, heylanden meulens en thienden binnen der parochie van Dinter etc.t

502)  SAB, Criminele procesdossiers uit "Dataschurk" record nr.1709, dossiernr. 166-07

503)  Verpondingsboek Dinther 102 ( nieuw nummer 379, fol. 9vo.

504)  CBG fiches DTB Dinther f 35

505)  CBG fiches DTB Nistelrode f 44

506)  CBG fiches DTB Nistelrode f 64vo

507)  RAD inv. nr. 1 f 31-32

508)  RAD inv. nr. 39a blz. 174

509)  RA Oss inv.nr. R 72 fol. 37-38vo.

510)  DTB Oss nr. 3 fol. 2.

511)  Oss DTB nr. 3 fol. 6.

512)  Oss DTB nr. 3 fol. 16.

513)  zie bij Emken Peters

514)  CBG, fiches DTB Dinther f 23

515)  CBG fiches DTB Nistelrode f 24vo

516)  BHIC, RAO inv. nr. R 72 f 37-38vo

517)  DTB Oss inv. nr. 29-30,register 138 fol.5.en fol.3

518)  RAD inv. nr. 1 blz. 221-224.

519)  Oss DTB nr. 3 f 64vo

520)  CBG fiches DTB Nistelrode f 10vo

521)  Oss DTB inv. nr. 3 f 9

522)  Oss DTB inv. nr. 3 f 11

523)  Oss DTB inv. nr. 3 f 12vo

524)  DTB Oss nr.3 fol. 21.

525)  DTB Oss nr. fol. 24vo.

526)  CBG fiches DTB Dinther f 35

527)  CBG fiches Nistelrode f 24vo

528)  RAD inv. nr. 1 f 31-32

529)  CBG fiches DTB Nistelrode f 15vo

530)  CBG fiches DTB Nistelrode f 24vo

531)  CBG fiches DTB Nistelrode f 44

532)  RAD inv. nr. 1 f 31-32

533)  CBG fiches DTB Nistelrode f 64vo

534)  Oss DTB inv. nr. 3 f 9

535)  Oss RA inv. nr. R 75 f 65-65vo

536)  Oss RA inv. nr. R 75 f 65vo

537)  Oss RA inv. nr. R 76 f 139-140

538)  Oss RA inv. nr. R 77 f 77vo-78

539)  Oss RA inv. nr. R 79 f 80

540)  Geschiedenis van Oss door J. Cunen blz. 182

541)  Oss RA inv. nr. R 141 f 131-132 en 6 ongefol. bladen

542)  Oss DTB inv. nr. 3 f 57vo

543)  Oss RA inv. nr. R 74 f 114-114vo

544)  Oss RA inv. nr. R 74 f 114 in marge

545)  Oss RA inv. nr. R 74 f 119-119vo

546)  Oss RA inv. nr. R 74 f 119 in marge

547)  Oss DTB inv. nr. 3 f 55vo

548)  Oss DTB inv. nr. 3 f 61vo

549)  Oss DTB inv. nr. 3 f 64vo

550)  Oss DTB inv. nr. 3 f 55vo

551)  Oss DTB inv. nr. 13 f 164, betaald 1.11.0 gld.

552)  Oss RA inv.nr. R 187 f 286-292

553)  Oss RA inv. nr. R 154 f 10

554)  Oss RA inv. nr. R 157 f 103vo-111

555)  Oss DTB inv. nr. 3 f 81

556)  Oss DTB inv. nr. 4 f 53

557)  Oss DTB inv. nr. 4 f 61vo

558)  Oss DTB inv. nr. 4 f 76

559)  Oss DTB inv. nr. 4 f 86vo

560)  Oss DTB inv. nr. 5 f 147

561)  Oss DTB inv. nr. 4 f 93vo

562)  Oss RA inv. nr. R 117 f 378-379, SAB RA R 1765 f 309-309vo

563)  Oss DTB inv. nr. 5 f 186

564)  Oss DTB inv.nr. 5 f 207

565)  Oss DTB inv. nr. 5 f 212

566)  Oss DTB inv. nr. 5 f 214

567)  Oss DTB inv. nr. 4 f 121

568)  Oss DTB inv. nr. 5 f 11

569)  Oss DTB inv. nr. 5 f 11

570)  Oss DTB inv. nr. 5 f 28

571)  Oss DTB inv. nr. 5 f 48

572)  Oss DTB register 139 fol. 2

573)  Oss DTB register 139 fol. 2

574)  Oss DTB inv. nr. 5 f 257

575)  Oss DTB inv. nr. 3 f 64vo

576)  Oss DTB inv. nr. 13 f 111

577)  bron doop Brab. Leeuw 1984 blz. 89

578)  bron begraven Brab. Leeuw 1984 blz. 89

579)  Oss DTB inv. nr. 5 fol. 11

580)  Oss RA inv. nr. 267 blz. 13

581)  Oss DTB inv. nr. 4

582)  Oss DTB inv. nr. 4 f 53

583)  Oss DTB inv. nr. 14 f 9

584)  Oss RA inv. nr. 100 fol. 209

585)  Oss DTB inv. nr. 4 f 54vo

586)  Oss DTB inv. nr. 5 f 128

587)  Oss DTB inv. nr. 5 f 128

588)  Oss DTB register 139 fol. 11

589)  Oss DTB inv. nr. 5 f 153

590)  Oss DTB inv. nr. 5 f 165

591)  Oss DTB inv. nr. 4 f 61vo

592)  Oss RA inv. nr. R 170 f 59

593)  Oss RA inv. nr. R 110 f 28vo

594)  Oss RA inv. nr. R 113 f 190vo

595)  Oss DTB inv. nr. 4 f 76

596)  Oss DTB inv. nr. 5 f 201, de vader wordt bij de doop vermeld als Jan Antoni de Groot en de moeder als Maria Jans van Dinter.

597)  Oss DTB inv. nr. 5 f 205; de moeder vadersnaam is moeilijk te lezen, aangenomen is dat er Geurt o.i.d. staat

598)  Oss DTB inv. nr. 5 f 11

599)  Oss DTB inv. nr. 13, R 267 blz. 32

600)  Oss RA inv. nr. R 141 f 141-141vo

601)  Oss R 267 blz. 14

602)  Oss DTB inv. nr. 5 f 207

603)  Oss DTB inv. nr. 5 f 215

604)  Oss DTB inv. nr. 13 f 153, begraven te Oss 6 juni 1763 Petronella dochter Peeter Janse van Dinther

605)  Oss DTB inv. nr. 5 fol. 220

606)  Oss DTB inv. nr. 5 f 248

607)  Oss DTB inv. nr. 5 f 257

608)  Oss DTB inv. nr. 5 f 28

609)  Oss DTB inv. nr. 5 f 204

610)  Oss DTB inv. nr. 5 f 212

611)  Oss DTB inv. nr. 5 f 248

612)  Oss DTB inv. nr. 4

613)  Oss DTB inv. nr. 14 f 19

614)  Oss DTB inv. nr. 14 f 60

615)  Oss DTB inv. nr. 5 f 164, NB:Slecht leesbaar!

616)  Oss DTB inv. nr. 5 f 161

617)  Oss DTB inv. nr. 5 f 172

618)  Oss DTB inv. nr. 5 f 202

619)  Oss DTB inv. nr. 5 f 202

620)  Oss DTB inv. nr. 5 f 220

621)  Oss DTB inv. nr. 5 f 238

622)  Oss DTB inv. nr. 5 f 165

623)  Oss DTB inv. nr. 14 f 22

624)  Oss RA inv. nr. R 105 f 206-206vo

625)  RA Oss inv. nr. R 106 fol.66-67

626)  Oss RA Oss inv. nr. R 106 f 68vo-69vo

627)  Oss RA inv. nr. R 169 f 141-141vo

628)  Schayk DTB inv. nr. 5

629)  Oss DTB inv. nr. 6 f 44

630)  Oss DTB inv. nr. 6 f 59

631)  Oss DTB inv. nr. 6 f 77

632)  Oss DTB inv. nr. 6 f 96

633)  Oss DTB inv. nr. 6 f 133

634)  Oss DTB inv. nr. 6 f 172

635)  Oss RA inv. 198 f 84

636)  Oss RA inv. nr. 200 f 86vo

637)  Oss DTB inv. nr. 6 f 95

638)  Oss DTB inv. nr. 6 f 168

639)  Oss DTB inv. nr. 5 f 207

640)  Oss DTB inv. nr. 6 f 352

641)  Oss DTB inv. nr. 5 f 215

642)  Oss DTB inv. nr. 5 fol. 220

643)  Oss DTB inv. nr. 5 f 204

644)  Oss DTB inv. nr. 6 f 134

645)  BS-H Oss 1811-1922 inv.nr. 6069., zie BHIC internetgegevens Oss.

646)  Oss DTB inv. nr. 5 f 212

647)  Oss DTB inv. nr. 6 f 111

648)  Oss DTB inv. nr. 6 f 289

649)  Oss DTB inv. nr. 6 f 321

650)  Oss DTB inv. nr. 6 f 355

651)  Oss DTB inv. nr. 5 f 161

652)  Burgelijke stand Oss overleden 63 jaar oud

653)  Oss RA inv. nr. 105 f 133 n

654)  Oss RA inv. nr. R 202 f 184vo

655)  Oss DTB inv. nr. 14 f 78

656)  Oss DTB inv. nr. 6 f 70

657)  Oss DTB inv. nr. 6 f 97

658)  Oss DTB inv. nr. 6 f 123

659)  Oss DTB inv. nr. 6 f 138

660)  Oss DTB inv. nr. 6 f 152

661)  Oss DTB inv. nr. 6 f 187

662)  Oss DTB inv. nr. 5 f 172

663)  Oss RA inv. nr. R 201 f 86vo

664)  Oss DTB inv. nr. 5 f 202

665)  Oss DTB inv. nr. 6 f 139

666)  Oss DTB inv. nr. 6 f 164

667)  Oss DTB inv. nr. 6 f 186

668)  Oss DTB inv. nr. 6 f 196

669)  Oss DTB inv. nr. 6 f 220

670)  Oss DTB inv. nr. 6 f 293

671)  Oss DTB inv. nr. 5 f 202

672)  Oss DTB inv. nr. 6

673)  Oss DTB inv. nr. 6 f 122

674)  Oss DTB inv. nr. 6 f 152

675)  Oss DTB inv. nr. 6 f 174

676)  Oss DTB inv. nr. 6 f 220

677)  Oss DTB inv. nr. 6 f 237

678)  Oss DTB inv. nr. 6 f 275

679)  Oss DTB inv. nr. 6 f 294

680)  Oss DTB inv. nr. 6 f 310

681)  Oss DTB inv. nr. 6 f 327

682)  Oss DTB inv. nr. 5 f 220

683)  Oss DTB inv. nr. 6 f 233

684)  Oss DTB inv. nr. 6 f 261

685)  Oss DTB inv. nr. 6 f 295

686)  Oss DTB inv. nr. 6 f 326

687)  Oss DTB inv. nr. 6 f 344

688)  Oss DTB inv. nr. 5 f 238

689)  Oss DTB inv. nr. 6 f 242

690)  Oss DTB inv. nr. 6 f 292

691)  Oss DTB inv. nr. 6 f 59

692)  Oss DTB inv. nr. 7 f 43

693)  Oss DTB inv. nr. 7 f 57

694)  Oss DTB inv. nr. 6 f 96

695)  Oss DTB inv. nr. 6 f 133

696)  Oss DTB register 139 fol. 127

697)  Oss DTB inv. nr. 6 f 310

698)  Oss DTB inv. nr. 6 f 233

699)  Oss DTB inv. nr. 6 f 295

700)  Oss DTB inv. nr. 7 f 43

701)  litt.:Brabantse Leeuw 1965 blz. 11 ev.; Vierduizend jaar Oss door drs. F.J.M. v/d Ven, Berlicum 1975

702)  L.F.W. Adriaernssen en J.G.M. van der Zanden, "Lieden zonder eergevoel" Brabantse landlopers rond de vorige eeuwwisseling in de Brabantse Leeuw 1998/4, blz. 211


Index

(oom)

Peter Peter Willemsz. X-D.2.

Aalberts

Aelke XIII-A.10, XIV-F.

Aalders

Elisabeth Jansdtr. XV-H.

Aarts

Arnoldus XV-K.5; Arnoldus Nicolaas XV-K; Cornelia Arnold XV-L.3, XV-M.5; Cornelia Arnold Claas XV-N.2; Cornelia Cornelis XV-L.9, XVI-F; Cornelis Aart Claas XV-L.6; Jacobus XV-K.6; Joanna Geert XIV-D.4; Johanna Maria XV-K.4; Johannes XV-K.3; Lucas XV-K.1; Maria Nicolaasdr. XV-L; Nicolaas XV-L; Rijnerus XV-K.2; Wilhelmina Nicolaas XV-L.4.

Aartsdtr.

Heylken XIV-A.

Absolons

Margaretha V-G.1; Michiel V-G.

Acker, van den

Liesbeth Geretsdtr. IV-B.

Ackerman

Ariken XIII-B.

Adriaanse

Neeltje XXII-B.

Adriaens

Cornelis XI-C.7; Ida X-C.1.

Adriaensdr.

Cornelia XI-C.5.

Adriaensz.

Jacobus XI-C.3, XII.

Aertsz.

Mathijs Willem X-C.

Akker, van den

Johanna Maria XVI-H.2.

Alphen, van

Wilhelmus XVI-A.

Amstel, van

Anna Maria XVI-D.

Anker, van den

Hendrikus XIX-A; Petronella XIX-A.

Anthonis

Jan XI-A.4.

Anthonisz.

Anthonis Rutger X-D.1, XI-C.

Arentsz.

Tielman VI-A.2.

Ariaens

Wilhelmina Johannes XIV-H.2, XV-J.

Arianus

Jan Jan XV-L.2.

Arons

Johannes Antonius XVII-C.1; Pierre Corneille XVII-C.1.

Arts

Gijsberta XIX-A.

Baelen, van

Clara Mathijsdr. VIII-B; Mathijs VIII-B.

Bakel, van

Franciscus XVIII-H; Hendrika XVIII-H.

Baliart

Geertruyt Geritsdr. *242.

Ballegooij, van

Arnoldus XVIII-A.2; Theodorus XVIII-A.2.

Banken

Antonius Hendrikus XVIII-F.4.

Barbier

Dina XIX-C.6.

Basters

Johanna Maria XVIII-B.

Berch, van den

Jan XV-E; Johanna XV-E.

Berg, van den

Anna Francisca XVII-B; Anthonius Theodorus XX-H.7; Frederikus XX-H.4; Hendrik Silverius XX-H.10; Johanna Maria XX-H.3; Johannes XX-H.9, XX-H; Magtilda Louiza Martina XX-H.1; Maria Elisabeth XX-H.6; Nicolaus Leonardus XX-H.2; Petronella XX-H.8; Wilhelmina Elisabeth XX-H.5.

Berg, van der

Ant XX-C.

Bergen, van

Anna Maria XVII-D; Elisabeth XVI-B; Hendrik XVI-B; Jacobus Willem XVII-D; Joannes Franciscus XVII-G.7; Johanna Maria XVIII-H.1; Lambertus XVII-G.7; Petronella XV-H.3.

Bergh, van de

Cornelia XX-F.

Berkel, van

André XIX-E.7; Hendrina XVII-J.

Berkum, Van

Hendrik Marcelis XIV-B.2.

Biggen

Aleyt Willemsdr. II-A; Willem II-A.

Blokland

Arie XX-M.1; Arie Gerardus XX-M.

Bode

Kathaline IV-G.3.

Bodenstaf

Hermina Maria XVII-C; Stephanus XVII-C.

Boechem, van

Amelis Coenraets V-F; Barbara V-F.1; Claes V-F.4; Coenraet V-F.3; Geetruyt V-F.2.

Boeckel, van

Ida Adriaens En Wilhelmus Jan XI-B.1.

Boeijen

Hasje XVIII-I.3.

Boejen

Gerard XV-I.3; Johannes XV-I.3.

Boert, van

Mechtelt III-C.

Bonaarts

Johanna Maria Gijsberti XV-D.1.

Boon

Kees XIX-E.7.

Borne, van der

Kathelijn Jansdtr. II-A.

Bosch, van den

Johanna Christiaan XVII-D.

Brande, van de

Mathias VIII-B.4.

Brant

Frans VIII-B.4.

Bretschoten, van

Marie VIII-A; N VIII-A.

Broegel, van

Willem IV-E.

Broek, van den

Albertus XVI-C.6; Allegonda XVIII-L; Johannes XVIII-L; Willem XVI-C.6.

Broeksteeg

Joyce XXI-I.

Broeksteeg.

Hans XIX-E.5.

Bruggen, van der

Hilla Gielis Loyensoendr. III-A.

Buuren, van

Bernardus XVII-B; Johanna XVII-B.

Buuts

Annamie XV-I.6.

Ceelen

Anthonius XVIII-J.1; Antonius XVII-J.2; Helena XVIII-J; Jacobus XVII-J.2, XVIII-J; Nicolaas XVIII-J.1.

Christiaens

Hendrina XVII-A.4.

Claasse

Cornelia Arnold XV-I.5; Cornelia XV-M.2.

Claessen

Jenneke XV-A.

Cleven

Frans Theodoor XX-N; Martinus XX-N.1.

Coeberchts

(Jan) III-D; N.N. III-D.

Coelen

Gerit Wouter IV-C.2; Petrus Johannes XVII-A.8.

Coevering, van de

Gerardus XVI-E.1; Nicolaas XVI-E.1.

Cole

Catharine IV-G; Nicolaus IV-G.

Collaert

Henrick VI-B.4.

Coolen

NN XVII-A.1.

Couderborch, van der

Barbara IV-G.3; Simon IV-G.3.

Cuijpers

Christina XVI-H.

Dany

Lucretia VIII-B.4.

Dekkers

Hendrina XVII-D.1.

Derxss

Jacop *242.

Derxssdr.

Heylwich Jacob V-F, *242.

Deursen, van

Hendricus XV-M.2; Wilhelmus XV-M.2.

Devenijns

Antonia Willemsdr. XIV-G.

Diebels

Elisabeth XVII-K.8.

Dijk, van

Adrianus Leonardus XVIII-B.2; Meindert XVIII-B.2.

Dint(h)er, van

Elisaberta Adriana XVIII-F.2; Peter Willem Petersz. IX-B; Petrus Paulus Adrianus XVIII-F.1; Theodora Wilhelmina XVIII-F.3.

Dinter, van

Adriana Paulina XVIII-F.4; Nicolaa Adriaans XIV-D.1; Paulina Petronella XVIII-F.5.

Dinther)

Broesten Peter Danielsz. (van VIII-B.6; Heijlken Adriaen Petersz. (van VIII-E.2; Hendrick Gijsbert Emonts Jansz.(van V-C; Jan Gijsbert Emonts Jansz. (van V-D; Peter Ariaen Petersz. (van VIII-E.3; Spierinc Emondsz. (van II-C; Willem Arien Peter Willemsz. (van VIII-E.1.

Dinther, uit

Emerentia Paulus Gerards X-E.3; Emken Pauwels X-D.6; Jacobus Mathijsz. IX-C.7; Wilhelmina Petersdr. IX-C.7.

Dinther, van

Adriaan XVI-A.7; Adriaentken Petersdr. VIII-B.5; Adriana Cornelis XIV-H.1, XV-I; Adrianus XIII-B.1; Aert Daniël Willemsz. VII-A.5; Alberdina Maria XX-C.1; Aldegondis XV-D; Aleydis Daniel Willemsdr. VII-A.3; Aleydis Emondsdr. III-A.10; Aleyt Wouter Spierincsdr. III-C.2; Allegonda XV-I.3; Ambrosius Emondsz. II-B, IV-G; Ambrosius V-E; Andries XVI-C.10; Anna Jacob XV-M.1, XVI-G; Anna Laurentia XVIII-C.5; Anna Maria Jans XIV-E.6; Anna Maria Jansdr. XIII-A.11; Anna Maria XVI-C.7; Anna Marie Henrica XIX-E.8; Anna Piternella Elisabeth Helena XX-J.2; Anne Neeltje XXII-A.2; Anneke XVIII-I.3; Anthonius Theodorus XX-F; Anthonius XVII-C; Antonia XIV-G.1; Antonius Jacobusz. XV-D; Antony XV-B.1; Ariken Wijnandsdr. XI-D.2; Arnoldus Johannes XX-G; Arnoldus XVIII-E; Barbara Jansdr. V-A.2; Bernardina Elizabeth XVII-B.7; Bernardina XVII-B.5; Bernardus XVII-B.3; Brandon William XXI-G.1; Carola Janine XXII-B; Catharina Gerardsdr. XIV-B.2; Catharina Isabella Maria Antonia XX-N; Catharina Jans XIV-E.1, XV-D; Catharina Jansdr. XIII-A.5, XIV-F.2, XIV-F.4, XIV-H.3, XV-H, XV-K; Catharina Petersdr. VIII-B.1; Catharina V-H, XV-B.3, XVI-H.2; Christiaan XVII-H; Christianus XV-M, XVI-A.2; Christina Emondsdr. IV-F; Christina XV-H.1; Christoffel Jansz. XIV-F; Cornelia VIII-A.4, XV-K; Cornelis Jansz. XI-C.4, XV-E; Cornelis Petersz. XIII-B; Cornelis XIV-D.5, XVIII-A; Cornelus XVII-K; Cynthia Roberta XX-I.4; Daniël Emontsz. IX-A.1; Daniël Willem Daniëlsz. VIII-A.2; Daniël Willemsz. VII-A; David-Jan XXI-I; Deliken Hendricksdr. XI-E; Deliken Henricx XI-D.1; Dirck Emondsz. IV-B; Dirk XVI-C.13, XVI-C.2; Eescen Willem Peters IX-C; Elisabeth Emondsdr. III-A.5; Elisabeth Gerardsdr. XIV-B.4; Elisabeth Jansdr. XIV-D; Elisabeth Lidwina Francisca XXI-F; Elisabeth Petersdr. VIII-B.4, XII.3; Elisabeth VIII-A.3, XV-A.1, XV-B.2, XVIII-B.2; Elyas Willem Daniëlsz. VIII-A.1; Emond (Jan) Spierinc I; Emond Ambrosiusz. III-D; Emond Jan Emondsz. III-A; Emond Spierinc III-E; Emond IV-G.1; Emont Jan Emontsz. IV-A.6; Francijna XVII-B.4; Francina Joanna XVII-G.6; Francisca Philomenia XVII-G.8; Francisca XVI-F.3; Franciscus Theodorus XVIII-B.11; Franciscus XVII-K.5, XVIII-B.7, XVIII-B; Frans XVIII-K; Geertruida Johanna XIX-E.1; Gerard Hendricksz. VI-F; Gerard IV-A.4, XV-I.4, XV-L.10, XV-M.5; Gerardus Jansz. XIV-B; Gerardus Johannes XIX-E.3; Gerardus Nicolaas XX-G.1; Gerardus XV-B.3, XVI-A.2, XVI-B; Gertruda XVIII-B.10; Gertrudis XV-H.3, XV-J; Geurt XV-B.3; Gijbert Jansz. V-D.1; Gijsbert Emondsz. IV-D; Heijlke Henricsdtr. VII-D.4; Helena Jansdr. XIV-A.2; Helena Johannes XV-A.3; Helena XX-B; Helena Walterus XV-L.7; Helena Welle XV-K.3, XV-K.4; Hendrica XVI-C.6; Hendrick Gerardsz. VI-F.1; Hendrick Jansz. VII-D, XI-C.2; Hendricus XX-C; Hendrien XVII-A.8; Hendrik Jansz. XV-A; Hendrik XV-L.6, XVI-C.1; Hendrika Petronella XIX-E.6; Hendrikus XVII-D, XVII-E.6; Hendrina XVI-C.5; Henrica Johanna XVIII-A.2; Henrica XVII-I.2; Henrickske Emondsdr. IV-E; Henricus Christoffelsz. XV-H; Henricus Franciscus XIX-A.1, XVIII-G.1, XVIII-G; Henricus Johannes XVIII-C.6; Henricus XV-E.1, XV-F.2, XVI-E, XVII-A, XVII-F.2, XVII-G.3, XVIII-C, XVIII-H; Herman Emondsz. III-A.3; Herman IV-A.3; Hermanus XVII-A.2, XVII-A.7, XVIII-F; Hildegonda Jansdr. XIV-A.3; Hildegondis V-F; Hilleke V-B; Honoria Jansdr. XI-C.5; Hubert XI-C.7; Huybert XVII-F; Ida Gerards XV-C.1; Ida XVII-K.8; Irene Lidwina Elisabeth Maria XX-I.2; Iris Ariana Hetty XXI-J; Isabella XVII-A.6; Jacob Wijnandsz. XI-D.1; Jacoba Maria XVIII-J.2; Jacobus Gerardsz. XV-B; Jacobus Joannes Franciscus XIX-D; Jacobus XV-L.4, XV-N; Jacop IV-G.4; Jan Cornelis XVI-C.11; Jan Daniëlsz. VIII-C; Jan Emondsz. II-A, IV-A; Jan Hendrick Petersz. XI-C; Jan Hendricksz. VI-E, XI-E.1; Jan Henricx VII-D.3; Jan Jan Petersz. XIV-A; Jan Peter Danielsz. VIII-B.2; Jan Petersz. XIII-A; Jan Pouthenier Emondsz. IV-C; Jan Spierinck V-A; Jan IV-G.3, XIX-E, XVI-A.4, XVI-A.6, XVI-B.3, XVII-B.2; Jenneke Jan Pouthenier Emontsdr. IV-C.2; Jeroen XXI-D.3; Joanna Lamberta XIX-C; Joanna Maria XVIII-B.3; Joanna Nicolasina XVII-G.7; Joannes Willebrordus XVII-G.2; Joannis Adrianus XVIII-B.12; Johanna Catharina XVI-A.5; Johanna Christoffels XV-G.1; Johanna Gerardsdr. XV-C; Johanna Gertrudis XV-H.2; Johanna Hendrika Maria XIX-E.5; Johanna Jansdr. XI-C.1, XIII-A.6; Johanna Maria XV-L.1, XVI-F.1; Johanna XIV-F.4, XV-A.3, XV-D.1, XV-L.7, XV-N.2, XVI-B.5, XVI-C.9, XVI-F.2, XVII-A.1, XVII-C.1, XVII-D.1; Johanna Wilhelmima XVIII-E.1; Johannes Genaamd Adrianus XVII-B.2; Johannes Hendricus XVI-B.4; Johannes Hendricusz. XVI-A; Johannes Jansz. XIV-A.1; Johannes Maria XIX-E.4; Johannes Nicolaus Arie XXII-A; Johannes Nicolaus Gijsbert XXII-A.1; Johannes XIV-E.6, XV-A.6, XV-I.1, XV-I.5, XV-L.2, XV-L, XV-N.1, XVI-B.6, XVI-D, XVII-B.1, XVII-I, XVII-J, XVIII-L.1, XX-E, XX-F.2; Josephus XVIII-D; Judith Christoffel XV-H.1, XV-H.3; Judith XV-G; Kathelijn Gerardsdtr. VI-F.2; Kriena Germaine XXI-E; Lamberdina XVIII-B.9; Lamberta XVII-B.9; Lambertus XVII-A.5, XVIII-C.4; Leonardus Johannes Maria XX-A.1; Leonardus XVIII-L; Lucia Frederica Antonia XVIII-D.2; Lysbeth V-E.1; Machtelt Wouter Spierincsdr. III-C.1; Marcel Leonardus XXI-H.1; Margaretha Jansdr. VI-A; Maria Adriana Wilhelmina XVIII-A.1; Maria Anna XIV-E.5, XV-M.4; Maria Elisabeth XV-M.2, XX-C.2; Maria Elizabeth XVI-C.12; Maria Hermina XVIII-F.6; Maria Jansdr. XIV-C, XV-K.1; Maria Johanna XV-K.3, XV-K.4; Maria Regina XVIII-H.1; Maria Reynier XV-L.5; Maria V-G, XVI-C.8, XVII-E.1, XVII-F.1, XVII-K.2, XVII-K.3, XVII-K.6, XX-H; Marie XVIII-K.1; Marinus Theodorus XVIII-B.4; Marinus XVII-G.1, XVII-G; Marlou XXI-I.2; Mathijs Jozef XIX-B.2; Mathijs Petersz. VIII-B.3; Melis Hendricksz. X-D.6; Mien XVIII-I.5; Mientje XVIII-I.1; Mies XVIII-I.5; N.N. XVII-G.4, XVIII-B.14, XVIII-B.16; Nicola Adriana XIV-D.2; Nicolaa XV-L.8; Nicolaa(Kleus)(Clasina) XV-I.6; Nicolaas Leonardus XX-F.1, XXI-H; Nicolasina XVII-B.2; Nicolaus Leonardus XIX-B.11, XIX-B, XXI-D; Nicolaus IV-G.2, XV-F, XV-L.3; Paulina Maria Elisabeth XX-J.3; Paulus Lambertus XX-J; Peter Daniël Willemsz. VIII-B; Peter Hendrick Petersz. X-D.2; Peter Henricx Jansz. VII-D.2; Peter Jan Hendricksz. XII; Peter Jansz. XIV-E; Petronella Jansdr. XIII-A.9; Petronella XIV-E.3, XIV-F.3, XVII-J.2; Petrus XVII-E; Petrus Wilhelmus XVIII-E.2, XX-A; Philomina Johanna XVII-G.12; Regina Richarda XVII-I.5; Regina XVII-K.4; Reynier XVI-H; Reynierus XIV-H; Rijnerus XV-K.2; Rijnier XV-L.5, XVI-F, XVI-G; Rik XXI-I.1; Roelof Jan Pouthenier Emontsz. IV-C.1; Sara Geertje Jannetje XXII-A.3; Sophia Jansdr. VI-B; Sophie Emondsdr. III-A.9; Thedorus Henricus XVI-A.1, XVII-A; Theo XVIII-I.4; Theodora Gertruda XVIII-B.6; Theodora Jansdr. XIII-A.4; Theodora Maria XVIII-B.5; Theodora XI-C.6, XVI-E.1, XVIII-C.1, XX-K; Theodorus Gerardus XX-O; Theodorus Henricus XVIII-B.13; Theodorus Joannes XVIII-B.15; Theodorus Michael XVIII-I; Theodorus XVII-B, XVII-E.7, XVIII-B.8; Theodurus XVI-B.2; Tonny XX-F.3; Walterus XV-I.2; Walterus(Welle) XV-I; Wendy Yvonne XXI-F.1; Wijnand Hendrick Petersz. XI-D; Wilhelmina Henrica Johanna XIX-E.7; Wilhelmina Joanna XVII-G.9; Wilhelmina Maria XX-D; Wilhelmina XV-I.7, XVII-I.1, XVIII-J.1; Wilhelmus Johannes XVII-G.10, XVII-G.11; Wilhelmus Petrus Maria XX-A.2; Wilhelmus XVII-A.4; Willebrordus Elisabeth XVIII-C.2; Willebrordus Ferdinandus XVII-K.1; Willebrordus Leonardus XVIII-C.7; Willebrordus XVIII-J; Willem Cornelisz. XIV-G; Willem Daniël Willemsz. VIII-A; Willem Hendrick Jansz. VII-D.1; Willem Hendricksz. XVI-C; Willem Jansz. VI-C; Willem Peters Willemsz. VIII-D; Willem XV-H.4, XVII-E.3, XVII-E.4, XX-I; Willemijn XVI-G.3; Willlebrordus XIX-A; Willy Francis XXI-G; Willy XX-F.4; Wouter Spierinck III-C; Wouter IV-A.1; Yda III-A.11; Yda Wouter Spierincsdr. III-C.3.

Dinther?, van

Emont Jan Daniëlsz. IX-A.

Dinther]

Adriaen Petersz. [van X-B; Adrianus Hendrick Peters (van X-D.4; Cornelis Lambert Petersz. [van X-C.2; Emken Petersdr. [van IX-B.2; Hendrick Peter Willemsz. [van X-D; Jan Adriaen Petersz [van XI-B; Lambert Petersz. [van X-C; Margaretha [van XI-A; Peter Lambertsz. [van X-C.1; Peter Petersz. [van X-A; Peter Willem Hendricksz. [van VII-C; Willem Hendricksz. [van VI-D; Willemken Petersdr. [van IX-B.5.

Dinther], van

Cornelia Adriaensdr. [ X-B.3; Jacobus Adriaensz.[ X-B.2.

Dircs.

Maricken Hendricx XI-C.2.

Dirks

Barbara XI-C.6.

Driesz.

Peter VIII-A.

Droomers

Pedro XVII-B.9; Wilhelmus XVII-B.9.

Drunen, van

Jacobus XVI-H.2; Martinus XVI-H.2.

Ducardas

Margaretha Carolina XX-I.

Dussen

Floris Vander V-F.1.

Elk, van

Catharina XVIII-E.

Elsen, van den

Helena Hendrik XV-A.5, XVI-C.

Elzen, van der

Hendrik Toni XIV-A.2.

Emontsdr.

Christien Spierinc III-F; Heylwich Spierinc II-C.2.

Emontsz.

Arien XI-C.2.

Enge

Jan Jansz. Uuten IV-B.1.

Engelbart

Anna Maria Catharina XVIII-A.2.

Ermers

Anna XVII-B.9.

Erp, van

Aldegondis Antony XIV-A.4, XV-A; Cornelia XVI-E; Johanna Maria XV-M; Maria Anna XVI-F.1; Maria Toni XIV-G; Nicolaas XVI-F.2; Rijnier XV-M; Willem XVI-F.2.

Even

Helena Maria XX-A.

Faassen

Hendrika Petronella XIX-E.

Franken

Johanna Maria XVIII-B.

Geene, van

Antonetta Gerards XIV-E.5; Gertruida Nicolaasdtr. XIV-E; Maria Wilhelmina XVII-F.2; Nicolaas XVII-F.2; Petronella Cornelis XIV-E.2, XV-E.

Gemert, van

Catharina Jansdr. X-C; Gerarda XV-C.1; Peter XV-C.

Gend, van

Johanna Jan XV-L.10.

Genderen, van

Gijsbert XXII-A; Krijntje Jansje XXII-A.

Gennip van Gennip, van

Gerardus XVI-F.3.

Gennip, van

Jacobus XVI-F.3.

Gerards

Willem XI-A.5.

Geurts

Petronella Peter XIII-A.2, XIII-A.3, XIII-A.4, XIV-B, XIV-C.

Gielis

Bernardus XVI-G.3; Gerardus Willem XVI-G.3.

Goddaert

Maria Elisabeth XV-G.1; Nicolaus Gerards XV-G.

Godschalk

Christina Christianusdr. XVI-A.

Godtschalxs

Elizabetha Christiani XVI-A.

Goei, de

Maria XV-N.2.

Goey, de

Dirris Johannes XV-A.6.

Goeye, de

Dirris Jan XIV-H.6, XV-N; Dorothea Jan XIV-H.5, XV-M.

Gogh]

Jan Pauwel Aertsz. [van X-D; Jenneken Jan Paulussen Aertsdr. [van X-D.

Goor, van de

Isabella XVII-A; Johanna Maria XVII-J; Johannes XVII-J.

Govers

Helena XVII-K; Jan XV-I.6; Jan Paulus XV-I.6.

Goyaerts

Melchior IX-C.5.

Graats

A.A. XVI-C.1.

Grave, van

van Grave III-D.

Groen

Hendrika Magdalena XX-C.

Groot, de

Hendrik XIV-C.1; Jan Antoni XIV-C; Johanna Lamberts XIV-H.4, XV-L.

Grunsven, van

Wim XVIII-K.1.

Haan, de

Erik XXII-B; Gerard Daniël XXII-B; Jasper XXII-B.1; Lotte XXII-B.2.

Haas, de

Johanna XIV-G.1; Johannes XIV-G.1; Roelof XIV-G.1.

Haenvelt, van

Jan IV-I.1; Willem IV-I.

Haerdscheen

Eufemia Nicolaus Willemsdr. V-A; Nicolaus Willemsz. V-A.

Ham, van

Emond IV-H.1; Henrick Gielisz. IV-H.

Hammer

Frederic Hendrik XX-K; Hendrikus Maurits XX-K.6.

Hamsfoirt, van der

Kathelijn Goossen Claes IV-A.6.

Haneveer

Everardus XX-K.2; Maria Elisabeth XX-K.3; Martijn XX-K.4; Nicolaus Leonardus XX-K.5; Pieter Cornelis XX-K; Theodorus Maria XX-K.1.

Haren, van

Hendrica XVII-C; Jan XVII-C.

Hartogs

Yvonne Anthonetta XXI-H.

Heesch, van

Maria Gijsbert XV-H.2.

Heitzman

Maria Elisabeth XIX-B; Mathijs Jozef XIX-B.

Helm, van den

Hendrien XVI-E.1.

Hendricks

Maria XI-C.7.

Hendricksz

Hendrick Willem VII-B.

Hendricksz.

Willem Hendrick Willem VII-B.1; Willem Willem VI-D.3.

Hendrickx

Deliana XI-C.3, XII; Ida XII.3; Johannes XII.3.

Hendricx

Heylken Peter IX-B.2, *432; Peter XI-C.4.

Hendriks

Geert XVII-A.6.

Hendrix

Johannes XIII-A.1, XIV-A.

Henrick Symon Segers

Lijsken Henrick Symon Segers IX-B.

Herentals, van

Katherijn Bax V-E.

Hermans

Herman Gijsbert XVII-A; Maria Catharina XVII-A.

Hermes

Maria Anna Jois XV-K.5.

Herpen, van

van Herpen II-A.

Heuel, van den

Wilhelmina XVIII-I.4.

Heumen, van

Machiel XVII-I; Theodora Maria XVII-K; Wilhelmina XV-I, XVII-I; Willem XVII-K.

Heuvel, van den

Dominicus XVII-B.2; Gijsbertus XVI-F.1; Jacoba XVII-B.2; Johannes XVI-F.1.

Heyden, van der

Aert Henricks III-E.5; Eufemia VI-B.4; Godfried Hermansz. VI-B; Jan VI-B.2; Katharina VI-B.3; Peter VI-B.1.

Hoek, van

Antonius Johannes XIX-C.8; Henricus XIX-C.7; Johanna Maria XX-L; Johannes XIX-C; Lamberta Francisca XIX-C.3; Lambertus Johannes XIX-C.6; Lambertus XIX-C; Maria XX-M; Theodora Cornelia XIX-C.5; Wilhelmina Hendrika XIX-C.2.

Hofmans

Elisabeth XVIII-A; Johannes XVIII-A.

Hoogerwerf

Frans XX-E; Janna Johanna XX-E.

Hoogstraten, van

Bastiaen Willemsz. XV-A; Dorothea XV-A.

Hoorn, van

Wilhelmina XVIII-C; Willebrordus XVIII-C.

Horen, van

Johanna Wellen XV-I.1; Johanna Willem XV-G.1.

Horst, van der

Herman Jansz. V-B.1; Jan V-B.

Houtackers

Elisabeth IV-G.

Houting, van

Gerrit XIX-E.1.

Hurk, van den

Hans XXI-J; Kiki XXI-J.2; Pleun XXI-J.1.

Hurkmans

Lambertus XVII-D.1; Peter XVII-D.1.

Jacobs

Roelof IX-C.7.

Jacobsdtr.

Petra Dierik XIII-A.

Jansdr.

Johanna XII.4, XIII-B; Willemijn XV-A.

Jansen

Catherina Gerdina XX-O; Wilhelmina XVI-F.

Janssen

Adriana Cornelis XIV-D.3; Johanna Peter XIII-A.5; Lijn Hendrick X-D.5, XI-E; Meriken XI-E.1.

Jansz.

Dirck III-A.5; Hendrik XI-C.6.

Johannes Ariaensdr.

Marie Johannes Ariaensdr. XIV-H.

Jois

Christianus XI-A.3; Jacoba X-A.1, XI-A; Theoderici X-A.1, XI-A.

Joost Jungers, van

Ott Echtgenote IX-C.3.

Joosten

Peter IX-C.5.

Kamp, van der

Wilhelmina XVII-I.5.

Ketelaars

Hendrikus XVII-I.1; Theodorus XVII-I.1.

Kievits

Adriana Iefje XXI-B.

Klemans

Cornelis XVIII-B; Wilhelmina XVIII-B.

Klerk, de

Helena XIX-B.

Klok

Antonia Elisabeth XX-J.

Kobs

Hendrik XV-N; Maria Anna Hendrik XV-N.1.

Koenen

Hendrica XVII-C.1.

Koopmans

Annie XIX-E.3.

Kops

Anna XV-N; Jennemie XV-I.

Korte, de

Kriena XX-E.

Kouwenberg

Ardie XIX-E.4.

Kreij, de

Maria XVII-I.

Krol

Jozephus XVII-K.8; Wilhelmus XVII-K.8.

Kuyc, van

Geertruyd Willemsdr. VII-A; Willem VII-A.

Kuyst

Joesten Geritdr. V-F.4.

Laat, de

Wilhelmina Hendrik XV-K.6.

Laervenne, van

Willem III-C.3; Wouter III-C.3.

Lamberts

Catharina X-D.3, XI-D.

Lambertsz.

Jan X-C.1; Lamberts XI-C.5.

Lange, de

Johanna XXI-E.

Leeijen

Maria Anna XVIII-H.

Lelienveldt, van

Peter Nicolaesz. XII.4, XIII-B.

Lelienvelt

Maria Peter XII.2, XIII-A.

Lent, van

Johanna XVII-B.1.

Leucken, van

Goossen Dircksz. XII; Jenneken Goossensdtr. XII.

Lier, van

Bernardus XVII-I.2; Hendricus XVII-I.2; Marinus XIX-E.6.

Linden, van der

Francis XVII-B.1; Geerdina XVII-B.1.

Lith, van

Gerardus XVIII-J.2; Petronella XVII-A.5; Reinardus XVIII-J.2.

Loeffen

Johannes XV-A.

Loijer, de

Petronella XVI-G.3.

Loosbroek, uit

Henrick Melis X-D.6.

Louw, de

Arnoldus XVI-A.1, XVI-A, XVII-A; Maria Arnoldus XVI-A.2; Maria Elisabeth XVI-A.

Luijten

Maria Bernardina XIX-D.

Meeussen

Jan Jansz. XI-E.1; Jan XI-E.

Megens

Claas Hendrik XI-A; Claas XI-A.3; Geertruy XI-A.5; Johanna XI-A.4; Maria XI-A.2; Peter XI-A.1.

Melgert

Jacobus Laurentius XX-L.

Mensel, van

Beth XVII-C.

Meurs, van

Jan XX-J.3.

Michel Peters

Helena Michel Peters XV-I.

Moelen, van der

Anna VI-A.2; Henrick Jacob Rudolphsz. VI-A; Jacob Rudolphsz VI-A; Jan VI-A.1.

Molendijk

Jannigje XIX-C.7.

Molner van Kilsdonck, Die

Gerit Jansz. III-A.9; Jan III-A.9.

Monnee

Maria Johanna XXI-C.

N

Cornelia XI-D; Johannes X-D.3, XI-D; Luitgardis XI-C.4.

Naaikens

N.N. XX-D.3.

Neerijnen, van

Elisabeth Nicolaasdr. XVIII-C.

Neyssen

Elisabeth Petersdr. VIII-A.2.

Nicolaesdr.

Maria XII.1.

Nicolai

Gerardus XI-A.2; Godefridus Corneli en Anthonia Henrici X-C.2; Heilwichs XI-A.2.

Niftrik, van

Catharina XVII-I.1; Maria XIX-C.

Nistelroy, van

Peter Jansz. XII.2, XIII-A; van Nistelroy XII.

NN

Margaretha IV-A.

NN?

Ida XIV-B.

Noijen

Joanna XV-M.2.

Nootenboom

Wim XIX-E.8.

Norijs

Jan III-B.

Nuweland, van

Ambrosius(Broes) I; N.N. Ambrosiusdr. I.

Nuwelant, van

van Nuwelant III-E.3.

Oest, van der

Jan Peter Ghibensz. IV-F; Peter Jansz. IV-F.1.

Olmen, van

Hendrik III-D; Hildegonda III-D.

Omes

Jeanetta Agatha Huberdina XVIII-D.

Ooyen, van

Wilhelmina XVII-A.5.

Op de Aa

Delia Hendrick Lambertsz. Op de Aa IX-B; Henrick Lambertsz. Op de Aa IX-B.

Ophem, van

Jan V-H.1; Seger V-H.

Orsouw, van

Ardina Joanna XVII-G; Jan XVII-G.

Os, van

Clara XVI-A; Goyaert Groetart V-F.

Oss, van

Christijn V-F.3.

Otten

Godefridus XVIII-B.3; Johannes XVIII-B.3.

Oyen, van

Petronella XVIII-F.

Palsman

Anna Nicolaus XIV-C.1.

Pauli

Henricus XI-A.3.

Paulusz.

Gerardus XII.1.

Peerke

Ida (Yken) X-B.

Pels

Mabelia Hendricxdr. IV-A.6.

Pennincx

Jacob Jan Jacobsz. IX-B.5.

Peters

Anna XI-A.4; Ariana Cornelis XIII-A.8, XIII-A.9, XIV-E; Barbara VII-C.3; Dorothea Johannes XIV-A.2; Johanna Michaels XV-I.6, XV-I.7; Johanna XIII-A.1, XIII-B.3, XIV-A, XIV-H, XVI-G; Maria Johannes XIV-A.3; Michiel XV-I; Peter Michaels XV-I.7; Yda Adriaen X-D.1, XI-C.

Petersdr.

Johanna XI-C.

Ploegmakers

Anna Machtild Willem XV-H.4; Anna Maria XV-H; Johannes XV-H; Maria Arnolda XVIII-G; Maria XVI-F.2; Rudolphus XVIII-G.

Plumen

Anthonetha XVII-C.

Poel, van de

Johanna XVII-I.2.

Polman

Eliza Maria XVII-G.12.

Princen

Maria XVI-C.

Putten, van der

Derk XV-N.2; Sebastiaan XV-N.2.

Ravenstein

Hester Elizabet XXI-H.

Reemst, van

Egidius Egidiusz. V-A.2.

Reijnders

Adriana XIII-B.

Reijnen

Richardus Lambertus XVII-G.12.

Reinen

Rein XIII-B.

Reinhoud

Cornelis XXI-A; Ed XXI-A.1; Joyce XXI-A.2.

Remeijsen

Johanna XX-G.

Reuvers

Geertruida XVIII-B; Hendrina XVII-G; Willem XVIII-B.

Reynders

Michiel XV-I.1.

Ricoutsfoirt, van

Jan Danielsz. III-A.11.

Rijckevoort, van

Jacobus XVI-H; Joanna Maria XVI-H.

Roda

Jan Jansen ..De IX-C.4.

Rodijnen, van

Bartholomeus XVI-D; Francijn XVII-B.2; Francisca XVI-D.

Roeleve

Adrianus XIV-D.2, XIV-D; Antonis XIV-D.5; Hubertus XIV-D.1; Nicolaa XIV-D.4; Sophia XIV-D.3.

Rommen

Jacob IX-C.3.

Roovers

Gijsbert Jan Hendrick IX-C.3.

Rossum, van

Geertruida Arnoldona XVII-E.

Rovers

Delyaen Gijb II-A; Gyb II-A; Paul Henricksz. III-C.1.

Santen, van

Cornelis XVIII-A.1; Hendrik XVIII-A.1.

Schaick, van

Gertrudis XIV-F; Maria Gerardsdr. XIV-F.1, XV-G.

Schaijk, van

Antonia XVII-J.2, XVIII-J; Geertruida XVIII-H; Hester XV-I.3; Ruthdiena XVI-F.3.

Schaik, van

Gerard XIV-F.

Schayck, van

Antonia Johannesdr. XV-F; Johannes XV-F.

Schayk, van

Ida XVIII-L.1.

Schijmans

Heijlwich X-F.1; Jan Christiaans X-F.

Schijndel, uit

Jan Christiaensz. X-E.1.

Schijndel, van

Meriken Theeuwis XI-D.2.

School

Cornelis XVII-F.1; Johannes XVII-F.1.

Schoot, van der

Arnoldina XVIII-B.3.

Schuermans

Anna Peter XIII-A.6, XIII-A.8, XIII-A.9, XIV-E; Gerardus Geurt XIII-A; Hildegondis Petersdtr. XIII-A; Johanna Geurtsdr. XII; Peter Geurtsz. XIII-A.

Schuurmans

Geertruida Lucia XVIII-D.2; Johanna Geurts XIII-A.11.

Siegers

Hendrien XVI-C.6.

Smaling

Arie Jan XXI-D; Neeltje XXI-D.

Smits

Johanna Maria XVIII-J.1.

Smulders

Cornelia XVI-E.

Snoeks

Francisca XVII-G.7; Johanna XVIII-I.

Spaen

Mathilde VIII-B.

Spierincsz.

Aert Emont III-E.2.

Spierincz.

Emont Emond III-E.1.

Spierings

Arnoldus Josephus XVIII-H.1; Johannes XVIII-H.1; Theodorus Servatius XVII-A.6.

Spieringsdr.

Christien(Kathelijn) Emond III-E.5; Heilwich Emond III-E.7; Hillegont Emond IV-I; Jut Emond IV-H.

Spieringsz.

Daniel Emont III-E.3; Jan Emond III-E.4.

Stassen

Adrianus Wilhelmus XX-B.8; Elizabeth Maria XX-B.1; Frederikus Petrus XX-B.6; Frederikus XX-B; Hendrikus Adrianus XX-B.7; Maria Petronella XX-B.3; Nicolaas Cornelis XX-B.2, XX-B.4; Petronella Helena XX-B.5.

Steenbergen

Meinderd XIX-C.2.

Steenvoirt, van der

Henrick Geritsz. III-A.10.

Stralen, van

Maria XV-H.2.

Strick?

Aelken Driessendtr. XII.

Symens

Derrick XI-A.

Teeffelen, van

Hendrika XVII-H.

Terneuzen

Lambertus Franciscus XX-A; Theodora Anna Maria XX-A.

Theunisse

Antonia XVIII-G.

Thiel, van

Johannes XVII-F; Nicolasina(Clasina) XVII-F.

Tiem, van

Paulina XVII-E.

Uden, van

Anna Maria Gerard XV-A.4, XVI-B; Annemie Geert XV-A.2, XVI-A; Claas Geert XV-J; Gertrudis Nicolaus XV-K.2; Gertruid Jansdtr. XV-B; Gertruid Willem XV-L.8; Jan Ariaen Nelis XI-D.2; N.N. XV-J.1.

Valckenburg, van

Joannes XV-H.2; Johannes XV-H.2.

Vechel, van

Jan Dirckx X-D.5, XI-E.

Veenstra

Anna Margaretha XXI-A; Ashley XXI-C.2; Dirk Johannes XX-D; Gerrit Johannes XXI-C; Maria XX-D.3; Nicolaas Leonardus XXI-B; Ron XXI-C.1; Sylvia XXI-B.1.

Veerdonk, van de

Harry XVIII-I.1.

Verbeek

Johanna XVIII-B.2.

Verhoef

Pieter XIX-C.5.

Verhoeven

Elisabeth Antony XV-B; Hendrina XVII-F; Krijna XXI-D.

Versteeg

Neeltje XXII-A.

Voet

Machtelt III-C; Willem III-C.

Vogels

Paulus XVI-A.

Vos

Elisabeth XVIII-L; Geertruida XVIII-I; Gertruid Jan XV-M.3, XV-M.4, XVI-H; Theodorus XVIII-I.

Vught, van

Anna Maria XIV-A; Jan Hendrick Jacob XIV-A; Johanna Hendrik XIV-A.1.

Vugt, van

Anna Jan XV-A.1; Anna Maria XVIII-J.2; Franciscus XV-H.3; Johannes XVIII-H; Lambertus XV-H.3, XVI-E; Maria Henrica XVIII-H; Petronella XVI-E.

Waerseggere, van

Martin V-G.1.

Wagemakers

Johanna XVI-B.

Wakker

Petrus XVIII-F.5.

Walteri

Walteria XI-A.5.

Wegman

Barta Johanna Helena XVII-A.5.

Well, van

Jan XVII-H; Regina XVII-H.

Wellens

Agnes Jacob XV-I.4.

Werdenbergh, van

Herman Spierinc III-F.1; Herman III-F.

Wesselman

Heiltje Klazina XX-A.2.

Wetering, van de

Dirk XVI-G; Maria XVII-F.1; Willemijn XVI-G.

Wever, die

Mechteld Henricksdtr. VI-F.

Wijngaart, van den

Corstiaen Willemsz. IV-E.4; Emont Willemsz. IV-E.2; Herman Willemsz. IV-E.1; Willem IV-E; Willem Willemsz. IV-E.3.

Wijs, de

Neeske XVIII-A.1.

Willems

Maria Nicolaas XIII-A.

Willemsdr.

Catharina Mathijs X-C.

Willemse

Lambertus XVIII-D.2; Leonardus Zacharias XVIII-D.2.

Wittenberg

Arnoldus XVIII-C.1.

Woezik, van

Catharina Cornelia XVIII-F.1.

Worseling

Dorothea XVII-F.2.

Zegenwerp, van

Henrick II-C.2.

Zeijlhuijzen

Gerarda XVI-G; Johannes XVI-G.

Zwaans

Jan Theodorus XVII-I.5; Wilhelmus XVII-I.5.

Zweth, van der

Adrianus XXI-E; Barbara Elisabeth XXI-E.1; Hugo Jan XXI-E; Hugo Johannes XXI-E.2.

Zwiers

Ardiena XVII-B.2; Gijsberdiena XVIII-A.

zonder achternaam

Adriaen Peter Willem Hendricksz. VIII-E; Adriaen Willemsz. IX-C; Adriana X-E; Adriana Cornelis Adriaensdr. X-F; Agnes Willem Cornelis Adriaensdr. X-E.1; Aleyt Dirck Emont Jansdr. IV-B.1; Anken VIII-C; Antonia Cornelis Adriaensdr. IX-C.3; Antonia Gijsbertsdr. X-E.2; Barbara IV-C, VI-A; Barbara Peter Adriaensdr. X-E.1; Beatrix Simon Jansen IX-C.5; Catharina Jan Petersdr. IX-C.4; Cornelia X-A; Cornelia Willem Cornelis Adriaensdr. X-E.2; Cornelis Adriaen Willemsz. IX-C; Emond Jan Emondsz. IV-A.7; Emont Jan Norijsz. III-B.1; Geertruyt VIII-D; Gertruda Cornelis Adriaensdr. IX-C.7; Godefrida Cornelis Adriaensz. IX-C.6; Godefridus Cornelis Adriaensz. IX-C.4; Henrica XI-B.1; Jacoba Willem Cornelis Adriaensdr. X-E.3; Jenne X-D; Johanna XII.1; Johanna Maria Hendrikx XVI-G; Kathelijn IV-E.2; Knuyts V-A; Maria XI-B; Maria Cornelis Adriaensdr. IX-C.5; Marie Peter Driesdr. VIII-A; Mathijs Willem Peters VIII-E.2; N.N. XX-L.1; Onleesbaar XV-I.3; Pauwel Geraert Jacobs IX-B.2; Pauwel Gerards. X-D.4; Simon Joosten IX-C.6; Willem Cornelis Adriaensz. X-E; Yda Rutger Lucasdr. IX-C.6.

* verwijzing naar noot.



[1] Koninklijke Bibliotheek Albert I Brussel, cab. mss fonds Houwaert HS II 6539, fol. 536.

[2] F.J. van Ettro, the heraldic Chart of Brabant by Zangrius for de year 1600 in: de Nederlandsche Leeuw 1964.

[3] N.L. van Dinther, van Dinther Brabantse geslachten, middeleeuwen 1100-1500, 2006, blz.69 ev, blz.124 ev.